De studentenvertegenwoordiging spreekt
21/10/2007

In het middelbaar kon een leerlingenraad al eens leuk zijn, maar je had er ongeveer evenveel te zeggen als Oliver Twist in zijn weeshuis. Nu de jaren van verstand ons echter hebben bereikt, zijn we niet meer tevreden met het uitbesteden van ons lot aan heren en dames in maat- en mantelpakjes. Daarom heeft de Universiteit Antwerpen twee organisaties – twee zijden van dezelfde, blinkende munt – waar studenten niet alleen hun zegje kunnen doen, maar nog gehoord worden ook: VUAS en de Studentenraad.

VUAS, of de Verenigde UA Studenten, is naar eigen zeggen 'dé verenigende organisatie van alle studentenclubs in Antwerpen' (lees: van de UA) en bundelt de twee overkoepelende studentenverenigingen Unifac (Stadscampus) en ASK-Stuwer (buitencampussen). Ze zijn het aanspreekpunt van de UA student en zorgen voor een vlotte samenwerking tussen de verschillende campussen en clubs. De Studentenraad is een tikje stoffiger, maar zeker niet minder belangrijk. Vanop hun site: "VUAS houdt zich voornamelijk bezig met het studentenleven voor en na de lessen, met bier en vertier. Wij buigen ons hoofd vooral over het onderwijsbeleid van de UA en de vrijwaring van de rechten van de studenten tijdens de lessen en examens."

 

Roel Boons zit in zijn derde graad handelsingenieur aan de UA. Hij is niet enkel de woordvoerder van VUAS maar ook de voorzitter van Unifac. Hij had in oktober de handen vol met het organiseren van de Unifac openingstd. Toch kon hij even tijd maken om uitleg te geven over het reilen en zeilen binnen VUAS.

 

Uit wie bestaat VUAS?

Roel Boons Onze organisatie heeft zes leden, drie daarvan komen uit ASK-Stuwer, de andere drie uit Unifac. Deze zes leden worden binnen ASK-Stuwer en Unifac zelf benoemd maar zijn meestal de voorzitter, de vice-voorzitter en een extra lid van de respectieve clubs. Om te voorkomen dat er één van de twee campussen benadeeld zou worden, moet er bij alle beslissingen van VUAS een vijf zesde meerderheid zijn.

 

Wat doet VUAS zoal?

Boons De activiteiten van VUAS zijn zeer breedgaand. Enerzijds zorgen we voor algemene dingen, zoals het informeren van de studenten over wat er zoal leeft op de UA. Dit verloopt onder andere via onze website en onze krantjes (de Unifac Post en de Snelkrant). Verder coördineren we de samenwerking tussen de verschillende clubs en de verdeling van de subsidies. Anderzijds zijn wij ook hét aanspreekpunt voor de universiteit over studentenzaken. Dit kan gaan over heel uiteenlopende zaken, van het bemiddelen bij een conflict tot de aanwezigheid in de deontologische commissie.

 

Zijn er speciale activiteiten gepland voor volgend jaar?

Boons Elk jaar liggen de accenten van onze activiteiten iets anders. Zo hebben we vorig jaar naar aanleiding van de federale verkiezingen een informatieweek gehouden waarbij iedere dag een andere politieke partij kwam spreken. Dit jaar zal vooral de rectorverkiezing centraal staan. Wij willen de studenten hierover goed informeren, want zoals velen niet weten hebben ook de studenten hierin ongeveer tien procent van de stemmen.

 

Met wie werken jullie zoal samen?

Boons Wij werken nauw samen met de Studentenraad, vooral op organisatorisch vlak. Zo regelen wij jaarlijks de verkiezingen van alle studentenvertegenwoordigers. Samen met de Studentenraad zijn we momenteel ook bezig om de cursussen van Universitas op gerecycleerd papier te laten drukken. Verder werken we met de stad Antwerpen via het ASO (Algemeen Studenten Overleg). Tezamen verzorgen we elk jaar Studay en discussiëren we over allerlei dingen die de studenten aangaan, zoals een feestzaal voor alle clubs in het Centraal Station of nieuwe reglementen rond wildplakken.

 

Tom Tytgat loopt al vier jaar rond op de UA als student Bio-ingenieurs Wetenschappen. Hij is al enkele jaren bezig met studentenvertegenwoordiging, maar hoopt volgend jaar de unif vaarwel te zeggen met een mooi diploma. Dit jaar is hij voor de tweede maal verkozen als voorzitter van de studentenraad, en op een zonovergoten grasveld geeft hij graag een woordje uitleg over de Studentenraad.

 

Wie zit er allemaal in de Studentenraad?

Tom Tytgat In de eerste plaats wordt vanuit elke faculteit van onze universiteit één student afgevaardigd. Daarnaast zijn er drie vertegenwoordigers vanuit de Raad van Bestuur (waaronder Tytgat, FD), zeven vertegenwoordigers vanuit de onderwijsraad, één gecoöpteerd lid van de sociale raad en nog vijf vrij verkozenen, wat neerkomt op 23 leden.

 

Waar houdt de Studentenraad zich mee bezig?

Tytgat Wij zijn voornamelijk een universiteitswaakhond. Het bewaken van de kwaliteit van het onderwijs, het naleven van het onderwijsregelement, dat soort dingen. Zo hebben we er vorig jaar mee voor gezorgd dat het zuiver creditsysteem niet over de hele universiteit werd ingevoerd (waarbij voor elk vak een tien moet behaald worden om af te studeren en één negen dus voldoende is om je diploma niet te halen, FD). Verder moeten wij advies geven bij de beslissingen van de Sociale Raad, waardoor wij ook daarop controle kunnen uitoefenen. Vorig jaar hebben we tevens een oude nota over studiedruk en cursussen herwerkt en verbeterd naar hedendaagse normen en dan officieel aan de vice-rector Onderwijs overhandigd. Een aantal punten daarvan zijn reeds behandeld, maar we gaan ervoor zorgen dat de nota opnieuw op de agenda belandt en dat alle pijnpunten worden aangepakt.

 

Wat zijn de plannen voor volgend jaar?

