25/10/2023
Progress Lost (© Dennis Van Der Kuylen | dwars)
Bron/externe fotograaf

Dennis Van Der Kuylen

🖋: 

Elk zichzelf respecterend toetsenbord heeft bovenaan een rij van twaalf functieknoppen die geen zinnig mens ooit gebruikt, tenzij er iets grondig mis is met de computer of het eerder indrukken van alle andere toetsen niet het gewenste resultaat opleverde. Er bestaat evenwel een belangrijke uitzondering op deze regel. F5, de zesde van links van deze wat gemarginaliseerde knoppen, staat bij gamers bekend als de zogenaamde Quicksave, wat zoveel betekent als het opslaan van vooruitgang in een computerspel. Met een kleine - bijna automatische - beweging van de vinger teleporteert de gamer het opgebouwde risico van niet definitief verworven tijd en moeite naar een veilige isolatiecel met gewatteerde muren en zachte liftmuziek van waaruit elke avontuur in de spelwereld opnieuw kan worden aangevat.

Zonder deze preventiemaatregel zou het fatum de gekwelde gamer bestaan in fatale identiteit van de mens die vruchteloos tracht naar een eeuwig onbereikbaar einde. Dat klinkt niet echt als een plezant spel natuurlijk, maar meer een definitie van het leven zelf, wat dan weer de vraag oproept of het echte leven ook geen quicksave-functie zou moeten hebben. Zou Sysifus met andere woorden op F5 drukken net voor zijn steen weer naar beneden rolt uit onvrede met zijn lot? Zou dwars kritischer zijn als elk artikel zonder risico kan teruggenomen worden? Het antwoord daarop is ja natuurlijk, maar niet om echt te gebruiken. 

Hoe dan ook: Soms is een twaalf op een examen toch niet voldoende. Soms wordt een jaar bij een bachelor of master gelapt terwijl studenten eraan bezig zijn. Hervorming heet dat dan, maar het voelt als plankgas geven met de motor in neutraal. Soms is een student aan het blokken voor een vak dat eigenlijk voorbij zou moeten zijn of nooit had mogen bestaan. Soms is er ergens onderweg iets fataal misgelopen, maar een beschuldiging is er niet en verhaal halen is niet mogelijk. Alleen het gevoel van onherroepelijk verlies van wat gisteren nog vast verworven was blijft over en natuurlijk het verlangen om een het leven te herladen naar een oude toestand.

Progress Lost is het moment waarop F5 induwen om een of andere reden geen optie meer is. Het vervelende hierbij is dat deze boodschap niet melancholisch is. Er is geen heimwee naar betere tijden of weemoedig terugblikken op hoogtepunten uit het verleden. Er is alleen de frustratie van een doel dat op een onrechtvaardige wijze weer verder weg ligt (zoals de pensioenleeftijd, maar dan helemaal anders). 

Het wereldwijde web heeft overigens een kleine sectie gewijd aan Save file disasters, rampen die alle vooruitgang tenietdoen (zoals de klimaatcrisis maar dan helemaal anders). Heel hoog scoort daarbij het Quicksaven net na het sterven. Omgekeerde euthanasie als het ware, een redding die tegelijk een permanente dood wordt. Het bestaat vooralsnog niet en hopelijk komt het er ook nooit van, maar het noopt tot de conclusie dat op dit moment in de evolutie is de mensheid duidelijk nog niet klaar voor de échte digitale omwenteling: het soort van revolutie dat ons gepruts met slimme telefoons herleidt tot het niveau van een Homo Habilis die twee stenen tegen elkaar slaat.

In afwachting van de komst van postmensen, die ongetwijfeld al deze problemen zullen overstijgen (alsmede een paar waarvan we nog niet weten dat ze bestaan) zal deze rubriek alvast vanaf heden telkens een computergame bespreken dat mogelijk wel maar waarschijnlijk geen meerwaarde voor het studentenleven heeft. Tenzij nut en vermaak voldoende zijn natuurlijk. Dat dan weer wel.

 

Gert Van Langendonck



opinie

12/10/2023
🖋: 

Cursor, het studentenblad van TU Eindhoven, publiceert voor onbepaalde duur geen stukken meer. Aanleiding is het uit zijn functie ontheffen van de hoofdredacteur. Daaraan gingen negatieve adviezen en druk om gevoelige artikelen niet te publiceren vooraf, met als recentste voorbeeld een stuk over potentiële belangenverstrengeling van de nieuwe rector. De naam van deze rector: Silvia Lenaerts, tot eind vorig academiejaar vicerector Valorisatie & Ontwikkeling aan UAntwerpen. De gewraakte kritiek gaat over kwesties ten tijde van haar vicerectorschap aan onze universiteit. 

Eind januari 2022 schreef Lenaerts met rector Herman Van Goethem een opiniestuk in De Standaard waarin ze beide het Oosterweelproject verdedigden. Volgens beide auteurs was het PFOS-dossier een hefboom om Oosterweel lam te leggen. Het toeval wil dat Lenaerts lid was (wat ze overigens nog altijd is) van de raad van bestuur van Lantis. Over de nochtans niet-onbesproken rol van Oosterweel-bouwheer Lantis in de hele Oosterweel-saga geen woord. Die functie vermeldde ze oorspronkelijk niet bij het opiniestuk, ze profileerde zich louter als vicerector van UAntwerpen. Een vergetelheid, wist ze hierover aan dwars te vertellen. Ze voegde eraan toe dat ze meerdere petjes heeft en moeite heeft om tot dat ene petje te worden gereduceerd.  

Op naar mei 2022. Lenaerts verschijnt in een advertentie van Ineos in enkele Vlaamse kranten. De advertentie zingt de lof van de nieuwe omstreden ethaankraker van Ineos in de Antwerpse haven die momenteel een prominente rol speelt in het stikstofdebat. Lenaerts zegt te zijn misleid en niet te hebben geweten dat het om een interview uit commerciële overwegingen ging. Ze dacht met een journalist te praten, een journalist die weliswaar werkte voor Ads & Data, nu niet bepaald de naam die je associeert met een onafhankelijke nieuwsbron. Ads & Data zelf zegt Lenaerts duidelijk te hebben meegedeeld dat het om een commerciële opdracht ging. 

Maar zijn er dan linken tussen Ineos en Lenaerts? Drie academici van UAntwerpen wezen in een opiniestuk in De Standaard op het feit dat Lenaerts destijds in de raad van bestuur van Catalisti vzw zetelde, een clusterorganisatie voor de chemische industrie en de plasticindustrie. Ineos is lid van Catalisti en Catalisti wordt grotendeels gesponsord door Essenscia, een belangenbehartiger van bedrijven actief in de chemie, zo wisten zij te melden. Het zette rector Herman Van Goethem ertoe aan om deze academici in een opiniestuk op hun plaats te zetten. Onderbelicht: dwars bracht begin oktober 2022 naar buiten dat datzelfde Essenscia op dat moment een leerstoel sponsorde van Lenaerts, met name de master Veiligheidswetenschappen, en dat de voorzitter van Essenscia toevalligerwijs een Ineos-CEO is.  

