doorbraken

20/02/2023
šŸ–‹: 

De vakevaluaties zijn essentieel voor de verbetering, de concretisering, de democratisering en de nominalisering van het onderwijs, aldus UAntwerpen. Dat verklaart waarom de mening van elke student, hoe verbitterd en zelfgenoegzaam ook, ertoe doet en waarom die mening invloed heeft op het carrièrepad van de docent.

dwars sprak met Cel voor Innovatie en Kwaliteitszorg in het Evalueren (CIKE). De cel organiseert in bijberoep de onderwijsevaluaties. Hun woordvoerder Conny Beijter: ā€œNatuurlijk vinden we het belangrijk dat de universiteit kwaliteitsvolle lessen kan aanbieden aan haar studenten. Anders doen wij ons job niet goed, heĢ€. We willen dat elke student kan afstuderen met vier verrijkende jaren achter de rug.ā€ Bij de vraag of dat ook gold voor studenten die langer dan slechts vier jaar studeren, antwoordde Beijter prompt: ā€œWij staan garant voor vier.ā€

Naast studenten herbergt de universiteit natuurlijk veel docenten en professoren. ā€œOok voor hen willen we garant staan voor een continue stroom aan feedback, opdat zij kunnen groeienā€, legt Beijter uit. ā€œHet is een fast-paced omgeving waar docenten verschillende petjes dragen, waartussen ze snel moeten schakelen.ā€ Een kritische stem vertelde ons: ā€œDe vaardigheden die vereist zijn om een succesvolle docent te zijn, worden voorlopig nog niet aangeleerd in een vak.ā€ Beijter knikt. ā€œDat klopt. We willen zo’n vak graag aanbieden, maar we hebben tot nu toe nog niemand kunnen vinden die hun lessen niet begint met de gecontesteerde bewering dat multitasken niet bestaat. Daarom moeten onze ZAP’ers (zelfstandig academisch personeel, onder andere docenten, n.v.d.r.) dat in de praktijk leren. Dat is natuurlijk niet zo gemakkelijk, daarom dienen de verplichte vakevaluaties als een manier om feedback te genereren, zodat onze personeelsleden verbeterpunten aangeleverd krijgen zonder dat we bijkomend personeel moeten inhuren om onze docenten in de gaten te houden. De input van studenten is daarbij een essentiële tool om consistent feedback te kunnen geven. Tenslotte wordt niet elke controverse opgenomen en een paar Twitterrelletjes zijn niet genoeg om onze docenten scherp te houden.ā€

Dat leidt tot het controversiële ontslag van professor Vanklasse. Volgens een online petitie met meer ondertekeningen dan studenten in de faculteit is het ontslag onterecht omdat Vanklasse een van de betere lesgevers was en afgelopen zomer nog een student uit een brand redde. Beijter: ā€œWe zijn op de hoogte van de respons. Jammer genoeg werd het onmogelijk om Vanklasse verbeterpunten aan te leveren en konden wij geen groeimogelijkheden garanderen. Kunt u het zich voorstellen? Zelfs de meest hardnekkige buizers vonden dat het aan henzelf lag en niet aan de docent. Zo kunnen wij ons werk niet doen. Studenten hoeven zich geen zorgen te maken: we hebben een docent ingehuurd die niet meer getoond mag worden op de VRT en bijgevolg ook niet op lesopnames mag verschijnen. Zie het als een win-winsituatie. Zo kunnen we ons ervan verzekeren dat studenten hun schrijfvaardigheden verder kunnen ontwikkelen in de vakevaluaties.ā€



edit(h)oriaal

20/02/2023
šŸ–‹: 
Auteur

Met een grote portie motivatie en goede moed begin ik aan het tweede semester van het academiejaar. De wallen van de afgelopen examenperiode zijn ondertussen bijna verdwenen na een welverdiende lesvrije week. De nachtmerries over naakt aankomen bij een examen zijn eindelijk in frequentie verminderd. Omdat ik dit jaar besloten heb om een goede student te zijn, zet ik alvast mijn computer aan om mijn eerste lessen voor te bereiden. Niets kan mijn gemoedstoestand dempen. Totdat ik mijn studentenmail openklik en die gevreesde onderwerpslijn verschijnt: ā€œEvalueer je docentenā€.

Ik slaak een zucht vanuit de diepste put van mijn ziel en sluit al bijna instinctief het programmavenster. Godverdomme, ik dacht dat we dat allemaal achter ons hadden gelaten: de faalangst, stress en nare dromen zijn net psychologisch verwerkt en het cursusmateriaal van vorig semester ligt al in de prullenbak. Aan die irritante professor van dat ene vak wil ik liefst niet eens meer denken – alleszins niet totdat de tweede zit begint. Wat is er zelfs gebeurd of gezegd in de les dat noemenswaardig genoeg is om een opmerking over te schrijven?

Dat de vakevaluaties daarbovenop ook verplicht zijn is een vinger op de wonde. Het is net alsof je opnieuw examens aan het afleggen bent, maar dan zonder punten, nut of feedback. Meer nog, de evaluaties vragen om mijn mening, geen harde feiten – ze zijn een soort meerkeuze-examen Filosofie met verantwoording. Hoe verwacht de universiteit dat wij onze gevoelens over een bepaald vak kunnen kwantificeren, terwijl onze gelaagde en complexe relatie met onze studie de simpele Likertschaal overstijgt?

Wat doet de universiteit dan ook met de resultaten? Wordt bovenstaande irritante professor op het matje geroepen en gedwongen om een masterclass ā€˜professioneel communiceren’ te volgen? Of vliegen de data de digitale archiefkast in, gedoemd om onaangeroerd tussen bestanden in langdurige opslag te zweven, totdat die vijfentwintig jaar later zonder pardon verwijderd worden? Beste lezer, ikzelf probeer er niet te veel aan te denken. Mijn studentenjaren hebben al zoveel papers uit mij geperst dat ik de universiteit geen gratis goeddoordachte teksten meer gun. Het is toch anoniem, zegt ze. Een speedrun later heb ik alle vakken afgevinkt en mag ik die hinderlijke e-mail deleten (Een vroege indiening betekent helaas niet dat je aan de herinneringsmail ontsnapt, n.v.d.r.). Nu is het semester eindelijk Ć©cht begonnen.

Genoeg geschreven voor vandaag. De voorbereiding van de lessen gebeurt morgen wel.



Bierman

20/02/2023
šŸ–‹: 

De pastor en het bier, er is geen duo dat meer onafscheidelijk is. Als pastorale superheld schrijft Gert Van Langendonck ons met zijn geestelijk vernuft op weg naar de beste smaken in het bierlandschap. Prosit!