Tytgat Studiedruk wordt opnieuw een prioriteit. Dit was vorig jaar wat uit de boot gevallen, maar het blijft voor enkele richtingen toch nog een ernstig probleem. Ook gaan we een enquête organiseren over 'Engels als onderwijstaal'. De situatie in Vlaanderen kan niet naar die van Nederland verglijden – waar er veel meer in het Engels gedoceerd wordt – vanwege wettelijke bepalingen. Wij willen echter weten wat de studenten aan de UA er van denken, om af te tasten of er een vraag naar is, maar ook om het gevoel van studentenvertegenwoordiging wat op te krikken.

 

Wie betaalt jullie werking?

Tytgat Wij hebben geen vast werkingsbudget, hoewel het wel mogelijk is om, bijvoorbeeld, een debat te organiseren met de hulp van de universiteit. In tegenstelling tot Gent en Leuven hebben wij echter geen mensen in dienst – alles gebeurt op vrijwillige basis – wat wel lastig kan zijn naar de buitenwereld toe. Wij kunnen immers geen continuïteit en dossieropvolging garanderen over verschillende academiejaren.



Extra cathedra
21/10/2007

Ze onderhoudt de studenten van de eerste bachelor PSW met ‘Inleiding tot de algemene economie’ en geeft nog een vijftal andere vakken aan de UA. Maar als zij mocht kiezen zou ze liever op de koffie gaan bij farao Hatjepsoet, of een lekkere pasta gaan eten in het Antwerpse Al Dente. Dames en heren: professor Diana De Graeve.

Welk boek zouden al uw studenten moeten lezen?

'Siddartha' van Herman Hesse is een boek dat me aangesproken heeft. Boeiend geschreven en met een boodschap. Ik zou het zelf ook nog een keer terug moeten lezen.

 

Met welke persoon uit de wereldgeschiedenis had u graag eens een praatje gemaakt?

Ik wil wel eens op de koffie (of bij een ander brouwsel uit die tijd) bij Hatjepsoet (in Egypte rond 1500 v. Chr.). Ik zou willen weten hoe zij als eerste vrouwelijke Farao heeft kunnen standhouden in de mannenwereld van toen. Ze mag me meteen ook een rondleiding geven tussen de bouwwerken die ze liet uitvoeren.

 

Wat is uw favoriete restaurant in Antwerpen?

Al Dente, op de Vlaamse Kaai. Ze serveren er lekkere Italiaanse pasta's, en in de zomer kan je buiten zitten.

 

Met welke muziek mag men u ‘s ochtends wakker maken en met welke muziek absoluut niet?

'Feel So Good' van Chuck Manhione laat me toe zacht te ontwaken. Liedjes van Céline Dion kunnen ook. Hardcore, metal of techno, dat is niets voor mij. Zeker niet 's morgens, maar ook niet op een ander moment.

 

Wat was de laatste film die u in de bioscoop zag?

‘A Beautiful Mind’. Dit is dus reeds enkele jaren geleden. De film vertelt het leven van nobelprijswinnaar economie John Nash die aan schizofrenie lijdt (en die trouwens vorig jaar een eredoctoraat kreeg aan onze instelling). Ik ga haast nooit naar de film, maar ik voerde op dat moment een studie uit over de behandelingskosten van schizofreniepatiënten in België en ben naar de film gaan kijken omdat zoveel mensen me erover aanspraken. Ik vond hem trouwens wel erg mooi en aangrijpend (mijn zakdoek zat in mijn hand) en was achteraf blij dat ik gegaan was.



21/10/2007

Professor Peter Kravanja behaalde zijn doctoraat in het domein van de Toegepaste Wiskunde maar blies zijn academische carrière daarna nieuw leven in door zich op filmanalyse te richten. Hij geeft enkele filmvakken aan de studenten Politieke en Sociale Wetenschappen van de UA en doceert tevens Filmwetenschap aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Wat heeft u doen besluiten om de overstap van wiskunde naar filmonderzoek te maken?

De woeste onbevangenheid bij John Cassavetes (`Faces', `Husbands', `A Woman Under the Influence') of Jean Eustache (`La Maman et la Putain'), de onderhuidse spanning bij Ingmar Bergman (`Persona', `Viskningar och rop'), de uitdijende, ongedwongen ademende tijd in het modernisme van Chantal Akerman ('Jeanne Dielman 23 Quai du Commerce 1080 Bruxelles') of Michelangelo Antonioni ('L'Avventura), het intertextuele vuurwerk van beeld, geschreven woord, muziek, dialoog en lawaai bij Jean-Luc Godard (`Pierrot le fou', 'Le Mépris', 'Prénom Carmen'), de ongebreidelde, knettergekke fantasiewereld van Federico Fellini (`Giulietta degli spiriti', 'E la nave va'), het menselijk gelaat zoals verbeeld in de films van Pier Paolo Pasolini (`Accatone', `Teorema'), en zo kan ik nog wel een hele tijd verder gaan. Tijdens het afwerken van mijn proefschrift als ingenieur in de Toegepaste Wiskunde ging ik minstens 150 keer per jaar naar het Brussels Filmmuseum.

 

Welke boeken liggen u na aan het hart?

'A la recherche du temps perdu' van Marcel Proust is voor mij een onuitputtelijke bron van emoties en intellectuele inzichten. Ook waardeer ik T.S. Eliots 'Four Quartets', vier gedichten die voor mij de essentie van het leven verwoorden, en 'Everybody's Autobiography' (Gertrud Stein). In het Nederlands 'Nader tot U' en 'Het Boek van Violet en Dood' (Gerard Reve) naast de venijnige campusromans van W.F. Hermans.

 

Van welke overleden muzikant had u graag een concert bijgewoond?

Glenn Gould, om hem de Sonate op. 1 van Alban Berg of pianosonates van Scriabin te horen vertolken.

 

Welke stripheld zou u graag willen zijn?

Geen. Striphelden bestaan immers slechts op papier en leven in twee dimensies.

 

Wat is uw favoriete restaurant in Antwerpen?

Ik eet zelden of nooit in Antwerpen. In Brussel kom ik graag in TAN.



