het alcoholvrije uitgaansleven

21/03/2023
🖋: 

Een arm om mijn schouder. “Wij gaan nog drinken halen hé, love you.” Ik blijf alleen achter op een afgebladderde barkruk en kijk naar de talloze flesjes kriek en Jupiler die mijn gezelschap al naar binnen speelde. Ik heb de hele avond nog niets gedronken. Ik heb geen zin in water en nog minder in sommen geld betalen voor suiker zonder smaak in een flesje. Het leven als kotkonijn is maar saai, dus ga ik elke keer mee. Op die barkruk maak ik een voornemen: mijn innerlijke feestbeest zou op zoek gaan naar lekkere alternatieven.

cafécapibara

Gezellig iets gaan drinken is waarschijnlijk het eenvoudigste deel van het alcoholvrije uitgaansleven. Je moet weten waar je moet zijn, maar als je de juiste plekken weet te vinden, drink je soms zelfs beter dan je vrienden die wel voor een alcoholisch glaasje kiezen. Op de Ossenmarkt moet je het alleszins niet gaan zoeken: verder dan de klassieke Sprite, Fanta, Cola en Ice Tea kom je in zowel De Salamander als Kassa 4 niet. Ik heb de fout zelf gemaakt: mijn allereerste terrasje was dat van De Kassa. Je moet er zelfs vragen wat ze van frisdrank hebben, want op de kaart is helemaal niets te bespeuren. Zatte mensen hebben minder schaamte dan ik, laat hen dat maar doen. Of misschien moet je het tóch gaan zoeken op de Ossenmarkt. Enkele dagen na het schrijven van deze alinea, stapte ik voor het eerst Copain binnen. Nieuw en (nog) geen vaste waarde in het studentenleven, maar hun comfortabele kussentjes, kast vol gezelschapsspelletjes en heerlijke citroenlimonade wisten me meteen te bekoren. Ik neem mijn haat voor de Ossenmarkt maar terug.

Mijn absolute favoriet is Cousteau op de Paardenmarkt, dankzij de opvallende lamp aan het raam ook wel ‘Kut met Peren’ genoemd. Het vriendelijke personeel serveert je ijsthee in zo’n chic glas dat jaloerse blikken van al wie voor een simpel pintje koos, verzekerd zijn. Naast een assortiment aan sapjes, limonades en ijsthees pronken ook verschillende theesmaken en een warme chocomelk op de menukaart. Er zijn nog meer verschillende koffiesoorten, maar daar zwijgt deze theeliefhebber liever over. Dat Cristal er evenveel kost als water, vergeef ik al iets liever als je ook Cristal 0,0% of Energibajer 0.0% kunt krijgen. Alcoholvrij bier is ranzig, maar ik apprecieer de moeite.

Ook Papa Jos heeft een plekje in mijn hart veroverd. Binnenstappen in het gezellige café voelt als binnenstappen bij mijn grootouders: het interieur met haar vintage stoeltjes en tafels en de gigantische piano voelen enorm verwelkomend. Het zit er vaker vol dan in Cousteau, maar als je er een tafeltje weet te bemachtigen heb je ook hier heel wat keuze. Thee, limonades, of nog meer ranzige koffie of alcoholvrij bier, het kan er allemaal. Al beweert de site anders: daar vind je enkel de koffie en Jupiler 0%. Ik ben een te grote stresskip om mijn keuzes ter plaatse te maken, laat die limonades en thee schitteren op het digitale menu.

 

feestvarken

Met een Fanta in de hand ben ik ook van tijd tot tijd terug te vinden op de dansvloer. Niet omdat ik zo’n Fanta-liefhebber ben, wel omdat het aanbod in danscafés verder enorm beperkt is. De Salamander stopt trouwens rietjes in haar flesjes frisdrank. Terwijl ik los ga op Gimme Gimme Gimme of Unwritten, af en toe nippend van mijn rietje, voel ik me er altijd in een dansende tweestrijd. Om twee uur ‘s nachts liefdesverklaringen aanhoren van mensen die duidelijk een glaasje te veel op hebben, bewijst dat ik geen klein kind meer ben, maar dat rietje lijkt toch het tegenovergestelde te willen zeggen. Al zijn de rietjes na al die feestjes ook vergroeid met mijn persoonlijkheid en voel ik me niet dezelfde persoon als ze me er uitzonderlijk eentje vergeten geven.

Bovendien is het ook op feestjes niet uitzonderlijk dat ik meer betaal voor een flesje frisdrank, dan mijn gezelschap voor een pintje. Soms doen studentenverenigingen datgene dat het café zelf niet doet: mocktails aanbieden. Met mijn bijhorende vreugdedansje krik ik meteen het aantal dansende mensen in de zogenaamde danscafé’s op. Al geven diezelfde clubs ook gratis vaten, wat toch steevast voelt als een steek in mijn hart. Plots ben ik dan de enige die nog betaalt voor mijn drinken.

In discotheken gaat het van kwaad naar erger. Toegegeven, Ampère heeft me zo hard afgeschrikt dat ik al een jaar geen enkele discotheek nog een kans durf geven. Een half uur aanschuiven voor bonnetjes, om me vervolgens blut te betalen aan een beker water die ik pas krijg nadat de barman me aankijkt alsof ik net een beker champignonmilkshake heb besteld? Ik zou nog zin krijgen om mijn beker in zijn richting te katapulteren. Ik eis schriftelijke excuses voor ik er nog een voet binnenzet.

 

cantuscavia

Cantust gij dan altijd op water?” Ik krijg de vraag maar al te vaak, en het antwoord is resoluut ja (tenzij dwars een theecantus organiseert, uiteraard). Op café en zelfs op TD’s krijg ik eigenlijk nooit reacties, maar bij cantussen lijkt die keuze toch verbazing op te wekken. Onterecht, want wat is er nu leuker dan zo hard uit de toon te kunnen zingen als je wilt, wetende dat je gezelschap zich de volgende dag je valse tonen toch niet meer voor de geest zal kunnen halen? Bijkomend voordeel is dat mijn codex schimmelvrij is. Als ik snel een tekstje in die van een ander krabbel, blijf ik ook gespaard van de vraag wat er nu eigenlijk staat.

