26/02/2011
🖋: 

Han solo ofte Han Coucke, bekend als coach en regisseur van een aanzienlijke schare Vlaamse cabaretiers en sinds kort bekend als de eerste extreem rechtse komiek van Vlaanderen. Hij doorkruist, wild om zich heen slaand, het warm ontvangende Vlaanderen met zijn nieuwe zaalshow ‘Multicul’.

Meneer Coucke, proficiat met uw nieuwe show ‘Multicul’. Binnenkort valt de eer aan Antwerpen. Antwerpen, de stad waar extreem-rechts altijd net iets populairder is geweest dan in de rest van Vlaanderen. Verwacht je je aan een enthousiaster publiek?

Han Solo Ik ga al een paar jaar mee en heb dus al een aantal keer in Antwerpen gespeeld. Ik denk dat extreem rechts serieus heeft moeten inboeten op belangrijkheid. Niet dat het genegeerd hoeft te worden, maar er zijn nu zeker wel zorgwekkendere problemen die het land verscheuren. Ik speel slechts een personage en aangezien ik voornamelijk voor universiteitsstudenten zal spelen, vermoed ik dat die nuance wel opgepikt zal worden.

 

Alex Agnew is maar net ontkomen aan een staande ovatie en een waarderend Sieg Heil toen hij optrad in Leopoldsburg. U geeft de mensen nog net dat ietsje meer aanmoediging. Verwacht u uzelf ook aan zo'n reactie?

Solo Ik ben het al tegengekomen. Philippe De Winter is eens naar een optreden gekomen en heeft toen een staande ovatie gegeven, zij het zonder Sieg Heil, zo verstandig is hij wel. Ik geloof dat er te Leopoldsburg nog wel wat neonazigroeperingen zijn, maar het is best een marginale groep. Ik denk dat we ons beeld van de extreem rechtse groeperingen in België ook wat moeten bijschaven. Wij hebben nog altijd het beeld dat het domme marginalen zijn, maar kijk maar naar Philippe De Winter of vele bedrijfsleiders. Die weten ondertussen ook wel dat hun oude werkwijzen niet meer getolereerd worden. Ze plaatsen zichzelf in de rol van zondebok en reageren vanuit dat standpunt. Bij de gewone bevolking heerst er allicht de frustratie dat de multiculturele samenleving niet altijd blijkt te werken. Maar nu zijn we over politiek begonnen en ik blijf een komiek.

 

Onder het mom van de relativerende kracht van humor trekt u ten strijde tegen ieder heilig huisje. Zijn er onderwerpen die toch te heikel zijn?

Solo Alles heeft met timing te maken. Toen de Twin Towers neerstuikten werd er moord en brand geschreeuwd als je daar de dag zelf een mop over maakte. Probeerde je het bij wijze van spreken drie dagen later dan was er geen probleem. Indien juist gebruikt, is humor een manier van verwerken. Indien fout gebruikt, is het heel gemakkelijk om mensen te kwetsen. Als Sharia4Belgium daags na het overlijden van Marie-Rose Morel een video op internet zet, dan stoot je er sowieso mensen mee tegen de borst. Grappig wel dat ze daar vooral een karikatuur van zichzelf hebben neergezet. Er heerst tegenwoordig best wat commotie omtrent wat nog door de beugel kan en wat niet. De kranten staan bol van de intellectuele schrijvers die om hun leesquota’s te halen uithalen naar de zogezegd platvloerse komieken.

 

Zoals recentelijk nog Geert Hoste?

Solo Ja, en daarmee scheert hij al de komieken over één kam. Ik vind uiteraard ook niet alle komieken even goed, net zoals ik niet iedere schrijver goed vind. Maar beweren dat de nieuwe garde enkel wil choqueren vind ik toch een brug te ver. We zijn dan wel harder geworden, maar dat vind ik juist de meerwaarde aan hedendaagse comedy. De CD&V-mentaliteit begint er stilaan uit te geraken. We nemen geen blad meer voor de mond en gaan recht op ons doel af.

 

Net zoals collega cabaretiers hak je er met de botte bijl op los. Is het nog evident om frisse invalshoeken te vinden, of ligt er hoe langer hoe meer komische eelt op het publiek?

Solo Het blijft uiteraard belangrijk origineel te zijn. Ik vind dat het gros van de komieken daar in slaagt. Er heerst nog steeds een grote verscheidenheid onder de komieken. Die botte bijl die blijft terugkomen en het beeld dat wij choqueren om te choqueren is ontstaan doordat er op Youtube en televisie wat korte fragmenten circuleren die, indien in de context van een volledige zaalshow geplaatst, veel van hun hardheid verliezen. Net doordat die context verloren gaat, komen we ongenuanceerd en bot over.

 

Nog een laatste woord of waarschuwing voor het potentiële publiek?

Solo Iedereen is bij deze vriendelijk uitgenodigd, stel u gewoon open. ’t Is allemaal om te lachen. Kunt ge ni lachen, blijf dan thuis.



