02/11/2004
🖋: 

Hetgene dat wij ons uit een ver verleden nog herinneren als herfstvakantie is weer aangebroken en naar goede gewoonte gaat dat, ondertussen voor de 68ste maal, gepaard met de hoogmis van lezend Vlaanderen, de boekenbeurs in het bouwcentrum. Ondergetekende wist een uitnodiging voor de officiële openingsreceptie te bemachtigen en mengde zich onder de gestelde lichamen van het literaire wereldje.

De formule van de boekenbeurs zal ondertussen al wel genoegzaam gekend zijn: vier zalen met boeken en gerelateerde producten en een enorm aanbod aan lezingen en andere activiteiten om de boel wat meer kleur te geven. Geen nood dus om daar nog veel woorden aan vuil te maken. Er valt echter al een paar jaar heel wat (terechte) kritiek te horen op de beurs. Het aanbod aan romans en filosofie lijkt elk jaar beperkter te worden, ten voordele van schrijfsels in de stijl van “Hoe word ik gelukkig in 10 stappen” en andere lifestyle-rommel. Persoonlijk heb ik echter een zekere emotionele band met dit gebeuren en er zal meer nodig zijn dan een fors uitgebouwde studio 100-stand om die te breken.

 

Genoeg bezinning, tijd om eens te gaan uitzoeken wat er deze editie te beleven valt en welke zaken eerder te mijden zijn. Gewapend met een glas wijn en partner (het is en blijft een receptie) begin ik mij een weg te zoeken tussen het aanbod, waar de bezoeker dit jaar mee wordt bediend. Wie een gedetailleerd en volledig verslag verwacht van alles wat deze editie in de kijker staat en lezenswaardig is, mag nu gerust de pagina omslaan. Boekenkeuzes zijn per definitie afhankelijk van persoonlijke voorkeuren en uw nederige dienaar is daar geen uitzondering op. Dit gezegd zijnde zal ik proberen om zoveel mogelijk verschillende genres en onderwerpen aan bod te laten komen. Mochten er toch nog klachten rijzen, zal de dwarsredactie u met plezier mijn adres bezorgen, zodat u mij alsnog op gepaste wijze het hoofd kan komen inslaan.

 

Voor de liefhebbers van de betere roman, die toch op zeker willen spelen, is er aan de stand van de Standaard Boekhandel een uitgebreid gamma aan grote namen, gaande van Eco en Marquez tot meer lokale grootheden zoals Bouazza en Lanoye. Dit jaar in grote mate gepromoot op de beurs is de debuutroman van Suzanne Clarke, ‘Jonathan Strange & Mr. Norrel', blijkbaar een must-read voor fans van fantasy en andere toverij. Verder werpt ook het debuut van de Portugees José Luis Peixoto, ‘De Blik' hoge ogen. Hij komt zelf zijn boek voorstellen op 11 November.

 

Over naar de non-fictie, de eersteling van de in Vlaanderen en Congo wereldberoemde strafpleiter Jef Vermassen, ‘Moordenaars en hun motieven', belooft terecht één van de successen van de beurs te worden. Nu de rechten- en de taalkundestudenten hun deeltje aandacht hebben gekregen is het misschien tijd om eens te gaan zien wat er te lezen valt voor de TEW'ers en de geneeskundigen in spé. Mijn oog valt op twee werkjes aan de stand van uitgeverij epo: het de voorbije weken in Humo zwaar gepromootte ‘De Cholestoroloorlog' van Dr. Dirk Van Duppen, een welgemikte draai om de oren voor het Belgische geneesmiddelenbeleid en een boekje van een zekere Barbara Garson ‘Geld doet de wereld draaien' dat een nogal aparte kijk geeft op financiële stromen. Mevrouw Garson zet haar spaarcentjes op de bank en onderneemt dan een reis in de voetsporen van haar geld dat in de verste uithoeken van de wereld opduikt in de vorm van leningen, investeringen en speculaties.

 

Als uitsmijter voor de geschiedkundigen en de pol en soc'ers: de laatste dag van de beurs is er een themadag over de wereldoorlogen en ook de patriarch van het gratis-socialisme, Steve Stevaert, zal dan zijn nieuw boekje komen voorstellen.

 

 

Voor meer info:
www.boek.be en www.boekenbeurs.be
Boekenbeurs: 29 oktober tot 11 november
Antwerp Expo (Bouwcentrum)
Jan van Rijswijcklaan 191
Inkom: 4 Euro (studenten)
Openbaar vervoer: tram 2 en bussen 25, 26, 27



Waarom Turkije zo snel mogelijk bij de EU moet komen
02/11/2004

Eric Faucompret is decaan van de faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen van de UA en doceert als professor Internationale Politiek. De geknipte man dus om eens aan de tand te voelen over de mogelijke toetreding van Turkije tot de Europese Unie.

Laten we maar meteen met de deur in huis vallen. Bent u voor of tegen de toetreding van Turkije tot de EU?

