Vele studentenclubs ontlenen hun identiteit grotendeels aan de studierichting waaruit zij ontstaan. Daarbij denk ik vooral aan SOFIA (Rechten), de WIKINGS (TEW en handelsingenieur), Aesculapia (Geneeskunde) en aan iets kleinere clubs als KLIO (Geschiedenis) en KDA (Chemie). Allen gaan zij er prat op dat zij de ware pleitbezorgers zijn van de studenten van “hun” studierichting. Toch zijn er ook nog andere clubs, misschien niet zo bekend of groot, die vaak al jaren bestaan. De gemeenschappelijke basis waar zij van uitgaan is niet die van een specifieke opleiding, maar wel de voorliefde voor één of andere activiteit.
Omdat bier aanzien wordt als een belangrijke schakel binnen het clubgebeuren is het niet zo onlogisch dat er bepaalde clubs gevormd worden op basis van die passie voor het goddelijke gerstenat. De liefhebbers van Duvel komen zo aan hun trekken bij Abundantia en de onvoorwaardelijke fans van brouwerij De Koninck kunnen terecht bij Prosit Rex. Daar kunnen zij deelnemen aan het jaarlijkse galabol(leke). Op hun website worden ook nog vele recepten vermeld waarvoor het door hen geliefde bier als ingrediënt kan dienen. Deze clubs slaan overigens twee vliegen in één klap omdat hun belangrijkste sponsor tevens ook hun drankleverancier is. Soms kan het leven toch eenvoudig zijn.
De UA profileert zich als een volwaardige universiteit naast de grote broers Leuven en Gent, wat er voor zorgt dat er ook vele studenten worden aangetrokken van buiten het Antwerpse. Een aantal onder hen hebben in het verleden besloten om een club op te richten voor streekgenoten. Zo kunnen jongelui uit West-Vlaanderen zich aansluiten bij de Westkanters of Westlandia (deze laatsten komen vooral uit de streek rond Ieper, Veurne en Poperinge) en hebben de mensen uit Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant zich verenigd als de Klauwaerts. Tenslotte kunnen de vele studenten uit de Kempen terecht bij Nordkempus, waarvan de hele website werd opgesteld in het dialect.
Op sportvlak is er het nieuw opgerichte Alveus dat alle liefhebbers van pool of andere biljartsporten wenst te verenigen. Ook nog het vermelden waard zijn de Antwerpse Bierpetanquers. Op de kaaien combineren zij het drinken van bier en petanque. Dit kan een pijnlijke ervaring zijn voor mensen die sandalen dragen. De holebi's hebben zich dan weer gegroepeerd binnen De Flamingo's. Zij bieden evenementen aan als de 'potte en jeanette cantus' en een tv-marathon van het onvermijdelijke 'Queer as folk'. De cantussen van Vader Vagantse zijn dan weer bijna uitsluitend bestemd voor het vrouwelijke deel van de studenten, of zoals zij het zelf zeggen: “off-limit voor diegenen met een 11de vinger.” Een andere kleurrijke verschijning is Amentia, naar eigen zeggen de Reggaeclub van Antwerpen.
Ook de politiek kan een solide basis vormen voor een studentenclub. Zowel Democratia als EKA (Europakring Antwerpen) zijn eerder neutraal van instelling maar hebben beide een divers arsenaal aan politiek gekleurde activiteiten. Verenigingen zoals LVSV (Liberaal Vlaamse Studentenverbond) en de radicaal Vlaams-nationalistische NSV zijn dan weer geënt op een bepaalde politieke stroming. Ichtus vertrekt vanuit een levensbeschouwelijke inslag. Zij zien zichzelf als een christelijke studentenclub en houden naast de gewonere culturele en sportieve activiteiten ook regelmatig thema-avonden die gaan over verantwoord bier-, excuseer, bijbelgebruik. Tenslotte nog twee clubs voor de minder alledaagse studenten: ESN Antwerp zorgt ervoor dat de buitenlandse studenten en Erasmusgangers niet in de kou blijven staan. Ze bieden hen een sociaal netwerk van activiteiten en ontmoetingen. Ex-studenten die thans deel uitmaken van de beroepsbevolking, maar hun studententijd nog niet ontgroeid zijn, kunnen hun lusten nog steeds botvieren bij SADO (Studentikoos Antwerpen Door Oudjes), onder het motto 'jong geleerd, is oud gedaan'. Anderen zouden daaraan durven toevoegen dat men een oude aap geen smoelen moet leren trekken.