Een jaar na de bewuste Ineos-advertentie wordt Lenaerts rector aan de TU Eindhoven. In Nederland worden rectoren niet verkozen, maar benoemd. Meteen na de benoeming ontstaan er bij klimaatactivisten vragen over Lenaerts' opiniestuk over Oosterweel en de Ineos-advertentie. Als activisten reageren op een net aangestelde rector van jouw universiteit, wil je daar als studentenblad wel het fijne van weten. Zo ook Cursor, dat in de eerste versie een anonieme medewerker van UAntwerpen aan het woord laat die onder andere de petitie voor transparantie met commerciële partners toelicht. Deze petitie werd door academici van UAntwerpen in de nasleep van de Ineos-advertentie opgestart. Je zou de tweede versie er niet van verdenken een herwerking te zijn van de eerste. In de tweede versie is Lenaerts zelf in drie vierde van het artikel aan het woord, waarbij ze de kans krijgt om de heisa omstandig toe te lichten en zien we de anonieme medewerker van UAntwerpen nog maar in twee korte quotes opduiken. Toch worden beide versies tegengehouden. Resultaat buiten twee niet-gepubliceerde versies: een hoofdredacteur op non-actief en een studentenblad dat zichzelf uit protest op zwart heeft gezet. 

Wat is er gebeurd? De redactieraad van Cursor, dat is een adviesorgaan voor de hoofdredacteur en uitgever van Cursor én aangesteld door het college van bestuur waar Lenaerts zelf in zit, achtte het “niet passend om bij de start van de nieuwe rector magnificus in haar nieuwe functie zoveel aandacht te willen geven aan dit onderwerp. Dat zou onnodig beschadigend kunnen zijn,” zo schrijft de Volkskrant die ook hoogleraar journalistiek Jaap de Jong van Universiteit Leiden aan het woord laat: “Wanneer er rond de aanstelling van de nieuwe rector protesten zijn, wat moet je dán als Cursor? De universiteit heeft al allerlei communicatiekanalen voor pr. Die zullen heus allemaal geweldige, positieve verhalen schrijven over de nieuwe rector. Een onafhankelijk journalistiek medium als Cursor is echter aan de eigen eer verplicht om hier werk van te maken.” Dezelfde krant stipt ook aan dat Lenaerts in een mail aan de hoofdredacteur van Cursor over de verschillende versies van het artikel bezwaren uitte en vroeg om verregaande aanpassingen. Hier vind je de eerste versie van het niet-gepubliceerde, maar inmiddels verspreide artikel over Lenaerts en hier vind je de tweede versie

Dat relaas en hierbij komend het per direct uit functie zetten van de hoofdredacteur noopte de redactie van Cursor om voor onbepaalde duur niets meer te publiceren behalve statements over deze zaak. Het moet gezegd: de spanningen omtrent de journalistieke onafhankelijkheid van Cursor en diens hoofdredacteur enerzijds en de redactieraad anderzijds kennen al een langere geschiedenis. In een van die statements beschrijft Cursor deze inperking van journalistieke vrijheid en de uitgeoefende druk die al lange tijd een negatieve impact hebben op de redactie. “We voelen enorme onzekerheid over de toekomst van Cursor als een onafhankelijk medium dat volgens algemeen geldende journalistieke normen over zaken schrijft die met de TU/e-gemeenschap te maken hebben of voor deze gemeenschap relevant zijn. Ook over zaken die minder gunstig zijn voor de reputatie van de universiteit dus, zoals het geval was bij artikel in kwestie.” 

Ongeruste telefoontjes van de universiteit over hetgeen waar we over willen schrijven zonder dat evenwel verderging dan dit, een interview met een departementshoofd dat uiteindelijk niet gepubliceerd kan worden omdat hij na het lezen van zijn quotes op papier weet te melden geen interviews te geven of het maandenlang aan het lijntje worden gehouden zonder resultaat wanneer we documenten opvragen die vallen onder openbaarheid van bestuur: het komt ons ook niet geheel onbekend voor. Universiteiten houden de regie graag strak in handen; imagobeheer is een doel op zich geworden. Dat botst met de controlefunctie van studentenbladen die bevolkt worden door studenten die per definitie in een kwetsbare positie zitten ten aanzien van de universiteit die al dan niet hun diploma uitreikt. Juist van universiteiten mag je verwachten dat ze het belang inzien van onafhankelijke studentenbladen, niet dat zij zich inlaten met inperkingen wanneer op korte termijn imagoschade dreigt. Daarom verdient Cursor de steun van ons allen.  



editoriaal

09/10/2023
🖋: 

Als er één woord is waarmee niemand me ooit zou beschrijven, moet het wel ‘impulsief’ zijn. Mijn hoofd is een oneindige wirwar van voor- en tegenargumenten, overwegingen en doemscenario’s. Toch kocht ik deze zomer op een regenachtige dag in Zeeland een hoedje dat al betaald was nog voor ik het had gepast. Het was een geel vissershoedje met een eenvoudige zwarte smiley.

Hoewel het hoofddeksel al snel te klein bleek voor de omtrek van mijn hoofd, weerhield me dat er niet van om mijn hoofd er de rest van de zomer in te proppen. Stressvolle dagen op het speelplein? Met een zichtbare lach boven mijn hoofd kon ik ze aan. Onverwachtse hittegolf in september? Het vrolijke hoedje beschermde me tegen een zonneslag. Mijn vrienden doopten het tot ‘het Pebbleshoedje’, ondanks dat het bleef knellen rond mijn hoofd en duidelijk niet voor mij was bestemd. Aangezien mijn hoofd niet buitengewoon groot is, kon ik niet anders dan toegeven dat het voor kinderen bedoeld moest zijn.

Ik start aan mijn derde jaar aan de universiteit en moet kiezen waarover ik een bachelorproef wil schrijven, ben hoofdredacteur van dwars en heb zelfs vrienden die ondertussen grotemensenjobs hebben. Je zou kunnen beargumenteren dat ik de signalen eerder had moeten oppikken, maar het besef dat ook ik ouder word, kwam gelijktijdig met het knellende gevoel rond mijn hoofd. Hoedjes in mijn maat zijn dus zwart, of hebben in het beste geval een effen kleur. Verder voel ik me verplicht om de gekke selfies uit een ver verleden op mijn Instagramprofiel te archiveren en de Disneyhits uit mijn Spotifylijst te verwijderen. De puzzelpagina mag niet langer de eerste pagina van de krant zijn die ik ‘s ochtends opensla en misschien breekt de tijd aan om de kleurrijke vlaggetjes in mijn kot omlaag te halen.

