Post!
17/10/2008
🖋: 

Liefste dwars,

 

Turijn is een stad vol verrassingen: bommaatjes die langs de oever van de Po een joint rollen, jongeren die elkaars genitaliën openbaar bespelen, het zijn slechts enkele van de kleine dingen die een stad kunnen maken tot wat ze is.

 

Ik moet eerlijk toegeven dat Turijn me verrast heeft. Niet omwille van het bovenstaande, maar mij was gezegd dat ik naar een industriestad ging. Deze stad weet echter perfect te balanceren tussen een bruisende metropool en de Tuin van Eden. Langs de Po, de rivier die door de stad stroomt, ligt een gigantisch park waar je letterlijk uren in kunt verdwalen. Op de oevers van de Po vind je de zogenaamde Murazzi, de uitgaansbuurt. Qua veiligheid is dit een gewaagde locatie, men heeft namelijk niet veel nodig om in het water te belanden. Buiten het weekend zijn dinsdag en donderdag de topdagen om uit te gaan.

 

Maar Torino heeft veel meer te bieden dan enkel een waterig nachtleven. Zelfs aanschuiven voor een verkeerslicht wordt opgefleurd door jongleurs. Bovendien is het ook dé filmstad bij uitstek. Op elke straathoek vind je wel een cinema, met als kers op de taart een prachtig filmmuseum, dat hier bekendstaat als La Mole, die ook op de achterzijde van de Italiaanse euro staat. Achter de hoek van La Mole vind je het lelijkste gebouw van heel Turijn: Palazzo Nuovo, een gebouw dat niet uit de toon zou vallen in het Oost-Duitsland van dertig jaar geleden. Hier zetelen de faculteiten van de Humane Wetenschappen. Momenteel wordt het gelijkvloers opgefleurd met spandoeken en pamfletten over protestacties tegen het nieuwe onderwijsdecreet van Gelmini, de minister van Onderwijs. Bij ons heeft minister Vandenbroucke een betoging en wat handtekeningen gekregen; hier wordt al heel de week betoogd, bezet en gestaakt. Het zal wel aan het vurige, zuiderse temperament liggen.

 

Eenzaam kan een mens zich hier niet voelen. Bij het kleinste probleem lijken de Italianen klaar te staan om een handje toe te steken. Al die hulp is best wel praktisch als je in een vreemd land zit, maar na een tijd kan het beginnen aanvoelen als een soort dictatuur van goedheid. Dit is zowat het negatiefste dat ik over mijn verblijf tot dusver kan vertellen. Inderdaad, als dat mijn enige probleem is, dan heb ik eigenlijk geen probleem. Conclusie: ik ben met mijn gat in de boter gevallen. Waarvoor dank, Erasmus.

 

Lies

 

Wist je dat ...

... Turijn de grote liefde was van de Duitse filosoof Nietzsche. Zijn appartement valt echter niet langs de binnenkant te bezichtigen.

... Turijn bekend is om haar chocolade. Op het einde van de 18de eeuw ontdekte een zekere Mr. Doret vaste chocolade. Daarvoor kende men het enkel in vloeibare vorm. Nu wordt hier nog elk jaar 'CioccolaTÒ' georganiseerd. Dit is een evenement waar je van chocolatiers van over heel de wereld kan proeven (of alleszins van hun chocolade). Dit jaar vindt het plaats van 22 februari tot 2 maart.

... Turijn de eerste hoofdstad van Italië was. Je kan hier het koninklijk paleis bezoeken met haar gigantische tuinen.

... de Turijnen er vreemde sociale vaardigheden op na houden. Als je bijvoorbeeld tijdens de les iemand snel iets vraagt, zal er op het einde van de les verwacht worden dat je elkaar de hand schudt en je voorstelt. Als je elkaar daarna nog eens tegenkomt, wordt er tweemaal op de wang gekust bij wijze van begroeting.



Hoe UA-alumna Manto Tshabalala-Msimang aidsbestrijding bestreed
17/10/2008
🖋: 
Auteur

In 2007 stierven er 350 000 mensen aan aids in Zuid-Afrika. Nog eens 5 700 000 waren besmet met het HIV-virus, becijferde UNAIDS. Dat maakt Zuid-Afrika wereldwijd tot de trieste koploper van zowel het aantal aidsdoden als het aantal HIV-besmettingen. Universiteit Antwerpen-alumna Manto Tshabalala-Msimang wordt mede verantwoordelijk geacht voor het jarenlange rampzalige beleid van de Zuid-Afrikaanse overheid.

In 1999 volgde Thabo Mbeki Nelson Mandela op als president van Zuid-Afrika. Mbeki stelde Tshabalala-Msimang aan als minister van Volksgezondheid. Onder Mandela was zij al viceminister van Justitie. Die positie dankte ze mede aan haar jarenlange inzet binnen het ANC, de verboden partij van Mandela en Mbeki tijdens de apartheid.

 

De nieuwbakken minister behaalde diploma's overal ter wereld: van Zuid-Afrika tot de Sovjet-Unie en Tanzania. Volgens haar curriculum vitae bekwaamde ze zich in de verloskunde en de gynaecologie. Een vervolmaking volgde op de toenmalige UIA. Tshabalala-Msimang ontving hier een licentiaatsdiploma Openbare Gezondheidszorg in 1980, volgens haar officiële biografie. Over haar passage in Antwerpen is verder weinig bekend.

 

Opmerkelijk: toen Tshabalala-Msimang afstudeerde in 1980, werkte Peter Piot net zijn doctoraat in de microbiologie af aan de Universiteit Antwerpen. Piot is ondertussen het hoofd van UNAIDS, het agentschap van de VN dat zich inzet in de strijd tegen aids.

 

Lege doos

Twee maanden geleden trad de Zuid-Afrikaanse president Mbeki af. Hij werd vervangen door Kgalema Motlanthe. Amper twee dagen na zijn aantreden maakte Motlanthe bekend dat hij Manto Tshabalala-Msimang wegpromoveerde tot minister van het Presidentschap, een ministerpost die niet veel meer is dan een lege doos.

 

“Iedereen was verdomd blij eindelijk van Tshabalala-Msimang af te zijn”, vertelt Andrew Warlick. Hij is actief als beleidsonderzoeker voor het Treatment Action Program (TAC) in Zuid-Afrika. Deze ngo probeert de aidsproblematiek in Zuid-Afrika aan te pakken door onder meer voorlichtingscampagnes te organiseren.

 

“Er is dringend nood aan degelijke voorlichtingscampagnes, net dankzij Tshabalala-Msimang. Zij is er immers in geslaagd om de Zuid-Afrikaanse bevolking negen jaar lang duchtig te desinformeren”, aldus Warlick. Niet voor niets kreeg ze de bijnaam dokter Suikerbiet.

 

Of hij dat eens wil uitleggen. Warlick lacht cynisch: “Tshabalala-Msimang was ervan overtuigd dat een dieet van suikerbieten, citroenen, knoflook, zoete Afrikaanse aardappelen en alcohol aidsremmend werkt. Dat doet het dus niet. Toch presteerde ze het om de bevolking dat jarenlang wijs te maken.” Professor microbiologie John Moore noemde de aanpak van de aidsproblematiek door Tshabalala-Mismang “dodelijke kwakzalverij”.

 

“Slechter is simpelweg onmogelijk”

Is het een gebrek aan kennis, is het onwil, Warlick weet het ook niet. “Tshabalala-Msimang heeft altijd sterk geloofd in de traditionele Afrikaanse methoden om ziektes te behandelen. Dat die voor het aidsprobleem niet al te effectief blijken, tonen de gruwelijke cijfers van ettelijke honderdduizenden doden per jaar. Ze heeft ook nooit het bestaan van een verband tussen aids en HIV willen toegeven. Vergeet niet: als minister van Volksgezondheid was zij verantwoordelijk voor het welzijn van de Zuid-Afrikanen.”

 

Ondertussen is er met Barbara Hogan een nieuwe minister van Volksgezondheid aangesteld, tot grote opluchting van zowat iedereen die actief betrokken is bij de strijd tegen aids. Warlick: “Het is nog te vroeg om te zeggen of Hogan een goed beleid gaat voeren. Wat ik al wel kan zeggen: slechter dan Tshabalala-Msimang is simpelweg onmogelijk. Zij gaat de geschiedenis in als de slechtste minister van Volksgezondheid ooit.”



17/10/2008
🖋: 
Auteur

Grijze huismuren worden muurschilderingen. Geen utopie, maar werkelijkheid, beste lezer. Het project ‘Muurvast stripmuren’ toont waartoe Vlaamse striptekenaars, illustratoren en cartoonisten in staat zijn. Antwerpen telt op dit moment zes stripmuren, maar er zijn al plannen voor nieuwe werken, onder andere van Jef Nys, bekend van zijn stripheld Jommeke.

 

Een wandeling, de zogenaamde stripmurenroute, verbindt de kunstwerken met elkaar. dwars trok voor u naar ’t stad, op zoek naar huizenhoge schatten.



Interview met Amerikaans onderzoeksjournalist Craig Unger
17/10/2008
🖋: 

Of hij George W. Bush ooit ontmoet heeft. De Amerikaanse journalist en schrijver Craig Unger lacht ontspannen. Hij diept een jeugdherinnering op: “Ik ben ooit met hem op zomerkamp geweest. Ik denk niet dat ik hem daar gesproken heb.”