Voor zo’n avondje water drinken tel ik wel al snel tien euro neer; iets dat ik over heb voor mijn eigen club, maar me toch tegenhoudt om vaker te gaan cantussen bij andere verenigingen. Als de mensen rond me iets anders dan slap bier drinken, cava of rouge bijvoorbeeld, loopt het bedrag zelfs nog verder op. De zeldzame waterprijzen vormen mijn grootste levensgeluk.

Ik schuifel op mijn barkruk, zoekend naar een comfortabele houding. Het lijkt wel alsof iedereen om me heen een shot tequila achterover slaat. Beteuterd denk ik aan mijn dorstige keel. Toen ik in de lesvrije week met mijn studentenvereniging op reis was naar Berlijn, kon ik nog genieten van een shot mangosap en een uitgebreide mocktailkaart. Mijn frustraties tegenover Berlijn zijn niet op twee handen te tellen, maar wat dat betreft mag Antwerpen een voorbeeld nemen aan die stad. Aan het gelach te horen, komen mijn vrienden er weer aan met een nieuwe lading pintjes. Ik kijk naar de plakkerige toog. Misschien hebben ze wel wat mangosap op overschot...



spoiler: zelfs de Commissie Sustainable Finance weet het niet

21/03/2023
🖋: 

De Commissie Sustainable Finance is in het leven geroepen om een klimaatbestendige financiële investeringsstrategie uit te werken voor UAntwerpen. Probleempje: deze commissie die de beleggingen van UAntwerpen moet evalueren, krijgt geen inzage in de beleggingen.

We gaan terug naar 2019. Meer dan tweehonderd personeelsleden en studenten van de universiteit stellen bottom-up een klimaatactieplan op. Om UAntwerpen de hieraan verbonden doelstellingen te helpen realiseren, worden er thematische werkgroepen opgericht. Zo ontstaan er werkgroepen rond bijvoorbeeld mobiliteit, natuurbeheer en water, en zo ziet ook de Commissie Sustainable Finance het levenslicht. Die commissie moet de universiteit ondersteunen in het uitstippelen van een duurzaam investeringsbeleid. De interesse in de werkgroep is niet gering. Een twintigtal personeelsleden en academici binnen UAntwerpen uit de meest uiteenlopende disciplines verzamelen zich.

De interesse mag niet geheel verbazen. Op de jaarrekening van UAntwerpen van 2021 vinden we voor ruim tweehonderd miljoen euro aan geldbeleggingen terug. Door maatschappelijk verantwoord te investeren worden duurzame fondsen en bedrijven beloond, terwijl fossiele fondsen en bedrijven hun waarde zien dalen. Dat moet dan ook een stimulans zijn om te verduurzamen. Ook UAnt- werpen onderstreept op de eigen website het belang van de werkgroep en van duurzaam beleggen: “Een belangrijke vraag die in het licht van de beoordeling van het investeringsbeleid moet worden beantwoord, is ‘wat houdt klimaatneutraliteit in als het gaat om investeringen?’ Naast klimaatgerelateerde kwesties kan en moet de herziening van de investeringsportefeuille ook ruimte bieden voor het bespreken van bredere thema’s op het gebied van sociale, milieu- en bestuurskwesties. Als een institutionele investeerder kan en moet UAntwerpen hierin een actieve rol spelen.”

 

FairFin haakt snel af

De grote interesse en de dure woorden op de website ten spijt krijgt de commissie bij voorbaat niet de kans haar taak te vervullen. Dat leerden gesprekken met leden van de Commissie Sustainable Finance me. Onoverwinnelijk obstakel: UAntwerpen weigert ondanks herhaaldelijk aandringen van de commissie enige vorm van transparantie te bieden over haar huidige beleggingen (lees: de minimaal noodzakelijke informatie die de commissie nodig heeft om haar adviserende en evaluerende rol te spelen). Binnen de werkgroep heeft men in al die tijd getracht de universiteit op andere gedachten te brengen, maar ook brieven aan het rectoraat en het college van beheer leidden tot weinig resultaat. Logischerwijs zorgt dit voor een grote frustratie onder de leden van de commissie die van bij het begin volledig machteloos is.

Iets wat ook FairFin, een ngo gespecialiseerd in het begeleiden van organisaties bij duurzaam investeren, al snel moet concluderen. FairFin reageerde op mijn vragen als volgt: “FairFin werd in 2020 gecontacteerd door personeelsleden van UAntwerpen die vanuit een persoonlijk engagement in de werkgroep Sustainable Finance zetelden en van binnenuit het beleid van de universiteit richting divestment (geld desinvesteren om ethisch verantwoorde redenen, n.v.d.r.) wilden duwen. Wij hebben een paar keer met hen overlegd en hen zoveel mogelijk informatie doorgegeven, zoals onze visie, ervaring en contacten bij instellingen met vergelijkbare trajecten. Onze rol was dus ondersteunend naar die personeelsleden en niet formeel naar UAntwerpen toe. We vernamen daarna dat het hen niet lukte de universiteit te overtuigen transparantie te verlenen over de investeringen van de universiteit, wat het voor hen erg lastig – zo niet onmogelijk – maakte om samen met UAntwerpen aan een divestment-traject te beginnen. Daarom hadden die personeelsleden ook geen verdere concrete ondersteuning van ons nodig.”

 

Beleggingscomité

Zelf heb ik natuurlijk ook meer pro forma dan met de gedachte resultaat te boeken getracht een soort van inzicht te krijgen in de beleggingen van UAntwerpen. De universiteit laat me weten dat de beleggingsportefeuille in goede handen is bij het zogenaamde beleggingscomité (voorheen de Commissie Roerende Waarden). “De beleggingsportefeuille van UAntwerpen is opgezet om de financiële reserves zo optimaal mogelijk te beheren en daardoor de universiteit van toekomstige middelen te voorzien. Hierbij spelen rendement, risico, duurzaamheid en kostenbewustheid een belangrijke rol. Qua publieke informatie kunnen we daar verder niet veel over zeggen. We hebben een investeringsbeleidsverklaring die richtlijnen opmaakt voor het beheer van deze portefeuille. Die wordt beheerd door ons beleg- gingscomité. De contracten met externe partijen worden ondertekend door de rector en de CFO (Chief Financial Officer, n.v.d.r).”