Uit de pers geplukt
21/10/2007
🖋: 

Colleges op YouTube

De Californische universiteit van Berkeley heeft beslist om video's van colleges via YouTube ter beschikking te stellen. Meer dan driehonderd uren les zullen beschikbaar zijn via het adres www.youtube.com/ucberkeley. Vooral over onderwerpen als vrede en biotechnologie zal er materiaal verspreid worden. De universiteit zegt hiermee het publiek een beeld te willen geven van het leven op de universiteit. Berkeley is één van de meest prestigieuze universiteiten ter wereld. Ze publiceerde vorig jaar al een hele reeks cursussen als podcast op iTunes.

 

Tien procent van de mannelijke studenten problematisch alcoholgebruiker

Eén op de tien mannelijke studenten drinkt problematisch veel. Dat blijkt uit een onderzoek uit 2005 bij 27.210 studenten van de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen. Uit het onderzoek blijkt onder meer dat het binge drinking, het drinken van minstens zes glazen alcohol per gelegenheid, gevaarlijk is. Volgens de onderzoekers doet één op zes studenten één keer per week aan binge drinking. Driehonderd studenten, een minderheid, doet dit zelfs elke dag. Daarenboven is het vooral een mannelijk probleem. Dertig procent van de mannelijke studenten doet minstens één keer per week aan binge drinking, bij de vrouwen is dat slechts tien procent. In hun publicatie besteden de onderzoekers verder ook aandacht aan druggebruik bij studenten en gaan ze in op het belang van sensibilisering, preventie en hulpverlening.

 

Numerus clausus voor het tweede jaar Geneeskunde

Om een limiet te stellen aan het aantal studenten Geneeskunde aan de Franstalige universiteiten in ons land, mogen niet alle geslaagde studenten naar het tweede jaar. Luikse geneeskundestudenten dienden een klacht in tegen deze numerus clausus, maar die werd in kortgeding afgewezen door de rechtbank van Luik. Een deel van de studenten zal bijgevolg hun studie niet kunnen verderzetten. Deze negatieve publiciteit belette echter niet dat zowel aan de ULB (Université Libre de Bruxelles) als aan de UCL (Université Catholique de Louvain) het aantal studenten dat zich inschreef voor het eerste jaar Geneeskunde opvallend gestegen is.

 

Gentse studentendopen aan banden gelegd

De Gentse studentenorganisaties ondertekenden begin oktober een doopreglement dat buitensporigheden bij studentendopen zou moeten voorkomen. Schadelijke chemische stoffen, kadavers, bloed, slachtafval, levende gewervelde dieren… niets van dat alles mag voortaan nog worden gebruikt bij studentendopen. Het reglement kwam er onder meer op vraag van de Gentse rector Van Cauwenberghe na een incident waarbij studenten levende visjes in de mond moesten nemen. Een heuse ‘dooppolitie’ moet controleren of de regels inderdaad in acht worden genomen. Studentenverenigingen die hun boekje te buiten gaan, kunnen hun subsidies verliezen en individuele studenten kunnen in extreme gevallen van de universiteit geschorst worden.

 

Universiteit Antwerpen draagt steentje bij

Bij de plechtige opening van het academiejaar sprak UA-rector Francis Van Loon de luisteraars toe over duurzame ontwikkeling. Universiteiten hebben volgens Van Loon de knowhow én de maatschappelijke plicht om een belangrijke bijdrage te leveren aan domeinen als armoedebestrijding, bevolkingsgroei, verandering van consumptie- en productiepatronen, bescherming van de atmosfeer, tegengaan van ontbossing, behoud van biologische diversiteit en afvalbeheer. Volgens de rector werken wetenschappers van onze universiteit mee aan niet minder dan 690 verschillende projecten wereldwijd. "Onze academici hebben de boodschap al vele jaren begrepen", sprak Van Loon.



Met dank aan...
20/10/2007
🖋: 

Ivo en zijn broer Hans werken samen met Karina, Maureen, Nathalie en Kirsten in ‘t Kaf. Het zestal verwent er de studenten, proffen en het personeel van campus Drie Eiken met heerlijke broodjes, snack en drankjes. “Vroeger was hier wel meer sfeer”, vertelt Ivo. “Nu is ’t Kaf meer een cafetaria geworden.” De redenen hiervoor zijn volgens Ivo enerzijds het erg zwaar geworden lessenpakket waardoor iedereen minder tijd heeft en anderzijds de iets individualistischere houding van de studenten. Iedereen heeft een computer of een tv en blijft gemakkelijker thuis. Bovendien zijn er sinds dit jaar ook een hoop studenten naar de Stadscampus verhuisd. Maar Ivo is hoopvol over de toekomst en wil met een aantal acties opnieuw leven in de brouwerij brengen. Vorig jaar organiseerde ’t Kaf op de laatste vrijdag van het eerste semester het ‘Ouwe-Zakkenfeest’ waarbij iedereen van oud-prof en oud-student tot huidig prof en student gezellig een pintje kon komen drinken. Op die avond werd tevens geld ingezameld voor de Music-for-life campagne van Studio Brussel. Ook dit jaar zijn de plannen voor dit feest al gemaakt. U weet waar naartoe op die laatste vrijdag van het eerste semester!



editoriaal
20/10/2007
🖋: 
Auteur

Eind september schreven tien coryfeeën van de Universiteit Antwerpen – waaronder Chris Van de Wyngaert, Christine Van Broeckhoven en vice-rectoren Bea Cantillon en Joke Denekens – een open brief om het glazen plafond aan onze instelling aan de kaak te stellen. Het gebrek aan vrouwen in de hogere regionen van de universiteit is nijpend, zo stelden ze vast, en ze riepen elk personeelslid op om zijn of haar verantwoordelijkheid te nemen. De brief – “Onze universiteit, (g)een mannenbastion?” – werd gepubliceerd in 'Inbox', het personeelsblad van de UA, en in verschillende nationale kranten. Noemenswaardige reactie bleef echter uit. Hebben de tien briefschrijfsters onnodig inkt laten vloeien over een probleem uit een ver patriarchaal verleden?