Een cabaretier om serieus te nemen
26/02/2011
🖋: 
Auteur

De cabaretcarriĂšre van Iwein Segers nam de laatste jaren een sneltreinvaart aan. In 2007 won hij de tweede prijs in de ‘Comedy Casino Cup’, in 2008 de juryprijs bij het prestigieuze ‘Leids Cabaret Festival’ en in 2009 oogstte hij succes met een avondvullend programma in de theaters van BelgiĂ« en Nederland. Ondertussen deed hij steeds meer klussen voor radio en televisie en met zijn deelname aan ‘Expeditie Robinson’ in 2010 overkwam hem de status van bekende Vlaming. Op de top van zijn populariteit besloot hij moedig een hele andere kant op te gaan. Het werd tijd om serieus genomen te worden. Op 14 februari bracht hij met zijn nieuwe kleinkunstgroep Familie Segers het album ‘Over andere mensen’ uit. Die liedjes brengt hij met zijn groep op woensdag 16 maart in de spiegeltent.

Waarom heb je ervoor gekozen om een kleinkunstprogramma te maken

Iwein Segers Het lijkt een hele ommezwaai, maar eigenlijk sluit het gewoon aan bij wat ik al deed. In Vlaanderen is het lastiger om comedy met af en toe een serieuze noot te combineren. Nederland heeft daar een grotere vaktraditie in. Als er bij ons in het programmaboekje ‘comedy’ staat dan haken mensen sneller af als er ook eens een serieus lied tussen zit. Daarom was ik genoodzaakt om het kleinkunstlied van de comedy te scheiden. Terwijl ik het juist interessant vind om de twee samen te voegen. Ik ga dat alsnog doen in mijn nieuwe programma, maar nu heb ik er voor gekozen om enkel muziek te maken.

 

Hoe bevalt dat je?

Segers Ja, het is niet makkelijk maar wel zeer leuk. Vooral omdat ik nu niet alleen op een podium sta. Ik was het een beetje beu om geen back-up te hebben op het podium. Nu kunnen we na een optreden nog samen zitten en heb je ook echt samen wat meegemaakt. Waar je dan weer met elkaar over kan praten. Alle muzikanten heb ik trouwens op café ontmoet. Raf Ilsbroekx, die de nummers mee geschreven en geproduceerd heeft, ben ik vier jaar geleden op café tegengekomen, het klikte meteen. Vermits we toch altijd over muziek hadden, besloten we om samen te werken.

 

Voor de eeuwigheid

Cabaretshows zijn, qua energie, heel anders, zowel voor jou als voor je publiek. Je krijgt ook minder direct respons. Waar haal je de voldoening uit als mensen niet lachen?

Segers Totnogtoe heb ik hele leuke en positieve reacties gehad op de optredens met Familie Segers. Vaak zeggen mensen achteraf dat ze geraakt zijn. Omdat ze het persoonlijk vinden en zoiets nog niet eerder hebben gezien. Die reacties zijn heel dankbaar. Dat is anders dan bij comedy. Daar kreeg ik ook meer negatieve reacties en die heb ik met kleinkunst nog niet gekregen.

 

Verder is een grap is vaak vluchtiger dan muziek. Wil je met de muziek ook graag de tand des tijds doorstaan?

Segers Ik weet niet in hoeverre je dat met kleinkunst kan bereiken, maar dat is op lange termijn wel ergens de bedoeling. Tijdloos is misschien overdreven, maar ik wil muziek maken die de mensen bijblijft. Dat wil ik ook met mijn nieuwe cabaretprogramma. Ik denk trouwens dat dat meer met de leeftijd te maken heeft dan met het genre.

 

Je volgende project klinkt alvast veelbelovend. Ben je van plan echt iets geheel nieuws maken?

Segers Dat is wel het plan. Nu pas leer ik het oudere cabaret van bijvoorbeeld Toon Hermans kennen. Die klassiekere versie van cabaret, daar wil ik op mijn manier naar toe. Het programma zal met een pianist zijn. Verder alleen ik, een net pak, een micro en that's it.

 

Je zingt nu ook al liedjes van klassiekers zoals Jules de Corte en Wim de Craene. Je bent dus fan van de ouderwetse kleinkunst?

Segers Ja, dat heeft eerst wel even geduurd, maar zo gaat het altijd bij mij. Ik begin eerst ergens aan en dan pas ga ik me er in verdiepen. Ik hoorde bij mijn ouders wel altijd Boudewijn de Groot, Robert Long en Bram Vermeulen, maar de echte klassiekers zoals Toon Hermans en Jules de Corte leer ik nu dankzij Raf kennen. Tijdens het componeren heeft hij zowel Jules de Corte als Wim de Craene aangebracht.

 

Wie zijn verder je muzikale helden?

Segers Ik ben altijd een grote fan geweest van de zanger van The Smiths. Hij steekt veel poĂ«zie en relativering in zijn teksten. Ik heb vooral naar popmuziek geluisterd. De naam Familie Segers is onrechtstreeks ook wel een verwijzing naar The Smiths. Toen wij een naam zochten ging dat van ‘Iwein’ naar ‘Iwein en de Negers’ tot ‘Familie Segers’ om aan te geven dat ik er niet alleen sta. Ik vond dat wel aansluiten bij de gelijktijdige hype van Mumford & Sons, wat ook een banale familienaam is. Nu heb je ook een bandje dat Family of the Year heet. Het klinkt ook oubollig genoeg om te verwijzen naar The Kelly Family. (lacht) Dat oubollige vind ik juist heel hip.