Eric Faucompret Er is geen enkele reden om nee te zeggen tegen Turkije. Al in 1963 – de toenmalige EEG was nog erg jong – is er een associatieakkoord getekend met een aantal landen, die economisch nog niet rijp waren voor toetreding, waaronder Griekenland en Turkije. Volgens de zogenaamde ‘Birkelbach-doctrine' van het Europees parlement zou deze associatie uiteindelijk tot toetreding moeten leiden. Associatie werd m.a.w. beschouwd als een voorkamer van toetreding voor landen die om een of andere reden nog geen lid konden worden van de EEG. De onderhandelingen verliepen wel nogal moeizaam, want de leden van de Turkse delegatie werden regelmatig vervangen omdat hun voorgangers door het nieuwe regime in de gevangenis waren gegooid. Wat er ook van zij, met het associatieakkoord is toen een beslissing genomen waar we volgens mij niet meer op terug kunnen komen.

 

Kan de EU de toetreding van Turkije op dit moment economisch wel dragen?

Faucompret Waarom zou de EU dat niet kunnen dragen? Omdat Turkije arm is en dat ons geld zal kosten? Er staat toch nergens in het verdrag dat arme landen niet mogen toetreden? Spanje, Portugal en Griekenland waren voor hun toetreding ook veel armer. Het Turkse inkomen per capita bedraagt inderdaad maar ongeveer 25 procent van dat van de EU. Men heeft berekend dat de toetreding van Turkije tot de EU maximaal 30 miljard euro aan uitkeringen en subsidies zou kosten. Maar per inwoner van de uitgebreide EU is dat niet zo'n enorm bedrag. Daarbij, de toetreding zal een gunstig effect hebben op de buitenlandse investeringen en handel waardoor de economische ontwikkeling van Turkije wordt bevorderd en het onevenwicht op termijn vanzelf verdwijnt.

 

Geopolitiek

Zal een eventuele toetreding geen wrevel veroorzaken bij andere Europese landen, zoals Spanje, die hoe langer hoe minder Europese subsidies zullen krijgen?

Faucompret Uiteraard. Zeker als het totale bedrag aan subsidies niet verandert. In Vlaanderen maken we trouwens hetzelfde mee, met velen die zich opwinden over ‘miljardentransfers' van Vlaanderen naar Wallonië. En tussen Noord- en Zuid-Italië en West- en Oost-Duitsland is dat niet anders. Subsidies aan armere regio's of staten zijn nu eenmaal de prijs die je moet betalen voor solidariteit en voor een geopolitiek feit. Wie argumenteert dat Turkije geen Europees land is, moet mij maar eens verklaren waarom het land in 1950 lid geworden is van de Raad van Europa, waarom het van meet af aan betrokken was bij de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking, waarom het in de NAVO is gekomen en waarom het in 1963 dat associatieakkoord heeft gekregen. Geografisch gezien ligt het inderdaad in de schaduwzone tussen Europa en Azië, maar dat is juist een unieke opportuniteit om Europa op internationaal geopolitiek vlak te versterken. Ook om de Cyprische kwestie ooit op te kunnen lossen, is het absoluut noodzakelijk dat Turkije lid wordt van de EU.

 

Trouwens, als EU kunnen we enorm veel bereiken in Turkije. Kijk maar hoe snel de wetgeving er de jongste tijd evolueert: vrijheid van vereniging, rechten voor de Koerden, afschaffing van de doodstraf, vrijheid van pers, verbod van foltering, ... De huidige premier, Tayyip Erdogan, is erg Europees gezind en wil ver gaan om de toetreding van zijn land erdoor te krijgen. Zo is hij ook bezig de rol van het leger in de politieke besluitvorming te beperken.

 

Moet Europa naast een verbreding ook niet aan een verdieping van het Europese gebeuren denken? Dat is toch niet evident wanneer een zo groot land met een erg verschillende cultuur toetreedt?

Faucompret Als de wil tot een dergelijke verdieping echt mocht bestaan hebben, dan was die verdieping al lang geleden gerealiseerd. Ik denk dat domeinen als buitenlands en militair beleid wel altijd op het nationale niveau zullen blijven. Iedereen weet trouwens dat de tien landen die er dit jaar zijn bijgekomen heel erg vasthouden aan hun nationale soevereiniteit, sommige nog veel sterker dan Turkije. Geen enkel Oost-Europees land wil de heerschappij van Moskou vervangen door die van Brussel. Bovendien belet niets de huidige lidstaten om met de landen die dat willen een kern-Europa te creëren. Wie weet maakt Turkije daar dan zelfs deel van uit, en landen als Griekenland, Zweden, Denemarken, Oostenrijk of Groot-Brittannië niet? Zeventig procent van de Turkse bevolking is immers voor de toetreding. Er is in Turkije blijkbaar meer enthousiasme voor Europa dan bij de publieke opinie in de huidige lidstaten.

 

Is de Europese Unie niet toe aan hervorming? Met zoveel lidstaten en zoveel domeinen waarover nog bij unanimiteit beslist moet worden, riskeren we toch in politieke patsituaties terecht te komen?