Allesbehalve, zo blijkt uit het Gelijkekansenrapport van de VLIR uit 2005. Aan vrouwelijke assistenten is er aan de Vlaamse universiteiten blijkbaar geen gebrek. Het genderschoentje begint echter te wringen zodra je hogerop klimt op de academische ladder: slechts 15 procent van het Zelfstandig Academisch Personeel (ZAP) is vrouwelijk. En hoe hoger de functie, hoe minder vrouwen, zoals treffend wordt weergegeven in de bijgevoegde grafiek. Overigens niet vaak vermeld, maar minstens even frappant: ook bij het Administratief en Technisch Personeel (ATP) zijn vrouwen ruim vertegenwoordigd in de lagere echelons, terwijl hogere functies haast voor 100 procent door mannen worden ingevuld.

 

De universiteit stelt zichzelf als missie om vrouwen voldoende kansen te geven: in haar Basisnota Academische Structuur schuift de UA als één van de basisprincipes naar voren dat niet meer dan twee derde van de leden van een orgaan mogen behoren tot hetzelfde geslacht. Zonder een beleidsplan met concrete maatregelen en tijdslimieten blijft deze doelstelling echter niets meer dan een mooie luchtspiegeling.

 

Om te beginnen kan het alvast geen kwaad om het probleem van genderongelijkheid aan de UA ernstig te nemen. Als tien gewoon hoogleraren deze ongelijkheid aankaarten, laten we hen dan ook gepast gehoor geven.



De nieuwe Masters
20/10/2007
🖋: 
Auteur

In maart dit jaar maakte een trotse UA via een persbericht enkele nieuwe Masters bekend. Deze bieden de studenten veel meer keuze dan de vroegere licenties want elke faculteit heeft nu, aldus de UA, naast de Masters die in het verlengde van de Bachelors liggen, ook ruimere en minder voor de hand liggende keuzemogelijkheden. Een overzicht.

Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen

In de Master Farmaceutische Wetenschappen kan je kiezen tussen de klassieke afstudeerrichting Apotheker, de Master in de Farmaceutische Zorg en een Master in Geneesmiddelenontwikkeling (met onder andere de afstudeerrichting Biofarmaceutische Wetenschappen).
De Master in Biochemie en Biotechnologie stelt drie doelstellingen centraal: onderzoek, onderwijs en ondernemerschap. De cluster ‘Ondernemerschap’ bereidt studenten voor op een functie in een bedrijf of overheidsinstelling en wordt interfacultair georganiseerd. Dit betekent concreet dat de docenten uit verschillende faculteiten komen: uit de faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen, de faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen, en de faculteit Wetenschappen. Gastdocenten uit de betrokken sectoren zullen de studenten dan weer wegwijs maken in de organisatie van – en communicatie in – een bedrijf.
De Master Biomedische Wetenschappen heeft vijf mogelijke afstudeerrichtingen: Klinisch Wetenschappelijk onderzoek, Tropische Biomedische Wetenschappen, Neuroscience, Moleculaire en Cellulaire Biomedische Wetenschappen en Biomedische Wetenschappen met als opties Onderzoek, Onderzoek en Onderwijs, Onderzoek en Ondernemerschap.

 

Faculteit Letteren en Wijsbegeerte

Als vanouds sluiten de Masters Geschiedenis, Wijsbegeerte en Taal- en Letterkunde rechtstreeks aan op de betrokken Bachelors, met voor die laatste Duits, Engels, Frans, Italiaans, Nederlands of Spaans als mogelijke afstudeerrichtingen.
In de meer specifieke wetenschapsdomeinen heb je vanaf nu echter ook de keuze tussen drie nieuwe, en als we de UA geloven zelfs vérnieuwende Masters: Literatuur van de Moderniteit, Taalkunde en Theater- en Filmwetenschap.
Verder biedt de faculteit Letteren en Wijsbegeerte in samenwerking met de faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen de interfacultaire Master Meertalige Professionele Communicatie aan.

 

Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen

Studenten kunnen hier kiezen tussen acht verschillende Masters, waarvan er vijf rechtstreeks aansluiten op de Bacheloropleidingen: de Master Sociologie; de Master Sociaal-Economische Wetenschappen in samenwerking met de faculteit TEW; de opleiding Communicatiewetenschappen die met Strategische Communicatie en Mediacultuur voor een Masterprogramma met twee afstudeerrichtingen opteert; de Master Politieke Communicatie die op de interactie tussen het publiek, de massamedia en de politiek focust en de Master Internationale Politiek die rond twee disciplines van de politieke wetenschappen is opgebouwd: internationale betrekkingen en Europese Unie Studies.
Verbreding is mogelijk met de Master Filmstudies en Visuele Cultuur, die uniek is in het Vlaamse onderwijslandschap; de Master Sociaal Werk, in samenwerking met twee hogescholen van onze associatie en de eenjarige Master in de Milieuwetenschap, die milieugeneralisten opleidt.

 

Faculteit Rechten

Uit de domeinen van het burgerlijk recht, het fiscaal recht, internationaal en Europees recht, ondernemingsrecht en publiek recht, rechtshandhaving en sociaal recht, kan de student zelf een opleidingspakket samenstellen. Een algemene of meer gespecialiseerde opleiding is daarbij uiteraard mogelijk.
Uniek in Vlaanderen is de stage die samen met een thesis de Masterproef vormt. De student kiest zelf de sector waarvan hij de werksfeer wil proeven en heeft daarbij de keuze uit de advocatuur, het parket of de magistratuur, maar ook uit adviserende of leidinggevende functies in de bedrijfswereld, bij de overheid, bij internationale organisaties, de sociale sector of de non-profitsector.

 

Faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen

De Universiteit Antwerpen is met de nieuwe Master in Economic Policy de eerste Vlaamse universiteit die een volledig Engelstalige initiële Masteropleiding in de Economie aanbiedt. Engelstalig, want deze opleiding wil een antwoord zijn op de tendens tot internationalisering en de toenemende mobiliteit van studenten uit binnen- en buitenland die daarmee gepaard gaat.
Doel van deze Master is het kunnen analyseren en vormgeven van het economische beleid van ondernemingen en overheden in een internationaliserende samenleving.
Ook de Masters Cultuurmanagement en Organisatiebeleid zijn nieuw. Die laatste werd specifiek ingericht voor studenten die na een schakelprogramma nog een academische opleiding in management en communicatie van profit – en non- profitinstellingen beogen.
Daarnaast zal de Master Handelsingenieur de technologische vorming vanaf nu combineren met een traject bedrijfskunde of economisch beleid om de brugfunctie van de handelsingenieur in het sociaaleconomisch leven uit te breiden.
De traditionele masteropleidingen in de faculteit TEW blijven Economie, Bedrijfskunde en Handelsingenieur.

