we zijn met te veel

en wiens schuld is dat?

09/01/2023

Zijn we met te veel? Sinds die verdraaide acht miljard mensen weerklinkt het thema overbevolking meer en meer in de gesprekken aan de koffietafel. Fons Jena was ons voor: in 2021 kwam We zijn met te veel uit, een boek dat uiteenzet wat overbevolking is en wat we eraan kunnen doen.

“Ik merk dat het onderwerp overbevolking de laatste jaren meer aandacht krijgt”, zegt Jena. “Tegelijkertijd merk ik een groeiende weerstand. Als een krant over overbevolking bericht, is het artikel dikwijls niet erg kritisch of wordt er zelfs beweerd dat we ons geen zorgen hoeven te maken. Zo hoor je vaak dat het een probleem van overconsumptie is, niet van overbevolking.” In We zijn met te veel gaat Jena sterk in op dat idee van overconsumptie. Hoewel het natuurlijk niet erg is om minder te consumeren, wijdt hij een groot deel van zijn boek aan uitleggen waarom consumptie verminderen niet genoeg kán zijn. Een belangrijk argument in dat opzicht gaat door op Jena’s ecocentrische visie op overbevolking. De mens is tenslotte niet alleen op deze planeet: ook andere soorten moeten kunnen gedijen op aarde. Daarom is het essentieel om de aarde niet herbergzaam te maken voor mensen alleen. Het zet de toon van het boek wel: het belicht overbevolking op een net iets andere manier dan media zoals kranten meestal doen.

Het meest interessante deel van het boek kwam na de theorie en de algemenere uitleg rondom overbevolking. Wat doen we eraan? Het is een heet hangijzer, iets wat Jena ook zelf toegeeft. “Het ligt gevoelig”, zegt Jena. “Veel mensen nemen het persoonlijk op, alsof ze bijvoorbeeld iets fouts zouden hebben gedaan als ze kinderen hebben, maar daar gaat het natuurlijk niet om. Ook het migratiedebat, wat ontzettend gepolariseerd is, mengt zich ertussen.” Een voorbeeld daarvan hoeven we niet ver te zoeken: We zijn met te veel werd ook ter sprake gebracht op de beruchte lezing van Filip Dewinter op 27 oktober 2022 aan UAntwerpen. “Ik wil het onderwerp bespreekbaar maken op basis van feiten en daaruit volgende inzichten. Ieder is vrij om die info te gebruiken en delen, ook politieke partijen, zolang dit op een inhoudelijke correcte en genuanceerde manier gebeurt. Maar dat wil niet zeggen dat wanneer een partij de info gebruikt, dat ik ook achter die partij sta.”

Andere hete hangijzers schuwt Jena evenmin in We zijn met te veel. Het populistische idee bestaat dat vooral mensen uit het Mondiale Zuiden minder kinderen moeten krijgen en dat overbevolking bijgevolg minder een probleem in het westen is. “We krijgen weleens de reactie dat we ons verhaal misschien maar eens dáár moeten gaan verkondigen. Wáár is dat niet: onze ecologische voetafdruk is enorm in vergelijking met de zuiderse voetafdruk. Als we de bevolkingsdruk in het rijke westen doen afnemen, hebben we daarmee een veel grotere impact. In mijn boek probeer ik duidelijk te maken dat het een probleem van overal is. Omdat wij rijk zijn en in arme landen omdat zij ooit rijk zullen zijn.”

In We zijn met te veel concretiseert Jena een voorstel voor maatregelen rond overbevolking, iets wat elders regelmatig vaag blijft. Naast kwaliteitsvol onderwijs voor iedereen en een focus op gendergelijkheid stelt hij financiële stimulansen voor, zoals een belastingvrijstelling voor koppels met maximaal twee kinderen. De concretisering vind ik een pré van het boek: daardoor wordt het behapbaarder. Niet alle voorstellen zijn concreet: waar ik zeker achter gendergelijkheid sta, blijft het wat vaag hoe je dat effectief behaalt. Tegelijkertijd is dat niet de focus van het boek: misschien verwacht mijn nieuwsgierige aard te veel.

Als kleinschalige ‘maatregel’, waar ik me wél wat bij kan voorstellen, stelt Jena dat het voor gewone mensen vooral van belang is om het thema steeds ter sprake te brengen. “Recentelijk hebben onze Franse lotgenoten, Démographie Responsable, een poll gedaan in samenwerking met een professioneel bureau. Daaruit bleek dat 72% van de Fransen ervan overtuigd is dat overbevolking een probleem is. Er is een groot verschil tussen de opinie van de burgers en de realiteit in de media en in het beleid. Ik vermoed dat België een gelijkaardige kloof heeft. Maar daarom is het des te belangrijker dat wij, gewone burgers, het onderwerp op tafel leggen.” Die lotgenoten verwijst naar MinderMensen vzw, een vzw die het onderwerp van overbevolking op de sociale en politieke agenda wil zetten in Vlaanderen. Samen met de andere leden wil Jena overbevolking meer aandacht geven.

We zijn met te veel is alsnog slechts één kant van het verhaal. Er is veel tijd en expertise in het schrijven van het boek gestoken en dat merk je, maar waar de eigen argumenten duidelijk uiteengezet worden, wordt er soms weinig aandacht besteed aan andere zijden van het verhaal. Waarom verkiezen zo veel mensen het overconsumptieverhaal, tenslotte? Jena staat er niet volledig achter en legt uit waarom, maar als leek voel ik me in de richting van andere boeken gestuurd om daarover meer te leren. Dat hoeft niet per se een zwakte te zijn. Het boek heeft een duidelijke focus, maar als lezer bleef ik met enkele vragen zitten zonder goed te weten waar ik kon beginnen met het zoeken naar antwoorden.

Al bij al is We zijn met te veel een heldere introductie tot het debat rond overbevolking en een duidelijke uiteenzetting van Jena’s visie. Nergens is het boek belerend, maar juist uitnodigend: discussiëren mag. Doe gerust. Dan wordt er op zijn minst over gepraat.