Faucompret Voor een aantal belangrijke beslissingen wordt er in de ministerraad gelukkig al met gekwalificeerde meerderheid gestemd. In de toekomst zal een beslissing in normale omstandigheden aanvaard worden met een meerderheid van 55 procent van de lidstaten en 65 procent van de bevolking. Turkije – met zijn bijna 70 miljoen inwoners de tweedegrootste na Duitsland, en binnenkort waarschijnlijk de grootste gezien de hogere nataliteit – zou dan inderdaad erg zwaar op de besluitvorming in de ministerraad kunnen wegen. Voor een aantal domeinen (buitenland- en defensiebeleid, belastingen en begroting) zal unanimiteit nodig blijven. Ik kan me moeilijk voorstellen dat Nederland de EU bij meerderheid zou laten beslissen over het energiebeleid, of dat België dat zou toestaan voor de taalproblemen in de rand rond Brussel. Structureel zijn er in de EU inderdaad hervormingen nodig. Het Europees Parlement bijvoorbeeld telt momenteel 732 leden en dat mogen er maximaal 750 zijn. Wanneer Turkije toetreedt, zal men de regels dus moeten aanpassen. Dat staat trouwens in het advies van de Commissie over de Turkse toetreding. Dat advies stelt dat men ernstig moet nadenken over de budgettaire consequenties van de toetreding.

 

Extreem-rechts

Zal de toetreding van een land met een totaal andere godsdienst op termijn iets kunnen veranderen aan de verhoudingen tussen de verschillende geloofsgemeenschappen?

Faucompret Dat is wel een heel moeilijke vraag. Maar u wijst in ieder geval op een zwakte in de argumentatie van tegenstanders van de Turkse toetreding. De conservatieve partijen willen enerzijds dat de islamieten – er wonen er al ongeveer 12 miljoen in de EU – zich hier aan ons aanpassen, en anderzijds willen ze de Turken buiten de EU houden. Welnu: de Turken zijn precies westersgezinde anti-fundamentalistische islamieten. Een ander argument van de tegenstanders is dat de immigratie vanuit Turkije sterk zal toenemen. Die vrees is ongegrond. Ik denk dat de uitwijking beperkt zal blijven tot een 3 à 4 miljoen mensen. Fundamenteel verandert er dus weinig. Door de toetreding zouden onze regeringsleiders alvast een krachtig signaal geven dat ze willen streven naar een multiculturele samenleving. Maar de conservatieve partijen voelen de hete adem van extreem-rechts in hun nek. Ik vrees dat een referendum altijd in het nadeel van Turkije zal uitdraaien. Een deel van de publieke opinie is uitgesproken anti-islamitisch, anti-Turks en anti-Marokkaans, en daar helpen weinig rationele argumenten tegen. Als Turkije morgen toetreedt, haalt het Vlaams Blok hier misschien wel de absolute meerderheid. Politici zitten dus tussen hamer en aambeeld. Op geopolitiek vlak hebben we Turkije nodig, want het land geeft ons een opening naar de Arabische wereld. Turkije is belangrijk in de strijd tegen het terrorisme en voor de toevoer van aardgas en -olie (denk aan de zgn. BTC-pijplijn die de Kaspische Zee verbindt met de Turkse haven Ceyan). Dankzij Turkije zullen de relaties met de VS verbeteren. Turkije verankert de gematigde islam in het Westen – erg belangrijk als tegengewicht voor het moslimfundamentalisme – en ga zo maar door. De publieke opinie dwingt politici echter om zich terughoudend op te stellen t.o.v. Turkije, want zij moeten herverkozen worden.

Dat is dus een probleem, en ik zie daar eerlijk gezegd geen oplossing voor. Argumenten dat Turkije te groot of niet Europees zou zijn, of dat het de mensenrechten niet eerbiedigt, zijn uiteindelijk slechts van secundair belang. Het is de angst voor de vrije migratie uit een islamitisch land die doorslaggevend is. Alhoewel: men kan de inwijking beperken gedurende de eerste zeven jaar na de toetreding, of eventueel zelfs nog langer.

 

Het probleem van de Turkse toetreding ligt misschien eerder bij ons dan bij Turkije.

 

Wanneer denkt u dat we de Turkse toetreding  gesteld dat ze er komt  mogen verwachten?

Faucompret Daar kan je echt geen termijn op kleven. In het verleden is het na het begin van de toetredingsonderhandelingen meestal vrij snel gegaan, met uitzondering van Spanje en Portugal, waar men er bijna tien jaar over heeft gedaan. In het geval van Turkije moet het in principe op enkele jaren kunnen, want er is al een douane-unie. In het laatste voortgangsrapport van de Commissie staat dat het land al vrij grote inspanningen heeft geleverd op domeinen als het vrije verkeer van goederen, diensten en kapitaal, milieu, transport ... Volgens mij staan ze zeker even ver als Bulgarije en Roemenië. Maar bestaat de politieke wil bij de huidige lidstaten? En hoe zullen Griekenland en Cyprus zich opstellen? Een andere belangrijk probleem is de Europese grondwet, waarover een aantal landen een referendum gaat organiseren. Het gevaar bestaat dat men die kwestie met de Turkse toetreding gaat vermengen, en dat de grondwet wordt verworpen. Dan kan het nog heel lang duren voor Turkije toetreedt. De Turken hadden er misschien al veel langer moeten bij zijn, dan was al die heibel niet nodig geweest.

 

Ups and downs

Is een snelle toetreding wel werkzaam?