 

Faculteit Wetenschappen

Naast een afstudeerrichting, kunnen alle studenten Wetenschappen tussen drie beroepsopties kiezen: Onderwijs (lerarenopleiding), Onderzoek (voorbereiding op een doctoraat) of Ondernemerschap (een voorbereiding op het bedrijfsleven).
De Master Fysica kent vanaf nu – naast Subatomaire Fysica – een aantal nieuwe specialisatiemodules: Nanofysica en Vastestoffysica, Medische Fysica en Moleculaire Biofysica.
De drie afstudeerrichtingen van de Master in de Biologie weerspiegelen de pijlers van het onderzoek van het departement: Cel- en Systeembiologie, Evolutie- en Gedragsbiologie, Ecologie en Milieu.
In de Master Chemie wordt er samengewerkt met verschillende chemische bedrijven en komt de industriële chemie uitgebreid aan bod.
De Master in de Informatica kent dan weer specialisaties in wetenschappelijke toepassingen met Computationele Informatica en in de basisaspecten van de informatica: computernetwerken en gedistribueerde systemen, databases, software engineering.
In de Master Wiskunde kan je voor de specialisatie fundamentele wiskunde of de specialisaties financiële wiskunde en didactiek van de wiskunde kiezen.
Verder coördineert het Interfacultair Instituut voor Milieukunde de opleiding Master in de Milieuwetenschap, die openstaat voor bachelors (en masters) van verschillende studiedomeinen.

 

Faculteit Geneeskunde

Aangezien de studie Geneeskunde over minimaal zeven jaar loopt, zijn er dit jaar voor deze opleiding nog geen Masters te kiezen.
Wel was er op de Masterbeurs van 14 maart al een infosessie over de Master Verpleeg- en Vroedkunde, die de academische scholing van Bachelors in de Verpleegkunde of Vroedkunde voor ogen heeft.

 

 

bron: “Voor het eerst een master kiezen”, 08/03/’07



Het leven zoals het is: musicalzanger in Les Misérables
20/10/2007
🖋: 
Auteur

Hij was Dracula, The Phantom of the Opera, Valjean (zowel in Antwerpen als in Londen), Jekyll én Hyde, maar nog steeds heeft deze man geen last van identiteitsstoornissen. Momenteel staat Hans Peter Janssens stevig in zijn schoenen als de slechterik Javert uit 'Les Misérables' in het Londense Queen’s Theatre, nadat hij daar jaren eerder het record vestigde als langst spelende Jean “the good guy” Valjean.

Acht voorstellingen per week, wat een tempo. Kan je je nog inleven in Javert of wordt het een sleur?

Hans Peter Janssens Hier is dat tempo doodnormaal. Mocht er sleur op komen, dan zou ik ermee moeten stoppen. Ik probeer alles zoveel mogelijk voor de eerste keer te beleven. Acteren is reageren op en luisteren naar wat een ander zegt. Als je iets zingt of zegt, is het niet alleen de bedoeling dat je zingt alsof het de eerste keer is dat je de woorden uit, maar ook alsof het de eerste keer is dat je die woorden hoort. Het wordt pas een sleur als je geen inspanning meer doet om je in te leven. Als ik merk dat iets gebeurd is zonder dat ik het zelf volledig besefte, dan zit ik erg verveeld met mezelf.

 

Ben je nog zenuwachtig voor een optreden?

Janssens Zenuwachtig niet. Ik voel wel de adrenaline, die geeft je de nodige energie om zo’n voorstelling te doen. Als de muziek begint is dat voor mij gewoon een klik. Er kunnen alleen zenuwen bij te pas komen als er speciale voorstellingen zijn waarbij er bepaalde mensen in de zaal zitten.

 

Wie bijvoorbeeld?

Janssens Vorig jaar vierden we de 21ste verjaardag van de productie en vorige maand de 9000ste voorstelling. Dan weet je dat Mackintosh (de producer, WC) of mensen van de oorspronkelijke cast in de zaal zitten en dat geeft een extra kick. Echt zenuwachtig ben ik gelukkig niet. Er zijn mensen die verkrampen, maar dat wil nog niet zeggen dat je minder goed bent. Iemand als Judi Dench is het prototype van stage fright en hoe ouder ze wordt, hoe erger blijkbaar. Ik heb haar bezig gezien, ze vergaat altijd van de zenuwen. Je moet haar echt het podium opduwen.

 

Javert vs. Valjean 'Les Misérables' gaat over Valjean, een man die na negentien jaar gevangenisstraf weer een leven tracht op te bouwen, en politiecommisaris Javert die hem blijft achtervolgen. Op de achtergrond speelt zich de Franse Revolutie af. Javert is als tegenpool van Valjean dus de slechterik in Les Misérables. Beschouw je hem zelf ook zo?

Janssens Javert is gewoon iemand die heel gedisciplineerd gelooft in de wet. Dat maakt van hem geen slechterik, misschien hooguit een beroepsidioot (lacht). Door zijn principes pleegt hij uiteindelijk zelfmoord; hij kan nu eenmaal niet leven in de wereld van iemand die een beetje het tegendeel bewijst. Javert kan die stap niet zetten terwijl Valjean die stap wel gezet heeft.

 

Welke rol speel je het liefst van de twee?

Janssens Dat hangt af van mijn gemoedstoestand. Ik heb mij altijd goed gevoeld in donkere karakters als Javert en the Phantom, maar Valjean heb ik ook heel graag gespeeld. Ik zou misschien wel nog eens 'Bring Him Home' van Valjean willen zingen, maar ik voel me prima als Javert omdat die rol goed in mijn stem zit.

 

Javert staat niet zo vaak op de planken als Valjean. Wat doe je tijdens de momenten dat je niet op het podium staat?

Janssens Een boekske lezen in mijn kleedkamer of zoiets (lacht).