 

Je bent na het vijfde middelbaar gestopt met studeren. Nu maak je muziek, cabaret, televisie, radio, reclames en je acteert. Heeft het stoppen met studeren geholpen in de ontwikkeling van je veelzijdigheid?

Segers Ik ben vooral gestopt met studeren omdat het echt niet ging. Ik kon niet studeren en van veel vakken zag ik het nut niet in. Als ik ergens in geïnteresseerd ben dan lukt het, anders houdt het op. Nadien heb ik met avondschool mijn diploma gehaald als assistent-bibliothecaris. Drastische keuzes hebben mij altijd het meest geholpen. Tot aan het ‘Leids Cabaret Festival’ werkte ik dus in een bibliotheek. Toen combineerde ik het werken nog met de optredens. Een maand ervoor zei ik: “Ik stop met mijn werk want ik ga fulltime aan cabaret doen.” Daar geloof ik in. Je maakt betere dingen als je je er helemaal op kan concentreren en er echt naar kunt leven.

 

Stel dat je de maatschappelijke conventies wel had gevolgd, welke studie had je dan aangevat?

Segers Omdat ik nu af en toe werk met de Brusselse filmschool Rits ben ik dat wel interessant gaan vinden. Misschien had ik wel regie gestudeerd. Moest ik echt goed kunnen studeren had ik misschien Germaanse Talen gedaan. Om dan waarschijnlijk als een saaie leraar Nederlands voor de klas te belanden. Geschiedenis spreekt mij ook erg aan. Of ik had een stap gezet naar het conservatorium. Of acteerschool. Ach, het zal me in ieder geval ook niet hebben geholpen dus het is maar mooi dat ik deze weg heb afgelegd.

 

Met de liedteksten lijk je wel de neiging hebben om stil te staan bij het leven. Ben je veel op zoek naar wijsheid?

Segers Ik heb dat wel gehad. Ik was vooral op zoek in literatuur en in boeddhistische wijsheden, maar daar ben ik nu een beetje van teruggekomen. In de roman ‘Bankvlees’ van Jan van Loy staat een fantastische slotzin. Hij is misschien niet juist geciteert, maar het eindigt met de zin: “Niemand weet hoe het eigenlijk moet.” Dat idee heeft een paar jaar in mijn kop rondgezworven. Er zijn heel veel mensen die doen alsof ze weten hoe het moet. Politici natuurlijk, maar ook mensen op cafĂ© en in je klas. Uiteindelijk weet niemand hoe het moet. Als je dat in je achterhoofd houdt, draag je een grote wijsheid met je mee. Daardoor ga ik niet meer echt op zoek naar wat andere te vertellen hebben over hoe je het leven moet benaderen. Eigenlijk moet je het gewoon zelf proberen. Of nee, in het woord ‘proberen’ zit nog te veel twijfel. Je moet er gewoon voor gaan.

 

Even serieus

Je album heet ‘Over andere mensen’ maar de liedjes klinken heel persoonlijk. Schrijf je vooral fictie of toch autobiografisch?

Segers Net zoals mijn comedyshows zijn mijn liedjes autobiografisch, al vergroot ik ze uit om tot een relativering te komen. De liedjes zijn persoonlijk maar gaan niet allemaal direct over mij, ‘Niemand houdt van ons’ en natuurlijk ‘Over andere mensen’ bijvoorbeeld niet. Ondanks wat mensen soms geloven, uiteindelijk denken en voelen we toch allemaal hetzelfde. Je komt wel uit een ander milieu of je verwoordt de dingen soms anders, maar op de een of andere manier zit iedereen met dezelfde gevoelens en vragen. Daarom denk ik dat mensen zich juist in de persoonlijke liedjes sterk herkennen. Ik ben om die rede ook nooit bang geweest om mijn persoonlijke angsten of frustraties bloot te leggen. Zowel op het podium, in liedjes als in interviews. Daar heb ik wel opmerkingen over gekregen. Dan zeggen mensen dat ik te veel vertel of te persoonlijk word. Dat ik moet oppassen met wat ik zeg omwille van reacties. Waarop ik denk: wat is er mis mee? Ik vind het niet erg om mijn gedachtes en frustraties te ventileren. In kleinkunstliedjes gaat dat nog beter dan in cabaret.

 

In die persoonlijke liedjes zing je over een 60-jarige actrice, een koppel dat verder niemand heeft en het neerschieten van een geliefde. Heb je een turbulent liefdesleven?

Segers Om te zeggen dat ik een turbulent liefdesleven heb, is wat overdreven, maar ik heb wel een liefdesleven met enige geschiedenis. Op dit moment heb ik vooral een fijne vriendin.

 

Dus de studentes in de zaal hoeven geen exuberante spandoeken te maken?

Segers Jawel! (lacht) Ik blijf een soort fascinatie hebben voor mensen, zeker voor vrouwen, die het liefst op een overdreven manier fan zijn van mij. Al dan niet gelogen, maakt me niet zoveel uit. Het beeld alleen al vind ik prachtig.

 

Die pure bewondering die hopelijk dan wederzijds wordt?

Segers Eh nou ja, dat ligt er aan hoe hard ze hun best doen en hoe geloofwaardig ze kunnen acteren.