Faucompret Waar een wil is, is een weg. Als de wil ontbreekt, riskeert men uiteraard in een patstelling terecht te komen, maar die periodes hebben we in het verleden nog gekend in de EU. Het hele Europese integratieproces is er een van ups en downs. Van crisissen en successen: dat maakt het verhaal van de EU zo boeiend. De verwerping van de grondwet betekent niet noodzakelijk dat we in een neerwaartse spiraal terecht zullen komen, het kan ook omgekeerd uitdraaien. Zo zou misschien een nieuwe integratiestap gezet kunnen worden door een kerngroep van EU-lidstaten, die dan met Turkije over het lidmaatschap wil onderhandelen...

 

Gaat u niet te licht voorbij aan de religieuze kant van de zaak? In tegenstelling tot de EU-lidstaten – met uitzondering van Frankrijk – heeft Turkije een zuivere scheiding van kerk en staat, terwijl haar inwoners juist veel geloviger zijn dan de meeste van de huidige EU-burgers. Er is zelfs een theorie die stelt dat er een Europese, radicale vorm van de islam ontstaat wanneer Turkse migranten met onze godsdienstvrijheid geconfronteerd worden.

Faucompret Ik denk dat dergelijk religieus fundamentalisme eerder ontstaat als reactie op racisme en vanuit een gevoel van afwijzing in de samenleving, dan ten gevolge van de grotere godsdienstvrijheid die men bij ons heeft. Er staat trouwens nergens in de Europese verdragen dat de overgrote meerderheid van de bevolking in een land katholiek moet zijn om te kunnen toetreden. Dan zou wellicht alleen Polen nog lid mogen zijn. Nogmaals: vergeet niet dat er nu al vele miljoenen moslims onder de EU-burgers zijn. Wie koos vroeger voor de communisten? De armen en diegenen die werden uitgesloten. Zo is het ook met de fundamentalisten: zij danken hun succes aan diegenen die zich door onze samenleving verstoten voelen.

 

Immigratie nodig

Moet de EU dan geen maatregelen nemen om te vermijden dat ingeweken Turken die in Europa geconfronteerd worden met racisme zich in hun godsdienst keren en fundamentalisten worden, zoals men nu op sommige plaatsen in Duitsland ziet?

Faucompret Het enige wat men daaraan kan doen, is de publieke opinie bij ons wijzen op de voordelen van een multiculturele samenleving. Immigratie zal nodig zijn om de bevolkingsveroudering tegen te gaan en om onze welvaart op peil te houden. Extreem-rechts is er echter in geslaagd om de vreemdeling heel negatief af te schilderen, als iemand die onze werkgelegenheid, onze sociale zekerheid, onze culturele eigenheid en onze veiligheid bedreigt. Het probleem van de Turkse toetreding ligt misschien eerder bij ons dan bij Turkije.



Voor u bekeken
01/11/2004
🖋: 

Un Long Dimanche de Fiançailles

Met enige angst in de benen gingen we onlangs naar de bioscoop om deze nieuwste creatie van Jean-Pierre Jeunet te zien – hij die verantwoordelijk is voor “Le Fabuleux Destin d’Amélie Poulain”. Ook Audrey Tatou, pruillipje par excellence, was wederom present. Het verhaal is vrij eenvoudig: Mathilde – het personage van Tatou – gaat op zoek naar haar verloofde, Manech (mooie vertolking van Gaspar Ulliel, een ontdekking!), die tijdens WO I ter dood was veroordeeld wegens desertie. Om dit verhaal te vertellen kreeg Jeunet de beschikking over het grootste budget in de Franse filmgeschiedenis. Het is er ook aan te zien, want de decors zijn prachtig en monumentaal. Het verhaal wordt verteld aan de hand van flashbacks en droomscènes, wat de verhaallijn nodeloos compliceert. Daar zit de (enige) zwakte van deze film. De hele film lang loopt Jeunet op een dunne grens tussen mooie poëtische verhalen (vaak de scènes in WO I), en de overstijgende trap daarvan: de meligheid (vaak de scènes met Tatou). Net iets te vaak naar onze mening overschrijdt de regisseur die grens, want de scènes die wél binnen de perken blijven, zijn van een ongeziene schoonheid. Ons leek het alsof de geldschieters absoluut hadden aangedrongen op een hoofdrol van Tatou. Sommige delen zitten dan ook enorm gedwongen binnen het keurslijf van het WO I-verhaal, dat op zichzelf een véél mooiere film had kunnen zijn. Spijtig genoeg greep Jeunet terug naar zijn succesrecept van “Le Fabuleux Destin”, waardoor de kiem van een veel mooiere film werd gesmoord ten voordele van een tearjerker die allicht winstgevender is. Desondanks blijft deze film een aanrader, al was het maar omwille van het mooie idee dat aan de oorsprong van het verhaal ligt, de lieftallige humor en bovendien – we geven het toe – ook een klein beetje voor de lippen van Tatou.