Het beleggingscomité, een club van zeven leden, bestiert een niet al te schamele tweehonderd miljoen euro en zetelt zelf ook mee in de Commissie Sustainable Finance. We moeten er maar van uitgaan dat die tweehonderd miljoen euro in socio-ecologische, duurzame projecten worden geïnvesteerd. Het kan dat het gebeurt, maar het is evengoed mogelijk dat deze tweehonderd miljoen in fossiele fondsen, ethaankrakers of zelfs wapenfabrieken zit. We weten het niet en ook aan de universiteit zelf weten maar weinigen het. Behalve een duur- zaamheidskwestie is dit alles bovenal een kwestie van transparantie en legitimiteit. In een open beleidscultuur is duidelijk wie, wat, wanneer beslist op basis van welke bevoegdheid en op basis van welke infor- matie, en zijn er kanalen om voor de hele organisatie verantwoor- ding af te leggen. In het geval van de beleggingen van UAntwerpen weten we alleen dat er een kleine groep mensen beslist, niet wat ze beslissen, niet op basis van welke informatie dat ze dat doen – laat staan dat er opties tot verantwoording zijn. Niet te vergeten dat de universiteit een publieke instelling is, gevoed met overheidsmiddelen. Transparantie zou een basisvereiste moeten zijn. Je zou als universiteit haast een Commissie Sustainable Finance in het leven roepen om aan deze leemte tegemoet te komen.



stuvers aan het woord

21/03/2023
🖋: 
Auteur

Waar is de Studentenraad zoal mee bezig? Hun roze logo verschijnt te pas en te onpas in de mailbox, maar wat doen ze naast mailen? Achter welke nieuwe initiatieven aan de universiteit schuilt stiekem de Studentenraad, op welke manieren beïnvloeden ze het dagelijks leven van de student? Om daarachter te komen neust dwars in de projecten van de Studentenraad. Deze maand staat in het teken van ECTS-fiches. Daarvoor moet ik aankloppen bij Laurens Verhaegen, Coördinator Onderwijs.

De afkorting ECTS staat voor European Credit Transfer and Accumulation System, een manier om op gestandaardiseerde wijze cursusinformatie op te stellen en weer te geven. “ECTS-fiches zijn de informatiefiches die bij elk vak horen”, zegt Laurens. “In een ECTS-fiche staat alles: de aanvangs- en eindcompetenties, de vakinhoud, de examenvormen... alles wat een student kan verwachten van dat vak.” Uiterst belangrijk, want zo weten studenten op voorhand wat er al dan niet van hen wordt verwacht. Toch zal je fiches vinden die nauwelijks ingevuld zijn. Universiteit Antwerpen heeft dus werk aan de winkel.

Een ECTS-fiche moet eigenlijk voor het begin van een semester volledig in orde zijn. Laurens vult aan: “Klopt. ECTS-fiches zijn absoluut bindend. Dat is in het voordeel van studenten omdat ze dan in principe weten wat er voor hen aankomt. Natuurlijk moeten de fiches dan volledig en correct zijn ingevuld.” Die informatiefiches invullen blijkt een struikelblok te zijn voor veel docenten. “Er kruipt veel tijd in het opstellen van de ECTS-fiches en nog meer in het updaten ervan. Niet enkel de vakinhoud, maar ook het gebruikte werkmateriaal, verplichte taken en aanwezigheden en manieren van quoteren, evolueren doorheen de tijd.”

Het probleem is niet eigen aan UAntwerpen. “KU Leuven en UGent onder- vinden moeite om het probleem in kaart te brengen”, zegt Laurens. “Ik heb zelfs gehoord dat de inhoud van ECTS-fiches bij de andere Vlaamse universiteiten soms verandert doorheen het jaar. Dat is natuurlijk ook niet de bedoeling.”

De Studentenraad kaart het probleem aan op verschillende fronten. “Als studentenraad zijn we onder andere lid van raden die de kwaliteit van het onderwijs bewaken”, legt Laurens uit. “Zo is er een werkgroep Onderwijs en Examenreglement waar we het thema opvolgen.” UAntwerpen neemt het issue ernstig en toont zich bereid om er mee aan de slag te gaan. Om hen daarbij te helpen is de Studentenraad alvast begonnen met het verzamelen van data. “Wij hebben een soort digitale scan kunnen maken van alle ECTS-fiches”, licht Laurens toe. Met die scans ziet de Studentenraad hoeveel woorden er in een ECTS-fiche staan en kan die snel de onvolledige fiches identificeren.

Wat kan je als student doen als de ECTS-fiche van een vak ontbreekt of plots wijzigt? Je kan het melden aan de Studentenraad, of je kan rechtstreeks naar de bron gaan. “Als je als student een prof hebt die zich niet aan de ECTS-fiches houdt, kan je het altijd vriendelijk aankaarten bij de prof zelf, maar we begrijpen dat dat soms misschien een beetje eng is.”



close-up

21/03/2023
🖋: 
Auteur

De vraag of TikTok een kunstvorm is, zal nog wel een tijdje op een hoongesnuif vallen – iedereen weet dat het enige dat in de buurt komt, Vine-imitaties zijn. Toch werd vijftien jaar geleden allicht hetzelfde gezegd over de talloze YouTube-filmpjes die om-ter-obscuurste humor poogden te etaleren. Van YouTubePoop met Samson en Gert thema tot Llama’s in hats met hun vleesdraken van dode babyhandjes. De donkere kant van YouTube wordt een decennium later nog steeds bezocht, niet zelden vergezeld door een pretsigaret.

Veel is te danken aan pionier David Firth. Hij was met Jerry Jackson en Burnt Face Man aanvankelijk niet meteen te onderscheiden van de rest van het contentplatform Newgrounds.com, waar toen vooral schetenhumor in gebrekkig geanimeerde filmpjes de plak zwaaiden. Toch zouden het de op zijn nachtmerries gebaseerde animaties zoals het groteske Dog of Man en de absurdistische post-apocalyptische avonturen van Salad Fingers op YouTube zijn die een eerste aanzet gaven aan een genre waarvan velen ten onrechte menen dat het slechts willekeur is.