 

Je zit niet in de coulissen mee te volgen?

Janssens Mocht ik dat elke dag doen dan zou ik toch emotioneel diep in de put zitten. De intercom (kijkt naar een geluidsbox aan het plafond) zet ik nooit af, dan kan ik op mijn gemak even iets lezen, een koffietje drinken of een babbeltje doen. Ik vind het sowieso altijd belangrijk om te weten waar we zitten.

 

Als het kriebelt moet je zingen Het ritme van een musicalartiest is helemaal anders. Hoe ziet jouw gemiddelde dag eruit?

Janssens Doordat je ’s avonds werkt, moet je tegen acht uur op het hoogtepunt van je energie staan en daarom moet je alles een beetje verleggen. Ik ga niet vóór drie uur slapen en sta dan ook gemiddeld rond elf uur op. Zingen is eigenlijk een heel fysieke bezigheid. Ik zeg niet dat het een sport is, maar het scheelt niet veel. Na zo’n voorstelling kan je trouwens niet direct slapen omdat je de adrenaline hebt opgebouwd. Ik ken niemand die dan meteen in zijn bed kan kruipen. Pas op, ik heb altijd liever ’s nachts geleefd, dan word ik pas goed wakker.

 

Je bent 45 jaar geworden. Gaan er nu deuren open doordat je stem verandert of moet je beginnen opletten?

Janssens Ja, dat begint te tellen (lacht). Als bariton zit ik nu eigenlijk in mijn kracht dus ik moet zeker niet oppassen. Er zijn zelfs dingen die ik – gelukkig – nog niet kan omdat ik er te jong voor ben, maar dat is dan meer in de klassieke wereld. In de musical heb je wel sneller gedaan want er zijn meer rollen voor jongere gasten en meisjes. De interessante rollen komen pas wanneer je ouder bent.

 

Zijn er idolen waar je naar opkijkt of die je eens graag zou ontmoeten?

Janssens Neen, ik heb dat nooit gehad (lacht). Ik was niet iemand die in zijn jeugd posters op zijn muur had hangen van die of die persoon. Je vindt natuurlijk wel bepaalde dingen goed en moest bij manier van spreken Domingo naar onze show komen zien, zou ik er wel een babbel mee willen doen.

 

Heb je nog bepaalde dromen ?

Janssens Ik moet zeggen dat ik eigenlijk redelijk goed zit waar ik ben (lacht). Wat mij betreft is de West End samen met Broadway de top. De West End heeft voor mij zelfs meer betekenis. Er zijn veel mensen die zeggen dat ze naar Broadway willen, maar ik denk niet dat ik graag in New York zou wonen. Voor mij is dat geen betrachting. Ik zou misschien wel graag eens een creatie op West End willen kunnen maken. Ik denk dat iedereen in ons vak dat heeft. Maar het maakt eigenlijk niet uit waar; een nieuwe productie helpen opstarten en daar creatieve inbreng in hebben is ons doel. En mocht dat hier op de West End kunnen met een serieuze rol, dat zou het mannetje wel zijn.



Het gaat niet goed met het onderwijs volgens Frank Furedi
19/10/2007
🖋: 
Auteur

Wat willen wij van de universiteit? Probeer op die vraag maar eens een antwoord te vinden. De Britse (onderwijs)socioloog Frank Furedi doet hier een poging toe in zijn boek 'Waar zijn de intellectuelen?' Zijn mening over de rol van de universiteit heeft echter heel wat kwaad bloed gezet in het academische wereldje.

De furieuze Furedi trekt immers fel van leer tegen zowat alles waar de universiteit voor staat. Het docentenkorps deugt niet en studenten zijn bovenal hopeloze gevallen, om het boek even kort samen te vatten. Deze controversiële visie op onderwijs is voldoende reden voor dwars om Furedi eens bij de lurven te vatten. Een intellectueel debat leverde die ontmoeting niet op, wel onderstaand interview.

 

Wat gaat er mis in het onderwijs, professor Furedi?

Frank Furedi Kennis komt in dienst van de markt te staan, en dat is niet goed. Jongeren worden meer en meer aangemoedigd een cynische houding aan te nemen tegenover ideeën, ze moeten pragmatischer optreden en leren instrumenteel omgaan met kennis. Ik begrijp heus dat iemand naar de universiteit gaat met het oog op een fantastische job. Zolang je uiteindelijk maar beseft wat precies de bedoeling is van je aanwezigheid op de universiteit: het leren. Het is niet alsof je naar de winkel gaat om iets te kopen. Dat noem ik in mijn boek de McDonaldisering van de universiteit; studenten zijn klanten en kennis wordt een product.

 

Meten studenten zich bewust die vermeende consumentenmentaliteit aan?

Furedi Ik merk dat er grofweg drie groepen bestaan op universiteiten. Er is een relatief grote groep, zo’n 25% van de studenten, die niet goed weet wat ze op de universiteit komen doen. Ze zijn daar enkel omdat ze verteld werden naar de universiteit te gaan. Voor hen is het gewoon een verlenging van de middelbare schooltijd. Aanzienlijk minder studenten, zo’n 5 tot 10%, zijn echt geïnteresseerd in wat ze doen. Ze laten zich inspireren door idealisme en nemen zichzelf echt serieus als potentiële intellectuelen. En dan rest er nog de massa: op een goede dag worden deze mensen uitgedaagd door de leerstof. Op een slechte dag worden ze dan weer afgestoten.

 

Waarom is er maar zo’n klein aantal studenten echt geïnteresseerd?

Furedi Daarvoor moet je teruggaan tot het moment waarop kinderen voor het eerst naar school gingen. Vanaf dan worden kinderen opgeleid om geen zwaarwichtige oordelen te vellen. Ze worden verteld dat kennis niet belangrijk is, voor hun eigen goed. Het pragmatisch leren wordt aangemoedigd. Slagen voor een examen is wat telt, en dat diploma halen is het allerbelangrijkste. Een voorbeeldje: op veel scholen wordt literatuur onderwezen. Niet slecht, maar is het niet beter kinderen een liefde voor boeken bij te brengen? Die trend van instrumentele kennis aanmoedigen, begint dus op heel jonge leeftijd en laat zich dan voelen op de universiteit.