Zonde, het had immers uitstekende stof kunnen zijn voor zijn nieuwste boek. In ‘De Ondergang van de familie Bush’ (oorspronkelijke titel: 'The Fall of the House of Bush') verhaalt Unger immers de opgang en ondertussen ook weer ondergang van George W. Bush. Hij beschrijft ook hoe machtige figuren in de Amerikaanse politieke klasse democratie ondergeschikt vinden aan hun idee van the Greater Go(o)d. Gewapend met notitieblok, bandopnemer, kruisbeeld en Amerikaanse vlag onderwierp dwars de onderzoeksjournalist aan een kruisverhoor.

 

U hebt uw jeugd in Texas doorgebracht.

Unger Veel ouders van de kinderen op mijn school werkten voor de oliebedrijven. Ik ben opgegroeid in dat wereldje van olie en geld en wist dat ik er zo snel mogelijk uit wou. Maar dat neemt niet weg dat het me wel boeide: het leerde me hoe macht werkt, hoe de wereld werkt.

Ik kon de Bush-familie al vanop jonge leeftijd volgen. George W. kwam uit een geprivilegieerd nest. Net als ik heeft Bush ook aan Harvard gestudeerd. Na de universiteit is hij gewoon teruggekeerd naar Texas. Hij wou een redneck zijn. Dat is de wereld waarin hij zich comfortabel voelt. En dat zegt veel over hem.

 

Een bruggenhoofd tussen de Heer en de machtigen

Was u verrast toen Bush verkozen werd in 2000?

Unger Het zat er niet aan te komen. De oudere Bush was ook erg verbaasd. Hij achtte eerder zijn andere zoon, Jeb Bush, in staat om president te worden. In 1994 ging Jeb voor gouverneur van Florida en verloor. George was toen kandidaat voor Texas en won. Dat gaf hem een enorme voorsprong.

 

Bush zou zijn verkiezingsoverwinning te danken hebben aan de evangelicals, of christelijk rechts, en de neoconservatieven.

Unger Bush was het perfecte bruggenhoofd tussen die twee groepen. De neocons zijn vooral beleidsmakers. Ze moesten echter op zoek naar een achterban om hun beleid te realiseren. De nodige electorale steun kwam er van christelijk rechts. Zij stemden massaal voor Bush.

 

Wie zijn de neocons precies?

Unger Het zijn een paar duizend, behoorlijk machtige, rechtse intellectuele beleidsmakers die weinig genuanceerd over de wereld denken. De Verenigde Staten is voor hen “het machtige gidsland”. Medio jaren tachtig, met de Sovjet-Unie als grote tegenstander, konden ze zich uitstekend profileren. Na de val van het Sovjetrijk moest er op zoek gegaan worden naar een nieuwe vijand. Saddam Hussein mocht die rol vervullen.

Vanaf 1992, toen Cheney minister van Defensie was, zijn de neocons beleidsnota’s beginnen te schrijven. Daarin werd een nieuwe visie op de Amerikaanse macht gepresenteerd. Centraal stond een democratisering van het Midden-Oosten. Ze dachten dat ze met het Midden-Oosten konden doen wat er met West-Europa gebeurd is na de Tweede Wereldoorlog. Dat was een belachelijk idee. Met Irak hoopten ze iets in gang te zetten. Iran was het uiteindelijke doelwit. De neocons geloven nog steeds dat ze goed bezig zijn in het Midden-Oosten.

 

En dan is er nog christelijk rechts.

Unger Er zijn 80 000 000 Amerikanen die zich tot de evangelicals rekenen. Dat is de machtigste politieke beweging in de Verenigde Staten


 

Politieke beweging? Bedoelt u niet religieuze beweging?

Unger Het is een gepolitiseerde religieuze beweging. De christelijk rechtse traditie gaat terug tot de eerste kolonisten die zich hier kwamen vestigen: puriteinse, diepgelovige Britten. Christelijk rechts zit in het DNA van de Amerikanen. Toen abortus gelegaliseerd werd door het vonnis in de rechtzaak ‘Roe vs. Wade’ in 1973, is christelijk rechts zich fatsoenlijk beginnen te organiseren.

Voorheen werden ze geridiculiseerd als rechts, achterlijk, antiwetenschappelijk en dergelijke meer. Dat stak. Onder leiding van mensen als televangelist Jerry Fallwell werd een enorme, machtige organisatie uitgebouwd die over onder meer universiteiten en denktanks beschikt. Politieke macht ontbrak echter, tot het huwelijk met de neocons.

 

Bush was onervaren toen hij in het Witte Huis kwam en werd bovendien gedicteerd door de neocons en zijn christelijk rechtse achterban. Is hij eigenlijk ooit meer dan een handpop van die twee partijen geweest?

Unger Hij moest uiteindelijk wel de beslissingen maken en de verantwoordelijkheid opnemen. Ik denk dat hij zich vooral ziet als een evangelical die president werd. Maar de informatie die op dagelijkse basis betrokken werd bij zijn beslissingen, werd vooral bepaald door Dick Cheney.

Cheney is zowat de machtigste vicepresident van de Verenigde Staten ooit. Er zijn normaal gezien amper officiële taken voor de vicepresident; het is vooral naar begrafenissen gaan. Maar Cheney is enorm belangrijk geweest. Hij heeft altijd al goed samengewerkt met de neoconservatieven.

Hij geloofde in een sterke uitvoerende macht. Het Watergate-schandaal zag hij bijvoorbeeld als een aanval op de macht van het presidentschap. Hij wilde dat rechtzetten. Kijk maar naar de martelpraktijken in Guantanamo Bay. Dat is een uitholling van de Amerikaanse grondwet.

 

Waren de neocons en christelijk rechts eigenlijk gebaat bij de aanslagen van 9/11?

Unger Absoluut. Maar de plannen voor een inval in Irak bijvoorbeeld lagen al veel langer vast. Beleidsdocumenten uit 1992 vormen de basis voor een inval. Dan is er ook nog het beruchte inbraakverhaal.

Op 1 januari 2001 was er een inbraak bij de ambassade van Niger in Rome. Er werden wat documenten gestolen, waaronder briefpaper en dergelijke. Die documenten zijn in handen van de neocons gekomen en werden vervolgens vervalst om aan te tonen dat Saddam uranium had aangekocht van Niger.

Zelfs vóór Bush president werd, werden er dus documenten gefabriceerd om de oorlog in Irak te starten. Dat was negen maanden voor 9/11. Wat je ook zag was dat de neocons de inlichtingendiensten overnamen.

 

Ondertussen is de populariteit van de Bushadministratie tanende.

Unger Het leven is gewoon moeilijker geworden voor veel mensen. En Bush is daar deels verantwoordelijk voor. We zijn verslaafd aan olie en de Amerikaanse macht is over zijn hoogtepunt heen. Het is een historische ommekeer. De banken worden opgekocht, onze handelsbalans staat in het rood. Het Midden-Oosten en China zijn fel aan het opkomen. Toen ik opgroeide leerde ik dat de wereldhoofdsteden Parijs, Londen en Rome waren. Nu zijn dat Abu Dhabi, Dubai en Sjanghai.

 

Ander en beter, of alleszins ander

Zou er onder McCain eigenlijk een verandering komen? Onderhoudt hij ook innige banden met de neocons en christelijk rechts?

Unger Tijdens de voorverkiezingen waren er niet echt kandidaten die beide partijen aanstonden. Mike Huckabee was zowat de enige die een echte evangelical was. McCain heeft zich gedistantieerd van christelijk rechts in 2000. Hij noemde ze toen “agents of intolerance”. Nu had hij hun steun echter duidelijk nodig. Hij heeft dan een speech gegeven aan de Liberty University, het bolwerk van televangelist Jerry Fallwell.

Wat echt geholpen heeft, is het aanstellen van Sarah Palin als vicepresidentskandidaat. Wat houdt christelijk rechts toch van haar. Als ze een speech geeft komen er 60 000 mensen opdagen, opnieuw en opnieuw. Het resultaat is dat christelijk rechts nu sterk achter McCain staat. De economische crisis is echter zo machtig dat dat een doorslaggevende factor kan worden in de verkiezingen.

 

Beleid wordt terug belangrijker dan plat populisme en religieus geleuter?

Unger Mocht er geen economische crisis zijn geweest, dan denk ik dat McCain wel zou winnen. En hij zou onder andere winnen omdat mensen houden van Sarah Palin. Ze zegt dingen als “you betcha, we’ve got to support the average American soccer-mom”. En de mensen houden ervan. Ze kijken niet naar het beleid. Dat is vreselijk.

Ik heb heel veel evangelische christenen geïnterviewd. Ik heb gevraagd: hoe kun je voor Bush stemmen, die belastingverminderingen geeft aan miljonairs, zeker als je familie hard werkt en moeilijk rond komt. Dat gaat toch in tegen je klassenbelang. Dan kreeg ik te horen: jij begrijpt het echt niet. Bush is één van ons. Hij is een evangelical. Dåår gaat het om.

 

Een kritische blik ontbreekt?