Net als de rest van de christelijke wereld is Bierman ervan overtuigd dat de geschiedenis een opgaande lijn vormt, waaraan op het einde de voltooiing van alle mensenwerk wacht. Toegegeven: de klok van de Dag des Oordeels staat sinds dit jaar op negentig seconden voor het einde en de vier ruiters van de Apocalyps zadelen hun magere paarden dagelijks om ziekte, oorlog, honger en dood te verspreiden onder de mensenschare. Een mens zou van minder de moed dreigen te verliezen. Edoch, Thomas van Aquino zegt dat wanhoop een zonde tegen de liefde is en wie is Bierman om hem daarin tegen te spreken? De Katholieke Kerk sleurt – met veel vallen en opstaan – al anderhalf millennium een visioen van een nieuw Jeruzalem doorheen de tijd waar lijden en dood niet meer bestaan. Misschien werken of studeren ook aan onze universiteit hier en daar mensen niet enkel voor zichzelf, maar uit het oprechte verlangen om de wereld beter achter te laten dan hoe ze hem hebben aangetroffen.

Wie evenwel zoals Bierman alert is voor de tekenen des tijds, die zal vorige maand ongetwijfeld een gevoelige vertraging in de vaart derĀ volkeren gevoeld hebben. Het bier van de Achelse kluis – ergens diep in Limburg op de grens met Nederland gelegen – werd verkocht aan een private ontwikkelaar en het bier mocht zichzelf na 25 jaar geen trappist meer noemen. Sic transit gloria mundi.

De geboorte van een bier wordt doorgaans met grote trom aangekondigd. Bierman herinnert zich die van Achel nog levendig en later heeft hij bezieler en abt van Achel Dom Marc Galland enkele keren mogen ontmoeten in de Abdij van Orval, alwaar hij zijn oude dag doorbracht in de wetenschap dat zijn taak op aarde de voltooiing naderde. De dood van een bier daarentegen blijkt doorgaans enkel uit het feit dat het niet meer in de winkelrekken te krijgen is. Het is daarom met een bier zoals met een paradigma: een burcht die niet ingenomen, maar verlaten wordt. Dat in het geval van Achel de burcht uitzonderlijk wel voor het oog van Kerk en wereld gesloopt wordt met vers ondernemingskapitaal, lijkt koren op de molen van degenen die roepen dat het einde deze keer echt wel nabij is. Gelukkig is Bierman er nog in deze duistere tijden om u eraan te herinneren dat Achel als abdijbier zal blijven bestaan en dat de enige drie trappisten die er echt toe doen (Westmalle Dubbel, Rochefort 12 en Orval) onbedreigd blijven bestaan. Zolang die drievuldigheid niet instort, blijft studeren onverkort zin hebben.



poƫzie

20/02/2023
šŸ–‹: 

Beweeg het.

Wat?

– Exact dat.

Wat moet ik bewegen?

– Ja.

Wat zijn de leukste herinneringen die je ooit hebt gemaakt. Wat wil je nu echt.

Wat doe je morgen en de dagen erna.

Ā 

Wat maakt het leven zinvol. Dus alsjeblieft, beweeg het.



stuvers aan het woord

20/02/2023
šŸ–‹: 

Waar is de Studentenraad zoal mee bezig? Hun roze logo verschijnt te pas en te onpas in de mailbox, maar wat doen ze naast mailen? Achter welke nieuwe initiatieven aan de universiteit schuilt stiekem de Studentenraad, op welke manieren beïn- vloeden ze het dagelijks leven van de student? Om daarachter te komen neust dwars in de projecten van de Studentenraad. Deze maand lees ik het beleidsplan in – het wordt een druk jaar.

ā€œOm doelgericht te werk te gaan hebben we een beleids- plan opgesteldā€, zegt Arno Deceuninck, voorzitter van de Studentenraad. ā€œHet plan bevat de strategische doeleinden: per punt worden er concrete werkpunten opgesteld die bepalen hoe we de strategische doelen gaan halen. Wat onderwijs betreft, willen we ons ten eerste focussen op de begeleiding bij scripties. We horen vaak dat de begeleiding van de thesis moeizaam verloopt. Geen antwoord van de promotor, onduidelijke feedback... Eerst willen we een grote bevraging doen rond die begeleiding, zodat we de problemen in kaart kunnen brengen.ā€ Een tweede punt zijn verdoken studiekosten. ā€œPas na inschrijving weet je hoeveel je studieboeken kosten, dat je een licentie voor online oefeningen moet aankopen en ga zo maar verder. We willen meer transparantie over die kosten, zodat je vooraf weet hoeveel een bepaald vak je zal kosten. Of die kosten redelijk zijn voor studenten of niet, bekijken we eveneens.ā€

Een ander issue is het gebrek aan duidelijke en volledige informatie. Een breed probleem, volgens Arno: ā€œEen prof legt in de eerste les vaak op een slide de puntenverdeling uit, maar dan blijkt dat die op Blackboard anders is. Soms is de cursusinformatie zelfs helemaal leeg. Nog iets: er zijn bepaalde lesvrije dagen, maar niet alle richtingen houden zich daaraan. Studenten moeten tijdig de juiste informatie hebben.ā€

Een aantal dossiers neemt de Studentenraad mee van vorige jaren. Zo blijft blended learning relevant: welke technieken werken? Ook het dossier rond feestinfrastructuur en de problemen rond huisvesting blijven hot topics binnen de stuverwerking. ā€œOnze communicatie is ook een puntjeā€, zegt Arno. ā€œWe vinden het belangrijk dat studenten hun problemen laagdrempelig bij ons kunnen aankaarten. We willen erover nadenken wat kan helpen. Zo denken we aan een ideeënbox aan het STIP of een mailtje aan het begin van het jaar om toe te lichten bij wie studenten terecht kunnen.ā€

Arno stipt aan dat een aantal groepen studenten qua vertegenwoordiging voorlopig enigszins uit de boot valt. ā€œInternationale studenten hebbenĀ bijvoorbeeld specifieke problemen, maar ze worden nog niet altijd vertegenwoordigd. Dat willen we verbeteren.ā€ Andere groepen zijn bijvoorbeeld doctoraatsstudenten, Erasmusstudenten en micro-credentialsstudenten. ā€œMet onze Vlaamse partners (bijvoorbeeld de andere Studentenraden in Vlaanderen, n.v.d.r.) willen we overleggen hoe zij dat aanpakken, zodat we daaruit kunnen leren en onze werking kunnen verbeteren.ā€ Een algemener punt is studentenwelzijn. ā€œDat hebben we als een apart punt toegevoegd om het belang ervan voor ons te onderstrepen. We moeten zorgen voor een veilige, gezonde, leefbare studieomgeving. Bij elke activiteit van een studentenvereniging zou idealiter iemand met EHBO-ervaring aanwezig zijn, wat voorlopig nog niet vaak zo is. Ook moeten we erover waken dat de toegankelijkheid, betaalbaarheid en laagdrempeligheid afdoende blijft wat hulpverlening voor mentaal welzijn betreft.ā€



Close-up

20/02/2023
šŸ–‹: 

Wanneer de laatste weken van het eerste semester ingaan, verheug ik mij op de eindejaarsperiode. Voor een goed begrip: ik ben eerder een koele minnaar van de kerstdagen. Mijn kleerkast weert rendiertruien, ik loop met een grote boog rond wintermarkten en kersthits hebben hetzelfde effect op mijn gehoor als nagels op een krijtbord. Het jaareinde deugt slechts om één reden: de lijstjes met de beste albums van de afgelopen twaalf maanden.