 

Je zegt vaak in interviews dat je met dit programma serieus wil worden genomen. Vind je dat dat lukt?

Segers Ja zeker met dit programma lukt dat toch aardig. Ik vind niets leuker dan na drie nummers de sfeer even onderuit te halen door een bindtekst of door iets te doen tijdens een nummer. Je merkt ook hoe serieus iedereen aan het volgen is als je ze met een kleine kwinkslag even kan doen lachen. Het wordt dus in de spiegeltent niet alleen maar groepshuilen, maar de studenten zullen zeker ook wat te gniffelen hebben.



“Heft uw glas en placeert een danske!”
25/02/2011
🖋: 

De heren van Dynamo Zjosss nodigen u op Calamartes graag uit voor een onvergetelijk dansfeest. Deze relatief jonge band, met roots in de Rupelstreek, ging reeds uit de bol op verschillende plaatselijke festivals en bewees meer dan eens dat de bandleden in staat zijn om jong en oud te laten swingen op hun aanstekelijke ritmes. Momenteel hebben ze de opnames afgerond van hun debuutplaat ‘Schone Tijden’ en maken ze zich klaar voor hun grote doorbraak. De aftrap hiervan wordt genomen in de sfeervolle spiegeltent, die voor deze vijf dolenthousiaste muzikanten een droomsetting vormt. Wij vroegen aan zanger, gitarist en pianist Stijn Bels wat we van hen kunnen verwachten.

Stijn Bels Een spetterend feest en een straffe show! Het wordt voor ons meteen ook een try-out voor de releaseconcerten van onze nieuwe plaat, die kort na ons optreden op Calamartes volgen. Naast nieuwe nummers gaan we ook een aantal nieuwe versies brengen van oudere nummers, en we zijn er vrij zeker van dat die gaan aanslaan!

 

Feestmuziek met een romantische ondertoon

Jullie brengen een mix van allerlei genres waaronder swing, ska en gipsy. Op die manier stijgt het kwik in zaal met een paar graden. Hoe zouden jullie jullie muziek zelf omschrijven?

Bels We zijn er nog altijd niet uit (lacht). Ieder van ons heeft andere muzikale invloeden, waardoor onze stijl heel gevarieerd is. Ik beschouw dit eigenlijk als onze grootste troef omdat we op die manier voor elk wat wils brengen. Voor ons staat Dynamo Zjosss in de eerste plaats voor feestmuziek met een romantische ondertoon waar mannen niet kwaad om kunnen zijn en waar dames voor smelten. Onze liedjes bevatten verder ook heel wat folkinvloeden.

 

Jullie debuutplaat ‘Schone Tijden’ komt binnen twee weken uit. Tevreden?

Bels Ja, heel tevreden! We spelen nu een tweetal jaren samen en het was tijd om onze muziek op plaat vast te leggen. Je wil tenslotte weten hoe je als groep los van de liveoptredens klinkt. Het was voor ons een spannend en leerrijk avontuur en het eindresultaat voldoet volledig aan onze verwachtingen. Nu is het nog de vraag wat het publiek er van vindt natuurlijk. We zijn héél benieuwd naar de reacties op het album.

 

Sportwinkel Zjosss

Het publiek gaat altijd volledig uit het dak tijdens jullie concerten. Dappere danspasjes worden gezet en jullie reputatie als graag geziene live-act wordt telkens weer bevestigd. Wat is jullie geheim?

Bels Goh, hebben wij een geheim? Ik weet het niet. Iedereen is altijd heel enthousiast. Ik denk dat het een combinatie is van een gezonde portie show met het plezier dat we zelf beleven aan het spelen. Dat proberen we alleszins uit te stralen naar het publiek. De titel van ons album is niet toevallig ‘Schone Tijden’. De titel verwijst naar de momenten waarop wij samen kunnen spelen en repeteren. Wij gaan graag samen op reis en maken veel plezier als we met elkaar op de baan zijn. De mensen die ons zien spelen, merken ook dat wij ons enorm amuseren. Zo voelen de mensen zich ook op hun gemak, denk ik. Als we dan merken dat het publiek mee geniet, zetten we nog een tandje bij!

 

De spiegeltent weze gewaarschuwd! Iets totaal anders nu. Dynamo Zjosss is een opvallende groepsnaam. Welk leuk verhaal schuilt erachter?

Bels Het is eigenlijk allemaal begonnen als een grap. Onze bassist en ik werkten allebei in een sportwinkel. Op een dag merkten wij dat er een dynamo lag van het merk Zjoss International. Wij vonden dat zo grappig dat we meteen dachten: “Amai, Dynamo Zjoss, dat zou pas een groepsnaam zijn!” Een half jaar later begonnen we samen te spelen onder die naam. Nog een tijd later zochten we een bende bij elkaar en zijn we onder die naam verdergegaan. Desondanks blijft onze groepsnaam voor verschillende interpretaties vatbaar, gelukkig maar (lacht).

 

Allez roulez!!