SCORE: 7/10

 

 

Story of the Weeping Camel

In tegenstelling tot “Un Long Dimanche...”, die zich soms verliest in overdreven constructies, is “Story of the Weeping Camel” van een ontroerende eenvoud. Op anderhalf uur gebeurt er verbazend weinig. In de Gobi-woestijn wordt een wit kamelenjong geboren, dat door zijn moeder wordt verstoten. Om de hereniging te bewerkstelligen wordt een vioolspeler uit een naburig dorp gehaald. Het verhaal heeft dus weinig om het lijf, maar de manier waarop het summiere script wordt verfilmd is meesterlijk. De film volgt het ritme van een nomadenvolk, de hartslag van de film wordt bepaald door de woestijn, en dat eigenzinnige tempo maakt hem juist zo sterk. De bijzonder trage ontwikkeling van de feiten wordt ook onderstreept door het gebrek aan achtergrondmuziek en dialoog. In de plaats van muziek is er een constante wind, en in plaats van dialogen zijn er échte emoties (door de authentieke acteurs fantastisch uitgebeeld). Er is in dit trage spel bovendien een mooie aandacht voor de gewone handelingen, zoals het maken van voedsel, het spelen met een kind (de close-ups van de handen zijn van een ontstellend schoonheid). De film is bovendien niet gepolijst zoals de gemiddelde Hollywoodfilm. Men is niet bang van een beetje rauwe werkelijkheid (bij de geboorte van het jong bijvoorbeeld). Eindelijk een film die niet bang is het eenvoudige te tonen. Besluit: een mooie film, maar wees gewaarschuwd: dit is geen zaterdagavondfilm. Wees voorbereid op deze eigenzinnige prent. Kom hier dus alleen naartoe als je eens iets anders wilt zien.

 

SCORE: 9/10

 


 

Collateral

Een taxichauffeur wordt een nacht lang gedwongen met een moordenaar rond te rijden. Het is eens iets anders Tom Cruise een moordenaar te zien vertolken. De eerste helft van de film is met deze vernieuwende ingrediënten zeer genietbaar, alleen spijtig dat de film in het tweede deel verwatert tot de zoveelste achtervolgingsfilm.

SCORE: 6/10

 

 

The Girl Next Door

Een volgens het typische recept opgebouwde Amerikaanse tienerfilm, die ons ondanks de getelefoneerde plotwendingen anderhalf uur lang plat kreeg van het lachen. Wees voorbereid op kinderachtige grapjes en veel sarcastische opmerkingen. Wat wil een mens nog meer voor een avondje hersenloos vertier?

SCORE: 7/10

 

 

White Chicks

Ook deze film wil nog maar eens een oud recept herkauwen, maar in tegenstelling tot “The Girl Next Door” slaagt “White Chicks” daar op geen enkel moment in. Oerdomme moppen, slechte vertolkingen en een kinderachtig verhaal. Een enorme afrader, een stinker, te vermijden als ware het de pest.

SCORE: 2/10



01/11/2004
🖋: 
Auteur

Representatieve vertegenwoordiging der studenten tot op het hoogste schavot onzer universitaire structuren; het zou het summum moeten zijn van democratie, participatie en inspraak voor elke studerende jongere in Antwerpen. Maar wordt een dergelijke vertegenwoordiging ook zo begrepen? En zo ja, loopt het gemoed van de studenten nog wel vol bij het aanschouwen van zulke rechten inzake ‘student-zijn'?

Als we de opkomst bij de laatste Facav-verkiezingen als barometer hanteren, dan zou het antwoord op beide vragen eerder negatief zijn: de opkomst was miserabel. Toch lijkt enige nuance wel op zijn plaats. Wat de eerste vraag betreft, zou men gerust kunnen denken dat de opname van Piet Snot in een faculteitsraad een aardige strategische zet is van het hoger universitair management om zich een ethisch blazoen aan te meten. Dat zal zeker ook wel meespelen, maar op dit punt – vooral bij gebrek aan ervaring – geef ik de hoge heren toch graag het voordeel van de twijfel.

 

De tweede vraag daarentegen lijkt mij veel relevanter, nl. is de Antwerpse student wel geïnteresseerd in zoveel inspraak inzake studentenaangelegenheden? En daarmee verbonden, kan deze student zich wel voldoende identificeren met het ‘student-zijn' dat op onze campussen wordt aangeboden? Volgens mij wringt hier wel degelijk de schoen. En eigenlijk kunnen we de huidige generatie niet echt ongelijk geven: elk jaar wordt men hier doodgeklopt met het dikke draaiboek van identiek dezelfde activiteiten en/of de invulling ervan. Trouwens, bent u al naar de Night of the Proms gegaan? Koos u voor een doop met tomaten- of curryketchup? En was u ook op die openings-TD waar de gezelligheid als slijk de broekspijpen omhoog kroop? Nee, ik heb dat vorig jaar al 'ns gedaan!

 

Het gevolg van deze geestdodende herhaling is dan ook voorspelbaar: een lage opkomst en weinig kandidaatstellingen voor de Facav-verkiezingen. Beste organisatoren van het studentenleven, u hebt het aan uzelf te danken! Of bestaan dergelijke creatieve activiteiten wel, en is er eerder iets mis met de Antwerpse student zelf? Het Harige Monster gaat op onderzoek.



01/11/2004

Soms gebeurt het dat een boodschap op een pamflet de aandacht van twee bobo's, die rondslenteren op hun Alma Mater, weet op te wekken. Ons gesprek, waarvan we vanzelfsprekend zelf het onderwerp waren, stokte. Onze blik verloor even zijn verveling. Een groene affiche waarop dreigend de komst van iets nieuws wordt aangekondigd, siert de gangen van de Universiteit sedert enkele weken. Celtica is coming our way! Omdat we een open deur zouden intrappen als we deze reeks zouden beginnen met een van de gevestigde waarden, en omdat we nu eenmaal open deuren niet wensen in te trappen, leek het ons interessant om eens een kijkje te gaan nemen bij deze nieuwe Celtica-heren.