 

De schuld ligt dus niet bij de universiteiten maar bij lagere- en kleuterscholen?

Furedi Het is de maatschappij die ons deze erg enge visie van het pragmatische leren opdringt.

 

Verdomming

U wijdt een hoofdstuk van uw boek aan "verdomming". Wat moeten we ons bij die term voorstellen?

Furedi Er komen heel veel nieuwe studenten op de universiteit. Een groot deel van die groep is niet meer in staat de gesofisticeerde dingen te doen die een kleine elite in het verleden wel kon. In plaats van die grote groep tot een fatsoenlijk niveau op te leiden, gaan we het niveau van onderwijs naar beneden halen. Dat bedoel ik met die “verdomming". Concreet betekent dit dat er in bepaalde vakken geen theorie meer gedoceerd wordt omdat mensen er problemen mee hebben. Dat maakt het natuurlijk wel moeilijk om bijvoorbeeld sociologische theorieën te begrijpen. Ook is er het aspect van wat heet social engineering. De maatschappij worstelt met de vraag hoe om te gaan met mensen met sociale problemen of lagere competenties. De oplossing is blijkbaar om ze te laten studeren en dan een papiertje te geven, een diploma, om zo hun positie in de maatschappij te versterken.

 

Onderwijs is toch het middel bij uitstek om mensen met lagere competenties aansluiting te doen vinden met die moderne maatschappij?

Furedi Doordat meer en meer mensen een diploma willen, worden de normen om dat diploma te halen lager gelegd. Het onderwijs wordt gedevalueerd. Er studeren nu meer mensen af dan vroeger, maar hetzelfde niveau wordt niet meer gehaald. Diploma’s die nu uitgereikt worden, representeren niet meer bepaalde kwaliteiten en geven je zo niet de job die je wilt. Een dergelijk diploma krijgen is simpelweg oneerlijk.

 

Dat is een wel erg provocatieve stelling.

Furedi Ik geloof nochtans in de democratisering van het onderwijs. Hoe meer mensen onderwijs krijgen, hoe beter. Maar we mogen het niveau niet uit het oog verliezen. Je gaat nu naar de universiteit, maar krijg je wel de opleiding die je verdient?

 

Wat suggereert u als oplossing?

Furedi We moeten een cultuur creëren die waarde geeft aan ideeën.

 

Dat klinkt nogal abstract.

Furedi Ik geef even een historisch voorbeeldje: zo’n honderd jaar geleden was de universiteit enkel voor de elite weggelegd. Heel wat arbeiders werden autodidact, ook al waren ze maar tot hun dertiende naar school geweest. In Wales leerden mijnwerkers ’s avonds Spaans of verdiepten ze zich in politieke economie. En in Glasgow gingen duizenden mensen naar sessies waar Das Kapital van Marx besproken werd. Mensen wilden toen bij een zekere intellectuele elite horen. En nu moeten we jongeren bijna al naar de universiteit slepen, gewoon omdat dat iets is dat je moét doen. We moeten de bestaande cultuur uitdagen. Eens die cultuur uitgedaagd, kunnen we veel doen.

 

Samengevat: als je nu iets wilt bereiken in het leven, dan kun je best autodidact worden?

Furedi Ik heb wat kennissen met kinderen die naar de universiteit willen. Die vragen aan mij: “Frank, naar welke universiteit moet mijn kind om een goede opleiding te krijgen?” Dan antwoord ik door te vragen of het wel een goed idee is om ze naar de universiteit te sturen. Misschien kunnen ze beter de wereld intrekken om daar iets te leren. Er zijn andere manieren om je intellectueel te ontwikkelen, daarvoor hoef je niet per se naar de universiteit.

 

Infantilisering

In uw boek betoogt u dat universiteiten studenten bewust als kinderen behandelen.

Furedi Dat noem ik de infantilisering van het hoger onderwijs. Discussies op niveau worden maar al te vaak uit de weg gegaan vanuit de aanname dat de gemiddelde mens te dom is om met een complex idee om te gaan. Op mijn universiteit willen ze bijvoorbeeld essays vervangen door ja/nee- en goed/fout-vragen. Geen slecht idee mochten de studenten zes à zeven jaar oud zijn. Maar van twintigers mag je toch wel wat meer verwachten. Veel zaken zijn niet goed of fout, maar zijn ambigu en voor interpretatie vatbaar.

 

Een stelling: deze generatie, de Einsteingeneratie, is niet zo eenzijdig ontwikkeld als uw prototypische intellectueel, maar springt veel veelzijdiger om met informatie en gaat zelf onderzoeken en ontdekken.

Furedi Ik hoop dat dat een foute stelling is. Wanneer er naar die zogenaamde Einsteingeneratie wordt gerefereerd, lijkt het mij vooral te gaan over de toegang tot kennis, niet over de kennis zelf. Bepaalde vaardigheden vereisen een zekere vorm van kennis. Zo moet je weten hoe iets te interpreteren vooraleer je kunt communiceren. Je moet leren kritisch om te gaan met iets wat je ervaart. Als je aan iets betekenis wil geven, moet er een verband zijn met bepaalde ideeën. Die ideeën zijn uiteraard pure kennis, en berusten niet op vaardigheden.

 

Maar is uw soort intellectueel geen achterhaald concept in deze maatschappij?

Furedi Honger hebben naar ideeën blijft uiterst relevant.

 

Deelt iedereen uw opvatting hieromtrent?

Furedi Veel collega’s zijn het met me eens. Zijzelf claimen echter dat ze er niets over kunnen zeggen. Dat is onzin. Je kunt met veel wegkomen. Maar er is een drang om te conformeren. Vaak wordt er hoogstens wat gepalaverd op de achtergrond. Het is zoals in die Supermanstripverhalen: wanneer sommige academici voor me staan zijn ze Superman en kunnen ze de wereld aan. Terug naar hun werkvloer veranderen ze in die saaie journalist Clark Kent.

 

Uw visie is wel enorm provocatief. Denkt u niet dat dat mensen afstoot?