Kortfilms met croissantjes (USOS)
25/02/2011
🖋: 

Etnische spanningen in Burundi, een pinguïn op zoek naar een betere toekomst, een Irakees jongetje dat zich een superheld waant. USOS kiest voor vijf kortfilms waarin heftige thema’s spannend, schrijnend en soms komisch worden uitgebeeld. En dat op een nuchtere maag? Neen. USOS zorgt ook voor een ontbijtje. Open uw venster op de wereld en geniet van versgeperst fruitsap en croissantjes: ‘Mundo movies’ is het perfecte begin van een nieuwe dag op Calamartes.

‘Na wewe’ – Ivan Goldschmidt

Een kortfilm over een burgeroorlog? Regisseur Ivan Goldschmidt is er met ‘Na Wewe’ in geslaagd. In ‘Na wewe’, genomineerd voor een Oscar in de categorie beste kortfilm, zoomt Goldschmidt in op enkele burgers die midden jaren 90 in een minibusje door Burundi tuffen. De reis wordt ruw verstoord door een bende Hutu’s die hen dwingt uit te stappen. De burgers krijgen het volgende commando: “Hutus to the left, Tutsis to the right.” ‘Na wewe’: gruwelijk, spannend en helaas ook levensecht.

 

‘Land of Heroes’ – Sahim Omar Kalifa

‘Land of Heroes’ is eveneens een kortfilm over oorlog. Regisseur Sahim Omar Kalifa, die sinds 2001 in BelgiĂ« woont, kiest een zo mogelijk nog meer aangrijpende invalshoek: wat doet oorlog met een kind? De kortfilm speelt zich eind jaren 80 af, de oorlog tussen Irak en Iran is bijna ten einde. Dileen, een tienjarig Irakees jongetje, en zijn zusje zien op televsie geen tekenfilms, maar oorlogsgeweld. Het is schrijnend te zien hoe het geweld wordt nagespeeld door Dileen, verkleed als superheld.

 

‘Abandon de Poste’ – Mohamed Bouhari

‘In Abandon de Poste’ plaatst regisseur Mohamed Bouhari een zwarte beveiligingsagent tegenover een standbeeld van een Afrikaan. Wat roept dit bij de agent op? Wat gaat er door hem heen? Zijn ondoorgrondelijke blik geeft geen emotie prijs, maar boeit mateloos. De artistieke, abstract gefilmde ‘Abandon de Poste’ is terecht bekroond met de Kif Kif Award voor beste kortfilm.

 

‘A Giraffe in the Rain’ – Pascale Hecquet

Als immigrant kom je voor heel wat problemen te staan: het is vaak erg moeilijk om een visum te krijgen, een baan te vinden of vrienden maken. Het leven van een immigrant gaat niet over rozen, dat weten we allemaal. ‘A Giraffe in the Rain’ is een grappige animatiefilm over de obstakels die een immigrant moet overwinnen. Vooral grappig omdat regisseur Pascale Hecquet de immigrant uitbeeldt als giraf.

 

‘No Penguin’s Land’ – Marcel Barelli

‘No Penguin’s Land’ is net als ‘A Giraffe in the Rain’ een animatiefilm over immigratie met een dier in de hoofdrol. En passant neemt regisseur Marcel Barelli in ‘No Penguin’s Land’ ook de opwarming van de aarde mee. De ijsbergen op Antartica zijn gesmolten en de pinguĂŻn ziet maar één optie: in een zeilboot springen, op naar betere oorden. Zijn tocht is aandoenlijk en leidt naar de Zwitserse Alpen. Zal het hem lukken de top te bereiken?

 

The facts

  • Datum: donderdag 17 maart
  • Uur: van 10 uur 11 uur 30
  • Prijs: gratis – maar met beperkt aanbod aan eten


25/02/2011
🖋: 

Je wandelt er elke dag voorbij. Soms doe je dat blindelings terwijl je op automatische piloot naar een aula, vrienden of de bib gaat. Op andere momenten sta je er even bij stil. Je raakt bevangen door de beelden: een robotachtige figuur tegen een muur in het C-gebouw, een arm die je blik naar de hemel leidt voor de bibliotheek, of de kleurrijke zeeën tegen het plafond in de Meerminne. Wil je wat meer weten over deze werken? Wil je de andere artistieke pareltjes op de campus ontdekken? Laat je dan maandag om 16 uur rondleiden door Ernest Van Buynder, voorzitter van de commissie Kunst op de Campus.

Kunst op de Campus heeft als doel van de universiteit een humane plek te maken. Een plek die het verstand Ă©n de verbeelding prikkelt. Sinds de jaren 70 â€“ dus nog voor ‘de Grote Eenmaking’ – zorgt de comissie voor de permanente en tijdelijke kunstwerken op de verschillende campussen. Deze kunstwerken worden aangekocht met de dotatie die de universiteit hiervoor opzij houdt, maar het zijn ook vaak schenkingen van privĂ©-personen of van de kunstenaars zelf. Hiernaast wordt, via een decreet, ook bij nieuwbouw een percentage van het budget (meestal één procent) aan in het gebouw geĂŻntegreerde kunstwerken besteed. Kunstenaars doen dit zelfs vaak aan kostprijs, want ze vinden het een eer dat hun werk op de universiteit een plaats kan krijgen.

