recente artikels
Op 23 september stapte ik ’s morgens op de trein die me naar mijn nieuwe avontuur zou brengen: studeren aan de universiteit van Antwerpen. Zonder vertraging bereikte ik de aula waar de welkomstspeech werd gehouden en na een kort bezoek aan Students on Stage begon ik met het verkennen van wat mijn tweede thuis zou worden. Voor veel studenten lijkt het alsof ze al jaren hun broek verslijten op de soms slecht zittende schoolbanken, maar met dit artikel neem ik jullie weer mee naar het avontuurlijke leven van de eerstejaars.
It’s the most wonderful time of the year – en misschien ook de meest gevreesde. De vele herinneringen aan de examens zullen je waarschijnlijk al je strot uitkomen en zelfs het geliefde toevluchtsoord van het internet is tegenwoordig niet meer veilig. Je bent ze waarschijnlijk al tegengekomen: de studerende influencers. Hun accounts houden zich niet bezig met playbacken, dansen of overdreven acteren: ja hoor, ook studeren levert nu duizenden volgers op.
Afgelopen maand vulde Bart Van Loo de Koningin Elisabethzaal met een meeslepende voorstelling die deel uitmaakte van zijn tour over zijn nieuwste boek Stoute schoenen. Het publiek werd meegenomen op een historische reis door de Bourgondische geschiedenis, doorspekt met humor en emotie. De show had werkelijk alles: van zijn erotische, maar minder succesvolle boek tot het vertellen van middeleeuwse verhalen aan zijn dochter, compleet met monsters onder het bed en Karel de Stoute als bondgenoot. Stoute schoenen is niet zomaar een nieuw boek. Het dient namelijk als een soort routekaart door het succes van zijn vorige werk De Bourgondiërs. Van Loo slaagde erin om de geschiedenis van de Lage Landen op een toegankelijke en boeiende manier tot leven te brengen. Ondanks dat Antwerpen niet de meeste Bourgondische hotspots heeft, blijft ons stadje toch een belangrijke leidraad in zijn verhaal. dwars focust op de drie meest prominente plaatsen met een Bourgondisch verleden.
Het zijn internationaal turbulente tijden en ook onze favoriete Goedheiligman heeft het aan den lijve mogen ondervinden. Na 6 december is de Sint teleurgesteld afgedropen uit België. Hoe is het zo ver kunnen komen?
Dag dwars
Het is zondag 1 december. Ik lig op een gesteriliseerde tafel in een kamertje met verscheidene juwelen in een vitrine. Tijdens een aftelling van drie naar één adem ik in en bij het uitademen voel ik een naald door mijn oorlel gaan. Ik ben me ervan bewust dat een oorpiercing geen revolutie is, maar als ik mijn ouders aanhoor, had het even goed de Franse kunnen zijn. Ik voel de naald weggetrokken worden en vervangen worden door iets anders. Veel pijn heb ik niet, de revolutievergelijking was misschien wat overdreven.
Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten te hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze editie bereiden we ons voor op onze zwanenzang.
Tijdens de lezing ‘Goddelijke gerechten’, die afgelopen maand werd gehouden door het Antwerpse Ruusbroecgenootschap, werd al snel duidelijk dat de erfgoedcollectie van het genootschap een onuitputtelijke bron van nieuwe vondsten biedt. Een jaar geleden ontdekten onderzoekers daar een zeventiende-eeuws handschrift, afkomstig van de Leuvense begijnen, dat zich als een culinaire schat ontpopte. Het bevat een verzameling recepten, elk gekoppeld aan kerkelijke feestdagen en sociale gelegenheden. Dit receptenboek biedt een unieke inkijk in de culinaire gewoonten van de begijnen, maar ook in hun sociaal netwerk: een gemeenschap waarin voedsel een verbindende rol speelt.
Overhaasten, iedereen doet het. Niemand neemt de tijd om erbij stil te staan. De wereld gaat snel. Te snel. Kijk. Hoe korter mijn zinnen, hoe sneller het gaat. Daarom trakteer ik je nu op een langere zin om even, heel even, tot rust te komen: relax. Adem in. De tijd tikt genadeloos door. Bij iedereen. Ik heb nog even en dan moet ook dit editoriaal af zijn. Adem uit. We moeten tijd nemen om stilaan even stil te staan. Zen. Ik zou het van de daken kunnen schreeuwen, maar ik schrijf liever. Interesse in een (afgebrand) dak? Haast je naar pagina 9. Voel je je liever veilig? Ga dan naar Zomaar een dak op pagina 6.
Heb jij ze al gezien, de struikelstenen in onze studentenstad? Dat zijn kleine herdenkingsstenen, verwerkt in de stoep voor voormalige woningen van slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Het project werd ontworpen door de Duitse kunstenaar Gunter Demnig en is ondertussen uitgegroeid tot een groot monument, bestaande uit honderdduizend stenen die over heel Europa verspreid liggen. Op elke steen vind je de naam en de geboortedatum van het desbetreffende slachtoffer, alsook de eventuele deportatiedatum en de plaats van overlijden. Ook in Antwerpen liggen verschillende van deze symbolische herinneringen. dwars belicht elke editie een Antwerpse struikelsteen. Deze editie: Anna Rutzki.
Twee jaar na de brand op de Stadscampus is de schade grotendeels hersteld. Toch staat gebouw B er nog wat zielig bij zonder dak om het hoofd koel te houden. Hoe verloopt het herstel en wanneer zal gebouw B herenigd worden met zijn dak?