Unger Ook de media in de VS zijn een ramp. Het is echt vreselijk. We're drowning in a sea of crap. We hebben vijfhonderd kanalen op tv, we hebben duizenden radiostations, en er zijn miljarden pagina’s op het internet. Maar het nationale debat wordt gevoerd door vijf of zes grote mediaconglomeraten. In de praktijk zijn er echt heel weinig stemmen die iets verschillend vertellen. Dat is één element.

Een tweede element is dat verslaggevers vaak opportunistische carriĂšrejagers zijn in Washington. De meeste reporters hebben twee bazen: de mensen die hen betalen en hun bronnen. En als je geen goede bronnen hebt, dan heb je geen goede carriĂšre. Dus als Dick Cheney je opbelt, dan kun je een ster zijn. Maar als je kritisch schrijft over Dick Cheney, dan is het mogelijk dat hij nooit meer met je praat.

Eigenlijk word je niets meer dan een spreekbuis. Dat gebeurde met The New York Times en The Washington Post. Dat Fox News van Rupert Murdoch erg rechts is, begrijpen de meeste mensen wel. Maar The New York Times en The Washington Post worden wel als links beschouwd. En nu hebben ze neocons die stukken voor hun schrijven.

 

Heeft Dick Cheney u trouwens ooit opgebeld?

Unger Nee.

 

Maar u bent er probleemloos in geslaagd uw boek te publiceren?

Unger Ja, maar je wordt gemarginaliseerd. Ik werk bij een groot Amerikaans tijdschrift (Vanity Fair, nvdr.) en daar zijn ze erg goed voor mij. Maar ik meng me dan ook niet in het nationale debat.

 

Maar als Michael Moore besluit een documentaire te maken grotendeels gebaseerd op uw laatste boek (‘Farenheit 9/11’, gebaseerd op ‘House of Bush, House of Saud’), dan kunt u toch niet zeggen dat u zich niet in het debat mengt.

Unger Die documentaire was best wel succesvol, ja. Ik was echt enorm blij. Maar het is moeilijk, en dat gebeurt ook niet vaak en niet genoeg. Bush is tenslotte herverkozen in 2004.

 

Zou de verkiezing van Obama iets veranderen?

Unger Als McCain verkozen wordt, dan is mijn grootste angst het bombarderen van Iran, een soort voortzetting van de neocon-visie van de reconversie van het Midden-Oosten. Iran bombarderen zou een echte catastrofe zijn. De prijs voor olie zou omhoog gaan tot 300 dollar per vat.

 

Obama zou Iran niet bombarderen?

Unger Ik denk het niet. Ik hoop het niet. Ik denk dat Obama niet zo slecht zou zijn.

 

Tot slot: is het christenfundamentalisme gevaarlijker voor de VS dan het moslimfundamentalisme?

Unger Ja, dat denk ik wel. En ik woon maar vijf blokken van Ground Zero. Al-Qaida is volgens mij nog steeds een bedreiging, maar ze geraken de oceaan niet meer over. Ze hebben één ongelooflijk spectaculair ding gedaan.

Ze zouden New York kunnen vernietigen met een paar bommen in de metro’s – ik zou niet zien hoe dat tegen te houden valt – maar dat is niet gebeurd. Ik denk wel dat ze een echte bedreiging vormen in Pakistan en Afghanistan.

Wij Amerikanen zijn enorm beschadigd door wat we onszelf aangedaan hebben. Aan de ene kant is er de economische realiteit die ons nu in het gezicht staart, een gevolg van ons energiebeleid en de deregulering en vrijheid van Wall Street. Aan de andere kant is er het besef dat onze grondwet stukje bij beetje ontmanteld wordt. Het is moeilijk te zeggen hoe blijvend de schade is. Het is in ieder geval niet meer Saddam Hussein die mensen martelt, maar onze eigen overheid in Guantanamo Bay.



Meeloper
17/10/2008
🖋: 

Omdat de imposante hal van de Modenatie een schoonmaakbeurt krijgt, moet ik via de noodtrap vijf verdiepingen klimmen. Het is de moeite waard, want onder het dak bevindt zich het wereldbekende Fashion Departement van de Royal Academy of Fine Arts. Elke maand loop ik mee met een bijzondere opleiding. Vandaag word ik modeontwerper.

Wit

Aan een brede gang die rond de centrale hal gaat, grenzen zeven witte ruimtes. De eerste ruimte is het lerarenlokaal, dat met zijn glazen wand geen geheimen kent. Officieel begint de les om 9u30, maar zoals vaak zien de binnenkomende studenten hun docent koffiedrinken achter het glas in plaats van lesgeven in het klaslokaal. In een volgende ruimte zitten een jongen en een meisje aan één van de vele iMacs. Tussen de computers staat een groepje van zeven bussen haarlak, alsof ze zich van lokaal hebben vergist. Aan de muur hangen posters van shows van Walter Van Beirendonck, het hoofd van de opleiding. Op weg naar het lokaal van klas B van het eerste jaar kom ik naakte en geklede paspoppen en een stapel stoffen tegen, het residu van een modeshow.

 

De lijn en de naad

In het klaslokaal zit een gemend gezelschap met iPods in en mutsen op aan hoge witte tafels. Sommigen eten wat, anderen drinken koffie. Vele eerstejaars beschikken over artistieke bagage uit het land van herkomst, in andere kunsten of in mode. Ze komen naar Antwerpen voor de goede naam die de opleiding geniet. De tekeningen aan het prikbord getuigen dan ook van een geoefende hand. Talent wordt hier verwacht, vakmanschap aangeleerd. Dat blijkt uit de ontwerpen die op de tafel liggen. Inspirerende objecten worden in een losse schets vertaald naar eigenzinnige rokken. Nadat de meeste studenten zijn binnengedruppeld, arriveert ook Nellie Nooren, de docente. Zij deelt mee dat de beslissing over de stof van de rok gevallen is: het is jeans geworden, omdat de Bread and Butter Tradeshow uit Barcelona de stof zal betalen. De studenten die met transparante textiel willen werken reageren teleurgesteld. Mevrouw Nooren moedigt hen aan tot “transparancy in another translation”.

Achtenzestig modeontwerpers begonnen in september aan de opleiding, dertien zullen er dit jaar afstuderen. Waar de eerste bachelor nog twee klassen telt, blijft er in de tweede bachelor maar één over. Terwijl aan de studenten van het tweede jaar wordt uitgelegd hoe een mouwsplit aan te naaien, kijk ik naar de tekeningen aan hun prikbord. Jeanne d’Arc, Willem van Oranje en Louis XIV hangen er zij aan zij. Het eindwerk draait hier om een door de ontwerper gekozen historische figuur. Behalve de creatie is ook het idee erachter, dat veel opzoekwerk vereist, belangrijk bij de beoordeling.

Op de daketage, die prachtig uitkijkt over de binnenstad, krijgt ook klas A van het eerste jaar onderricht in technische vaardigheden. Rondom één van de vele naaimachines, waaronder de door Paul van Ostaijen bezongen Singer, verzamelen de studenten. De uitleg begint vanaf nul. “This is a spoel”, zegt de docente. “S-P-O-E-L.” S-P-O-O-L kan ook, maar het is de bedoeling dat de buitenlandse modekinderen Nederlands leren.

 

Tussen kunst en kunde

Wanneer ik het lokaal van klas B weer betreed, verbaast de stilte me. Aan het begin van de lesdag heerste er nog een zekere laisser faire, nu zit iedereen gedisciplineerd over zijn schetsboek gebogen. De docente gaat van ontwerper naar ontwerper om commentaar te geven bij de tekeningen. Ze spreekt in aforismen als “fashion is always about the body” en “a skirt is not a tube”. Ik vraag me af wat mode is en of klas B de toekomst ervan vorm zal geven. Hun eigen outfits laten vermoeden van wel. De jongens met een rok of een zilveren legging, de meisjes met een joggingbroek of een lang overhemd en de asymmetrische kapsels en de sterke brilmonturen doen mij me wat gewoontjes voelen. Met namen als Claire Michel, Rey Pador, Billie Meskens, Sin Ae Yoo en Mirthe Steyaert lijken ze wel geboren om als label te eindigen.

Arash heeft een tijdje op de UA gezeten. Het verschil is enorm. Op de Modeacademie vind je namelijk geen TD’s, lintjes of studentendopen. Hij vindt modeontwerpers echter geen ras apart, “maar sommigen denken wel met mode de wereld te kunnen veranderen”. Mirthe heeft ook haar ideaal: ze kijkt er al naar uit haar eigen ontwerpen te kunnen dragen. Voor Anneleen ligt dat anders, ze geeft toe niet alles wat ze ontwerpt draagbaar te vinden. Is mode nu een kunst of een ambacht? Ik leg mijn vraag voor aan mevrouw Nooren. “Wij leiden zeker geen kunstenaars op”, zegt ze. “Mode is gebonden aan seizoenen, aan het modehuis en aan de markt. De vrijheid die een kunstenaar heeft, heeft de modeontwerper niet.” Anderzijds wijst ze op het creatieve proces dat de studenten doormaken: “Mode vereist maturiteit, maar ik hou meer van jongens en meisjes met een onbevangen kijk die hier hun talenten ontdekken.”