Hoe langer ik mijn hoofd erover breek, hoe minder ik begrijp van die serieuze verwachtingen. Zijn de wereldproblemen waarmee we geconfronteerd worden dan nog niet serieus genoeg? Alleen al in deze dwars komen infectieziekten en ingewikkelde vraagstukken rond artificiële intelligentie aan bod, en ook over de rectorverkiezingen worden we als student geacht een mening klaar te hebben. We moeten geld sparen om op onze eigen benen te kunnen staan, een toekomstplan uitdokteren en intelligente discussies voeren. Het minste dat je ons in ruil kunt bieden, is de ruimte om tussendoor gek te doen. Mijn debateerkwaliteiten zijn heus niet afhankelijk van mijn hoofddeksel of de liedjes die ik ‘s ochtends meebrul onder de douche. 

Nu het academiejaar weer van start is gegaan, heb ik mijn geliefde hoedje weer opgeborgen in de kast; zelfs ik moet toegeven dat er geschiktere accessoires zijn om de herfstige regen mee te trotseren. Misschien koop ik in een volgende impulsieve bui wel een paraplu met stippen in alle kleuren van de regenboog.

 

Pebbles Antonissen, hoofdredacteur



stuvers aan het woord

09/10/2023
🖋: 
Auteur

Waar zijn de leden van De Studentenraad zoal mee bezig? Het roze logo verschijnt te pas en te onpas in de mailbox, maar wat doen ze naast mailen? Achter welke nieuwe initiatieven aan de universiteit schuilt stiekem De Studentenraad, op welke manieren beïnvloeden ze het dagelijks leven van de student? Om daarachter te komen neust dwars in de projecten van De Studentenraad. In deze editie heb ik het met Stacey Osei, Coördinator Samenleving en Ethiek, over grensoverschrijdend gedrag. 

Stacey vertelt dat studenten regelmatig aankloppen bij De Studentenraad om grensoverschrijdend gedrag te melden. “We merken dat studenten vaak niet weten waar ze terecht kunnen met hun klachten.” Hoewel er inderdaad verschillende meldpunten zijn voor studenten, professoren en doctorandi, zijn die niet altijd even makkelijk te vinden. Daarom geven we hier een overzicht van de verschillende meldpunten die er zijn voor verschillende scenario’s. 
Ben je als student slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag door een medewerker van UAntwerpen, meld je dat bij een vertrouwenspersoon naar keuze. Zij bieden ook een luisterend oor en geven advies en ondersteuning bij eventuele verdere stappen. Indien je dat wenst, kan je ook eerst een facultaire ombudspersoon aanspreken die je dan zal doorverwijzen naar de juiste instanties. 

Ook doctorandi die getroffen worden door grensoverschreidend gedrag door een personeelslid van UAntwerpen kunnen zich richten tot een vertrouwenspersoon naar keuze. Enkele van hen richten zich specifiek op doctorandi. 

Als je als student getroffen wordt door een andere student, meld je dat bij de studentenbemiddelaar. Net als wanneer je als student te maken krijgt met grensoverschrijdend gedrag door een medewerker, kan je ook in dit geval eerst naar een facultaire ombudspersoon stappen die je dan zal doorverwijzen.. 

Word je met grensoverschrijdend gedrag geconfronteerd op je stage, kan je dat melden bij de stagebegeleider, de voorzitter van de stagecommissie of een vertrouwenspersoon naar keuze.

Momenteel werkt De Studentenraad vooral rond duidelijkere communicatie rondom de verschillende meldpunten. “Er was vorig jaar heel wat te doen rond die aanspreekpunten omdat het nog in te veel gevallen onduidelijk bleek te zijn waar slachtoffers grensoverschrijdend gedrag kunnen melden. Dat is enorm belangrijk omdat we merken dat duidelijke communicatie de drempel om een melding te doen enorm verlaagt. Hoewel de communicatie al wel een stuk beter is dan voordien, blijven we stappen in de juiste richting zetten. In de toekomst zouden we bijvoorbeeld graag een duidelijkere verwijzing naar de meldpunten zien op het studentenportaal en de website van UAntwerpen.”  
 



blokken van UAntwerpen

09/10/2023
🖋: 

Als de muren van de universiteitsgebouwen konden spreken, zou het de moeite lonen om je oor er te luister te leggen. Bij gebrek aan zulke muren is het aan dwars om zelf het verhaal uit de doeken te doen. Want vergis je niet: al is UAntwerpen als prille twintiger de benjamin onder de Belgische universiteiten, de gebouwen van onze universiteit kennen een rijke historische waarde. Heb je bijvoorbeeld al gehoord van de geschiedenis van Het Brantijser? 

De kans is groot dat veel studenten nooit een stap voorbij de blauwe toegangspoort van Het Brantijser zullen zetten. In tegenstelling tot het nabijgelegen M-gebouw bestaat dit complex namelijk niet uit grote auditoria, maar uit bescheiden leslokalen die zich lenen voor mondelinge examens en lectuurcolleges en petit comité. Wie op de een of andere manier verbonden is aan de faculteit Letteren en Wijsbegeerte is wel met enige regelmaat terug te vinden in Het Brantijser aangezien zowel de kantoren van de faculteit als de met onkruid overwoekerde moestuin van het departement Geschiedenis hier terug te vinden zijn. Geen wonder dat de laatstgenoemde groep zich thuis voelt in een gebouw met stenen gewelven waar archeologische vondsten worden tentoongesteld. 

Om precies te zijn is Het Brantijser een pars pro toto voor een site die bestaat uit twee verschillende gebouwen: ‘t Brantijser en Den Grooten Sot. De geschiedenis van de twee gebouwen gaat terug tot het jaar 1494 toen huidenvetter Jakob Raet het huis Den Sot kocht ter hoogte van Sint-­Jacobsmarkt 11 en er een leerlooierij naast bouwde. Het was geen toeval dat de huidenvetter zijn oog had laten vallen op een pand naast de stadsomwalling. Omdat het bewerken van huiden met urine voor geurhinder zorgde, vestigden huidenvetters en leerlooiers zich steeds aan de rand van de stad. In de zestiende eeuw kwam Den Sot – later Den Grooten Sot genoemd – in handen van grondspeculant en bouwpromotor Dirk de Moeleneer die kosten nog moeite spaarde om het pand om te bouwen tot een imposant stadspaleis in renaissancestijl. De pronkstukken van zijn huis waren een houten loggia met zicht op de binnentuin en een rijkversierd haardvuur met een afbeelding van Het Laatste Avondmaal. De loggia heeft de tand des tijds helaas niet doorstaan; het haardvuur werd in de negentiende eeuw overgebracht naar het kabinet van de burgemeester in het Antwerpse stadhuis. Wie vandaag de dag sporen van het renaissancepaleis wil zien, kan naar de houten gewelven staren die versierd zijn met groteske fantasiewezens.