Firth wordt aangevuld door Michael Cusack, die mogelijk nog een slechtere kwaliteit van animatie aanlevert. Vooral You Only Yolo Once is relevant. De naam geeft niet enkel een beeld van hoe oud die video’s eigenlijk zijn, maar ook waarover ze handelen: een gitzwarte en cynische cartoon over de feestcultuur die Cusack duidelijk op de korrel neemt. De personages zijn ontiegelijk oppervlakkig; brutale onthoofdingen en tijdens de seks uiteenspattende lichamen kunnen op bijval rekenen van joelende fratboys. Opvallend is dat dat ene filmpje nu, tien jaar later, een min of meer coherente serie is geworden in YOLO: Crystal Fantasy. Cusack ontwikkelt ondertussen andere animatieseries, in minstens even bevreemende stijl.

Een andere beruchte YouTubeserie die een decennium later opnieuw het leven in werd geroepen is Don’t Hug Me I’m Scared. Joseph Pelling en Becky Sloan hervatten het grondidee van het YouTube-origineel: een kinderlijk aandoende poppenshow, waar elke aflevering objecten antropomorf worden gemaakt om vrolijke kinderliedjes te brengen die steevast ontaarden in existentiële horror. Ik bingede de hele serie.

Waar Firth speelt in het associatief veld van de eigen nachtmerries en Cusack agressief om zich heen slaat, slagen Pelling en Sloan erin om jou als kijker zelf te laten spelen in hun onlogische wereld. Er is weinig houvast, maar toch druppelt er inhoud door de absurde en zwartkomische situaties heen. Geen oppervlakkige willekeur, maar een (on)heldere kritiek jegens de naïeve beeldvorming waarmee kinderen bevuild worden. De serie doet je inzien hoe die restanten onze blik nog lang na onze kindertijd beperken. Zonder een antwoord te bieden, nemen ze je bij de hand door een thematische reis waarin je heerlijk kan verdwalen.



kotgeheimen

21/03/2023
🖋: 
Auteur

Voor 420 euro heeft ze een slaapplaats om haar weken door te brengen en maandelijks een nieuwe roddel om aan haar vrienden te vertellen. Als je de keuken binnenwandelt, bots je op de speekselbol, een schema dat ophangt in de keuken en de kotgenoten die ooit gemuild hebben met elkaar verbindt. Verderop staat een oven, die er na een feestavond even verwoest uitzag als de bewoners toen de zon weer opkwam. Dit is het kot van Maud.

Om juridische redenen is identificeerbare informatie weggehaald.

Een van Maud’s favoriete dingen aan haar kot is dat de kotgenoten alles tegen elkaar kunnen zeggen. Omdat bijna iedereen er weleens domme dingen doet, is er niemand die zich er iets van aantrekt wanneer er na een avondje uit weer twee nieuwe verbindingen naar hun naam worden getekend in de speekselbol. Hoewel ze nog maar een half jaar op kot zit, heeft Maud al genoeg gezien en gehoord om boeken mee te vullen.

Zo vertelt ze dat een kotgenoot vorige week een jongen meenam na een feestje. Wat er toen gebeurde, hoef ik je waarschijnlijk niet te vertellen. De grote plottwist kwam toen rond vijf uur ’s nachts bij alle bewoners de bel ging. Er stond een jongen voor de deur waar de studente al enkele keren seks mee had. Toen er opengedaan werd door twee andere kotgenoten, liep de hen onbekende man prompt langs hen. Vervolgens klopte hij een half uur lang aan bij haar. Wanneer zij uiteindelijk de deur opende, gaf ze hem de instructie om even in de keuken te wachten. Dat duurde een half uur. Dat was alle tijd die ze nodig had om jongen 1 uit haar bed te gooien en jongen 2 van de keuken op te pikken en mee te nemen naar haar bed. Mocht je je ooit beschaamd voelen door een walk of shame, bedenk je dan maar eens hoe die jongen zich voelde.

Op een ander feestje probeerden twee kotgenoten om de drug THC te vapen. Blijkt dat dat in combinatie met alcohol redelijk heftig was voor de twee. Na een partijtje braken kwam hun realiteitszin nog niet terug. Uiteindelijk werd de ambulance gebeld en zijn de twee meisjes afgevoerd naar het ziekenhuis. Ondertussen gaat alles terug goed met hen, maak je dus geen zorgen.

Al die ervaringen delen, versterkt het samenhorigheidsgevoel. Oftewel heb je het zelf meegemaakt, oftewel hoor je alle details tijdens de nabespreking. In ieder geval is dit stel kotgenoten comfortabel genoeg met elkaar om ook de gênante momenten te delen. Wat wil je nog meer tijdens je studententijd



21/03/2023
Netflixparels
🖋: 
Auteur

Soms lijkt er niets op Netflix te zien door alle rommel die ze naar jouw netvlies gooien, maar het vinden van parels vraagt enig doorzettingsvermogen. Ik help je daarbij op weg!

Netflix heeft een positieve impact gehad op de filmindustrie. Zo zijn films veel toegankelijker en goedkoper geworden, een disruptie die enorm relevant is in een tijd waarin een cinemabezoek steeds duurder wordt. Netflix krikt het aantal films en de kijkcijfers op. Passieprojecten van grootse filmmakers die niet rendabel genoeg zijn voor grote studio’s, worden door Netflix wél gefinancierd. Ook krijgen kleinere arthousefilms een groter budget dan voordien. Of we het streamingbedrijf daarom een broednest van hoogstaande cultuur kunnen noemen, is misschien enkele stappen te ver. Zo worden vooral hun eigen producties in de schijnwerper gezet en raken veel betere films vaak verloren onder alle rommel. Daarnaast organiseert Netflix nooit fysieke releases van hun geproduceerde series en films. Op die manier wordt de overleving van die producties niet gegarandeerd, want zonder blu-ray- of dvd-release zijn die films en series niet meer toegankelijk wanneer ze worden verwijderd van het platform. Tenslotte krijgen door Netflix geproduceerde films doorgaans niet hun verdiende tijd op het witte doek. Enkel de grote cineasten mogen hun film voor enkele luttele weken draaien in de zalen. Netflix wil op die manier de exclusiviteit van hun aanbod waarborgen.

Ik beoog het algoritme achter Netflix te overtreffen, want ik raad enkele parels aan die ik vanuit de krochten van het streamingplatform heb gesleurd, om hun aanzien wat te vergroten.

