REWIND Felgekleurde, plastic wapens waarvan je slechts de trekker moest overhalen om je ‘tegenstander’ zeiknat te maken, het lijkt een eenvoudig stuk speelgoed, maar het was duizend keer cooler dan het aloude tikkertje of verstoppertje. Wie nu precies de uitvinder van het klassieke waterpistool was, is onduidelijk. Wat ik wel weet, is dat Lonnie Johnson in de jaren 90 op de proppen kwam met de Super Soaker: een kolossale versie die meters ver kon spuiten. Niet alleen de kracht, maar ook het waterreservoir vergrootte. Jammer genoeg waren deze waterkanonnen een stuk duurder dan het klassieke model.
PLAY Hoe dichter je stond en hoe voller je waterreservoir, hoe beter, maar de onschuldigheid van dit alles veranderde algauw met de opkomst van de Super Soaker. Onenigheid geschiedde immers snel: zij die een Super Soaker bezaten, domineerden het spel. De afstand die ze konden overbruggen, de kracht en de hoeveelheid water waren immens, vergeleken met mijn minipistool. Bijgevolg klaagde ik, zoals alle kinderen, steen en been om een nieuw wapen. Verwend als ik was, trok ik enkele maanden later met mijn gloednieuw verjaardagscadeau ten strijde.
FAST FORWARD Dat de huidige generatie kinderen nog met waterpistolen speelt, behoeft geen twijfel. Al gebeurt dat volgens mij dan wel vaker in de context van ‘Call of Duty’ of ‘Bad Company’. Voor de oudere generatie jongeren zijn waterpistolen dan weer hét gadget op snikhete festivals. Misschien moeten we in dat geval wel opteren voor de klassieke minivariant.