De Moeleneer draaide zich vermoedelijk om in zijn graf toen het stadspaleis na zijn dood in handen kwam van Pauwel van Dale, een Antwerpse koopman die het Den Grooten Sot samenvoegde met het aanpalende pand ‘t Brantijser. Van Dale gebruikte de zolder van Den Grooten Sot als opslagplaats voor graan dat hij in crisistijden aan woekerprijzen wou doorverkopen. Zijn schimmige zaken kwamen aan het licht toen de zolder instortte onder het gewicht van de graanvoorraad. In de daaropvolgende weken uitten boze stedelingen hun ongenoegen door de ruiten van het stadpaleis in te gooien met stenen. 

van koninginnen tot componisten 

In de loop der eeuwen kwamen ‘t Brantijser en Den Grooten Sot steeds in handen van welvarende eigenaars zoals Alexander van der Goes die nauwe banden onderhield met koninklijke hoven. In 1631 ontving hij Infante Isabella, die samen met haar echtgenoot Albrecht over de Spaanse Nederlanden had geheerst, en Maria de’ Medici, die als weduwe van de vroegere Franse koning in ballingschap leefde in zijn stadspaleis. In 1698 kwamen de panden in handen van de abt van de norbertijnenabdij van Tongerloo. ‘t Brantijser en Den Grooten Sot deden meer dan honderd jaar dienst als refugehuis: een toevluchtsoord binnen de stadsmuren waar monniken zich konden terugtrekken in politiek onrustige tijden. Tijdens de Franse overheersing over de Zuidelijke Nederlanden maakten de revolutionairen komaf met kloosterordes. Voortaan werden ‘t Brantijser en Den Grooten Sot gebruikt als militair hospitaal en later als uitvalsbasis voor de gendarmerie. Hoewel de paarden reuma kregen in de slecht onderhouden stallen, bleven de gebouwen in functie in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Pas na de Belgische Revolutie vertrok de gendarmerie en nam architect Pierre Bourla, bekend van de Antwerpse Stadschouwburg, de site onder handen. 

‘t Brantijser en Den Grooten Sot waren een tijdlang het onderkomen van het stedelijk atheneum, maar door plaatsgebrek verhuisden de leerlingen en het lerarenkorps al snel naar het schoolgebouw aan de Rooseveltplaats waarna het stadsbestuur de panden aan het Antwerpse conservatorium gaf. Hoewel de instelling de site zag als een tijdelijk onderkomen, verhuisde ze pas in de jaren 1960 naar haar huidige uitvalsbasis deSingel. Een van de boegbeelden van het conservatorium was directeur Peter Benoit, die niet alleen veertig jaar lang aan het hoofd stond van de instelling, maar ook furore maakte als componist. Vorig jaar voerde het Antwerp Symphony Orchestra zijn monumentale oratorium De Oorlog op in de Elisabethzaal. Naar aanleiding van dat concert leende UAntwerpen een buste van Benoit uit aan de Antwerpse concertzaal. De buste is nu opnieuw te bezichtigen op de eerste verdieping van Het Brantijser aan de kant van de Kattenstraat. 

functioneel erfgoed 

Na het vertrek van het conservatorium geraakten ‘t Brantijser en Den Groten Sot in verval. Toen de UFSIA, een van de voorlopers van UAntwerpen, de gebouwen in 1988 opkocht, werden ze grondig gerestaureerd. Het aangesteld architectenbureau werkte met verschillende tijdslagen waarbij moderne delen contrasteren met historische elementen – een keuze die vandaag de dag niet bij iedereen in de smaak valt. Wie plaatsneemt in een van de vele zetels op het gelijkvloers hoort wel eens geklaag over het ontwerp en de indeling van Het Brantijser. Zo is de weg van de ingang aan de Sint-Jacobsmarkt en de Kattensraat een waar labyrint, matchen de betonnen trappen niet met de oudere bakstenen en wordt er nauwelijks gebruikt gemaakt van de groot uitgevallen parking waar onder meer de concertzaal van het conservatorium voor moest wijken. Wie het heden wil ontvluchten kan gelukkig terecht bij de informatieborden over de historie van de site die her en der terug te vinden zijn. Een aanrader voor wiens interesse geprikkeld is na het lezen van dit artikel. 
 



UAntwerpen

09/10/2023
🖋: 

Of je het nu wil of niet, als student aan UAntwerpen zal je vroeg of laat een sanitaire stop moeten inlassen. Helaas laten verschillende openbare toiletten aan onze universiteit te wensen over. Aangezien een dwarslezer alleen genoegen neemt met het beste van het beste, trok onze redacteur met een volle blaas en een kritische pen naar enkele kleinste kamertjes en keerde terug met een relaas over sanitaire hoogte- en (vooral) dieptepunten. 

Waar te beginnen? Onze universiteit kent oneindig veel toiletten. Om het leven niet moeilijker te maken dan het al is, behandel ik in dit artikel vooral openbare wc’s met toiletpotten én urinoirs, ook gekend onder de naam herentoiletten. Voor een goed begrip: ik heb oog voor genderfluïditeit, maar in de sanitaire wereld is de traditionele tweedeling nog steeds dominant, alle goede intenties van de Dienst Diversiteit ten spijt. Anno 2023 is het nog niet sociaal aanvaard om als man een vrouwentoilet binnen te wandelen. Voor een zelfrespecterende dwarsredacteur zou dat geen drempel mogen zijn, maar ik ben helaas van het verlegen soort. Onderzoeksjournalistiek kent zijn grenzen… 

komida – Stadscampus

Een vaste stop voor studenten die voor aanvang van de namiddagcolleges nog een plasje willen plegen of onfortuinlijke lieden waarbij de rode bonen van de chili con/sin carne al snel in werking treden. Helaas is enige vorm van comfort hier ver te zoeken. Het interieur laat zich het best omschrijven als dat van een Sovjetkostschool. Niet dat ik enige ervaring heb met de inrichting van communistische internaten, maar ik heb er een beeld van en dat beeld stemt overeen met de toiletten van komida. In het sanitair van het studentenrestaurant zijn de muren inspiratieloos, kan men bij een atoomaanval schuilen onder de pompbakken en moeten piemeleigenaars bij de urinoirs naar een gaatje in de vloer mikken. Waarom zou je investeren in een opvangbak en leidingen als de urine meteen naar de afvoerpijp onder de vloer kan? Om de mistroostige boel wat op te fleuren, besloot een aantal creatievelingen om aan de slag te gaan met alcoholstift op de binnenkant van de toiletdeuren. Het is niet verwonderlijk dat er in kleine ruimtes die voorbehouden zijn voor ontlasting vooral obscene tekeningen en opschriften terug te vinden zijn. Wie eerder een preutse ziel is, kan in de herentoiletten genieten van een mooie tekening van (de aseksuele) Octo. 