Wie, meneer?

Celtica is een nieuwe club die ontsproten is aan het brein van Michael Koekhofs, beter bekend als de man achter de bar van het befaamde Agora-café op de stadscampus. Het doelpubliek zijn studenten met een interesse voor of achtergrond in de Angelsaksische oorden. Zij verenigen zich voortaan onder de klaver, distel en harp, en bedwelmen zich met hun eigen ambrozijn, de Guinness (inderdaad, dat zwart goedje dat u verdomd snel doet geloven dat u het centrum van de wereld bent).

 

Lied

Het clublied van deze nieuwelingen in het studentenlandschap is een creatie van Michael (praeses) en Gert Melis (cantor). The band of brothers werd geschreven op een blauwe maandag met de nodige dosis alcohol (hoeveel eeuwige vriendschappen hebben we al niet gesloten dronken tegen elkaar geleund aan de cantustafel, dus die titel zit al goed). Gert verzekerde ons dat de tekst er erg snel opstond. Als melodie gebruikten de Angelsaksische eminenties When Johnny comes marching home, gekozen om aan te sluiten bij de Ierse, Schotse, Amerikaanse en sympathiserende studenten, die ze beogen als leden.

 

Maiden Trip

De Grote Cantus van de Wikings was het toneel waarop we voor de eerste keer massaal werden vergast op het lied dat in minder dan geen tijd de harten van menig Guinness-liefhebber sneller zal doen slaan. Het aanwezige studentenkorps kon dit zeker pruimen. De bekende melodie miste zeker haar uitwerking niet. Het ritmisch mee-geknokel op de tafels en het meezingen van de ‘hurray hurray' mag daar zeker een duidelijk bewijs van zijn. Nog meer indruk zou de club gemaakt hebben als de tekst niet door het handjevol praesidiumleden moest worden afgelezen. Maar een begin is een begin. Het moge duidelijk zijn dat Celtica hier een nieuw clublied gelanceerd heeft.

 

Gewikt en gewogen

Een kleine analyse van de verzen lijkt hier wel op zijn plaats. En ik zeg niet voor niets ‘een kleine'. Allereerst dient gezegd dat het luchtige en summiere lied op een nuchtere maag tot stand gekomen is. Uiteraard, hoor ik jullie nu mopperen, zoals menig studentenchanson. Ik wil er dan ook op wijzen dat een vleugje ironie de hoofdrol opeist in deze geprevelde zinsconstructie.

 

Celtica moet dan misschien een bergengte prijsgeven op historisch vlak, maar haar smetteloze inhoud met bijhorende ornamenten is duidelijk met geen soutane afgedekt. Bij het brullen van hun strijdkreet ontsproot een atavistische angst, hoor ik Johan nog luidop denken. Een werk met canonieke aspiraties dat geen jaren nodig zal hebben om vorm en gestalte te krijgen, in een metriek die oorstrelend en mythisch klinkt. Nu overdrijven we misschien wat en laten we ons onderdrukken door de krachten van de marketingstrategie. Maar zoals het een goed lied betaamt, blijft de melodie weergaloos nagalmen op eenieders melodisch geheugenkaartje en overstijgt het de betere novene aan de maagd Maria opgedragen. Elke vergrijsde jongeling raakte al eerder in vervoering door studentenliederen. Dit lied echter achten wij van een ander kaliber. Geprikkeld door het overvloedige studentenambrozijn raak je verlicht als een oceaanstomer in een australe nacht. Naar onze mening zal men in de toekomst rekening moeten houden met Celtica. Met hun wat homerische gestalte zullen andere kringen aan discipelen moeten inboeten. Ze hebben ons al leuk weten te bejegenen en al werpen ze zich met enige indolentie het studentenleven in, hun contouren staan er, we kijken alvast uit naar de invulling van deze vernieuwende kring.

 

Band of Brothers

 

When we leave our house and go about
Hurray Hurray
We’re always there with celtic pride
Hurray Hurray
We’re Uncle Sam and Paddy Boy
Saint Patrick’s bell will peal with joy
And you’ll all feel gay, when Celtica is coming your way

 

For all the girls who wear a string
Hurray Hurray
For all the horny lads we sing
Hurray Hurray
We like the tits and the arse we rub
Our habitat that is the pub
And you’ll all feel gay, when Celtica is coming your way

 

When Celtica is there again
Hurray Hurray
We’ll drink Guinness and laugh again
Hurray Hurray
The throat is sour, the liver dry
The band of brothers will never die
And you’ll all feel gay, when Celtica is coming your way



01/11/2004
🖋: 

Op het moment dat u dit leest, kent u normaalgezien het antwoord op de vraag die me al dagen, weken, maanden, ja zelfs jaren bezighoudt. Blijft George Bush president van de Verenigde Staten? Wie er ook wint, 2 november 2004 zal geenszins de geschiedenis ingaan als een hoogdag voor de democratie. Voor de grote Amerikaanse private televisiestations was het de zoveelste gelegenheid om nog eens alle registers open te trekken, en de kandidaat van hun voorkeur een extra duwtje in de rug te geven. Objectieve berichtgeving is er al lang niet meer bij. De miljoenen die door de private sector in de campagne gepompt werden, moeten renderen. De Amerikaanse schrijver Noam Chomsky stelde het enkele jaren terug al:

 

“Personally, I’m in favor of democracy, which means that the central institutions of society have to be under popular control. Now, under capitalism, we can’t have democracy by definition. Capitalism is a system in which the central institutions of society are in principle under autocratic control. Thus, a corporation or an industry is, if we were to think of it in political terms, fascist; that is, it has tight control at the top and strict obedience has to be established at every level - there’s little bargaining, a little give and take, but the line of authority is perfectly straightforward. Just as I’m opposed to political fascism, I’m opposed to economic fascism. I think that until the major institutions of society are under the popular control of participants and communities, it’s pointless to talk about democracy.”