 

Portrait de la jeune fille en feu (2019)

Dat Les Misérables gekozen is als de Franse Oscarinzending in 2019, zal ik de Fransen nooit vergeven, want die keuze is onbegrijpelijk wanneer Portrait de la jeune fille en feu een puur meesterwerk is. De prachtfilm van Céline Sciamma zal voor de doorsnee filmliefhebber wel bekend zijn, maar verdient absoluut een groter publiek. De film begint bij een kunstenares die gevraagd wordt om in alle geheim een portret te schilderen van een bourgeois vrouw. De twee vrouwen vormen een romantische connectie die binnen de context eigenlijk onmogelijk is. Kostuumdrama’s zijn tegenwoordig helemaal niet meer zo populair. Toch kan Sciamma een verhaal van de achttiende eeuw modern doen aanvoelen door hedendaagse thematiek rond LHBTQ+ te behandelen. Haar verfilming van een bloeiende lesbische relatie wordt daarom niet vanuit de male gaze bekeken. Zo worden de naaktscènes niet overdreven geseksualiseerd voor het plezier van de heteroman. Buiten het meeslepende verhaal en de charmante relatie tussen de twee hoofdpersonages, is de visuele poëzie adembenemend. Elk frame lijkt met de hand geschilderd en speciaal ontworpen om vol ontzag naar te staren. De film laat me steeds achter met het gevoel van een vluchtige, verre, maar mooie droom, waar ik wanhopig aan vast wil houden.

 

Bram Stoker’s Dracula (1992)

Wat de meestercineast achter kaskrakers zoals The Godfather en Apocalypse Now bezielde om deze Dracula-adaptatie te verfilmen, blijft voor mij een mysterie. De film houdt vast aan het boek van Bram Stoker, dus kenners van de klassieker zullen allesbehalve verrast zijn over de plotontwikkelingen. Toch kan Francis Ford Coppola zijn unieke visie kwijt in zijn film, waardoor er een haast onimiteerbare sfeer heerst. Het gotisch kasteel van Dracula omringd door de dorre berglandschappen van Transsylvanië worden afgewisseld met het moderne stadsleven van hogere kringen in het Londen van 1890. De film bruist van stijlelementen, zoals het gebruik van verschillende lagen in frames. Dat wordt bijvoorbeeld gehanteerd wanneer een pittoreske doorreizende trein wordt getoond met daarbovenop een grote afbeelding van een dagboekinvulling. Andere opmerkelijke visuele trucs, zoals de schaduw van Dracula die zijn ware intentie verraadt, de charmante practical effects en de extravagante kostuums dragen allemaal verder bij tot de visuele magie van deze film. Dracula mag bijvoorbeeld verschijnen op verscheidene unieke en gruwelijke manieren. Zo wordt hij betrapt door Van Helsing, maar schrikt de vampierkenner op zijn beurt wanneer Dracula eruitziet als een mix tussen vleermuis en mens. Verder spelen er veel grote sterren mee in de film, waaronder Keanu Reeves en Anthony Hopkins. Deze horrorfilm voelt vooral aan als een prachtige koortsdroom en is een absoluut unicum in het genre.

 

Paddleton (2019)

Dit is zeker geen gemakkelijke film om door te geraken. De film is gedistribueerd door Netflix zelf, maar lijkt vergeten te zijn in een enorm sterk filmjaar. Paddleton (niet te verwarren met de schattige beer Paddington) gaat over de verschillende manieren waarop twee vrienden omgaan met het feit dat een van hen gediagnosticeerd wordt met terminale kanker. De twee vormen hun connectie voornamelijk door paddleton te spelen, hun eigen twist op padel waarbij ze de bal via een muur in een ton moeten kaatsen. Natuurlijk is de film niet uitsluitend emotioneel zwaar. Alexander Lehmann, de cineast en schrijver, probeert het geheel luchtiger te maken door er humor in te verwerken. Die laag van hilariteit maakt het doorgaans gemakkelijker om moeilijke plotontwikkelingen te verteren. Verwacht dus zeker dat je enkelere keren al huilend zult lachen. Het wondermooie en pure aan deze film is de tedere vriendschappelijke relatie die de twee mannen met elkaar vormen. Ze zijn beiden buitenbeentjes die noch een romantische relatie, noch veel vrienden hebben. Het is dan ook enorm ontroerend om hun interacties te zien. De scènes waar ze samen slechte gevechtsfilms kijken, is zeer herkenbaar. Ze zijn perfect voor elkaar, desondanks hun karakterverschillen. Laat dat vooral een les zijn om mensen die je nauw aan het hart liggen des te meer te appreciëren!

 

The Lure (2015)

Een musical met zeemeerminnen zal voor alle Disneyfanaten een belletje doen rinkelen, maar ze zullen wellicht gechoqueerd zijn bij het bekijken van deze duistere versie. Wanneer een Poolse rockband twee zeemeerminnen rekruteert, stijgt hun act in populariteit. Die symbiose begint te breken als een van de twee een romantische relatie aangaat met de gitarist. Zo wordt de dromerige extase van hun optredens uiteindelijk vervangen door bloederige horror wanneer de scherpe tanden van de zeemeerminnen tevoorschijn komen. Deze film is zeker niet geschikt voor de gevoelige kijker, maar is een absolute must-see voor mensen die op zoek zijn naar een pareltje buiten de mainstream. Een horrormusical is een genremix die niet vaak voorkomt, maar de mix is wel vaak enorm geslaagd. Ik denk dan bijvoorbeeld aan Little Shop of Horrors en The Rocky Horror Picture Show. Met The Lure is dit genre wondermooi gebruikt om de mooie en vieze kantjes van het nachtleven op te zoeken. De film trekt je naar binnen met haar aantrekkelijke beelden en verleidelijke muziek. Zodra je je comfortabel voelt in deze gouden kooi, wordt de doos van Pandora geopend en slaat de chaos toe.