Z-gebouw – Groenenborger

Een sanitaire stop in het Z-gebouw valt samen te vatten in één woord: inefficiëntie. Omdat er een drinkwaterpomp vlak voor de deur staat, barricaderen dorstige zielen ongewild de ingang van de herentoiletten. Binnenkamers gaat het barricaderen vrolijk door. Wie plaats neemt aan het linkse urinoir staat vlak voor een wc-deur. Ongemakkelijke situaties verzekerd! Als dat allemaal nog niet erg genoeg is, zijn de muren azuurblauw en felgroen, een combinatie waar zelfs een kleurenblinde hoofdpijn van krijgt. 

K-gebouw – Stadscampus 

Hoewel ik een cynicus ben, zie ik het leven soms door een roze bril. Sommige toiletten behoeven geen oeverloos gejeremieer. Neem nu het sanitair in het K-gebouw, ook gekend als Aula Rector Dhanis. Akkoord, met hun standaardinrichting en basiscomfort leggen deze toiletten de lat niet hoog, maar een wc is per slot van rekening ook maar een wc, geen bibliotheek, aula of café waar studenten doorgaans hun uren slijten. In de meeste gevallen vertoeft men er slechts luttele minuten, langer als de darmen dienstweigeren of juist zeer actief zijn. In de meeste gevallen volstaat het sanitair in het K-gebouw dus. Al schuilt er een addertje onder het gras: het regenwater waarmee de wc’s gespoeld worden, is bruin. Ik wandel wel eens door de regen – meestal onvrijwillig – maar zag nog nooit bruine regendruppels neerplenzen. Waarom heeft het spoelwater in het K-gebouw dan wel die kleur? Na elke sanitaire stop in het gebouw breek ik mijn hoofd over die kwestie. Is er iemand van het departement Infrastructuur die mij een verlossende verklaring geven kan? Alvast bedankt! 

G-gebouw – Middelheim

Ofwel heb ik sterkere brilglazen nodig, ofwel draagt het mannelijke toileticoon van het G-gebouw effectief een kilt. Misschien een geste voor Schotse Erasmusstudenten? Het zorgde er wel voor dat ik ongewild in de damestoiletten verzeild raakte. Omdat de lichtschakelaar enkel op de tast te vinden was en ik dus enkele minuten in het donker vertoefde, was ik mij eerst van geen kwaad bewust. Het G-gebouw mag dan wel de uitvalsbasis zijn van wiskundigen en informatici, bij het plaatsen van de schakelaars was enige vorm van logica ver te zoeken. Het dubbeltje viel pas toen het licht aansprong en ik oog in oog stond met een tampondispenser. Verder doet het G-gebouw aan kunst in het kleinste kamertje: geen puberale alcoholstifttekeningen, maar serieuze kunst in kaders. Wiskundigen en informatici urineren in stijl. 

M-gebouw – Stadscampus

Op mijn middelbare school hadden we twee toiletten: de versleten barak waar de plaatselijke patsers drugs dealden en de kraakschone glazen nieuwbouw die we het piespaleis noemden. Het piespaleis van UAntwerpen huist in het M-gebouw. Bij een prestigieus gebouw horen nu eenmaal prestigieuze toiletten met stijlvolle rode muren, massieve spiegels en glinsterende toiletpotten. Alleen de wc-hokjes vallen klein uit, maar wie heeft er nu ook nood aan ruime wc-hokjes? Wie zo nodig een pirouette wil draaien, heeft ruimte genoeg aan de wastafels.   

Q-gebouw – Drie Eiken 

Verwacht het onverwachte als je de trappen van het Q-gebouw afdaalt. Er lijkt maar geen eind te komen aan de dames- en herentoiletten die parallel naast elkaar lopen.  Wie denkt dat één rij toiletten, wastafels en, in het geval van de herentoiletten, urinoirs volstaat, heeft het bij het verkeerde eind. In het Q-gebouw bestaan alle goede dingen uit twee. Vermoedelijk heeft M.C. Escher zich met het ontwerp gemoeid. Het opschrift op de lage deur van de herentoiletten is al even surreëel. Strenge drukletters melden dat de toegang tot de fecaliënpompen verboden is. Nog steeds twijfel ik of ik wel wil weten wat fecaliënpompen precies zijn.  



UAntwerpen

09/10/2023

Studenten met een functiebeperking aan UAntwerpen kunnen bijzondere faciliteiten aanvragen. Bijzondere faciliteiten zijn redelijke aanpassingen aan lessen en examens om studenten met een functiebeperking zo veel mogelijk te compenseren. Maar wat is ‘redelijk’? En wie bepaalt dat? Op die vragen probeert dit artikel een antwoord te geven. 
 

UAntwerpen werkt met negen categorieën van functiebeperkingen zoals concentratiestoornissen, autismespectrumsyndroom of meervoudige functiebeperkingen. Afhankelijk van de specifieke noden kan je dan rekenen op uiteenlopende faciliteiten zoals extra tijd om examens af te leggen, examenspreiding, vervroegde toegang tot de webcolleges, het kiezen van de eigen zitplaats in het examenlokaal, medicatiegebruik tijdens het examen, digitaal cursusmateriaal, het gebruik van voorleessoftware of toegang tot de liften of de parking. Voor de duidelijkheid: deze lijst is onvolledig.

evolutie

Volgens de cijfers vinden studenten almaar beter hun weg naar de bijzondere faciliteiten. In het academiejaar 2022-2023 maakten 1.701 studenten gebruik van bijzondere faciliteiten aan UAntwerpen, op een populatie van 25.230. In de faculteiten Rechten en Geneeskunde- en Gezondheidswetenschappen is de verhouding van studenten die gebruik maken van bijzondere faciliteiten met 5% het kleinst, terwijl de faculteiten Ingenieurswetenschappen en Ontwerpwetenschappen met 10% het grootste aandeel telt. De afgelopen tien jaar is het aantal studenten met bijzondere faciliteiten op alle faculteiten minimaal verdubbeld, meestal verdrievoudigd of verviervoudigd. In ons vervolgartikel gaan we dieper in op die cijfers. 
Als we naar het niveau van de functiebeperkingen kijken, leren we dat veruit de grootste groep van functiebeperkingen onder leerstoornissen vallen. Daarbij is opvallend dat het aantal studenten met bijzondere faciliteiten vanwege een concentratiestoornis de afgelopen tien jaar is vertienvoudigd. Een van de verklaringen daarvoor is dat het aantal nieuwe diagnoses van concentratiestoornissen is toegenomen in de afgelopen tien jaar. Die toename kan het gevolg zijn van het feit dat ADD en ADHD steeds bekender zijn bij hulpverleners, leerkrachten en ouders, en dat de stoornis door hen ook beter wordt herkend. Ook de betere bereikbaarheid van de hulpverlening kan een rol spelen. 