De nieuwe rector en vice-rector over hun ambities
17/10/2008
🖋: 

Veel tijd om hun nieuwe functie te vieren hebben Alain Verschoren en Johan Meeusen, sinds 1 oktober respectievelijk rector en vicerector van de UA, duidelijk niet genomen. Onze universiteit staat na de eenmaking dan ook voor nieuwe en grote uitdagingen. Touwtrekken is in het hoger onderwijs meer dan ooit de normale gang van zaken en ook de UA wil niet achterblijven: Antwerpen moet en zal op de universitaire kaart komen te staan. Geen sinecure, nu de KU Leuven almaar groter wordt en de strijd om studenten en centen des te scherper. Het nieuwe UA-bestuur licht haar plannen en kopzorgen toe.

De samenstelling van de universitaire top ziet er anders uit. Voor ons zitten geen drie vicerectoren maar één. Vanwaar die verandering?

Johan Meeusen Vroeger had je drie raden (Onderwijs, Onderzoek en Wetenschappelijke en Maatschappelijke Dienstverlening, nvdr.) die elk een aparte voorzitter kozen, de drie vicerectoren. In de interimperiode tussen de verkiezingen en 1 oktober hebben we wijzigingen in onze academische structuur aangebacht: de zeven decanen zullen vanaf nu altijd aanwezig zijn op de vergaderingen van het Bestuurscollege, de voorzitters van de drie kerntaakraden worden rechtstreeks voorgedragen door de rector en de voorzitter van de WMD-raad wordt automatisch ook de enige vicerector.

Alain Verschoren In het verleden hadden die drie raden niet altijd een coherent beleid, terwijl ze de facto zaken behandelen die niet geĂŻsoleerd zijn voor het personeel. Je had verschillende meningen en niet voldoende overleg tussen de drie raden. Ik wil eigenlijk dat iedereen iedereen adviseert. Er wordt vaak gesteld dat wij niet genoeg aanwezig zijn in Brussel en dat de UA met andere woorden niet weegt op het beleid. Niets is minder waar, maar we kwamen niet naar buiten als een geheel met gelijke standpunten. Dat is niet goed voor onze universiteit. Als er een beslissing genomen is, moet die ook gezamenlijk verdedigd worden.

 

ANTWERPEN VERSUS DE OLIEVLEK

Jullie willen dat de UA zichzelf meer op de kaart zet en zich profileert ten opzichte van de K.U.L. en de UGent. Ook de AUHA (de associatie die onze universiteit en vier Antwerpse hogescholen overkoepelt) gaat daarbij een steeds grotere rol spelen.

Verschoren De associatie moet een samenwerkingsverband zijn op het vlak van infrastructuur en studentenvoorzieningen. Zo’n structuur heeft als voornaamste doel de academisering (een nieuwe onderwijsevolutie waarbij hogescholen zich meer op onderzoek zullen moeten richten, nvdr.) mogelijk te maken en daarmee kwaliteit te garanderen.

 

Wat vinden jullie van Walter Nonneman, de nieuwe voorzitter van de Antwerpse associatie? Gaat hij ervoor zorgen dat Antwerpen een belangrijke speler wordt?

Verschoren De associatie had geen betere keuze kunnen maken! We hebben alleszins dezelfde boodschap: we willen aan de buitenwereld laten zien dat ze niet met onze voeten kunnen blijven spelen. Die boodschap brengen we wel op een andere manier: Walter Nonneman steekt zijn klauwen uit en ik doe het wat rustiger. In die zin zijn we erg complementair, maar onze neuzen staan in dezelfde richting.

Meeusen De vijf partners van de associatie hebben elk een verschillende achtergrond en werken nog maar enkele jaren samen. Het is dus nog wat zoeken. In elk geval starten we vanuit gelijkwaardige posities, in tegenstelling tot wat elders gebeurt.

 

De K.U.L. beperkt zich met haar associatie niet tot één gebied. Ze heeft ondertussen zowat overal in Vlaanderen wel een afdeling. Hebben jullie plannen om Leuven achterna te gaan?

Verschoren Laat ons duidelijk zijn: wij zijn en willen een ander type associatie, een sympathieke associatie. In mijn ogen loopt het samenwerkingsconcept waarover ik het net had helemaal mis bij onze Hagelandse collega’s. Zij volgen het olievlek-model: onder het mom van academisering geven ze hun partners de naam ‘campus’ en krijgen die hun logo, maar in feite is de enige drijfveer daarvoor hun expansiedrang.

 

PSEUDO-TEW

Ondertussen hebben ze wel mooi de Antwerpse Lessius Hogeschool ingelijfd, waardoor er van die gezamenlijke Antwerpse voorzieningen weinig terecht komt. Bovendien zou hun handelsopleiding wel eens een duchtige concurrent kunnen worden van onze opleiding TEW.

Verschoren Dat probleem moet en zal opgelost worden. Ik vind het niet acceptabel dat een hogeschool met een academisch karakter ons in onze achtertuin concurrentie aandoet. Volgens Minister Vandenbroucke moeten de verschillende opleidingen en instellingen samenwerken. Maar hoe maak je die samenwerking waar als je in andere associaties zit en bijna verplicht wordt om elkaar, opgejut door de huidige financieringscriteria, concurrentieel de duivel aan te doen?

Meeusen Lessius zou inderdaad kunnen mikken op onze TEW’ers en een pseudo-TEW aanbieden. En om meer geld binnen te halen bij Lessius, zouden ze vanuit Leuven doctoraten kunnen importeren en presenteren onder het mom van Lessius.

 

Ik weet dat bepaalde universiteiten niet te streng evalueren om meer studenten aan te trekken.

 

Is dat geen logisch gevolg van de academisering?

Verschoren Hogeschoolopleidingen moeten gefundeerd worden op onderzoek, daar kunnen we niet meer omheen. Dat wil alleen niet zeggen dat de docenten van de hogescholen plots allemaal onderzoekers moeten worden. Als de handelswetenschappen academiseren, kunnen ze bijvoorbeeld heel goed de kennis gebruiken uit het onderzoek dat binnen TEW of Handelsingenieur gedaan wordt. Maar wie staat er nu te wachten op handelswetenschappers die volop bezig zijn met een doctoraat? Nee, de maatschappij heeft ook nood aan Ă©chte praktijkmensen.

 

U klinkt als een koele minnaar van de academisering.

Verschoren Ik heb er op zich geen probleem mee, maar wel als de hogescholen bestempeld worden als de campussen van universiteiten. De evolutie is in volle gang dus we moeten ons afvragen of de academisering overal moet gebeuren en hoe het allemaal in zijn werk moet gaan. Men heeft in het verleden nooit de politieke moed gehad om met professionele masters te werken die minder theoretisch zijn en zich direct richten op de arbeidsmarkt. Bepaalde opleidingen kunnen goed functioneren als beroepsgerichte opleidingen. De geacademiseerde opleidingen van de hogescholen moeten daarom hun eigenheid bewaren, in plaats van volledig te functioneren binnen de universiteit, die zich op haar beurt soms minder op de praktijk richt. Neem nu het statuut van de kunsten: is een doctoraat in de kunsten een kunstwerk? Moet dat doctoraat dan op een theoretisch niveau gebeuren? Een mix is wellicht de beste oplossing.

 

DIPLOMA’S OP EEN SCHOTELTJE

Om overheidsgeld te krijgen moeten universiteiten en hogescholen elkaar steeds meer beconcurreren. Is Antwerpen te klein?

Meeusen We hebben nu bijna 10 000 studenten, dat zijn er 2 000 meer sinds de fusie.

Verschoren Ik heb een soort van weddenschap afgesloten: tegen het einde van mijn mandaat wil ik 15 000 studenten.

 

U wilt dus groeien. Nochtans horen we u steeds zeggen dat de kleinschaligheid van de UA een troef is en dat studenten bij ons ten minste geen nummer zijn. Spreekt u uzelf nu niet tegen?

Verschoren Onze kleine schaal is inderdaad een middel om kwaliteitsverhoging te realiseren, onder meer door persoonlijke begeleiding. Aan de UGent en de KU Leuven zitten in de richting Psychologie meer dan duizend studenten, ik weet niet hoe je aan zo’n groepen nog kwaliteit moet bieden. Ik heb al voorgesteld om er wat aan ons te geven. (lacht) Een opleiding Psychologie zou in Antwerpen zeker niet misstaan. Mijn doelstelling is dus om 15 000 studenten aan te trekken op basis van de kwaliteit die we aanbieden. Ik ga niet op de markt staan en met gratis diploma’s zwaaien. Studenten zijn geen klanten maar participatoren.

 

In een interview met De Tijd zei u dat “studenten verkleuteren”. Krijgen ze soms te veel begeleiding?

Verschoren Ik wil niet de ouwe zak spelen en zeggen dat het vroeger beter was. Toen ik student was, werd ik pas op het einde van het jaar geĂ«valueerd. Ik moet dan ook toegeven dat ik niet steeds naar de les ging. Nu worden studenten inderdaad beter begeleid – hun studieduurvooruitgang wordt bijvoorbeeld nauwkeurig in het oog gehouden – maar daarvoor betalen ze wel een prijs: door de vele tussentijdse taken hebben ze amper tijd om deel te nemen aan het studentenleven. Het verkleuteren werken we dus ook zelf in de hand door die begeleiding. Maar ik vind niet dat we onze diploma’s op een schoteltje overhandigen. Ik weet dat bepaalde universiteiten niet te streng evalueren om meer studenten aan te trekken en te laten uitstromen.