Furedi Veel mensen vinden mijn ideeën controversieel. Toch vind ik heel wat gehoor. Ik voel mezelf dan ook helemaal niet geïsoleerd of in een hoek gedrukt. Er bestaat weldegelijk een draagvlak om tegen de gangbare normen in te gaan. Maar we leven in conservatieve tijden: het conformisme is erg machtig en mensen staan afwijzend tegenover alternatieven. Ze zijn bang neergesabeld te worden als ze eens buiten de lijntjes kleuren. Er is een gebrek aan intellectueel zelfvertrouwen. Neem nu iets als vrijheid van meningsuiting. Er wordt maar al te vaak verteld dat je iets niet kan zeggen. Veel academici conformeren zich daar naar. Het is toch belangrijk dat academici een bepaalde stelling kunnen innemen, ook al gaat die tegen de gangbare normen in. Ik vind het ronduit beledigend wanneer mensen je vertellen voorzichtig te zijn met wat je zegt. Het is net cruciaal iets te kunnen zeggen, ook voor studenten.

 

Ook voor studenten?

Furedi Ben je vertrouwd met het concept "academisch pesten"? Toen ik begon met lesgeven, een hele poos geleden, probeerde ik altijd een dialoog aan te gaan met mijn studenten. Ik gooide een probleem in de groep en vroeg: "Wat denk je ervan?" Zo oefende ik druk uit op studenten. Vandaag wordt dat gezien als een zeer destructieve pedagogische methode. De pedagogische methodes die nu gebruikt worden op de universiteit, lijken zo overgenomen te zijn van de kleuterschool. Lesgevers kunnen hun studenten niet meer confronteren uit angst hen te beledigen of te vernederen. Een dergelijke redenering vertrekt vanuit de premisse dat je tegenover kinderen staat, en niet tegenover jongvolwassenen.

 

Uiteindelijk bevat uw boek een bijzonder positieve boodschap: u lijkt vertrouwen te hebben in de jeugd.

Furedi Er zit een enorm potentieel in de jeugd, maar om iets te verwezenlijken is het noodzakelijk ons opnieuw te oriënteren, een andere houding aan te nemen tegenover de toekomst. Mensen willen serieus genomen worden, zeker als ze jong zijn. De drang om te experimenteren, die energie, de wil aan de toekomst te timmeren, jongeren hebben dat. Ik wil een groter geloof in de menselijke mogelijkheden. Mensen moeten geloven in mensen. Anders gebeurt er niets nuttig. Als iedereen alles als nutteloos omschrijft, wat maakt het dan nog de moeite waard?

 

 

Met dank aan Het Andere Boek



19/10/2007
🖋: 

November belooft een moeilijke maand te worden. De culturele agenda verwacht u namelijk op vele plaatsen tegelijkertijd. Laat dat vooral geen excuus zijn en stijg, tussen de vallende bladeren, boven uzelf uit. Enjoy the show!

Heel de maand door in deSingel: Hitchcock & Pauhof (voor al wie van zowel film als architectuur houdt: maak hier kennis met de ingenieuze decors van de meester van de suspense. Gratis)

 

1-3/11 Monty: de Roovers, ‘Joe’s Ark’ (wachtend op het einde der tijden stelt Joe zich enkele fundamentele vragen, naar een tekst van Dennis Potter)

 

3/11 Roma: BLING BLING

 

9/11 Roma: Flip Kowlier en Tom Pintens (dubbelconcert van de songsmeden, herlees onze interviews met Flip Kowlier en Tom Pintens)

 

9-10/11 Rataplan: Union Suspecte, ‘We People’ (dit heterogene gezelschap scheerde reeds hoge toppen met ‘De leeuw van Vlaanderen’ en ‘Onze Lieve Vrouw van Vlaanderen')

 

10/11 Zuiderpershuis: Nass El Ghiwane (de ‘Rolling Stones van Afrika’ volgens Martin Scorcese, documentaire en optreden van de Marokkaanse groep)

 

14 en 16/11 Lotto Arena: Bloc Party en The Kaiser Chiefs (de jongste jaren worden we nog eens overspoeld door zo’n goede, oude British Invasion, de exponenten van deze golf passeren vandaag in Antwerpen)

 

14-17/11 Bourla: Wayne Traub, ‘N.Q.Z.C.’ (het slotstuk van Traubs Arkiologie-project: eigenzinnig, polyfoon en vernieuwend theater)

 

16/11 Petrol: Black Uhuru en The Abyssinians (legendarische reggae, from the roots to the Grammy’s)

 

21/11 Film: Ridley Scott, ‘American Gangster’ (omwille van de titel, de setting – Harlem in de seventies – en de cast: Denzel Washington, Russell Crowe, RZA); Francis Ford Coppola, ‘Youth without Youth’ (omdat het Coppola’s eerste film is sinds ‘The Rainmaker’ uit 1997 en omdat u een mysterieuze liefdesgeschiedenis gezellig met uw lief kan gaan zien)

 

22/11 Trix: Minus The Bear (catchy indierock die het ontdekken waard is)

 

30/11 Arenbergschouwburg: Behoud de begeerte- Geletterde Mensen, Dimitri Verhulst (treed binnen in het universum van de jonge god der Vlaamse letteren)

 

BLING BLING

Hiphoppers dragen diamanten. Dat stelde het Diamantmuseum vast en het organiseerde meteen een tentoonstelling (tot 31 december) omtrent de hiphopcultuur en de ‘bling bling’ die als statussymbool wordt gedragen. De Roma neemt ons nog wat dieper mee in de wereld waar beats, breakdance en freestyle, maar ook misdaad, drugs, gangs en andere show-off de plak zwaaien. Op 3 november rappen Jerboa en zijn flow u plat. VK TekNar voegt beeld bij het woord. Later deze maand worden vier documentaires getoond: ‘Bellek’ gaat over Marokkaanse hiphop in de medina. ‘Dutchtouch’ volgt het wereldje in Amsterdam, Rotterdam en helemaal terug naar de New Yorkse bakermat. ‘Tsotsi’ is het Oscar-winnende verhaal van een diefje uit Zuid-Afrika dat door omstandigheden voor een baby moet zorgen. In ‘Rize’ ten slotte maken we kennis met krumping, een knotsgekke dansstijl die vanuit the hood – South Central LA – de wereld verovert.