Hoewel ik mijn tijd aan nuttigere dingen zou kunnen besteden zoals het in stand houden van mijn sociaal leven, het uitpluizen van nieuwsoverzichten en – als het echt niet anders kan – studeren, verslind ik deze kleinoden. Terwijl ik opsommingen van usual suspects en over-het-hoofd-geziene pareltjes tot mij neem, merk ik de afwezigheid van enkele persoonlijke favorieten op. Als dwarsredacteur met een voorliefde voor culturele underdogs wil ik zo’n ā€˜vergeten’ langspeler in de kijker zetten: Tresor van Gwenno.

Gwenno zette haar eerste stappen in de muziekwereld met The Pipettes, een girlsband die niet zou misstaan tussen The Ronettes en The Shangri-La’s. Met haar solocarrieĢ€re voert ze een andere muzikale koers. Debuutalbum Y Dydd Olaf ruilt het Engels in voor het Welsh. Opvolgers Le Kov en Tresor zijn dan weer een ode aan het Cornish, de taal van haar vader.

Terwijl de vorige platen muzikaal binnen de lijntjes kleurden, verkent Tresor nieuwe horizonten. Het pact met producer en levensgezel Rhys Edwards leverde een album op waar ambient, folk en dreampop een driehoeksverhouding aangaan. De alternatieve instrumentatie en de onberekenbare songstructuur zorgen voor een spanningsboog van 43 minuten en 5 seconden, die desondanks aangenaam in het gehoor ligt. DoorheenĀ dat alles springt Gwenno spaarzaam om met haar zoetgevooisde engelenstem. Gereciteerde strofes en lyrische refreinen wisselen elkaar zorgvuldig af.

Tresor, een plaat die grotendeels tot stand kwam in volle covidcrisis, trekt de kaart van de introspectie. De onzekerheden die gepaard gaan met het prille moederschap lopen als een rode draad doorheen het album. Tussendoor breekt Gwenno een lans voor het Welsh nationalisme, brengt ze hulde aan Saint Ives, de feeërieke badstad waar ze het album inblikte en bezingt ze het lokale megalithische monument MeĢ‚n-an-Tol, het Cornish antwoord op Stonehenge. Voor alle duidelijkheid: deze informatie pen ik neer zonder ook maar één woord te hebben begrepen. Mijn kennis van het Cornish is nihil, Google Translate doet niet aan Keltische talen en zelfs in de diepste krochten van het internet vindt men geen volledige vertalingen. Enkel obscure muziekblogs lichten een tekstueel tipje van de sluier.

Ondanks haar keuze voor Keltische talen is Gwenno wereldberoemd in eigen land. Met haar laatste worp sleepte ze zelfs een nominatie voor de Mercury Prize in de wacht. Aan de andere kant van het Kanaal blijft de muzikante helaas een nobele onbekende. Op een lovende recensie in De Volkskrant na, zwijgt de pers in alle talen. Is dit alles te wijten aan de Keltische songteksten? In de Lage Landen kan je nochtans doorbreken met een act in een onverstaanbare taal. Toeareg Mdou Moctar stond deze zomer op Pukkelpop, Sigur Rós heeft een trouwe schare fans en Het Zesde Metaal mikt ook al jaren op grotere zalen dan de parochiale kring van Gullegem, quod erat demonstrandum. Hoog tijd voor Gwennohype in Antwerpen en omstreken! Via deze Spotifycode vind je alvast de weg naar het wondermooie titelnummer Tresor. Bij voorbaat, graag gedaan voor de muzikale tip.



in dialoog

20/02/2023
šŸ–‹: 

Zes jaar geleden maakte ik een psychose mee. Een ervaring die me leerde dat er toen, maar ook de dag van vandaag, een taboe rond het onderwerp heerst. Mensen lijken vaak niet te weten wat een psychose inhoudt, waardoor een tekort aan kennis en bijgevolg ook een tekort aan begrip ontstaat. In dit artikel ga ik aan de slag om een stuk van dat tekort te verhelpen. Ik geef jullie een kijkje in mijn hoofd, waarbij ik door het delen van mijn persoonlijke ervaringen meer inzicht in de ervaring en het herstelproces kan geven. Ik wordt daarin bijgestaan door psychose-expert Stijn Vanheule, hoogleraar Klinische Psycholgie en Psychoanalyse verbonden aan UGent.

Mijn psychose-ervaring was een van de meest traumatische ervaringen in mijn leven. Ze overkwam me ten gevolge van malariamedicatie toen ik met familie en vrienden in Thailand op reis was. Ik denk niet dat je zonder die ervaring kan begrijpen hoe beangstigend het is. Het kwam sluipend op. De dagen voordien waren buitengewoon vermoeiend en stressvol; het voelde alsof mijn lichaam extremer op elke prikkel van buitenaf reageerde. Ik had continu hoofdpijn en hartkloppingen.

Alles escaleerde in het eerste hotel waar we toekwamen. Ik werd ongelooflijk bang en triestig. Het voelde alsof ik de fysieke en mentale controle over mezelf was verloren. We verbleven op de tiende verdieping en hoewel we de ramen niet konden openen, was ik doodsbang dat ik eruit zou springen. Ik heb mezelf zelfs een tijd in de badkamer opgesloten tot mijn mama me in bed stopte en een groot kussen tussen de ramen en mij legde. Dat werkte in mijn hoofd als een soort barriĆØre. Gelukkig handelde mijn familie zeer snel en werd al vlug duidelijk dat ik dit ervoer door de medicatie.

Ā 

mijn psychose

Mijn psychose draaide zeer sterk rond de dood. Ik had constante hartkloppingen die zo sterk waren dat ik het gevoel had dat ik ging sterven aan een hartaanval. In de auto ging ik ervan uit dat we in een auto-ongeluk zouden belanden. Zo stelde ik mij wel twintig verschillende scenario’s voor waarbij ik ging sterven. Ik was er zo heilig van overtuigd dat ik zou sterven dat het een feit voor me was. De psychose zelf duurde slechts drie Ć  vier dagen, maar het is moeilijk een exact begin- en eindpunt te bepalen aangezien de medicatie nog lang in mijn lichaam zat en een aantal van de klachten pas langzaam verdween.