 

Princess Mononoke (1997)

De films van Studio Ghibli zijn allesbehalve onbekend en velen ervan staan inmiddels in het assortiment van Netflix, maar toch zullen niet veel mensen deze parel gezien hebben. Dat komt wellicht doordat veel mensen zich laten afschrikken door anime of juist omdat deze film in de schaduw staat van meer prominente Studio Ghibli-films. Ik vind Princess Mononoke alleszins de meest impressionante en ambitieuze productie van Studio Ghibli. Het thema klimaatbescherming neemt aan de hand van een oorlog tussen mens en natuur epische proporties aan. Hordes everzwijnen mogen het bijvoorbeeld opnemen tegen een in de minderheid zijnde leger. Buiten die ecologische kern wordt woede als thematiek ook uitgewerkt. Woede neemt in de vorm van een ziekte lichamen over, waardoor het beoordelingsvermogen verduistert en het land snel overspoelt met conflicten. De animatie is prachtig en brengt de creaties van cineast Hayao Miyazaki helemaal tot leven. Ook al is de film hier en daar verbeterd door CGI, wordt de film grotendeels geanimeerd via traditionele 2D-tekeningen. Die authentieke look-and-feel leidt tot bloedmooie beelden die je wilt inkaderen en ophangen. Verder wordt het animatiemedium fantastisch gebruikt om het verhaal te vertellen. Zo komt het magisch bos, behuisd door mythische flora en fauna pas echt tot zijn recht. De wereld wordt dermate tot leven gewekt dat het haast een echte locatie lijkt die je kan bezoeken.



doorbraken

21/03/2023
🖋: 

“Groepswerken, in het hoger onderwijs ontsnap je er niet aan.” Met die gevleugelde woorden leidt Otto-Jan Ham steeds de voorlaatste ronde van De Campus Cup in. Als het aan de Vereniging Tegen Groepswerken (VTG) ligt, behoort die werkelijkheid weldra tot het verleden. De organisatie, die begin dit semester het levenslicht zag, nam een vliegende start met de publicatie van een kritisch manifest.

“Mijn aversie tegen groepswerken gaat terug tot mijn middelbareschooltijd”, vertelt Simon Olo, oprichter van de VTG. “Hoewel ik een gedreven student ben, ging ik in het laatste jaar de mist in met een opstel over het zwemgedrag van dassen in de Maasvallei. Ik raakte in tijdsnood omdat de medestudent met wie ik moest samenwerken nooit antwoordde op mijn berichten. Akkoord, uiteindelijk waren we geslaagd voor de opdracht, maar wel met de hakken over de sloot. Aanvankelijk verdrong ik die slechte ervaring, maar toen ik in mijn eerste jaar aan de universiteit een groepspresentatie moest geven waarbij ik helemaal alleen voor de aula stond, was de maat vol. Die avond schreef ik een vlammende tekst waarin ik het concept groepswerk met de grond gelijk maakte, de basis voor het latere manifest.”

“Voor alle duidelijkheid, niet alleen luie studenten maken groepswerken een hel”, vult S. Olo, notulist van de VTG aan. “In mijn tweede bachelor moest ik verplicht een paper schrijven met een betweter die ongevraagd mijn tekst herschreef. Ik ben dat pas later te weten gekomen toen mijn prof mij aansprak over de vele spellingsfouten in onze opdracht. Terwijl ik mijn tekst meerdere keren had nagelezen, had mijn groepsgenoot in de herwerkte versie nauwelijks aandacht besteedt aan spellings- en grammaticaregels.”

“Groepswerken zijn niet zo onschuldig als ze lijken”, stelt S. Olo, communicatieverantwoordelijke van de VTG. “Google en Microsoft verdienen grof geld met groepswerkprogramma’s zoals Drive en Teams. Multinationals houden heel dat systeem in stand ten koste van al het leed onder studenten.” Bij de ondertekenaars van het manifest klinkt een ander geluid: “Extraverten zijn de grote boosdoeners. Ze laten al het werk over aan hun ‘stille’ groepsgenoten om achteraf met de pluimen te gaan lopen. Het wordt hoog tijd dat introverten hun stilzwijgen doorbreken en op de voorgrond treden om die wantoestanden aan te kaarten”, vertelt een ondertekenaar die liever anoniem wil blijven.

Ondanks de populariteit van de VTG, is de ondemocratische bestuursstructuur van de vereniging niet onbesproken. Kritiek die in slechte aarde valt bij S. Olo, ombudsman van de VTG: “Het gebrek aan diversiteit in het bestuur is niet noodzakelijk negatief. Nu ik alle touwtjes zelf in handen heb, loopt de vereniging als een geoliede machine. Wat je zelf doet, doe je namelijk altijd beter.”



het laatste woord

21/03/2023
🖋: 
Auteur

Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten te hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze editie jeugden we onze denkrimpels weg.

Ken je dat gevoel? De tijd blijft genadeloos voorbijflitsen. Een vreselijk angstaanjagend gevoel overvalt me elke keer wanneer ik wakker word en in de spiegel kijk. Is dat nu een rimpel? Zie ik daar een grijze haar? Met elke dag die passeert, voel ik dat ik ouder word. Om dat nare gevoel te verdringen, begin ik maar te jeugden. Ik ga scrollen op TikTok om te zien wat er allemaal leeft in het online universum. Het eerste wat ik te zien krijg op mijn For You Page, is een jongeman die stellig verkondigt: Als je tweeëntwintig jaar oud bent en nog steeds geen tomaten eet, grow the fuck up. Based, vind ik zelf. Ik repost de video en ga verder.

Ik vraag me af hoe het gaat met de beef tussen Hailey Bieber, Kylie Jenner en Selena Gomez. Het internet kwam er namelijk achter dat Hailey en Kylie totale bitches zijn, allegedly. Ze zijn mean girls die Selena ridiculiseren op basis van haar uiterlijk. De tea is vandaag extra juicy, er circuleren tientallen video’s van Hailey en Kylie die zich gemeen gedragen. Ik verkies uiteraard team Selena, dus ga ik naar Instagram om Hailey en Kylie te ontvolgen. Hoewel ik besef dat ik meedoe aan cancel culture, geef ik mezelf toch een schouderklopje. Ik ben weeral volledig up-to-date. Om mezelf gerust te stellen denk ik maar even niet aan het feit dat deze beef al lang passé zal zijn bij de publicatie.