 

Met dwars willen we alvast beter doen dan de Amerikaanse televisiestations. Door u juist te informeren. Tenslotte zijn we enkel onze lezers verantwoording verschuldigd. In dit nummer besteden we uitgebreid aandacht aan de informatica op onze universiteit. We maken een grondige evaluatie van blackboard, en zetten voor- en nadelen van het systeem op een rijtje. De conclusie maakt u zelf maar. Omdat we ook over de grenzen van de universitaire wereld willen kijken, hadden we met professor Eric Faucompret een gesprek over de mogelijke toetreding van Turkije tot de EU. Hoe staat de situatie ervoor, en wat mogen we in de toekomst verwachten? We brengen het fair and balanced. En wie zich afvraagt hoe Turkse jongeren bij ons er eigenlijk over denken, mag gerust zijn. Zij komen volgende maand aan bod.



Finale WK universiteiten - 15 oktober - Olmpisch stadion - Nürnberg - Artevelde: 1-0
09/10/2004
🖋: 

Ik kom aan op een plaats waar kapotte dingen naartoe gaan voor tóch nog een leven, het paradijs dus. Ik hap naar adem en besluit hier ook te komen wonen als ik kapot ben. Mineralnye Vodye is een soort Centre Pompidou, maar dan in het echt. Je kan het mechaniek van de samenleving op straat zien: je kan een maaltijd kopen, oorlogsmedailles of tractoronderdelen, een vrouw of een revolver. Overal bladdert de verf af en komt de kleur aan de oppervlakte, overal rommel en industrieel schroot, overal Coca-Cola. s’Avonds vertoont het ganse stadje zich in het rustige pretpark, de vrolijke sensualiteit heerst er tot laat in de nacht.

Aan het station staan bussen en busjes, maar op geen enkele van de bordjes herken ik mijn bestemming, kaarten zijn er niet. Ik vraag raad aan het loket. De regels van het spel zijn duidelijk: ik krijg een korte, eerlijke uitleg in de taal van Poesjkin en dan word ik overgeleverd aan het volk. Rond mij drommen Russen en Circassiërs samen, hun communicatieve vermogens zijn veel machtiger dan die van de loketbediende. Er is geen bus voor mij, ik zal onderweg minstens beroofd en vermoord worden, maar gelukkig staat hun auto vlakbij. Helaas, gebrek aan eendracht heeft de Kaukasische Zaak altijd parten gespeeld. De vrouwen in de buurt kiezen mijn kant, het is een taboe, maar vrouwen hebben het moeilijk met koele abstracties en herkennen me niet als wandelende portefeuille. Ze stuwen me naar het juiste busje en ik word gezegend.

 

De Kabardische vrouwen zijn de mooiste van de wereld. Sinds hun mannen, kleine verlopen opdondertjes overigens, dat ontdekt hebben, lopen ze niet meer warm voor de plaatselijke oorlogen in Abchazië of Tsjetsjenië. Het is na eeuwen strijd ook zo moeilijk uit te maken wie nu eigenlijk de vijand is, de Russen die in de negentiende eeuw een wrede expansie-oorlog voerden, maar nu wel de banditeske vrijheidsbeweging in Zuid-Ossetië steunen, de Georgiërs, de Kozakken, de Azeri's? Bovendien zijn de Kabardiërs een groot volk – minstens 400.000 zielen die de meerderheid vormen in hun republiek – en als één van de weinige Kaukasische volkeren worden ze voorlopig niet (maar hun taal natuurlijk wel) met uitsterven bedreigd.

 

Het busje is een marsjrutka, een voor mij onopgehelderde combinatie van openbaar en privaat vervoer, die efficiënt en goedkoop de mobiliteit in het hele rijk verzekert. Het is gezellig, zo met tien dicht bij elkaar, de radio speelt chaotische muziek, buiten glijden de grasvelden voorbij. Zoveel ruimte..., beheersbare, mensvriendelijke ruimte is hier een van de grootste natuurlijke rijkdommen. Misschien is dat een basisvereiste voor supermachten, en kan je niet megalomaan worden zonder op gezette tijden in eindeloze verten te staren.

 

Het aantal verschillende uniformen dat zich belangrijk genoeg acht om wegversperringen op te richten is niet te tellen. Maar een marsjrutka belooft geen buit en we rijden door. Gelukkig maar, want ik heb nog niet geleerd hoe ik mijn geld evenwichtig over portefeuille, rugzak en sokken moet verdelen.