Ik heb meer dan een jaar in een soort overlevingsfase geleefd, waarbij ik alles op automatische piloot deed.

De stress die mijn lichaam te verduren kreeg, had zeer grote consequenties op mij. Ik heb meer dan een jaar in een soort overlevingsfase geleefd, waarbij ik alles op automatische piloot deed. Ik herinner me daardoor nog maar zeer weinig van dat jaar. Achteraf gezien dissocieerde ik, iets dat mijn lichaam sindsdien wel vaker doet als ik in een zeer stressvolle periode zit. Door therapie kan ik beter om met stressvolle situaties en kan ik bepaalde zaken beter relativeren, waardoor ik deze gevoelens gelukkig minder ervaar. De ervaring was ongelofelijk eenzaam, maar dat hoeft niet zo te zijn: als samenleving kiezen we hoe we met dit soort problematiek omgaan.

Ā 

een algemene definitie

In zijn meest recente boek, Psychose Begrijpen in 33 vragen, maakt Stijn Vanheule duidelijk wat een psychose vooral niet is: een breinziekte. De opvatting dat het een breinziekte betreft is een restant van een langdurende aanname onder zowel leken als psychologisch en psychiatrisch opgeleiden die tot de dag van vandaag voortduurt. Het beeld ontstond onder meer door studies in de jaren tachtig en bestond erin dat psychoses terug te voeren zijn op hersenen die anders werken en/of beschadigd zijn. Onderzoekers waren er toen van overtuigd dat een psychose hand in hand zou gaan met aftakeling, omdat het een biologisch probleem zou zijn.

Wanneer ik naar het verre Gent reis om hem in zijn kantoor te interviewen, vertelt Stijn Vanheule hoe het dan wel zit: ā€œEen psychose is geen breinziekte: het gebeurt dan wel in je brein, maar het komt niet door je brein. De verschillen in de hersenen van mensen met en mensen zonder de ervaring van een psychose zijn verwaarloosbaar.ā€ De verschillen die ontdekt zijn, hebben voornamelijk betrekking op triviale zaken volgens Vanheule. ā€œIemand die psychosegevoelig is, kan psychomotorisch iets trager ontwikkelen, zoals bijvoorbeeld later leren spreken. Het is echter nooit bewezen dat psychoses veroorzaakt worden door schade of breinzones die onder- of overontwikkeld zouden zijn.ā€

Een psychose is geen breinziekte: het gebeurt dan wel in je brein, maar het komt niet door je brein.

ā€œVolgens psychologische handboeken zijn er twee belangrijke symptomenā€, vertelt Vanheule. ā€œEen eerste symptoom zijn hallucinaties. Daardoor ervaren mensen waarnemingen die niet overeenkomen met de door anderen gedeelde werkelijkheid: stemmen, woorden of beelden, maar ook lichamelijke prikkels zoals jeuk, pijn, trillingen en een stijgende of dalende (lichaams)temperatuur.ā€ Hij gaat verder met het tweede symptoom: ā€œDat zijn wanen: opvattingen over de werkelijkheid waarbij bepaalde verbanden worden verondersteld die niet kloppen volgens de buitenwereld.ā€ Ik was niet op de hoogte van dat verschil. ā€œHallucinaties zijn waarnemingen en wanen zijn opvattingen. Ruimer gezien is een psychose een ervaring waarbij je het gevoel hebt dat de werkelijkheid die de anderen waarnemen, die je tot dusver ook zo hebt waargenomen, niet langer klopt. In de plaats daarvan duikt een andere werkelijkheidservaring op, zoals het horen van een stem of het zien van beelden.ā€

Ā 

een (on)eigen ervaring

De ervaring van een psychose leidt bij veel mensen tot een aantasting van hun zelfgevoel: ze beginnen te twijfelen aan zichzelf, hun omgeving, de mensen in wie ze ooit vertrouwen hadden… maar vooral in de realiteit. Dat zorgt voor problemen bij communicatie waardoor velen – ikzelf destijds ook – in een vicieuze cirkel belanden van onzekerheid, schaamte en afstandelijk gedrag. Dat alles maakt herstellen ongelofelijk zwaar en vooral veel zwaarder dan het eigenlijk zou moeten zijn. Ik investeerde op dat moment veel energie in foute zaken. Zo probeerde ik bijvoorbeeld om mij zo normaal mogelijk te gedragen naar mijn omgeving, maar ook naar mijzelf toe. Terwijl alles in je leven na zo’n ervaring verre van normaal is. Het worstelen met gevoelens van schaamte en onzekerheid had zo’n zwaar neveneffect dat het soms chronisch leek.

In de bredere context gaat er veel meer om in het hoofd van mensen die een psychose ervaren. Een psychose uit zich bij iedereen ietwat anders, want iedereen heeft zijn eigen normen en waarden, geloof, verleden, trauma’s en dromen. Al die zaken hebben een grote invloed op een psychose. Niet achter elke waan of hallucinatie schuilt een diepere betekenis, maar je moet wel reflecteren over de thema’s die boven komen drijven: de kans is tenslotte groot dat die tot uiting zijn gekomen door de hoeveelheid stress die je hieromtrent ervoer.

Daaruit vloeit voort dat zowel de psychose zelf als het herstelproces erg persoonlijk is. Daarom is het vaak moeilijk om je ervaring te delen met anderen: wat in jouw ervaring aan bod kwam, heeft betrekking op jouw leven. Anderen hebben nooit in jouw schoenen gestaan, dus zouden ze het wel begrijpen? Tegelijkertijd zijn er toch scenario’s die voor verschillende mensen een gedeelde ervaring blijken te zijn. Aan de ā€˜positieve’ kant kan dat zich bijvoorbeeld uiten door te denken dat je de nieuwe messias bent, of dat je opeens een nieuw talent bezit, zoals met dieren kunnen praten. Het kan zich ook negatief uitdrukken: ik was er destijds van overtuigd dat ik zou sterven. Dat was zo’n intens gevoel dat ik op sommige momenten dacht dat ik al gestorven was en ik me in een eeuwige hel bevond. Vanheule beschrijft het verschil als ā€œervaringen van niets of net alles te zijnā€. Een gevoel van paranoia is eveneens een veelvoorkomend scenario, waarbij mensen bang zijn dat ze worden achtervolgd of dat de maatschappij tegen hen is gekeerd.