Meeusen We zouden wel heel dom zijn om dat ook te doen. De aantrekkelijkheid van een universiteit vertaalt zich immers markt-economisch: het is de markt die de waarde van een diploma bepaalt. Bovendien zijn gediplomeerden de onderzoekers van morgen. Hun publicaties bepalen ook onze klassering.

 

Onderzoek telt inderdaad ook steeds meer mee als het over financiering gaat. Zijn jullie van plan om vooral te investeren in onderzoek dat goed scoort op de markt en in internationale tijdschriften?

Meeusen Het is wat schipperen tussen een financiering op basis van studentenpopulatie en op basis van onderzoek. Je hebt opleidingen die een attractiepool zijn qua studentenaantal – zoals Taal-en Letterkunde – en andere die minder studenten aantrekken maar wel top-onderzoek leveren. Dat we een aantal vakgebieden de financiĂ«le middelen geven om door te stoten naar een hoger niveau, betekent nog geen devaluatie van het algemeen onderwijs. We verdelen het geld intern niet helemaal zoals het model van Minister Vandenbroucke het voorschrijft. Wat wij willen doen is financieren op basis van een behoefte-analyse: wat hebben departementen of onderzoeksgroepen nodig om aan goed onderwijs, onderzoek en dienstverlening te doen? We financieren dus niet louter op basis van het geld dat een onderzoek in het laatje brengt. Ons herallocatiemodel is een langdurig voorbereid en evenwichtig compromis waarbij de humane wetenschappen niet helemaal het onderspit moeten delven.

 

TOERISTEN

Om internationaal te kunnen scoren wordt er soms ook gesuggereerd dat er onderwijs in het Engels voorzien moet worden.

Meeusen Er gaan inderdaad steeds meer stemmen op om in het Engels te doceren aangezien je met het Nederlands niet zo veel bent in de (bedrijfs)wereld. Op het niveau van de bachelors bestaat hierover weinig meningsverschil: het Engels moet daar nog beperkt blijven. Studenten ervaren sowieso al een cultuurschok bij de overgang van het middelbaar naar de universiteit en bovendien mag je in de bachelors geen toeloop van buitenlandse studenten verwachten. Op het niveau van de masters liggen de zaken echter anders.

 

Je kan toch niet verwachten dat studenten die een master willen volgen plots academisch Engels kunnen?

Verschoren Met de flexibilisering is het mogelijk om keuzevakken in te voeren zoals Academisch Engels. TEW en Rechten hebben in hun nieuw bachelorcurriculum trouwens al aandacht voor het taalonderricht. Of we alles meteen helemaal in het Engels moeten aanbieden, hangt eigenlijk vooral af van het soort studenten waarop we ons willen richten: toeristen of mensen die bewust hier opleidingen willen volgen in onderwerpen waarin we wetenschappelijk sterk staan, en met wie we achteraf kunnen uitpakken. Volledige opleidingen in het Engels moeten daarom volgens mij in de eerste plaats worden ingericht binnen de domeinen waarin we excelleren.

 

 

Welke zijn die 'topdomeinen' dan?

Verschoren Eigenlijk kunnen we hier nog niet concreet op antwoorden. De UA heeft nu vier excellentiecentra en dat zullen er in de toekomst meer worden. De onderzoeken die er verricht worden zou men best aan een onderwijscomponent koppelen. Daar zou het dan aangewezen zijn te doceren in het Engels. De internationalisering en de onderwijstaal zijn in elk geval goede voorbeelden van dossiers waarover we – zoals we hogerop al zeiden â€“ op verschillende niveaus en met de drie raden moeten overleggen om tot gelijke standpunten te komen en die duidelijk naar buiten te kunnen communiceren.

 

BUITENCAMPUSSEN

Meneer Verschoren, in uw verkiezingsteksten lazen we dat de buitencampussen – en hun soms abominabele staat – prioritair zijn voor u. Zijn er misschien verhuisplannen?

Verschoren De Stadscampus is volgens mij ongeveer af. Voor de buitencampussen is er intussen een langetermijnplan voor investeringen opgestart. Hun staat is immers een ramp. We hebben heel wat alternatieven onderzocht maar het blijkt geen sinecure: Groenenborger verkopen aan overheidsdiensten is geen optie, het slopen van gebouwen en de grond verkopen brengt heel wat op maar is zeker niet voldoende om nieuwe labo’s te bouwen, om bij te bouwen moet het gewestplan gewijzigd worden en moeten we erg veel investeren, het gebouw is te klein om de geplande faculteit industriĂ«le wetenschappen te herbergen, etc. Maar het is wel de bedoeling om op termijn tot één buitencampus te komen en dat zou dan best Campus Drie Eiken zijn.

 

Het is de bedoeling om op termijn tot één buitencampus te komen, en dat zou best campus drie eiken zijn.

 

Naast de herwaardering van de buitencampussen, hameren jullie erg op studentenparticipatie. Op dit moment zijn er heel wat ‘postjes’ voor studenten. In de praktijk blijken studenten echter nauwelijks op de hoogte te zijn van die posities, is de opkomst voor de verkiezingen laag en weten de kiezers op de koop toe niet voor wie ze stemmen, laat staan dat ze op de hoogte zijn van de beslissingen die er nadien genomen worden.

Verschoren Het jammere is dat studenten nooit betrokken zijn bij het ontstaan van beleidsteksten. Neem nu de raad van bestuur: als er daar iets op tafel komt, is dat dossier al bijna rond. Daarom wil ik benadrukken dat die studentenparticipatie er ook moet komen als men nog in het stadium van de informatievergaring zit, zodat het beleid ook effectief rekening kan houden met de stem van de student. De studentenraden mogen geen lege dozen zijn.

Meeusen Natuurlijk moeten de studentenvertegenwoordigers dan wel de nodige verantwoordelijkheid op zich nemen en zich voldoende informeren over de dossiers.

Verschoren We kunnen die postjes trouwens ook aantrekkelijker maken voor studenten, door bijvoorbeeld hun engagement te belonen met een certificaat voor op hun cv. Maar naast die studentenraden wil ik informeel in dialoog treden met studenten en hun vragen beantwoorden. Daar is dit gesprek een mooi voorbeeld van.



BAM en stRaten-generaal over hun tracés
04/10/2008
🖋: 

Voor tekst en uitleg bellen we de pleitbezorgers van beide tracĂ©s op. “Dat dit dossier zo enorm technisch is, speelt erg in het voordeel van de regering en van BAM: geen kat begrijpt waarover dit allemaal gaat”, zegt Manu Claeys, één van de drijvende krachten achter stRaten-generaal. Vervolgens trakteert hij ons dan ook op een helder vertoog dat ons ervan moet overtuigen dat het alternatieve tracĂ© het op vrijwel alle vlakken wint van het voorstel van BAM: mobiliteit, ruimtelijke ordening, milieu, volksgezondheid en kostprijs. Om ook de andere kant van het verhaal te horen, steken we ons licht op bij Nick Orbaen, woordvoerder van BAM, die op zijn beurt de Lange Wapper verdedigt en uitlegt waarom een tunneltracĂ© volgens hem niet realiseerbaar is.

Racecircuit

We lezen op de website van BAM dat een boortunnel zoals stRaten-generaal hem voorstelt onveilig zou zijn, en bovendien beperkt in diameter, waardoor hij nooit breed genoeg kan zijn voor meer dan twee rijstroken. Wanneer we die bewering aan Manu Claeys voorleggen, kaatst die de stelling terug: “Als een tunnel zo onveilig is, waarom wil BAM er dan zelf één bouwen? Het eerste deel van hun tracĂ© is een tunnel onder de Schelde!”

 

Klopt, zegt Nick Orbaen, maar: “Hun tracĂ© heeft veel bochten en krommingen. Om die veilig te kunnen nemen moet de baan breed genoeg zijn. Met de boorkoppen die we vandaag in Europa hebben, kan men slechts tunnels graven die te beperkt zijn in diameter. Hun boortunnel gaat bovendien veel dieper dan onze tunnel, waardoor de stijgende en dalende stukken in hun tracĂ© grote afstanden innemen. Bijgevolg kan de petrochemische nijverheid op de rechteroever niet ontsloten worden en zal het vrachtverkeer vanuit de petrochemie moeten omrijden.” We kijken op de kaart. Het tracĂ© van stRaten-generaal maakt inderdaad bochten, al zijn dat er welgeteld twee. “En die hebben een straal van anderhalve kilometer, waarmee we perfect aan de normen beantwoorden. De bocht om op de Lange Wapper te geraken is overigens even scherp”, zegt Claeys. “Wij ontsluiten bovendien de petrochemie wel, en op een veilige manier: met een op- en afrittencomplex in een open sleuf. De vrachtwagens krijgen daar honderden meters om omhoog te geraken, en hoeven dus helemaal geen te steile helling te nemen.” Dat boortunnels te beperkt zijn in diameter, betwist hij eveneens. “In heel Europa, onder andere in Parijs en Madrid, kiest men ervoor om stedelijke ringwegen te sluiten met tunnels in plaats van met bovengrondse viaducten. Dat zijn tunnels zoals wij ze in ons voorstel beschrijven: met drie rijstroken, geschikt voor vrachtwagens, perfect veilig, met afzuigsystemen en tracĂ©s tot acht kilometer lang!”