Toen ik verder scrolde vertelde iemand op de For You Page me dat het seksistisch is om een team te kiezen. Dat is polariserend. Shit, ben ik dan niet woke? Ik dacht dat ik volledig mee was. Zit ik in mijn flop era? It’s not serving cunt. Hoog tijd om verder te jeugden, straks krijg ik weer een existentiële crisis. Ik jeugd dus ik besta.

Ik kijk na het jeugden even in de spiegel voor ik naar de les vertrek. Tot mijn grote opluchting merk ik dat al mijn rimpels en grijze haren zijn weggeëbd. Slay, denk ik bij mezelf. Eenmaal in de les aangekomen, krijg ik verschillende keren jaloerse blikken van mijn fossiele medestudenten. Ze begrijpen mijn jeugdige hypertaaltje niet, maar dat is niet mijn probleem. Hun pogingen om mij te cancelen, raken me niet. Ik heb wel wat beter te doen dan luisteren naar hun wanhopige pogingen om mij om te vormen tot een millennial.



editoriaal

21/03/2023
🖋: 

Soms heb ik zo van die periodes dat een aspect van mijn leven plotseling volledig omgegooid moet worden: nieuwe patronen, gewoontes en structuren om een leven overeind te houden. Gewoon. Ineens. De wereld wordt anders bekeken, mijn wezen in een nieuw kleedje. Een prachtige metamorfose! Dit is de saga over hoe ik mijn beste schoolslag boven haalde na jaren van onbruik.

Het type persoon om alles in één keer te veranderen, ben ik gewoonlijk niet – anders zou ik waarschijnlijk na tien jaar weleens hebben overwogen om mijn haar op een andere manier te laten knippen. Er is veel aan mij dat precies hetzelfde blijft. Die existentiële zwembandjes zijn fijn om in de buurt te hebben, zou je kunnen zeggen. Niets verwarmt mijn ziel zoals een goede kop thee, bijvoorbeeld. Discipline is een harde heelmeester. De komida was beter toen je de kroketjes mocht bijhalen. Mijn zang klinkt alleen maar mooi in de douche en al helemaal als ik het niet zelf moet horen.

Al die constanten ten spijt besluit ik eens om mezelf te verrijken met een ander gedacht. En ta-da! Ik stap af van een wellicht ongegronde hekel aan midirokken en mokka-ijs. Ik denk aan een soloreis, ondanks mijn periodiek wederkerende angsten om eeuwig te verdwalen in de krochten van een obscuur oord. Ik gebruik de solden als excuus om een badpak te kopen dat ik maanden in de kast laat hangen en plons dan eens een zwembad in. De vaste zwemmers keken meewarig bij het wellicht bevreemdend trage tempo en ik weet niet zeker of de prestatie er een was om over naar huis te schrijven, maar ik kwam als een parmantig paraderende waterrat uit dat bad. Een nieuw mens ben ik, herboren in chloor en met een gevoel voor een goede hyperbool.

Toegegeven, het is een kleine beslissing en na drie alinea’s vraag ik me werkelijk waar af of ik écht geen spannendere dingen te vertellen heb (het antwoord is nee), maar bovenstaande gedachtegang was er wel. Vastroesten is tijdelijk van aard, al lijk ik dat niet altijd even goed te onthouden. Maar tot ieders verbazing, of misschien gewoon die van mij, was er niemand om me tegen te houden en me met de vinger te wijzen dat zo’n beslissing wel erg atypisch was. Een week later ging ik zowaar terug. Binnenkort zwem ik die vaste klanten wel voorbij.



BookTok

21/03/2023
🖋: 
Auteur

Op zondag 26 februari trok ik met scherpe pen en nieuwsgierig hoofd naar KUUBFEST, een feestelijk evenement ter ere van de opening van de jongerenbib van bibliotheek Permeke. Uit het talrijke assortiment van workshops, lezingen, expo’s en andere gekkigheden koos ik om het panelgesprek over BookTok bij te wonen. BookTok wekt een enorme interesse in mij op omdat het fenomeen zo vaak besproken wordt op mediaplatformen, al merk ik dat enkele kritische vragen en bemerkingen onderbelicht worden in het mediadebat over BookTok. Ook tijdens het panelgesprek viel me op dat kritische reflectie uitbleef.

BookTok is een gemeenschap die zich vestigt op TikTok. Booktokkers zijn de mensen die deel uitmaken van die online gemeenschap. Ze maken video’s over hun favoriete, of niet zo favoriete, boeken. Het gaat dan voornamelijk over Engelstalige adolescentenliteratuur. Denk daarbij aan reviews, aanbevelingen, leesverslagen en shoplogs. Die laatste is een video waarin booktokkers laten zien welke nieuwe boeken ze gekocht hebben. Dat soort video’s worden enorm vaak bekeken. Waarom? Booktokkers doen vaak veel moeite om hun video’s te doen passen in een bepaalde aesthetic. Ik vind het persoonlijk spijtig dat er zoveel aandacht besteed wordt aan de esthetische waarde van een boek; dat is niet waar lezen om gaat, lijkt me. Daarnaast zijn de boeken die de tiktokkers in de kijker zetten razend populair.

 

drie booktokkers over het fenomeen

Het panelgesprek dat ik bijwoonde bestond uit drie booktokkers: caitlynlovegood (Caitlin), theboyreadsbooks (Jonas) en latteandliterature (Nina). Het gesprek was teleurstellend: enkel de positieve aspecten van BookTok werden belicht. Zo ging het herhaaldelijk over BookTok als een fijne gemeenschap, maar dat vind ik nogal lui. Als je meer dan 20.000 volgers hebt op TikTok, kan ik geloven dat het voor jou een fijne gemeenschap is. Daarnaast brachten de vragen amper diepgang in het gesprek. ‘Wat zijn jullie favoriete boeken?’, ‘Hebben jullie tips om meer te gaan lezen?’ en ‘Wat vinden jullie het leukste aan BookTok?’ zijn leuke vragen om het gesprek mee te openen, maar het panelgesprek propte twee uur vol met zulke vragen. Toen het na die twee uur eindelijk tijd was voor vragen van het publiek, was ik me toch al enige tijd aan het frustreren aan de hoerasfeer die het gesprek domineerde.