Zowel in het dagdagelijkse leven als in de medischewereld merk ik nog steeds een groot tekort aan informatie op. Dat heeft vooral te maken met de angst die mensen voor, en het onbegrip dat mensen voelen tegenover, personen die psychotische ervaringen hebben. ā€œEen psychose is in vergelijking met andere soorten ervaringen, zoals angststoornissen of depressies, niet iets waar we onszelf gemakkelijk in kunnen (h)erkennen. Iedereen voelt zich ooit wel eens bang of slecht. De realiteit die wegvalt bij een psychose is niet zoiets vanzelfsprekendā€, vertelt Vanheule.

Ā 

een nachtmerrie bij dag

Vanheule ziet een verband tussen psychoses en dromen: ā€œHet lijkt op een nachtmerrie die zich overdag afspeelt. Als je droomt, zit je tenslotte in een associatief verhaal waarbij stukjes van de voorbije dag of anticipaties voor de komende dagen samenkomen, wat je heel filmisch beleeft.ā€ Als we wakker zijn, zijn we normaal doelgericht ingesteld, volgens Vanheule. Het narratief waarmee we onszelf en de wereld bekijken, geeft ons focus, waardoor we met een permanente filter leven en onze waarnemingen selectief sturen. Daardoor merk je veel zintuigelijke ervaringen niet op, maar bij een psychose neemt de kracht van die filter af.

ā€œDaardoor komen zintuigelijke ervaringen zwaar binnenā€, zegt Vanheule. ā€œDat kan zelfs zo sterk worden dat het lijkt alsof er een soort tweede film geprojecteerd wordt bovenop het ā€˜normale’ filmische beeld dat je van de werkelijkheid opbouwt. Je gewone perceptie van de werkelijkheid wordt daardoor uitgedaagd. Dat kan je onmogelijk negeren.ā€ Dat kan ik absoluut beamen. Sterker nog, zo beschreef ik dat destijds ook aan mijn familieleden: alsof alle controle wegviel. Dat kon de controle over een specifieke situatie zijn waarin ik me bevond, maar ook gedachten of lichamelijke handelingen zoals praten, eten of me voortbewegen. Het was alsof mijn hersenen en lichaam niet langer samenwerkten zoals het zou moeten, alsof er een heleboel connecties wegvielen.

Ā 

psychoses onder jongeren

Bij veel mensen die een psychose ervaren, zal dat in hun latere adolescentie of op jongvolwassen leeftijd gebeuren, tussen de 16 en 26 jaar. Vanheule: ā€œPsychoses doen zich vaak voor wanneer je een woelige periode doorgaat in je leven. Bij jongeren is dat bijna per definitie het geval: je ondergaat veel veranderingen die mogelijks als trigger kunnen werken.ā€ Het gaat dus om momenten zoals de overgang van het middelbaar naar je (eventuele) verdere studies of wanneer je je diploma haalt en daarmee een job probeert te vinden, maar ook zaken zoals een relatiebreuk kunnen triggers zijn.

Die woelige periodes kunnen aanleiding geven tot een existentiƫle vraag: hoe moet ik meedraaien in bepaalde systemen? Dat kan over een familiaal-, maar ook over een schoolsysteem gaan. In zulke systemen is de werkelijkheid vaak voorgeschreven, wat je als kind accepteert. Later ben je genoodzaakt hier kritischer over na te denken. Daarbij zul je jezelf en de realiteit in vraag stellen, wat heel belangrijk voor je ontwikkeling is, maar tegelijk zeer stresserend kan zijn. Daar heeft iedereen wel een bepaalde ervaring mee.

Psychoses doen zich vaak voor wanneer je een woelige periode doorgaat in je leven.

ā€œAls je geen oriĆ«ntatiegevoel meer ervaart kan dit leiden tot diepe verwarring; wat zich kan uiten in een psychoseā€, zegt Vanheule. Ik merk op dat de ervaring van een psychose dan best logisch kan zijn. Vanheule knikt. ā€œKlopt. Aan de oppervlakte kan het heel raar lijken, omdat je stemmen kan horen en opvattingen hebt over de werkelijkheid die helemaal geen steek houden. Als je de tijd neemt om dieper te bestuderen wat iemand heeft meegemaakt, zie je de dilemma’s waar iemand mee te maken heeft. Meer nog: de dilemma’s die triggers zijn voor psychose’s, zijn de dilemma’s die ons allemaal bezighouden.ā€

De gedachtegang voor mijn psychose had vaak betrekking op onderwerpen zoals de dood, geloof en wat het betekent om een goed of slecht persoon te zijn. Ik was hierover ook vaak zeer onzeker over mijn gedrag, maar ook mijn rol als dochter, zus, vriendin, leerling... Bij nader inzien is het dan ook vanzelfsprekend dat mijn psychose rond deze thema’s draaide en tot uiting kwam in de gedachte dat ik ging sterven, een slecht persoon was en ik in de hel zou terechtkomen.

Ā 

verschillende soorten psychoses

Er bestaan allerlei soorten psychoses; schizofrenie is allicht een van de bekendste. Andere voorbeelden zijn: een postpartumpsychose, kortdurende psychotische stoornissen, paranoia, of, wat in mijn geval zo was, een psychotische stoornis ervaren ten gevolge van het gebruik van een drug of medicatie. Volgens Vanheule doet het er voor de omgeving en opvang niet heel veel toe welke specifieke soort het is. ā€œJe houding zou een soort basishouding moeten zijn: je moet jezelf vooral rustig uiten! Deze mensen bevinden zich in een crisis en zoals in elke andere crisis moet je je zo rustig mogelijk proberen op te stellen.ā€

Angstige of paniekerige gevoelens ervaren is zeer normaal. Iemand een psychose zien ervaren, zeker als het om een dicht contact gaat, kan ook bij jou als omstaander stress naar de oppervlakte brengen. Voor mijn familie was dit ook een moeilijke periode; paniek en angst zijn heel overdraagbaar en aanstekelijk. Mensen die zich in een psychose bevinden zullen dat ook merken en dat vergroot de kloof. Probeer hier zo min mogelijk naar te handelen. ā€œVerbinding zoeken en die vinden is het allerbelangrijksteā€ vertelt Stijn. Dat kan ik zeker beamen. Een uitgereikte hand van iemand die jou terug in de realiteit wil trekken is heel waardevol en maakt een groot verschil. Vanheule: ā€œMensen in een psychose ervaren heel veel stress en angst omdat ze de verbinding met de realiteit zijn verloren. Juist dan is een rustige omgeving zeer belangrijk. Probeer als omstaander zo’n crisis zo snel mogelijk te de-escaleren.ā€

Ā 

wie overkomt zoiets?

ā€œHet kan iedereen overkomenā€ zegt Vanheule op een luchtige manier. ā€œVroeger dacht men dat een psychose hoofdzakelijk veroorzaakt, werd door je genen, maar dat klopt niet. Slechts acht procent van onze psychosegevoeligheid kan je zo verklaren.ā€ Veel van de genen die psychosegevoeligheid verklaren zijn niet specifiek; ze spelen ook mee bij andere psychische aandoeningen, zoals depressie of autisme. Drugs zoals cannabis kunnen een invloed uitoefenen, voornamelijk in combinatie met andere factoren.