 

Meneer Orbaen, in Madrid wordt de ringweg toch ook gesloten met boortunnels van drie rijstroken?

Orbaen Je moet appelen met appelen vergelijken. Wordt de ring daar ook gesloten met een racecircuit vol bochten zoals stRaten-generaal dat voorstelt? Ik weet ook niet hoe vaak die tunnel daar bovengronds moet komen om de ontsluiting te maken naar industriezones, zoals dat in Antwerpen zal moeten gebeuren.

 

Dodenweg

Heeft u nog bezwaren tegen het alternatief van stRaten-generaal?

Orbaen Ons tracé biedt de snelste, veiligste en vooral kortste route. Zeventig procent van de verkeersstromen in Antwerpen gaat in oost-westelijke richting en omgekeerd. Volgens het tracé van stRaten-generaal zou het verkeer uit die richtingen helemaal langs Ekeren moeten omrijden. Je krijgt dus een heel grote en onveilige omrijdfactor.

 

Waarom is dat precies onveilig?

Orbaen De aansluiting in Ekeren zorgt voor onveilige weefbewegingen omdat het verkeer daar een U-vorm moet realiseren. Ze sturen de vrachtwagens bovendien over het bestaande viaduct van Merksem waar het verkeer nu al vier Ă  vijf uur per dag stilstaat. Dat is dus geen structurele oplossing.

We nemen de informatie van stRaten-generaal er weer bij en stellen vast dat deze redenering enkel opgaat wanneer de Kennedytunnel gesloten wordt voor vrachtverkeer. Dan moeten vrachtwagens inderdaad langs Ekeren omrijden. Dat is echter niet het geval bij het alternatieve tracĂ© van stRaten-generaal – die de Kennedytunnel open willen houden voor vrachtverkeer – maar wel bij BAM. In feite lijkt Orbaen hier dus zijn eigen tracĂ© te bekritiseren.

De mensen van stRaten-generaal, op hun beurt, stellen zich vragen bij de veiligheid van de Oosterweelverbinding. “De meest onveilige plek op het hele traject wordt de aansluiting van de Lange Wapper op de Ring”, zegt Claeys. “Voor het verkeer uit het noorden ligt de oprit van de Lange Wapper aan de linkerkant. Vrachtwagens rijden op de autostrade aan de rechterkant. Die moeten op een kilometer afstand dus vier keer naar links om op de oprit van de Lange Wapper te geraken, en daarbij moeten ze de autostromen kruisen die rechtdoor moeten. Dat is levensgevaarlijk. Georges Allaert, professor ruimtelijke ordening van de Universiteit Gent, heeft het zelfs over een nieuwe dodenweg.”

 

Dwars door de stad

Eén van de vaakst gehoorde punten van kritiek op het BAM-tracé is de onmiddellijke nabijheid van woonwijken.

 

Meneer Orbaen, jullie tracé gaat recht door de stad, met alle gevolgen van dien voor de bewoners. Is het niet beter om het verkeer wat te laten omrijden?

Orbaen Hoe komt u daarbij? Hebt u onze website al bekeken?

 

Op het Eilandje en aan het Sportpaleis liggen toch woonwijken?

Orbaen Je kan toch niet zeggen dat ons tracé dwars door de stad loopt, het gaat over het Straatsburgdok en langs al bestaande spoorweginfrastructuur. Je mag ook niet vergeten dat we een tweede ringweg gaan aanleggen en zo een oplossing zullen bieden voor al het sluipverkeer dat vandaag door Deurne en Merksem passeert. Dat is net belangrijk voor de leefbaarheid in de regio.

 

De bocht maken

Nog een aspect van het plan van BAM dat op felle tegenstand stuit, is het verdwijnen van honderdvijftig hectare groen op Linker- en Rechteroever. Als voor de tunnel van BAM het Sint-Annabos moet verdwijnen om een slibstort te worden, vroegen wij ons af waarom dat voor de veel langere stRaten-generaaltunnel niet het geval is.

 

Meneer Claeys, levert jullie tunnel dan geen slib op?

Claeys Onze tunnel is inderdaad langer, maar het is een boortunnel, en geen afgezonken tunnel, zoals die van BAM. Dat betekent dat onze tunnel niet van bovenaf in de Scheldebedding wordt ingegraven, waarbij er vervuild slib moet worden weggegraven, maar dat er in veel dieper liggende aardlagen wordt geboord. Daarbij wordt een veel zuiverdere substantie bovengehaald: zand, klei of leem. Die honderdduizenden kubieke meters aarde hoeven niet gestort te worden, maar kunnen verschillende nuttige doeleinden krijgen. Om maar één voorbeeld te noemen: men kan er een grote geluidswerende wal mee bouwen naast de Schelde om Linkeroever wat meer af te schermen van de chemische industrie van de haven.

 

Dat klinkt allemaal goed. Waarom hebben politici dan geen oren naar jullie alternatief?

Claeys Het klopt dat we tegenwind krijgen, maar dat geldt niet voor de hele politieke klasse. Heel wat politici in de Vlaamse regering, het Parlement, de Antwerpse districten en het stadsbestuur geven off the record toe dat ze zeer gemengde gevoelens koesteren jegens de Oosterweelverbinding. Dat geldt zĂ©ker voor een aantal leden van het Antwerpse schepencollege. Maar on camera zullen ze dat niet toegeven, omdat ze dan partijgenoten op het Vlaamse niveau afvallen. Andere politici zijn inderdaad tegenstanders van ons alternatief. Dat zijn vaak degenen die al jaren bezig zijn met het Oosterweelproject. Voor die mensen is het nu eenmaal moeilijk om ‘de bocht te maken’ en terug te komen op genomen beslissingen.

 

Een einde aan de polemiek?

BAM zelf blijft intussen stevig achter haar project staan en houdt vol dat alle alternatieven al grondig onderzocht zijn. “Zowel uit ons onderzoek met gereputeerde en ervaren ingenieurs als uit de studie van professor Horvat (waarin het zogenaamde HorvattracĂ© werd onderzocht, dat identiek is aan dat van BAM, maar dan met een tunnel in plaats van een viaduct, nvdr) blijkt dat ons tracĂ© met viaduct de voorkeur verdient”, zegt Nick Orbaen ons aan de telefoon.

Op de website van BAM lezen we zelfs dat het stRaten-generaaltracĂ© maar liefst vier keer onafhankelijk is onderzocht. Claeys betwist dit: “Ons tracĂ© is ten eerste slechts twee keer onderzocht. Ten tweede gebeurde dat elke keer op een slordige, summiere manier en allesbehalve onafhankelijk: het onderzoek werd telkens uitgevoerd door TV SAM, het studiebureau van BAM. We hebben daarover dan ook klacht ingediend bij de Vlaamse ombudsman, en gelijk gekregen.”

Eind juni kondigde de Vlaamse regering dan uiteindelijk toch een onafhankelijk onderzoek aan, waarin de drie tracĂ©s voor het sluiten van de Ring grondig zullen worden onderzocht. Claeys zegt daarover nuchter: “We zijn niet zo naĂŻef om te denken dat het onderzoek er nu toch komt omdat de Vlaamse regering ons alternatief valabel vindt: het onderzoek komt er zuiver omdat het hele project in een schandaalsfeer baadt en het draagvlak voor het Oosterweelproject almaar verder afbrokkelt. De Vlaamse regering moest de gemoederen zien te bedaren.”

 

Maar jullie zijn er wel blij mee?

Claeys Wij juichen dat uiteraard toe, zeker omdat we er al drie jaar om vragen. Er hebben zich twee studiebureaus kandidaat gesteld, wat best veel is, gezien de korte tijdsspanne, het technisch zeer ingewikkelde dossier én de sociale onrust. Dat zijn niet de gemakkelijkste omstandigheden om een onderzoek te voeren. Maar ongeacht welk van beide bureaus er uiteindelijk gekozen wordt, ik heb er goede hoop op dat ze het onderzoek op een ernstige manier zullen voeren.

Ook Orbaen toont zich tevreden over de beslissing van de Vlaamse regering: “Bij zo’n grote infrastructuurwerken zullen er altijd onenigheden zijn. Dit onderzoek is een goede manier om een einde te maken aan de polemiek over dit dossier.”

Vrijdag 19 september besliste de Raad van Bestuur van BAM om het indienen van de bouwaanvraag voor de Oosterweelverbinding uit te stellen, in afwachting van de resultaten van het onderzoek.

 

Tikfoutje?

Nick Orbaen liet ons per e-mail het volgende weten:

 

“De kostprijs van de Oosterweelverbinding is door een beslissing van de Vlaamse Regering geplafonneerd op 1,85 miljard euro. Wanneer je dit bedrag indexeert naar het prijsniveau van vandaag komt dit, zoals door minister Van Mechelen in het Vlaamse Parlement werd gezegd, op 2,1 miljard euro. In deze prijs zitten ook alle extra maatregelen op Linkeroever vervat, alsook de stedelijke ringweg in het noorden van Antwerpen.”