 

Grote namen

De commissie heeft een voorliefde voor hedendaagse kunstenaars. Werken van klinkende binnen- en buitenlandse namen zijn over de hele campus verspreid. Namen die de kunstminnende mens doen watertanden zoals Michelangelo Pistoletto, Sam Dillemans, Philip Aguirre y Otegui, Paul van Hoeydonck, Jan Vanriet en Fred Bervoets. Het is fijn om weten dat al dit artistiek vuurwerk – hout vasthouden – nog nooit beschadigd werd.

 

Herken je de namen en vraag je je af waar die knallers hun werken hebben hangen? Of ben je een leek, maar is je interesse geprikkeld? Laat je verleiden tot dagdromerij en reflectie en ga mee op tour! Ernest Van Buynder is uw gids van dienst, en hem kennende wordt het gegarandeerd een boeiende tocht. Laat deze kans zeker niet liggen!



Smeltende harten en gebroken kaken
25/02/2011
🖋: 

De enige reden dat iemand vrijwillig naar een programma als X-Factor zou kijken moge duidelijk zijn: een langzaam uitgesmeerde, sadistische vernedering van randdebielen die veronderstellen dat ze muzikale aanleg in hun bloed hebben. Eén of andere zot uit een uithoek van het land die met zijn broek op de enkels de Marseillaise neuriet. Of een over het paard getilde geblondeerde vetkuif die een gooi doet naar een Eurovisielied. Toch kan het ook wel eens heel anders uitpakken tijdens zo'n programma. Soms wordt de hedendaagse Markies de Sade verrast en valt die smalend lachende onderkaak keihard op de grond van verbazing. Dit kregen Mathieu en Guillaume voor elkaar tijdens de live-shows in 2008. In meerdere kranten werd bericht dat mensen hun stembanden doorsneden en hun gitaren verbranden, kan ooit nog iemand deze hemelse geluidsgolven evenaren?

Hun reputatie als ‘de Simon en Garfunkel van 't Stad’ werd plots nationaal erkend als waarheid, en niets dan de waarheid. De twee broers hadden altijd hard gewerkt voor hun reputatie. Jengelend op gitaar en schuimbekkend in de mondharmonica gingen ze van chirofeest naar chirofeest. Kloven in de vingers en gesprongen lippen waren veel voorkomende kwalen. Menig cafĂ©-uitbater kende het repertoire van het duo als de hendel van zijn tap. Misschien bent u ook één van de gelukkigen die hen heeft gezien voordat ze bij het grote publiek bekend werden: uren vertelplezier aan uw toekomstig kleinkind gegarandeerd.

 

De doorbraak?

Na de revelatie van de eerste live-shows was het voor iedereen, en niet minder voor henzelf, een raadsel waarom ze het veld moesten ruimen in X-Factor. Want wees nu eerlijk: Dirk was toch niets meer dan de schaduw van de schaduw van Mathieu en Guillaume! Met z'n saaie voorkomen en tenenkrommende zang is hij nog geen bejaardentehuis waardig. Uiteraard vloeiden er nadien vele tranen en was het nog nooit zo stil op straat.

 

Uiteindelijk bleek hun vermelding op ‘Gratis in Antwerpen â€“ open podia’ te kunnen worden geschrapt, want er viel een reddende engel uit de hemel. Deze engel kwam uit nogal onverwachte hoek, namelijk uit de hoek van X-Factor zelf. Een wild card? Hormonenkuren bij de andere deelnemers? Een dronken gerechtsdeurwaarder die de stemmen verkeerd had geteld? Neen. Niets van dit alles! Het was jury-lid Maurice Engelen van Sonic Angel, die heil zag in beide heren. Opgewonden als een puppy op speed werd schokkerig een handtekening gezet: de zaak was rond, het platencontract binnen.

 

Met singles als ‘Komen & Gaan’, en natuurlijk de hartensmelter, het blooskanon, de knieĂ«nbever en gouwe ouwe: ‘Ik heb je lief’ hadden ze al snel een smaakvol repertoire opgebouwd. Toch bleef er een bittere bijsmaak aan kleven: hun grootste knallers moesten op het conto geschreven worden van de rechtmatige eigenaars, objectief bekeken waren het wel â€“ excusez le mot â€“ covers! Het was daarom tijd om dit historisch juk af te werpen en met een volledig eigen album te komen. Alle liedjes ondertekend met bloed van de heren zelf. Na een geestverruimende reis naar een Tibetaans boeddhistisch klooster was Mathieu helemaal in het reine gekomen met zichzelf. Guillaume heeft dan weer een tijd als kok in een weeshuis in Tanzania gewerkt. De tijd was aangebroken om de studio te betreden, gefocust en geĂŻnspireerd. Na een vlot opnameproces was hun debuutalbum ‘Kleine Sterren’ een feit. Direct na de release knalde hun derde single de ether in. Een protestsong waar Ferre Grignard en Boudewijn de Groot hun hoeden voor af zouden nemen. Een muzikaal stuk lood dat recht door de verdorven harten van wapenhandelaars en wereldleiders geschoten werd met de snelheid van het licht. “‘Vrede (of ik schiet)’ was het nummer dat ik voor ogen had toen ik Masters of War schreef”, aldus een ontroerde Bob Dylan. “De Franse Revolutie staat in schril contrast met de schokgolven die nu door Mathieu en Guillaume door het muzikale landschap gaan”, zo verklaarde Bruce Springsteen.