De voornamelijkste impact komt echter van contextfactoren zoals mentaal welzijn, trauma’s (waarbij mensen mogelijks PTSS ontwikkelen) en het behoren tot een culturele minderheidsgroep, waaronder mensen uit een seksuele minderheidsgroep, of mensen in armoede. Vanheule omschrijft het eenvoudig als: ā€œMensen die buitengesloten en afgestoten worden door de maatschappij. Je ziet ook dat opgroeien in een grootstedelijke context waarin veel eenzaamheid ervaren kan worden het risico verhoogt.ā€

13%-20% van de algemene bevolking ervaart ooit symptomen van een psychose en voor 3,5% is het zo overweldigend dat er professionele hulp nodig is. Dus ook al durf je blindelings te geloven dat het jou niet zou overkomen, dan kan het nog steeds iemand uit je omgeving zijn die het heeft meegemaakt of zal meemaken. Daarom is het hoog tijd om afstand te nemen van de stigma’s die dit onderwerp omsluiten en de problemen die met dit stigma gepaard gaan het hoofd te bieden.

Ā 

medicatie

Volgens Vanheule is een van die problemen de hardnekkige inzet op medicatie. Mensen met ervaringen van psychose getuigen dat ze in het ziekenhuis of in de psychiatrie dikwijls tegen hun wil in medicatie moesten innemen. ā€œEen aanzienlijk gedeelte hulpverleners, zeker zij die geen specialisatie hebben in psychoseproblematieken gelooft nog steeds dat psychose ontstaat door de hersenen en dat er bijgevolg niet veel aan te doen is. Gedwongen medicatie is in zo’n logica de beste manier van helpen, terwijl we weten dat statistisch gezien 30% kan herstellen zonder enige medicatie te gebruiken.ā€

We weten dat statistisch gezien 30% van de mensen kan herstellen zonder enige medicatie te gebruiken.

Toch nemen mensen met een psychose vaker wel dan niet medicatie. Veel medicatie. Dat kan op zichzelf negatieve gevoelens en traumatische ervaringen versterken, een probleem dat niet verholpen wordt door de vele bijwerkingen van anti-psychotica, waaronder een vlak en onverschillig gevoel. Vanheule wil niet zeggen dat we medicatie overboord moeten gooien, maar dat de context een enorme impact heeft. ā€œMedicatie kan werken in een rustige omgeving waarbij de persoon de medicatie vrijwillig neemt, dat zal ook veel effectiever werken.ā€

Ā 

herstellen

Stijn Vanheule is naast zijn werk als docent ook psycholoog. Jammer genoeg ziet hij regelmatig mensen die door hun omgeving afgestoten of buitengesloten worden ten gevolge van een psychose. Dat kan een heel grote trigger zijn om terug in een psychose te belanden. Mensen onderschatten niet alleen de impact van een psychose, maar vooral ook het belang van een goed herstelproces, dat vaak langer duurt dan de officiĆ«le ā€˜klacht’.

Dat merkte ik bij mezelf op: mijn realiteit was letterlijk in elkaar gestuikt, hoe zou ik van zoiets herstellen? Maar nu, zo’n vier jaar later, kan ik met trots zeggen dat het uiteindelijk wel is gelukt. Mijn herstelproces duurde erg lang en was ook zeer zwaar. Emoties zoals angst, schaamte en eenzaamheid domineerden mijn leven voor zeer lange tijd en hielden mijn herstelproces tegen. Ik vermoed dat veel mensen die een psychose hebben meegemaakt dat zullen herkennen. Nochtans hoeft het zo niet te zijn.

Eerlijk gezegd: herstellen zal wellicht lang duren en zwaar zijn. Je zult jezelf met bepaalde zaken moeten confronteren. Daarbij kan het voelen alsof je drie stappen achteruitzet, maar eigenlijk heb je al een kilometer verder gejogd. Het langzame herstelproces zal niet altijd goed voelen, sterker nog: soms zal het echt fucking kut zijn, maar met de juiste hulp en de juiste mindset kom je heel ver. Dus wees er bewust van met wie je jezelf omringt, en hoe je jezelf behandelt. Zoek naar de gepaste hulp die bij jou het beste aanvoelt. Want je zult voor jezelf moeten zorgen. Ook al voelt het niet zo, je bent het honderd procent waard en nog meer zelfs!

Ā 

advies van iemand met de ervaring van een psychose

Het maakt niet uit of de ervaring van psychose uit het verleden stamt of momenteel ervaren wordt: gedraag je normaal tegen ons! Als je werkelijkheidsgevoel (deels) wegvalt, valt daarmee niet tegelijk je persoonlijkheid of intelligentie weg. Je blijft ook vaak genoeg dingen wĆ©l juist aanvoelen: ondanks alles is het voor iemand met een psychose duidelijk merkbaar wanneer iemand plots afstand neemt en je vreemd vindt. Zowel voor, tijdens als na deze gebeurtenis in ons leven blijven we mensen, en we weten goed genoeg dat wat ons overkomt of overkomen is, niet ā€˜normaal’ is, dat is net het enge!

Ā 

advies van een expert

voor de omgeving

Blijft rustig en vooral aanwezig, mijd deze mensen niet. Dat betekent niet dat je de grote held of therapeut moet uithangen; dwing hen zeker tot niets, maar behoud de contacten en luister naar hen, ook al lijken ze met momenten onstabiel. Je kan altijd samen dingen doen, zoals met de hond gaan wandelen of iets drinken op cafƩ. De verbondenheid voelen in gewone dingen en dagdagelijkse activiteiten is een heel belangrijke houvast binnen het herstelproces. Door een normale omgang te hanteren betrek je hen mee in het denkproces van herstellen, dat kan hoopgevend zijn en hoop, samen met verbintenis, is iets dat deze mensen nodig hebben. Loop dus niet weg, maar betuttel evenmin.

voor mensen die dit ervaren of ervaren hebben

Het is belangrijk om voor jezelf na te gaan welke risicofactoren je uit evenwicht hebben gebracht. Het is zinvol om stil te staan bij hoe je in je latere leven best gaat handelen en dus op zoek te gaan naar oplossingen door bepaalde zaken te vermijden of juist veel meer te doen. Zoek naar mensen waar je mee kan babbelen! Dat kan een therapeut, vrienden, familieleden of een lotgenoot zijn, zolang het iemand is waar je een vertrouwensband mee kan opbouwen. Zoek naar een aantal plekken waar je je veilig voelt. Probeer vooral te vermijden dat gevoelens van angst en eenzaamheid gaan overheersen.



maar Ʃcht heel slecht

20/02/2023
Hilarisch slechte films
šŸ–‹: 
Auteur

Films worden quasi altijd gemaakt met de beste intenties. Toch zijn die soms niet voldoende om tot een behoorlijk resultaat te leiden. Men denkt dan spontaan aan The Room van Tommy Wiseau, maar voor het doel van dit artikel worden hier enkele minder bekende, hilarisch slechte films in de schijnwerper gezet.