 

Volgens onze informatie blijken deze beweringen toch niet helemaal te stroken met de waarheid. Minister Van Mechelen verklaarde in juni in het Parlement dat de geïndexeerde kostprijs 2,54 miljard bedraagt, en dus niet 2,1 miljard, zoals Orbaen beweert. In een confidentiële nota van BAM aan de Europese Unie, die dateert van oktober, staat de Oosterweelverbinding geboekt op 2,52 miljard euro.

 

Volgens diezelfde nota blijkt ook Orbaens tweede bewering, dat in de prijs maatregelen op Linkeroever zitten inbegrepen, niet helemaal te kloppen: enkel de tunnel, het viaduct, het tolstation, de verbinding met de Antwerpse Ring en een eerste deel van de stedelijke ringweg in het noorden zitten in de kostprijs inbegrepen. Het tweede deel van de stedelijke ringweg wordt geschat op een extra 30 miljoen; de heraanleg van Burchtse Weel, Middenvijver en Sint-Annabos op 11 miljoen. Daarbij komen onder andere nog de kosten van landaankoop (180 miljoen), onteigeningen (41 miljoen) en vorbereidend studiewerk en managementkosten (125 miljoen).

 

zie ook: Oosterwel en wee, en



Dokter Dirk Van Duppen over fijn stof
04/10/2008
🖋: 

Een ander belangrijk thema dat in dit dossier speelt, is volksgezondheid. In de discussie rond de impact van de Oosterweelverbinding op de leefbaarheid van de stad krijgen twee woorden in het bijzonder heel wat aandacht: fijn stof.

Het milieueffectenrapport (MER) dat BAM over haar tracĂ© liet opstellen komt tot de conclusie dat “de Oosterweelverbinding geen aantoonbare invloed heeft op de concentratie van fijn stof”: die zal met andere woorden niet verhogen, noch verlagen. Toch noemt BAM de Oosterweelverbinding “een belangrijk deel van de totaaloplossing voor het huidige fijn stof”: “minder files, meer openbaar vervoer en meer transport over water.” Een aantal medici plaatste ernstige vraagtekens bij die conclusie. EĂ©n van hen is Dirk Van Duppen, arts voor Geneeskunde voor het Volk, en lid van de districtsraad in Deurne voor de PVDA.

 

Dirk Van Duppen In Antwerpen overschrijden we nu al systematisch de Europese normen voor fijn stof. Ik begrijp niet dat een project dat zoveel kost een status quo nastreeft in plaats van een verbetering van de fijnstofproblematiek in de stad. Bovendien verschuift het tracé van BAM de concentraties van fijn stof: het Zuid en het Kiel zullen er minder last van hebben dan nu, terwijl het fijnstofgehalte in het oosten en noorden van Antwerpen, in Deurne en Merksem dus, alleen maar zal toenemen. Maar in Deurne zit je nu al met een enorm kruispunt van autostrades. Uit een klein onderzoek in onze huisartsenpraktijk bleek dat zesenveertig procent van onze jonge patiëntjes al een puffer gebruikt had, tegenover vier procent in een landelijke praktijk. Natuurlijk komen veel van die kinderen bij ons uit gezinnen waar er gerookt wordt of die in minder goede woningen leven, maar het verschil is zó groot dat je niet kan ontkennen dat het verkeer er iets mee te maken heeft. Dan is zo'n project toch waanzinnig? Zeker als je weet dat er betere en bovendien goedkopere alternatieven zijn.

 

U staat achter het tracé van stRaten-generaal?

Van Duppen Dat zou een hele verbetering zijn. (schamper) Alleen hebben zij geen prestigieuze brug natuurlijk. Ook het tolvrij maken van de Liefkenshoektunnel zou veel verschil maken (de opbrengst van die tol is voor BAM, nvdr). Negentig procent van het vrachtverkeer is niet voor Antwerpen: het gaat om doorgaand verkeer, dat dus helemaal niet in de volkstuintjes moet zijn!

 

Volgens de Vlaamse regering zal er toch ook aan het milieu gewerkt worden? Investeringen in het openbaar vervoer maken onderdeel uit van het Masterplan Mobiliteit.

Van Duppen Het project met BAM is een PPS-constructie (publiek private samenwerking, nvdr). Dat is op korte termijn goed voor de overheid omdat ze zo zaken kan uitvoeren die ze anders niet zou kunnen financieren, maar het is natuurlijk wel het privébedrijf dat de winst opstrijkt. BAM wil met andere woorden vooral veel tolgeld en dus veel verkeer. In het Masterplan zijn er inderdaad enkele investeringen voorzien in tramroutes en de bruggen van het Albertkanaal. Nieuwe bijkomende investeringen in verkeer over water en openbaar vervoer zijn de komende vijfendertig jaar echter uitgesloten, zolang de Lange Wapperbrug niet is terugverdiend. Erger nog: nieuwe technieken - zoals bijvoorbeeld het voorstel van professor Allaert om een containertunnel van Linker- naar Rechteroever te bouwen - of transportsystemen die concurrentieel zouden zijn met de tol van de Lange Wapper zijn uitgesloten. Dat vind ik zeer cynisch.

 

zie ook: Oosterwel en wee, Welles! Nietes! en



Vzw Ademloos wil een volksraadpleging over de Oosterweelverbinding
04/10/2008
🖋: 

Dat de fijnstofproblematiek in het Oosterweeldossier sinds kort zo veel aandacht krijgt, is mee te danken aan de vzw Ademloos, een vereniging van Antwerpse artsen die in naam van de volksgezondheid de strijd aanbond met de Lange Wapper.

Ademloos wil die strijd voeren door burgemeester Janssens’ slogan in de praktijk te brengen: als ’t Stad van iedereen is, redeneerde hun voorzitter Wim van Hees, moet elke Antwerpenaar het recht hebben om zich uit te spreken over de vraag of hij die Lange Wapper over zijn stad eigenlijk wel wil. Daarom wil Ademloos van de stad Antwerpen een volksraadpleging over de Oosterweelverbinding afdwingen. “Moet de stad Antwerpen een gunstig advies geven voor de stedenbouwkundige vergunning van de Oosterweelverbinding op het huidig voorziene tracĂ© tussen Zwijndrecht/Linkeroever en Merksem/Deurne? Ja of neen.” Dat is de vraag die Ademloos op de volksraadpleging hoopt te kunnen stellen aan de Antwerpenaren. De aanvraag daarvoor werd inmiddels al ingediend en goedgekeurd. Bij wet is echter bepaald dat de volksraadpleging maar daadwerkelijk georganiseerd mag worden als de aanvraag ondersteund wordt door 10% van de bevolking van de Antwerpse agglomeratie. Dat betekent dat minstens 48.000 Antwerpenaren van 16 jaar of ouder, ingeschreven in Antwerpen of één van de districten (Ekeren, Merksem, Deurne, Borgerhout, Berchem, Wilrijk, Hoboken en Berendrecht-Zandvliet-Lillo), hun handtekening moeten zetten op een officieel verzoekformulier. Van Hees mikt op minstens 50.000 handtekeningen tegen Kerstmis, en rekent voor het verzamelen van die handtekeningen op de massale steun van vrijwilligers, maatschappelijke verenigingen en politieke partijen. Alle oppositiepartijen op het Vlaamse niveau schaarden zich intussen al achter van Hees’ project.

 

Na drie weken inzamelen stond de teller al op zo'n 7500 handtekeningen. Als Ademloos 50 000 geldige handtekeningen bij elkaar krijgt, is de stad verplicht de volksraadpleging te organiseren. Van Hees hoopt dat dat in februari kan gebeuren. De stad moet daarbij vooraf de bevolking grondig en objectief te informeren over de Oosterweelkwestie. Die informatiecampagne is volgens van Hees erg belangrijk: “De berichtgeving nu is buitengewoon eenzijdig. Niet verwonderlijk: de BAM heeft een communicatiebudget van drie miljoen euro per jaar; wij werken met 250 euro per maand. Het is echt een strijd van klein duimpje tegen de reus. Als elke burger dan een document in zijn bus krijgt waarin voor- en tegenstanders van het BAM-tracĂ© hun argumenten kunnen uiteenzetten, weten de mensen eindelijk waarover de hele kwestie gaat.” Een volksraadpleging verloopt precies zoals verkiezingen, met dat verschil dat er geen opkomstplicht is.

 

Opdat het resultaat van de raadpleging echter geldig zou zijn, moeten 15% van alle Antwerpenaren ouder dan 16 jaar, dat zijn zo’n 50.000 personen, die dag hun stem hebben uitgebracht. Zelfs als dat opkomstcijfer wordt gehaald, blijft de volksraadpleging bovendien wettelijk niet bindend. De morele impact van een overweldigend ‘neen’ van de Antwerpenaren valt echter niet te onderschatten, zegt van Hees: “De pleitbezorgers van de Oosterweelverbinding blijven halsstarrig beweren dat er een groot maatschappelijk draagvlak bestaat voor hun project. Als de meerderheid van de Antwerpenaren dan ‘neen’ stemt, wordt het voor politici wel héél moeilijk om dit project er toch nog door te duwen.” En als de meerderheid ‘ja’ stemt? “Dan zijn we roemvol verloren”, zegt van Hees. “Maar ik vertrouw erop dat dat niet zal gebeuren.”