Wil dat zeggen dat er exact 1.701 studenten zijn met een functiebeperking aan UAntwerpen? Nee, bijzondere faciliteiten worden niet automatisch toegekend, het is de student zelf die een aanvraag moet verrichten.  

aanvraagprocedure

Je hebt nood aan bijzondere faciliteiten, hoe begin je daaraan? Eerst zal je op de site van UAntwerpen een online aanvraagprocedure doorlopen. Bij het indienen van een aanvraag wordt er gevraagd om bepaalde documenten en bewijsstukken bij te voegen die elks op zich aan bepaalde voorwaarden horen te voldoen en per functiebeperking variëren. Alle functiebeperkingen worden case per case bekeken. Dat maakt dat het bij sommige functiebeperkingen vereist is om jaarlijks een nieuwe aanvraag in te dienen, terwijl het bij andere functiebeperkingen mogelijk is een permanent statuut te verkrijgen, bijvoorbeeld bij concentratiestoornissen. 

Bij de aanvraagprocedure kan je op de hulp rekenen van de zorgcoördinatoren die de inkomende vragen behandelen. “Via de digitale intake komt het dossier van studenten bij ons terecht”, vertelt Isabelle Yaramis, een van de zorgcoördinatoren aan UAntwerpen. “Studenten kunnen zelf een gesprek aanvragen tijdens de intakeprocedure. Bijvoorbeeld wanneer blijkt dat de voorgestelde bijzondere faciliteiten onvoldoende zijn. Op basis van hun dossier nodigen we studenten soms zelf uit, dat gebeurt bij complexe dossiers. Afhankelijk van de noden en moeilijkheden bekijken we dan hoe de bijzondere faciliteiten de aanwezige moeilijkheden kunnen compenseren.”

Van de 709 nieuwe aanvragen in het academiejaar 2022-2023 werd 85% goedgekeurd. Meestal worden aanvragen afgekeurd omdat de benodigde documenten ontbreken.

beoordeling

De zorgcoördinatoren beoordelen ook de ingediende aanvragen. “Je aanvraag moet uiteraard alle bewijsstukken bevatten, maar het is niet zo dat je geen recht hebt op bijzondere faciliteiten wanneer je aanvraag in eerste instantie onvolledig is. Mocht je geen bewijsstukken opladen of niet de juiste bewijsstukken hebben, brengen we studenten daarvan desnoods herhaaldelijk op de hoogte zodat ze dit nog in orde kunnen brengen.” 

“De Commissie Redelijke Aanpassingen kent het statuut bijzondere faciliteiten toe nadat de zorgcoördinatoren de bewijsstukken hebben nagekeken.” Ook eenmaal je aanvraag is goedgekeurd, ben je er nog niet helemaal. “De faculteiten kunnen je aanvraag voor bijzondere faciliteiten nog afkeuren op basis van bepaalde criteria, namelijk aanvaardbaarheid, haalbaarheid en verdedigbaarheid. Zo wordt extra tijd meestal goedgekeurd behalve waar tijdsdruk deel uitmaakt van de eindcompetentie, zoals bij een stationsproef in geneeskunde.”

nieuwe intaketool

“Onze ervaring is dat studenten weinig problemen hebben met de online aanvraagprocedure”, aldus Isabelle Yaramis. “Dat neemt niet weg dat we ons continu de vraag stellen hoe we onze dienstverlening voor studenten kunnen verbeteren. Zo zijn we bezig met een nieuwe intaketool die vanaf volgend academiejaar zou worden uitgerold. Die zou nog helderder en overzichtelijker zijn en ook voorzien zijn van een betere lay-out op maat van het nieuwe Studentenportaal. Een verbeterpunt is dat je (te) veel moet lezen om de aanvraagprocedure te doorlopen. We zijn met een thesisstudent videomateriaal aan het opnemen zodat we informatie op verschillende manieren kunnen aanreiken om tegemoet te komen aan de verschillende manieren van informatieverwerking. Dat is een work in progress.”

Je online aanvraag moet ten laatste op 13 oktober ingediend zijn in het eerste semester, de deadline in het tweede semester is 1 maart. Er zijn omstandigheden denkbaar waarbij je hierna ook nog je aanvraag kan indienen: dat geldt voor buitenlandse studenten, studenten met een recente diagnose of laattijdige inschrijvers. Een zorgcoördinator contacteren is in deze gevallen aangewezen. Klik hier voor meer info.

topsporter of  kunstenaar

Ook studenten die aan topsport doen of kunstenaar zijn, kunnen rekenen op bijzondere faciliteiten. De procedure heeft veel weg van degene we hierboven hebben beschreven: je doorloopt via de site van UAntwerpen een intake, je levert de gevraagde bewijsstukken aan binnen dezelfde deadlines en bij goedkeuring kan je afhankelijk van je situatie rekenen op faciliteiten zoals examenspreiding of een alternatief voor verplichte aanwezigheden. “Gesteld dat je als topsporter in het buitenland traint of een wedstrijd hebt, moet je ook elke keer op papier een bewijs aanleveren dat je dan in het buitenland vertoeft. Louter beschikken over een topsportstatuut is geen vrijbrief om telkens afwezig te zijn in verplichte colleges”, vertelt studentenbegeleidster Vicky Feremans. Zij stipt ook aan dat de procedure enigszins verschilt van bijzondere faciliteiten voor functiebeperkingen. “Als het gaat over het topsport- of kunstenaarsstatuut beoordelen aparte commissies de ingediende aanvragen, respectievelijk de Sportcommissie of de Commissie Cultuur. Zij gaan na of de student in kwestie een voldoende hoog niveau behaalt om het statuut te verwerven. Dat betekent ook dat topsporters en kunstenaars hoe dan ook jaarlijks een aanvraag moeten indienen. Het is niet omdat zij het ene jaar een hoog niveau halen, dat dat het jaar erna ook nog het geval is.”

oproep

We geven toe, dit was een droog staaltje theorie.  wil nu de theorie toetsen aan de praktijk. Hoe toegank­elijk is UAntwerpen werkelijk? Om dat te weten te komen, hebben we jouw hulp nodig. Heb je bijzondere faciliteiten of heb je ervaring met de beschreven aanvraagprocedure en wil je anoniem je verhaal delen? Spreek een van onze redactieleden aan, contacteer onze redactie via sociale media of stuur ons een mail op contact@dwars.be. Het resultaat lees je in een volgende editie van .



rectorverkiezingen

09/10/2023
🖋: 

Dit academiejaar vinden in het tweede semester de rectorverkiezingen plaats. Maar wat houden de rectorverkiezingen in? De belangrijkste vragen op een rijtje: 

Wat is een rector?