Dune (1984)

De meeste filmkenners zullen vertrouwd zijn met de donkere films van David Lynch, maar misschien minder met zijn grootste flop. Dune was zijn eerste studiofilm en ook meteen zijn laatste. Het populaire sciencefictionboek van Frank Herbert werd algemeen gebrandmerkt als onverfilmbaar. Desondanks de moedige poging van Lynch moesten fans van het boek wachten tot 2021 voor een goede filmadaptatie. De verhaallijn wordt in het boek over 600 pagina’s uitgespreid. Lynch propt het boek ambitieus in een film van twee uur en twintig minuten. Je merkt dat de film veel te snel over bepaalde plotontwikkelingen gaat en van de hak op de tak springt. De film was dermate complex voor mensen die het boek niet hadden gelezen, dat er informatieblaadjes werden uitgedeeld aan de bioscoopgangers om enkele begrippen uit te leggen. Wat deze film zo vermakelijk maakt zijn enkele heerlijke practical effects die nog onderhoudend zijn, de sceĢ€nes waar mopshonden opduiken die niet in het bronmateriaal voorkwamen en de soundtrack die werd gecomponeerd door Toto, die de woestijnen van Dune moest zegenen. De actiesequenties zijn zo belachelijk in sceĢ€ne gezet dat je er enkel luidkeels van moet lachen. De beschermende energievelden die de lichamen van soldaten helemaal omhelzen worden bijvoorbeeld afgebeeld als doorzichtige balken, waardoor ze lijken op Minecraftmannetjes. Ondanks de cultstatus die Lynch’s Dune heeft verworven doorheen de jaren, heeft hij zich gedistantieerd van zijn rol als maker.

Flash Gordon (1980)

Na het wereldwijde succes van Star Wars in 1977 wilde elke studio de volgende grote space opera op het witte doek brengen, waaronder Universal. De productie moest zo snel mogelijk gebeuren om winst te maken op de toenmalige hype, dus baseerde de schrijver zich op een stripreeks. Een buitenaardse keizer bedreigt onze planeet en enkel de stereotiepe Amerikaan Flash Gordon, een blonde honkbalprof, kan ons redden. De dialogen, het acteerwerk en de kostuums zijn even belachelijk als de plot. Verder zullen de special effects die van Star Wars zeker niet overtreffen, meer nog: ze lijken ouder. Toch heerst er een heerlijke sfeer van authenticiteit en oprechte ambitie die het hele avontuur enorm vermakelijk maakt. Je reist van de ene prachtige set naar de andere en verliest jezelf in deze bizarre wereld. Bij het bekijken van de trailer moet je je oren niet uitkuisen, het is wel degelijk Freddy Mercury die het themalied uit volle borst zingt. De betoverende, 80’s soundtrack, verzorgd door Queen, zal nog een tijdje blijven nazinderen.

Troll 2 (1990)

Italiaanse B-filmproducties hebben een povere reputatie, die heeft Troll 2 zeker niet verholpen. Laat de titel je niet misleiden; het is namelijk geen sequel en de film gaat niet over trollen, maar over goblins. Er is geen beter schoolvoorbeeld van een film die zo afschuwelijk slecht is dat hij goed wordt. De film volgt een familie die op vakantie vertrekt naar het plattelandse landbouwdropje Nilbog. Via visoenen van zijn overleden opa en door de naam van het dorpje om te keren, komt Joshua erachter dat de dorpsbewoners eigenlijk goblins zijn. Hun hele bestaansreden is om mensen door middel van vergiftigd voedsel om te vormen in planten en hen vervolgens op te eten. Deze informatie bereikt Joshua via een visioen dat hij krijgt wanneer zijn familie het vergiftigde middagmaal gaat eten. De tijd staat even stil, zodat hij een manier kan bedenken om zijn gezin te doen stoppen. Wat is zijn briljante idee? Op het tafelblad klimmen, zijn broek laten zakken en vervolgens beginnen plassen. De knullige practical effects, samen met het slechte acteerwerk, maken de film hilarisch. Je zal wellicht denken dat de film eerder bedoeld was als komedie-horror, maar niets is minder waar. De regisseur was daarom ook kwaad toen hij erachter kwam dat zijn film over vegetarische goblins een cultstatus had gekregen enkel en alleen omdat mensen zijn film zo hilarisch vonden.

Anaconda (1997)

Dat een film die volgepropt is met sterren, geen zekerheid heeft voor succes, werd al vele keren bewezen. Zo konden ook de makers van Anaconda een slecht scenario niet beter doen lijken door Ice Cube, Jennifer Lopez, Jon Voight en Owen Wilson te casten. De film volgt een documentaireploeg die de Amazone wil afvaren op zoek naar een verloren inheemse stam. Ze vinden een gestrande stroper die het team misleidt en hen naar een groep anaconda’s stuurt. De practical effects zijn charmant, maar totaal niet geloofwaardig. Soms moest de anacondapop vervangen worden door een CGI-model dat er nog ridiculer uitzag dan het neppe exemplaar. Verder krijgt de anaconda mythische eigenschappen, zoals een supersnel verplaatsingsvermogen, grotere proporties en een ongewoon hoge intelligentie. Daarbovenop kampt de film vaak met opvallende continuïteitsfouten. Toch valt er veel amusement uit de film te halen. De personages maken zulke domme keuzes en verkondigen dermate flauwekul dat je niet kan wachten tot de anaconda hen opeet, uitkotst en opnieuw opeet. Tenslotte zal de 90’s sfeer van deze horrorfilm je laten hunkeren naar gelijkaardige films.

Het feit dat we kunnen genieten van films die objectief gezien pure bagger zijn, wijst er nog maar eens op hoe waardering van films inherent onderhevig is aan onze subjectieve ervaring. Vaak is die bagger ook een confrontatie met hoe ontzettend moeilijk het is om een goede film te maken. Dus verzamel je vrienden en/of familie, zet één van deze films op en geniet van de gekheid die (ongelofelijk maar waar) ooit door een groep managers in een vergadering is goedgekeurd!



het laatste woord

19/02/2023
šŸ–‹: 

Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten te hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze editie verzuchten we jeremiëren.

