recente artikels
“Soms vind je iets te vanzelfsprekend, net dan raak je het kwijt", zingt Yevgueni. Tragisch genoeg hoor je dat niet alleen in liedjes, maar kom je het ook in de dagelijkse realiteit tegen. Je kan zo gewend raken aan een bepaalde aanwezigheid, dat je vergeet dat die er ooit niet was – laat staan er op een dag niet meer gaat zijn. Je bent gewend aan die warme armen, de energie die je uit elke interactie haalt en waar je nooit genoeg van krijgt. En dan opeens, van de ene dag op de andere, ben je weer alleen. Het enige wat je dan nog rest is afscheid nemen. De juiste woorden vinden kan moeilijk zijn, ze uitspreken alleen maar lastiger. Ik zoek er al maanden tevergeefs naar. Een afscheidsbrief dan maar, recht uit het hart.
Het proffenprofiel toont professoren zoals je ze nog nooit zag: als mensen. dwars stelt de vragen die bij menig student al jaren door het hoofd spoken, maar die ze zelf niet durven stellen. Tine Van Osselaer is professor binnen het departement Geschiedenis. Daarnaast is ze vooral actief als onderzoeker aan het Ruusbroecgenootschap aan Universiteit Antwerpen.
Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten ter hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze editie het begrip ‘bedsermoen’.
Akelige sagen over oorsuizen en de martelgang der patiënten doen de ronde in de media, maar het blijft stil als je de vraag stelt over wat je nu eigenlijk moet doen als je niet telkens braaf je oordopjes in je oren hebt gestoken als je uitgaat. Noemen ze dat karma? Gelukkig bestaat er wel een antwoord op de vraag: de eerste stappen voor een behandeling zijn gezet, in de vorm van de (enger klinkende dan het in feite is) elektrische stroomtherapie. Ondertussen is haar doctoraat al afgerond, maar dr. Laure Jacquemin licht alsnog graag toe.
Het zijn vreemde tijden voor studenten. De einzelgänger die zichzelf bewust isoleerde, wordt nu vergezeld door de sociale vlinders, gevangen net voor de lentekriebels. Eenzaamheid wordt ons voortaan opgelegd. De introvert denkt nu wel twee keer na over zijn afkeer van sociaal contact. Eigenlijk was het toch wel veel leuker om alleen te zijn toen dat nog een persoonlijke keuze was. Zelfs de eenzaat zou er haast gek van worden. Maar de gekte is een oude vriend en hij komt wanneer je hem nodig hebt. In het hoofd van de Dolle Mens ontaardt een schijnbaar doodnormale situatie in een wirwar van krankzinnigheid. De waanzin is zijn gouden geit.
Kunstenaar of topsporter, bejaarde of ondernemer, geen enkele soort ontspringt de dans. Je wordt op een dag wakker met de intense drang om je aan Universiteit Antwerpen in te schrijven. Het gevolg: zoveel vreemde vogels dat het uitzonderlijk wordt om normaal te zijn. Elke maand zetten wij een bijzondere student in de kijker.
Op 24 maart 2020 werd het startschot gegeven voor de zoektocht naar tweehonderd vagina’s om samen geschiedenis te schrijven. Het gloednieuwe citizenscienceproject Isala van Universiteit Antwerpen heeft het ambitieuze doel om het vrouwelijke microbioom in Vlaanderen in kaart te brengen. Professor Dr. Sarah Lebeer, doctoraatsonderzoeker Sarah Ahannach en Dr. Eline Oerlemans lichten ons voor over hoe Isala het levenslicht zag, hoe ze haar wensen groot te brengen en hoe ze haar toekomst zien. Let’s swab!
Iedereen is het onderhand wel grondig beu om in zijn of haar kot te blijven. Misschien dat de hele lockdown minder zwaar zou wegen als we er niet elke zeven seconden aan werden herinnerd. Nationale nieuwszenders, faculteitsmails en, uiteraard, sociale media kunnen het niet laten om er ons op te wijzen dat alles zowel enorm meevalt als een complete ramp is. Coronatijd lijkt dan ook een lugubere versie van komkommertijd. Het effect wordt versterkt doordat iedereen die geen essentieel beroep uitoefent meer tijd, maar evengoed minder mensen om zich heen heeft. Om de paniek die gedachteloosheid met zich mee kan brengen voor te blijven, vinden velen er niet beter op dan zichzelf een mening aan te meten en die te delen. Een mooie techniek die ik in dit stuk ter harte zal nemen. Uiteraard moet zo'n mening ook wat dwars zijn om in aanspraak te komen voor publicatie. Mijn zeer gewichtige bijdrage aan het maatschappelijke debat zal, volledig in lijn met mijn contraire aard, verdedigen dat al deze opinies zwaar overschat worden. Een mening hebben over de gevolgen, oorzaken en oplossingen voor corona lijkt namelijk met momenten besmettelijker dan de ziekte zelf.
Sinds kort behoor ik tot de zwakkeren, als ik het internet moet geloven tenminste. Ik heb mijn lange lokken afgeschoren en loop nu rond met enkele millimeters aan bruine sprietjes. Toch vul ik bij de corona-enquête van UAntwerpen maar weer in dat ik me niet slechter voel dan gewoonlijk. Ergens is het ook wel fris, zo’n gladde bol.