 

Folk én jazz

Nu zijn de heren, zoals ze dat in algemeen beschaafd Nederlands zeggen, back on track! Waar bij sommige mensen plankenkoorts een negatieve connotatie heeft, is dat voor Mathieu en Guillaume juist een creatief delirium. De knarsende latten van het podium en een oorverdovend applaus zijn als ambrozijn en nectar voor de jongens. Om het geluid breder te maken, moest er worden gezocht naar een band die hun typische warme stemgeluid zou versterken, maar niet zou overheersen. Uiteindelijk werden de uitverkoren bandleden stuk voor stuk van het (jazz-)conservatorium gehaald. In het muzikale laboratorium was folk en jazz altijd een no-no-combination, maar de uitwerking van dit experiment was een ware revelatie! Geniet van een surrealistisch landschap geënt op folk en jazz met een Vlaamse tongval.

 

Glij niet uit over de gesmolten harten en maak een afspraak bij de tandarts voor die onderkaak, want Mathieu en Guillaume are in town!



een ontmoetingsmoment tussen jong & oud
25/02/2011
🖋: 
Auteur

Calamartes is niet alleen een cultuurfestival voor de jonge student. Traditiegetrouw profiteren namelijk ook de senioren uit het Onze Lieve Vrouwe rusthuis van een heerlijke namiddag vol muziek, dans en nostalgie, waarin herinneringen aan vroeger worden bovengehaald, en de oude heren danspasjes aangeleerd worden door jonge, frisse studentes. Wij spraken met enkele bewoners.

Lodewijk Josef van Gompel, Louis voor vrienden, is 89 jaar en kan niet dansen, tot grote spijt van zijn vrouw, die twee jaar geleden overleed. De danslessen die vaak tot diep in de nacht duurden, hebben helaas nooit vruchten afgeworpen omdat Louis alles de volgende dag alweer vergeten was. Die ene keer dat hij dan toch met zijn vrouw danste, vielen ze samen op de grond. Daarna heeft zijn vrouw het opgegeven. Vorig jaar bereikte de danscarriĂšre van Louis echter een hoogtepunt, toen hij tijdens Calamartes maar liefst drie walskes danste met een mooie studente. Louis wilde eerst niet mee naar de spiegeltent, uit angst met zijn medebewoonsters te moeten dansen, die volgens hem niet meer helemaal bij de tijd zijn. Met jonge meisjes dansen vindt hij wel leuk. Hij is dan ook stiekem verliefd op een verpleegster, en met haar zou hij graag eens dansen.

 

Tegenwoordig dansen ze in hunnen blote!

 

De 86-jarige Yvonne herinnert zich de nachten waarin ze de sterren van de hemel danste nog goed. In de verschillende danszalen en cafĂ©s van Antwerpen danste zij tango’s, walsen en de foxtrot, niets was haar te gek. Dat ging er toen wel heel anders aan toe dan nu, want de jeugd van vandaag weet volgens Yvonne niet meer hoe ze moet dansen. Daar maakt ze zich dan ook wel eens zorgen over. “Vroeger trokken wij altijd een schoon kleedje aan als we gingen dansen, maar tegenwoordig dansen ze in hunne blote,” aldus Yvonne. Over de hedendaagse muziek is ze evenmin te spreken. Ze luistert zelf veel liever naar de muziek van toen, zoals Frank Sinatra. Toen Yvonne eenmaal getrouwd was, was het helaas gedaan met het nachtelijke dansen en ze denkt nog vaak met weemoed terug aan deze mooie tijd. Yvonne wordt met argusogen bekeken door haar medebewoonsters mevrouw Vandenbergh en mevrouw Brounds, beiden 86. Dansen was volgens hen niet deftig genoeg, en zij beamen zeer gelukkig te zijn geweest zonder dans en muziek. “Wij moesten vroeger het goede voorbeeld geven, en dan kon je niet gaan dansen.”

 

Met twee meisjes in de schuilkelder

De chique Solange Bauduin (92 jaar) behoorde duidelijk tot de gegoede middenklasse die haar danspasjes in de betere danszalen van Antwerpen oefende. Vooral de verschillende bals van die tijd staan haar nog helder voor de geest. De tango en de Engelse wals waren de dansen van het moment. Solange vindt van zichzelf dat ze tamelijk goed kon dansen. Tijdens de dansfeesten had ze echter geen vaste danspartner, en danste ze “een beetje met iedereen”. Het fenomeen waarbij mannen een dame ten dans moeten vragen, is volgens haar vreselijk ouderwets, “mijn moeder deed dat nog wel”. Toen Solange haar man leerde kennen, danste ze nog wel met hem, maar niet tijdens de oorlog, toen ging dat niet.

 

Cor heeft tijdens zijn 86-jarige bestaan nooit graag gedanst. Hij had daar geen gevoel voor en mooie meisjes kwam hij ergens anders wel tegen. Zijn vader danste wel veel, maar dat was dan ook een “flierefluiter”. Cor erfde eerder het serieuze van zijn moeder en ging vooral graag biljarten en voetballen met zijn vrienden. Hij luistert wel graag naar moderne muziek zoals jazz en Frank Sinatra. De reden waarom Cor nooit ging dansen was vooral de oorlog, “dat was nu eenmaal niet zo’n gezellige tijd en de mensen hadden toen geen reden om te gaan dansen.” Wel herinnert hij zich nog goed dat hij een keer een hele nacht doorbracht in een schuilkelder met twee meisjes. “Dat was erg plezant.”