Jeremiëren, wat een vervelend woord. Alles aan dat woord zit tegen, de schrijfwijze op zich, is al een hel. Trema, geen trema? Dubbele ā€˜e’ of enkele? Moet ik bij de vervoeging van de verleden tijd een ā€˜d’ of ā€˜t’ schrijven? Wie maakt spelling eigenlijk zo ingewikkeld? Misgunners zijn het, de uitvinders van spelling. Muggenziften over het kleinste detail. Ze maken het ons nooit eens makkelijk. Het is trouwens op de bus dat ik dit artikel schrijf. De Lijn is nóóit op tijd en ontneemt mij daardoor de luxe van rustig schrijven aan een bureau. Ik zal wel wachten hoor. Ik verschuif al mijn plannen wel, geen probleem. Ik zucht. Ik weet dat ik aan het zagen ben. Ik ben al een volledige alinea aan het jeremiëren. Sorry.

Ik ben net van de bus gestapt op de Franklin Rooseveltplaats. Eén ding is duidelijk, ze willen de jeugd van tegenwoordig maar al te graag dood hebben. Fietsers zoeven mij voorbij en missen mij op een haar na. Ik zal wel stoppen hoor (ook al heb ik groen). Als de overheid die lichten op een logische manier zou instellen, zou ik niet twee keer per dag doodsangsten hoeven uitstaan. Maar ja, dat is te veel moeite zeker? Soms vraag ik mij af waarom. Genoeg gezaagd en geklaagd nu.

Eigenlijk is het toch niet eerlijk, ik ben net klaar met mijn examens, klaar met anderhalve maand studeren, werken, te weinig ontspannen en nu moet ik van mijn ouders heel het huis stofzuigen, mijn beddengoed vervangen, de vaatwasser uitladen. Zo groeit mijn lijst met taken elke minuut. Gezellig hoor. Eigenlijk wilde ik vandaag gewoon eens uitslapen, zoals een normale mens doet op een vrije dag. Rustig in de zetel een serie kijken. Eventjes bekomen. Maar nee, zelfs dat wordt mij ontzegd. Ik zucht opnieuw.

Met elk woord dat ik schrijf wordt deze klachtenbrief langer. Mijn fout. Elke letter lijkt de negativiteit in mij op te roepen. Ik wil echt niet heel de dag zitten jeremiëren, maar kan je het mij kwalijk nemen? Soms lijkt echt heel de wereld tegen je te zijn en dat moet je dan maar gewoon accepteren? Nee. Thuis zeggen mijn ouders constant: ā€œStop met dat gezaag, je klaagt heel de dag! Ik ben je gejeremieer beu!ā€ Ik weet het, ik weet dat het niet helpt, maar het lucht wel op.

De avond valt en eindelijk kan ik doen waar ik een hele dag naar uit gekeken heb: lekker chillen in de zetel met mijn favoriete serie. Mijn klaagzang komt dus tot een einde en de dag krijgt alsnog een mooie afsluiter, net als dit boekje. Zoals het hoort.



kotgeheimen

19/02/2023
šŸ–‹: 
Auteur

Elke maand gaat dwars op zoek naar een nieuwe kotgevel waarachter zich vele geheimen verborgen houden. Deze keer zijn we op bezoek bij AĆÆsa (22). Zij neemt ons mee in het kot waar ze al heel haar studententijd graag vertoeft.

Buurt

Studentenbuurt – Ossenmarkt

Huur

€450

Hoelang woon je er al?

5 jaar

Aantal kotgenoten

7

Grootste aantal dagen zonder af te wassen?

2 weken – Ik was normaal altijd op vrijdag af, maar soms vergeet ik dat of heb ik geen zin. Ik heb wel nog nooit schimmel op mijn afwas gehad.

Hoe vaak ga je naar huis?

Elk weekend. Mijn ouders willen dat graag en ik woon niet zo ver, dus ik heb bijna geen excuus om hier te blijven tijdens het weekend.

Grappigste gebeurtenis?

Twee jaar geleden is er een leiding verstopt geraakt met een vod die iemand had doorgespoeld. Daardoor stond op het het gelijkvloers en in de kelder een bodem vies rioolwater. Het heeft nog maanden naar riool geroken in de gang. Voor de mensen op de eerste verdieping is dat natuurlijk niet zo grappig, maar als je helemaal bovenaan zit, kan je er best al eens mee lachen.

Hoeveel personen kunnen er max. in?

Zonder comfortabele beweegruimte? Toch zeker 20 of meer. Comfortabel? Maximaal 10!

Grootste troef?

Een stukje van mijn kot heeft een heel hoog plafond en dat vind ik wel leuk. Dat geeft een ruimtelijkheid, die de andere koten die ik ben gaan bezichtigen en de andere koten in dit gebouw niet hebben.

Grootste werkpunt?

Ik zit helemaal bovenaan in het gebouw en ik heb enkel dakramen. Dat wil zeggen dat ik niet naar buiten kan kijken om naar mensen te staren. Ik schat ook heel vaak fout in wat voor weer het is voor ik naar buiten ga.

Hoeveel heeft je buur seks?

Mijn buur van nu eigenlijk nooit, maar de persoon die hiervoor op dat kot zat was een ander verhaal. Hij zat in een vereniging en nam vaak midden in de nacht meisjes mee naar zijn kot. Onze muren zijn niet dik en onze bedden staan ook tegen elkaar, met enkel de dunne muur ertussen. Ik ben vaak om 4 uur ’s nachts wakker geworden, ook al slaap ik met oordoppen in. Meestal was het wel snel voorbij. Dat verklaart misschien waarom ik enkel mijn kotgenoot hoorde en nooit het meisje dat hij meenam.

Waarover ging het laatste boze berichtje in de groepchat?

Wij sturen niet vaak boze berichtjes naar elkaar omdat we geen gemeenschappelijke ruimtes hebben. De meeste boze berichtjes zijn gericht aan de kotbazen. Het laatste boze bericht ging over het muizenprobleem waar ze niets aan wilden doen.

Wat is het langst dat iemand er ooit over heeft gedaan om dronken van aan de voordeur tot aan hun kot te geraken?

Ik heb er zelf al het langste over gedaan. Na de kroegentocht van mijn vereniging had ik geluk dat mijn buur ook net thuiskwam. Zij heeft me helemaal mee naar de bovenste verdieping geholpen, dat was toch geen korte trip.

Hoe vaak gaat het brandalarm af?

Gelukkig hebben we nog maar ƩƩn keer de brandweer moeten bellen omdat het rookalarm in het midden van de nacht afging. De persoon op het gelijkvloers had een pot op het vuur laten staan en was in slaap gevallen. Toen die op de deur klopte bij de schuldige, kwam er ook ineens een hele rookpluim mee uit de deur.

Ik geef mijn kot een 7,5/10, maar een 8/10 zonder de muizen.