Een rector is eigenlijk een beetje de baas van de universiteit. Hoewel de rector zelf een gewoon hoogleraar is (dat wil zeggen dat hij de hoogste graad van professor heeft) bestaat zijn taak voornamelijk uit het besturen van de universiteit. Je zal de rector ook in de pers zien opduiken om de belangen van de universiteit te behartigen en op officiële momenten zoals de opening van het academiejaar geeft de rector speeches. Misschien dat de rector tussendoor nog een lesje geeft, maar vrijwel al zijn tijd besteedt hij aan vergaderen. Veel vergaderen. Natuurlijk kan hij niet alles in zijn eentje beslissen, daarvoor is een universiteit een te gelaagde organisatie. Er zijn tig van raden en commissies die binnen bepaalde domeinen een bepaalde beslissingsmacht hebben. We schrijven “een bepaalde”, omdat lang niet altijd transparant is wie wat wanneer beslist. Dat klinkt onhandig en dat is het ook, maar dat is voor een andere keer.

Wat zijn verkiezingen?

‘Een verkiezing is een methode waarbij een aantal personen, de kiesgerechtigden, door middel van een stemming bepaalt aan wie een bepaalde functie, post of titel moet worden toegekend. Door middel van verkiezingen wordt bijvoorbeeld uitgemaakt wie of wat “de beste” is, bijvoorbeeld bij het Eurovisiesongfestival of bij de Miss Worldverkiezingen.’ (bron: Wikipedia)

Wat zijn rectorverkiezingen?

Dat zijn verkiezingen waarbij een nieuwe rector wordt gekozen. Die verkiezingen vinden om de vier jaar plaats. En dus ook dit academiejaar, ergens in maart. De oude rector kan eenmaal herkozen worden. Omdat het tweede ambtstermijn van de huidige rector ten einde loopt, is hij geen kandidaat bij de volgende rectorverkiezingen. Wie dan wel kandidaat is, zal in de loop van het eerste semester stilaan duidelijk worden. In de wandelgangen van de universiteit gonst het al van de namen, maar de kandidaturen worden pas geofficialiseerd in januari. We willen het niet als een gunst doen klinken, maar ook studenten kunnen stemmen.

Oké, boeiend. 

Geen reden om zo sarcastisch te doen. Rectorverkiezingen zijn de ideale gelegenheid om het eens ten gronde te hebben over wat een universiteit moet zijn en welke de te varen koers is. Niet in gesloten kamertjes, maar openlijk. De kandidaten voeren campagne en de botsende visies zullen onderwerp van publiek debat zijn. Eigenlijk is het een soort van universiteitsbreed therapeutisch momentje. Daarom zal  de komende edities flink berichten over de rectorverkiezingen. Over de procedure, over de kandidaten, over hoe je als student kan stemmen en niet in het minst over wat er op het spel staat. 

Niet zo opgewonden, het was niet sarcastisch bedoeld.

Mijn excuses



dwarszitter

09/10/2023
🖋: 
Auteur

bibkoffie

De bib is de ideale thuishaven voor hardwerkende studenten, dat weet iedereen. Dat hard werk hand in hand gaat met vermoeidheid en bijgevolg enorme hoeveelheden koffie, weet ook iedereen, incluis UAntwerpen dat vorig academiejaar een gigantisch high-tech koffiemachien in de inkomhal van de bib op de Stadscampus liet plaatsen. Ik hoor u denken hoe geweldig dat moet zijn voor al die vermoeide studenten in drukke periodes, maar niets is minder waar. Door de ingewikkelde aard van het koffiezetapparaat moest ik met enige schaamte de hulp van een van mijn medestudenten vragen om hem aan de praat te krijgen. Ik kan me trouwens niet voorstellen hoe oudere personeelsleden het apparaat bedienen. Toen het me gelukt was een koffie te bestellen, moest ik daar maar liefst 2,70 euro voor neertellen. Ik schrok, maar ik had tenminste een tas koffie, dacht ik. Fout gedacht, de broze, kleine beker zwarte koffie stelde me diep teleur. Hij was bitter en ik kon mijn grimas niet verbergen voor de bibgangers rondom mij. Als je al te moe bent om je te concentreren op je studies, raad ik je niet aan om het koffie-automaat een kans te geven. Houd dat best voor dagen waarop je genoeg draagkracht hebt om er vijf minuten te staan.

1/5 sterren

zelfstudiepakket wiskunde

Je kent het wel, die zomerse blues die je doen hunkeren naar je tijd aan de universiteit. Je slentert nooit doelloos door de Antwerpse straten, want er zijn altijd hoorcolleges die op je wachten en als je geen les hebt, kan je studeren in de bibliotheek. Tijdens de zomer verveel ik me stierlijk en kijk ik zelfs weemoedig terug op die mooie tien maanden van het jaar. Om dat gevoel te verhelpen besloot ik een zelfstudiepakket van UAntwerpen ter hande te nemen. Na wat snuisteren in de eindeloze lijst aan voorbereidingspaketten van allerlei opleidingen, zag ik uiteindelijk het lemma wiskunde. Vanwege mijn studie Taal- en letterkunde en mijn natuurlijke afkeer voor het onderwerp, kom ik niet veel in contact met wiskundige materie: ik behaalde vorig academiejaar met veel moeite en bijlessen een tien voor statistiek. Omdat wiskunde steeds belangrijker wordt in deze groeiende wetenschapsmaatschappij, besloot ik dat het tijd was om mijn kennis bij te schaven. Het zelfstudiepakket overweldigde me mateloos met haar oneindige lijst van onderwerpen die allemaal ook nog eens genoten van een aparte onderverdeling. Verder vond ik de vormgeving van het platform ‘Aan de Slag’ enorm chaotisch waardoor het me maar liefst een half uur kostte om nog maar te beginnen aan de inleidende aanvangstest. Na die test ging ik moedig door en koos ik ervoor verder te gaan met veeltermen en vergelijkingen. Het redelijk eenvoudige onderwerp wordt uitgelegd met maar liefst 56 pagina’s aan theorie, die grotendeels bestonden uit een samenraapsel van elliptische zinnen, naamwoordstijlen en passiefzinnen. Bij nader inzien had ik beter gefocust op de inhoud van de tekst in plaats van de penibele stijl ervan. Ik behaalde namelijk een score van vier op tien op de test, waardoor de moed me volledig in de schoenen zakte. Ik probeerde al mijn moed nog samen te rapen om door te zetten, maar het is me gewoonweg niet gelukt. Je mag dat op mij steken, maar ik steek het liever op de gammele zinsconstructies die me steeds maar om het hoofd bleven slaan. Daar krijgt een mens al eens hoofdpijn van.