 

Dan klinken er harde knallen, ik duik op de vloer, maar het blijkt het busje zelf te zijn. In de berm staren we samen bezwerend in de motor. Dat helpt voor enkele minuten (alles wordt hier sowieso aangedreven door wilskracht) daarna herhaalt het tafereel zich, en het zijn weer de vrouwen die me naar een ander busje toe cheerleaden. In de Baksan-vallei accentueert de achteloze lelijkheid van de dorpen de prachtige, wilde bergen. De bovengrondse gasleiding naast de weg zal ons niet meer verlaten. Die leiding is een wereldwonder, minstens 150 km lang, met overbruggingen boven de weg, hangbruggen over de kolkende Baksan en kleine bruggetjes boven elke zandweg die naar een huis leidt. Ik denk dat de hoogte van de poort gevormd door dat bruggetje de status van de bewoner weergeeft. Hoger in de vallei krioelt de weg van slanke, bruine runderen. Ze vormen de enige zichtbare economische activiteit van betekenis, waarschijnlijk heeft Kabardo-Balkarië een kenniseconomie.

 

De glooiiende tweelingtoppen van de Elbroes zijn vlakbij. Ik zou ze kunnen aanraken, maar ik kan mijn arm niet strekken, er cirkelt een helikopter rond mijn hoofd en bij elke plotse beweging boort hij zich in mijn hersenen. Ik verzamel alle energie en probeer ergens naar te verlangen, al was het naar droge warmte, maar dat lukt niet. Priujoet 11 is geen plek voor passie, maar het is de laatste plaats waar tenten een kans maken om te blijven staan. Een paar Russen die het toch hogerop probeerden vertellen hoe de bliksem in hun tentdak sloeg, ze klinken wat beteuterd en laten zich hun chocolade ontfutselen. Er is een hutje waar je eigenlijk niet in mag als tentbewoner, maar Administrator Alexandr is mild tegenover EU-leden. We zitten aan tafel, spelen bridge en eten ons suf. Als we geen water kunnen stelen gaan we het halen bij de rotsen. De hagel doet zo'n pijn dat ik me terugtrek in trance. Het orakeltoilet voorspelt het weer: meestal achtervolgt het toiletpapier de rechtmatige eigenaar. Dan kan je die nacht best in je tent blijven, die in een mum van tijd volledig wordt geïgloniseerd. De volgende ochtend bouw je dan een wal. Aan de graad van gevorderdheid van die beschuttingswerken kan je schatten, hoelang een tent hier al staat.

 

Bij heldere nacht gaat iedereen op weg. Uit de spelonken rond Priujoet 11 kruipen Russische, Oekraïense en Kaukasische alpinisten te voorschijn, het moeten er honderden zijn. Het pad dat ons om de troepozboornjikji ('lijkenverzamelaars' of gletsjerspleten) heen leidt, is vandaag gemarkeerd door kotsputjes. Voortdurend hoor je het gebulder van de ratraaki, enorme sneeuwrupsen die Japanners uit de lager gelegen basis hoger op de helling uitspuwen. Een zwarte schuifelende mensensliert strekt zich uit over de hele berg.

 

Toerisme is de grootste economische sector op wereldvlak.



Met andere zinnen
07/10/2004
🖋: 
Auteur extern
Christophe Verhoeven

Musketier

 

Net zoals in dromen
     is de wind een onwetend kind
dat met de takken van het kleine boompje speelt
           zonder te beseffen wat er zal gebeuren
                   met het blad
                   dat achteloos wordt losgerukt
en speels zijn kinderwieg verliest.

 

 

Een vogel ziet het
                 en verlost het uit zijn lijden,
een korte ruk,
breekbaar glas
             versplintert
             in de nerf
        van het dode blad.

 

 

Wij dansen een wilde dodendans,
             ritmisch als een metronoom,
de ogen gesloten als een schatkist op een zolderkamer.

 

 

Ik draai me om
         en zie het vertraagd herhaald
in het bed waarin mijn held
                     zijn degen
                                   weggeeft.

 

 

(bij het overlijden van mijn grootvader.
Christophe Verhoeven)



07/10/2004
🖋: 

Op het vlak van de studiebeurzen betekenden de Bologna-hervormingen voornamelijk een vooruitgang voor de student. Een beurs kan voortaan meegenomen worden door wie in het buitenland wil studeren, en door het credit-systeem kan ze bovendien over meerdere jaren gespreid worden. Dat brengt echter bijkomende kosten met zich mee, en er moest ergens bespaard worden. Slachtoffer werden de MAnaMA'ers, studenten die na een masteropleiding nog een bijkomende master willen behalen. Zij moeten het voortaan zonder studiebeurs stellen. Voor de BAnaBA'ers geldt deze hervorming niet.

 

De universiteiten hebben gelukkig al in een vangnet voorzien. De VUB, de RUG en de KULeuven bieden de getroffen studenten renteloze leningen aan. Volgens de website van de UA kunnen aan onze universiteit MAnaMA'ers die aan de financiële voorwaarden om een studiebeurs te bekomen voldoen, via de sociale dienst een korting van 418 euro op het inschrijvingsgeld aanvragen. Vreemd genoeg kregen we geen reactie bij de Dienst Studentgerichte Diensten om dit te bevestigen.

 

Miskende MAnaMA-studenten kunnen bij dwars steeds terecht voor een betrekking als redacteur.