 

Meer weten?

Meer informatie over de Oosterweelverbinding en het alternatieve tracé vind je op www.bamnv.be, www.antwerken.be en www.stratengeneraal.be

Alle informatie over de volksraadpleging vind je op www.ademloos.be. Als je wil helpen handtekeningen inzamelen, kan je daar ook het formulier downloaden.

Nog tot dit najaar stelt BAM een maquette van de Oosterweelverbinding tentoon op de eerste verdieping van het FelixArchief, aan de Oudeleeuwenrui 29, 2000 Antwerpen. De infotentoonstelling is elke woensdag toegankelijk voor het publiek van 13u tot 19u30. Op dinsdag 21 oktober organiseert Ademloos de conferentie ‘Volksgezondheid en Mobiliteit in Antwerpen, een medische visie’. Sprekers zijn Prof. dr. Dirk Avonts (UA), Dr. Marc Goethals, Prof. dr. Tim Nawrot, Dr. Dirk van Duppen, Dr. Guido Verbeke en Wim van Hees. De conferentie vindt plaats van 13u tot 15u in het Tropisch Instituut, Nationalestraat 155, 2000 Antwerpen.

Op zondagavond 26 oktober zendt Panorama op Canvas een reportage uit over de Oosterweelverbinding.

 

zie ook: Oosterwel en wee, en



Word Wapperkenner in vijf pagina’s
04/10/2008
🖋: 

Kuchende kindertjes, denderende vrachtwagens door wat ooit uw achtertuin was en elke ochtend een welriekend gordijn van uitlaatgassen: ziehier wat u te wachten staat als u in Deurne, Merksem of Luchtbal woont. Dat is althans de bewering van de criticasters van het viaduct dat de Vlaamse overheid binnenkort vlak aan deze wijken wil neerpoten.

Iedereen die in Antwerpen woont, heeft ongetwijfeld al aan den lijve ondervonden wat een verkeersinfarct is. Files, ongevallen en overbevolkte wegen bezorgden al menig Antwerps weggebruiker grijze haren. Dat had de Vlaamse overheid ook in het snotje en daarom presenteerde ze in 2000 het Masterplan Mobiliteit Antwerpen, dat de verkeersveiligheid, mobiliteit en leefbaarheid in en rond deze stad moet verbeteren. Voor de realisatie van dat Masterplan richtte de Vlaamse Regering de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (kortweg BAM) op.

 

EĂ©n van de belangrijkste onderdelen van het Masterplan is de zogenaamde Oosterweelverbinding, het langverwachte sluitstuk van de Antwerpse Ring. De kers op de taart wordt de bouw van een gigantisch viaduct over het Eilandje, dat zal reiken van het kerkje van het verdwenen polderdorp Oosterweel tot aan het viaduct van Merksem, en vanwege haar fabelachtige lengte van bijna twee kilometer het koosnaampje ‘Lange Wapper’ meekreeg. Al in 2000 kregen deze plannen groen licht van de overheid en werd BAM belast met de concrete uitwerking ervan.

 

De Lange Wapper deed haar reputatie van Antwerpse kwelduivel alle eer aan en oogstte al vanaf het prille begin vanuit verschillende hoeken fel protest. De overhaaste besluitvorming en het gebrek aan inspraak werden daarbij gehekeld. De brug zal vlak naast en soms zelfs pal boven scholen, woonwijken en nu nog rustige restaurantterrassen komen te liggen en het weinige idyllische groen dat deze stad nog rest zal op de schop moeten. Ook een revalidatiecentrum en een gehandicapteninstituut met maar liefst 900 leerlingen behoren tot de slachtoffers. In 2005 stelde het bewonerscollectief stRaten-generaal daarom een alternatief plan voor de sluiting van de Ring voor, dat tegemoet komt aan deze verzuchtingen.

 

Omdat een goed geïnformeerde burger er twee waard is, zet dwars voor u de belangrijkste kenmerken van beide tracés op een rijtje, alvorens de pleitbezorgers ervan aan het woord te laten.

 

Maak kennis met de plannen van BAM en stRaten-generaal

BAM stRaten-generaal

BAM: de Oosterweelverbinding

De Oosterweelverbinding sluit de Ring van Antwerpen met een toltunnel die Linker- en Rechteroever met elkaar verbindt. Het tracé wordt vervolledigd met een dubbeldeksbrug, de Lange Wapper, die ten noorden van het Eilandje over de Royerssluis en het Straatsburgdok loopt, en ten slotte aansluit op het reeds bestaande viaduct van Merksem.

stRaten-generaal: een alternatief tracé

stRaten-generaal wil de Ring sluiten met een tunnelcomplex in het havengebied, verder noordwaarts dan het BAM-tracé, en dus ver van de stadskern. Het tunnelcomplex zal bestaan uit een zuidelijke Oosterweeltunnel (zoals het BAM-tracé) en een noordelijke Wilmarsdonktunnel, met elkaar verbonden door een bovengrondse open sleuf in de haven.

Kennedytunnel gesloten voor vrachtverkeer – tol op de Lange Wapper

De Kennedytunnel is onveilig door de steile hellingen, in- en uitritten vlak voor en vlak na de tunnel en de grote verkeersdrukte. Bij 60% van de ongevallen zijn bovendien vrachtwagens betrokken. Daarom wordt de tunnel voor vrachtverkeer gesloten. Vrachtwagens zullen dus de Oosterweelverbinding moeten nemen om op die manier het zuidelijk deel van de Antwerpse Ring te ontlasten. Personenwagens en vrachtwagens moeten tol betalen op de Oosterweelverbinding.

Kennedytunnel open voor vrachtverkeer – tol voor vrachtwagens

Op het BAM-tracĂ© zullen vrachtwagens vanuit Brussel, Luik, Eindhoven, Boom en Hasselt niet meer via de Kennedytunnel mogen rijden en moeten omrijden langs het Sportpaleis, om dan de Lange Wapper op te kunnen. In de spits zullen er daardoor aan het Sportpaleis zo'n 3 900 vrachtwagens per uur passeren, 40% meer dan nu, zo becijferde BAM. De verkeersdrukte wordt volgens stRaten-generaal dus niet beter verspreid. Op het stRaten-generaaltracĂ© blijft de Kennedytunnel open voor vrachtwagens. Die betalen zowel voor de Kennedytunnel als voor de haventunnel, en zullen dus opteren voor de kortste weg naar hun bestemming. Auto’s betalen nergens tol, en zullen eveneens de kortste route kiezen. Zo worden verkeersstromen verspreid over de Ring en wordt het zuidelijke deel ontlast. Tegelijk neemt het vrachtverkeer in Deurne af ten opzichte van de huidige situatie.

Het Sint-Annabos: slibstort en later nieuw bos

Bij de aanleg van de Oosterweelverbinding wordt het Sint-Annabos gekapt om plaats te ruimen voor een bouwwerf. Die zal dienen als stortplaats voor het slib dat afgegraven moet worden om de tunnelkoker af te kunnen zinken in de Scheldebedding. Dat vervuilde slib moet zeven jaar drogen. BAM verzekert dat er nadien een “fris, nieuw en gezond bos” aangeplant wordt, dat terug kan fungeren als recreatiedomein, en deel uit zal maken van het Park Linkeroever. 

Het Sint-Annabos: bos blijft

StRaten-generaal voorziet net zoals BAM de bouw van een Oosterweeltunnel onder de Schelde. Ze willen daarvoor echter een andere techniek gebruiken: de tunnel wordt geboord, in plaats van hem van bovenaf af te zinken. Er hoeft daarbij geen slib te worden afgegraven en het Sint-Annabos kan dan ook blijven staan.

Het Noordkasteel: bos verdwijnt, vijver blijft

Tegenover het Sint-Annabos, op de rechteroever, bevindt zich het Noordkasteel, vlak bij het Eilandje. BAM voorziet dat op die plaats de Oosterweeltunnel overgaat in een viaduct. Het bos dat er nu nog staat, verdwijnt; de vijver blijft wel.

Het Noordkasteel: bos en vijver blijven

De Oosterweeltunnel loopt onder het Noordkasteel door, en komt pas verder noordwaarts in de haven boven de grond. Het Noordkasteel hoeft dus niet te wijken: er wordt onderdoor geboord.

Geluidsschermen en dijken tegen geluidsoverlast

BAM wil geluidsoverlast beperken met geluidsschermen op Rechteroever en hoge bermen en groen op Linkeroever.

Geen geluidshinder door ligging

Een tunnel door de haven veroorzaakt geen geluidsoverlast: er zijn geen woonwijken in de onmiddellijke omgeving.

Kostprijs

Bij de laatste berekening van minister Dirk Van Mechelen en BAM werd geschat dat de realisatieprijs van de Oosterweelverbinding 2,54 miljard euro zal bedragen.

Kostprijs

De realisatiekosten van de tunnel worden door stRaten-generaal geschat op 1,55 miljard euro, een miljard euro goedkoper dan het BAM-tracé.

 

De informatie voor onze vergelijking is terug te vinden op www.bamnv.be en www.stratengeneraal.be

 

 

zie ook: Welles! Nietes!, Vrachtverkeer door volkstuintjes en Omdat ‘t Stad Ă©cht van iedereen is