2/5 sterren

de Verkenningsdagen

De Verkenningsdagen zijn verschillende reeksen driedaagsen in de Hoge Rielen voor toekomstige eerstejaars. Het is de bedoeling dat die eerstejaars met een voorsprong beginnen aan hun academiejaar doordat ze tijdens de Verkenningsdagen al wegwijs gemaakt worden in het universiteitsgebeuren en er al vrienden kunnen maken. Ik ging dit jaar maar liefst twee keer mee. Ik vertrok met weinig zin omdat ik totaal geen natuurmens ben. Ik neem graag lange douchebeurten en eet graag uitgebreide maaltijden die ik in alle rust heb kunnen klaarmaken zonder eventuele muggen of vliegen te moeten ontwijken. Toch hebben de Hoge Rielen me als mens compleet veranderd. Op dag een speelde ik enthousiast mee met kat en muis, iets waar ik in Antwerpen mijn neus voor zou optrekken. Zelfs toen 
mijn – lightwash – jeansbroek vuil werd, bleef ik ongeremd doorrennen. Daarnaast deed ik mee met de workshop Griekse dans in een krakkemikkige hangar met honderd zwetende studenten en bleek ik daar geen probleem mee te hebben. Na die formatieve ervaring kan ik niet anders dan concluderen dat de Verkenningsdagen als een soort natuurlijke cleansing dienen die de eerstejaars helemaal omvormt tot echte studenten, en mij als begeleider trouwens ook.

5/5 sterren



rectorverkiezingen

09/10/2023
🖋: 

In aanloop van de rectorverkiezingen schrijft onze redacteur enkele brieven aan de toekomstige rector waarin hij zich zo vrij voelt hun aanbevelingen en suggesties te doen. Aanbeveling één: voer basisfinanciering in. 

Geachte toekomstige rector

Ik weet nog niet wie u bent, u weet nog niet dat u rector wordt en toch zal ik elke , het blad dat u trouw letter per letter leest, een brief aan u richten. Daar komt bij dat ik, dit verwaarloosbare praktische bezwaar ten spijt, zelfs de innige hoop koester dat er een vruchtbare briefwisseling tussen ons zal ontspruiten. Laat ik u om te beginnen al proficiat wensen met uw aanstelling als CEO van een best logge en verspreid gelokaliseerde onderneming. En ja, dat wil zeggen dat u als rector kennis krijgt van alle problemen in alle diensten, departementen en faculteiten en men met een blik-van-allerlaatste-hoop naar u zal kijken. U zult begripvol knikken en doen alsof u het snapt. Gelukkig kunt u op de trouwe steun rekenen van valorisatiemanagers en financieel dwarsliggers die zich hebben bekwaamd in het vormen van zinnen met woorden als efficiëntie, performanter en optimaliseren. Woorden die onheil aankondigen. 

Zo zult u opstaan en gaan slapen met het idee dat uw universiteit competitief moet zijn. En voor die competitieve universiteit heeft u niet zomaar een peloton academici nodig die toevallig uitblinken in hun vakgebied, briljante onderzoekers zijn en zelfs bevlogen lesgevers. U hebt academici nodig die met de voeten in de wereld staan: u bedoelt academici die weten hoe er geld in het laatje komt. Hoe laat u over aan hun academische vrijheid. Academici met 47 publicaties per jaar. Wauw! Academici met 25 doctoraatsstudenten. Excellent! Academici met een vertakt netwerk in de Vlaamse industrie. Een voorbeeld voor eenieder! Academici die met steeds hetzelfde onderzoek, weliswaar in een ander geurtje of kleurtje, keer op keer externe financiering weten te bemachtigen. Strategische genieën! De academici op wie we trots kunnen zijn!

Het spijt me te zeggen, maar we aanschouwen hier een systeem dat zijn eigen kinderen tot de laatste teennagel gulzig verorbert. Oké, vastbenoemde proffen hebben niet te klagen over onzekerheid – hoogstens over de wekelijkse vergadermarathon, het wekenlang schrijven aan onderzoeksprojecten met een statistische slaagkans van enkele procenten en hun onomkeerbare vervelling in hun grote academische kinderdroom: manager spelen. Het al dan niet binnenhalen van externe financiering heeft gevolgen in de hele academische keten. Nog het meest voor de precaire organismen zoals postdocs die afhankelijk zijn van tijdelijke contracten, continu in concurrentie met elkaar treden om financiering binnen te halen en wier bestaanszekerheid afhangt van het welslagen van een extern financieringsproject. Na deze fase worden postdocs ofwel prof, ofwel verdwijnen ze uitgeput van de universiteit en leven daar nog lang en gelukkig, ofwel worden ze uitgeput prof. De eerste situatie komt het minst voor, de laatste situatie het tweede minst – meestal verdwijnen postdocs omdat er geen middelen zijn om hen te houden met als gevolg dat uw universiteit kennis verliest, waarna een nieuwe generatie postdocs ongeduldig klaarstaat om leeggezogen te worden en geruisloos van de universiteit te verdwijnen. 
Ik snap dat u dit kwantitatief bevestigd wil zien. Uit de welzijnsenquête van 2016 blijkt dat onder academici aan UAntwerpen het binnenhalen van financiering de grootste stressbron is. Wat de meest recente welzijns­enquête uit 2020 hierover vertelt, kan ik u helaas niet meedelen. De resultaten ervan worden niet gepubliceerd, ook niet voor personeelsleden die de enquête konden invullen. Als toekomstig rector kunt u de resultaten vast wel achterhalen. Over openbaarheid van bestuur en transparantie heb ik het met uw permissie graag in een volgende brief. 

En ja, u zal misschien de dooddoener der dooddoeners al hebben geëxclameerd dat het allemaal zo eenvoudig niet is en dat kritiek hebben zonder oplossingen te bieden gemakkelijk is. Wel, een begin van zo’n oplossing kan basisfinanciering zijn. Basisfinanciering houdt in dat academici een toelage krijgen die niet afhankelijk is van competitie. Dat genereert zekerheid om onderzoek te kunnen voeren en vrijheid om onderzoek te kiezen en in mindere mate af te hangen van externe financiers. Met basisfinanciering hebben academici de ademruimte om niet in een permanente wedloop te verzeilen van geld binnen te halen. Ik beloof hier werkelijk geen gewoonte van te maken, maar ik citeer deze ene maal de rector van UGent, waar onlangs is beslist dat professoren jaarlijks een toelage van 30.000 euro krijgen: “Onderzoeksfinanciering zit vaak ingebed in een competitief systeem. Dat heeft talrijke voordelen, maar momenteel is de balans zoek. Overdreven competitie gekoppeld aan sommige klassieke financieringsinstrumenten staat nog te vaak samenwerking tussen onderzoekers in de weg.” 

U moet tot slot weten dat deze brief er sowieso zou zijn gekomen, ongeacht beslissingen aan andere universiteiten. De afgelopen drie jaar sprak ik voor tal van gelegenheden met tal van academici. Ook al ging het over een volslagen andere kwestie, op wonderlijke wijze kwam basisfinanciering steevast ter sprake en dat zonder inspanningen mijnentwege. Nimmer kreeg ik te horen dat het nutteloos is, altijd werd de noodzaak beklemtoond. De honger in de ogen van mijn gesprekspartners verraadde dat het niet zomaar een bevlieging is. Wie zich engageert om basisfinanciering in te voeren, zal op de dag van de rectorverkiezingen beslist geen mal figuur slaan. Durft u? 

Met geduld wacht ik op een omstandig antwoord.

Hartelijke groet
Matthias