De booktokkers belichtten graag dat BookTok jongeren aan het lezen zet. Dat klopt, jongeren lezen aanzienlijk meer door BookTok. Dat zie je ook aan de verkoopcijfers van adoloscentenboeken. Daar maak ik toch graag een kritische noot bij. De razendpopulaire booktokboeken zijn voornamelijk Engelstalig. Wanneer er toch eens een Nederlandstalig boek verschijnt, gaat het vaak om een vertaling vanuit datzelfde Engels. Een zelfde stijging van de verkoopcijfers van Nederlandstalige boeken blijft uit. Je zou kunnen denken dat Engelstalige boeken een opstapje zijn om ook meer Nederlandstalige boeken te gaan lezen, maar dat lijkt me sterk wanneer ik kijk naar de content van bekende booktokkers. Dat is spijtig, zo geraken lezers vervreemd van de rijke literatuur die er is in het Nederlands.

Caitlin stelde dat de Engelstalige markt van young adult fiction zoveel breder en diverser zou zijn. Dat kan goed zijn, maar ik kon mezelf niet bedwingen om te denken dat ze gewoon nog niet zo goed gekeken hadden naar de Nederlandstalige markt. De booktokkers vonden het wel jammer dat er voornamelijk Engelstalige boeken in de kijker worden gezet, maar waren het er unaniem over eens dat lezen in het Engels gewoonweg leuker is. Ze voelden zich dan ook niet aangesproken om daar zelf iets aan te veranderen. Het is de overheid die meer zou moeten investeren in Nederlandstalige adolescentenfictie, want dan zouden die boeken ook meer in de kijker gezet worden. Een gemakzuchtig antwoord, dacht ik eerst. Als ik er nu op terugkijk, zit daar misschien wel iets in. Wat doet de overheid om kinderen en jongeren te doen lezen?

 

de overheid en lezen

Ik nam eens een kijkje op de website van de Vlaamse overheid, maar dat was vrij teleurstellend. Ik kwam terecht bij Het Leesoffensief, een project dat op poten werd gezet door verschillende departementen binnen de Vlaamse overheid. Het project is er gekomen naar aanleiding van de slechte resultaten die Vlaamse kinderen tussen de tien en vijftien jaar behalen op begrijpend lezen. We staan in de vergelijking die Progress in International Reading Literacy Study (PIRLS) maakt op de 32e plaats van 45 landen. Dat is enorm alarmerend. Wat doen we daaraan? De Vlaamse overheid startte de campagne ‘Vrienden voor het Lezen’, met als briljante insteek: zien lezen, doet lezen. “De campagne roept leerkrachten, ouderverenigingen, ouders, maar ook kinderbegeleiders en cultuur- en welzijnsorganisaties op om lezen meer tijd en aandacht te geven”, stellen ze. Dat vind ik weerzinwekkend typisch van de Vlaamse overheid. In dat opzicht geeft Caitlin eigenlijk een heel zinnig antwoord. Wat doet de Vlaamse overheid eigenlijk zélf om jonge, opkomende schrijvers te stimuleren? Met wat meer stimulans zou er misschien meer relevante Nederlandstalige literatuur op de markt komen die jongeren wél enthousiast maakt.

Na wat zoekwerk vond ik een initiatief dat binnen het leesoffensief past, auteursresidenties. De website legt kort uit wat dat juist zijn: “Een auteursresidentie is een intensief traject dat focust op zwakke lezers en niet-lezers. Een auteur gaat een semester lang in een school met de leerlingen aan de slag rond lezen én schrijven”. Op het eerste gezicht klinkt dat als een heel erg fijn en nuttig initiatief en dat zal het ook wel zijn. Toch kan ik het niet laten om daarbij nog even te vermelden dat het initiatief bedoeld is voor scholen die opleidingen aanbieden in dubbele of arbeidsmarktfinaliteit (voormalig TSO en BSO). Daar stel ik mij enorm veel vragen bij. Is die beslissing gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek? Is de leesvaardigheid van leerlingen uit de A-stroom dan zoveel beter? Verslinden zij wél massaal Nederlandstalige literatuur? Dat lijkt me sterk. Daarnaast wil ik nog een laatste punt van kritiek uiten op deze campagne. Auteurs moeten zich namelijk zelf inschrijven om hieraan deel te nemen. Ten eerste zijn de toelatingscriteria enorm vaag. Er staat enkel dat de auteurs bij voorkeur relevante ervaring hebben, bijvoorbeeld met creatief schrijven in het onderwijs. Daarnaast vraag ik me af hoe de campagne opkomende auteurs bereikt. Wanneer ik naar de getuigenissen van deelnemers kijk, merk ik tot mijn grote spijt op dat dat niet echt het geval is.

 

individuele verantwoordelijkheid

Naast het feit dat booktokkers vaak enkel Engelstalige boeken promoten, zijn de boeken ook erg regelmatig seksueel getint. Dat is op zich geen probleem, maar wanneer BookTok ook jongere kinderen aantrekt, is dat toch enigszins problematisch. Soms bevatten de boeken flagrante seksscènes, al dan niet met menselijke participanten. Kinderen willen mee op de hype springen en willen dezelfde boeken lezen als hun favoriete TikTokker. Is het dan aan de medewerkers van de bibliotheek om hen tegen te houden? Het is een heel lastige kwestie; enerzijds willen we kinderen en jongeren doen lezen, anderzijds is het toch belangrijk om kritisch te blijven kijken naar hun leesvoer. Zijn booktokboeken gepast om aan eender welke jongere mee te geven? Dat vind ik niet het geval.

Hoewel BookTok jongeren doet lezen, is de impact ervan niet enkel positief. Het is enorm belangrijk om Vlaamse jongeren te doen lezen, liefst in het Nederlands. De literatuur die aangereikt wordt op BookTok is echter niet optimaal voor Vlaamse jongeren en kinderen. Die verantwoordelijkheid kan je niet alleen bij booktokkers leggen. Het is niet de bedoeling dat individuen het draagvlak worden van zoiets cruciaals als de leesvaardigheid van onze kinderen en jongeren. De initiatieven van de Vlaamse overheid schieten daarin enorm tekort. Toch zou ik graag wat meer Nederlandstalige werken de ronde zien doen op BookTok. Ik geloof er niet in dat er niets te vinden valt in de Nederlandstalige literatuur dat aansluit bij de poëtica van BookTok.