11/02/2011
🖋: 

Zelf ook met een dwars in het buitenland? Stuur foto voor ‘dwars in ...’ naar contact@dwars.be en maak kans op een Knack-abonnement van drie maanden.



de Internationale Editie
29/11/2010
🖋: 
Auteur extern
Rémy Ngamije

Deze maand wijkt dwars uit naar Kaapstad, Zuid-Afrika. Al jarenlang wordt in het land een schijnbaar hopeloze strijd gevoerd tegen aids/hiv. Lang niet alle jongeren schatten de problematiek naar waarde en Rémy Ngamije is zich daar als student maar al te goed van bewust. Als fervent blogger en collega-redacteur van het studentenblad Varsity aan de University of Cape Town wou hij met plezier zijn visie met ons delen.

Heb je ooit een van die horrorfilms gezien waarin een groep tieners hopeloos gestrand is op een verlaten plaats? Het kan haast niet anders, ze gooien er mee naar je hoofd. Deze adolescenten raken, in afwachting van hun nakende dood, steeds verwikkeld in dezelfde verhaallijn – iemand stelt op een gegeven moment namelijk voor om de groep op te splitsen, en ze weten allemaal dat ze dat beter niet zouden doen.

 

De groep bestaat meestal uit een vijf- of zestal stereotiepe figuren. Er is altijd een jock – de lokale sportheld – die zich veel sterker opstelt dan hij in werkelijkheid is. Hij groeit meestal uit tot de leider van het groepje. Zijn ongelukkige beslissingen bezegelen het lot van zijn gelegenheidsvrienden. Daarnaast is er steevast de nerd. Niemand schenkt hem aandacht. Hij is tenslotte de nerd. Om het kleurenpalet te vervolledigen, dient men ook altijd een zwarte aan te voeren. Dit zwarte schaap sterft meestal als eerste. Voorts figureren er nog minstens twee dames. De ene onderscheidt zich door haar amoureuze ervaring tussen de lakens en is toevallig de vriendin van de jock. Traditiegetrouw gaat het om een cheerleader. De andere is veel minder populair, maar heeft niettemin een oogje op diezelfde spierbundel. Andere personages zijn niet van belang.

 

Het script is bijgevolg erg voorspelbaar. We weten al in welke volgorde de personages het loodje zullen leggen. Het zwarte overleeft occasioneel de eerste slachtronde, maar nooit de tweede. Daarna verdwijnt de nerd in alle verwarring en vervolgens laat Miss Popular het leven. De schoonheid die ons – net als haar maagdelijkheid â€“ veel te vroeg moest verlaten. Hierdoor blijft het lelijke eendje meestal over met de jock, die vooralsnog op miraculeuze wijze elke aanslag op zijn leven wist te pareren. Ze overleven. Een kus volgt. De aftiteling verschijnt, einde van de horrorfilm. We zijn allemaal vertrouwd met dit scenario.

 

Wat ik in het bijzonder aangenaam vind aan dit soort films, zijn niet de acteerprestaties (die erbarmelijk zijn) of het script (dat oppervlakkig is) – eigenlijk ik vind niets goed aan deze films, op één ding na. Gaandeweg maakt angst zich meester. Daarom kan ik de angst die zich aftekent op de gezichten van de personages wel appreciĂ«ren. Ik vind hun kreten om hulp, wanneer er alweer iemand verdwijnt, bijzonder amusant. Ik hou van dit gevoel, maar tegelijkertijd haat ik het bewust.

 

Zie je, dat komt doordat dit gevoel vrij herkenbaar is. Niet omdat mijn leven zich afspeelt op de achtergrond van ‘Saw’ of ‘Scream’. Wel omdat met de omvang die de aidsproblematiek vandaag aanneemt in onze wereld, ik lijk te figureren in een horrorscript dat niemand loslaat en dat uitsluitend verhaalt over onze hormonendrift. Er zijn jocks, er zijn nerds, er zijn losers en er zijn atleten, politici, dokters, advocaten, holebi’s, jij en ik.

 

Het is angstaanjagend, oprechte angst. Angst die je voelt door merg en been, die reikt tot in je diepste bewustzijn, wanneer je beseft dat dit een alledaags scenario is. In Afrika zijn aids en hiv de silent killers die bepalen hoe lang de film duurt. De diepste kern van waarheid in mijn analogie schuilt echter in de manier waarop men in Afrika omgaat met aids. Het scenario lijkt zich te herhalen. Iemand stelt een stom idee voor à la “laten we het doen zonder condoom?!”, en de rest van het verhaal schrijft zichzelf. Het is enorm frustrerend om te zien hoe scholieren en studenten omgaan met deze pandemie. We denken allemaal, om een of andere reden dat de zwarte jongen als eerste getroffen zal worden. In dit geval hoeft de zwarte natuurlijk niet zwart te zijn. Er zijn andere minderheden in de samenleving waarvan we steeds denken dat zij eerder en harder getroffen zullen worden. Dus is er niets aan de hand. We zetten ons voor de televisie en troosten onszelf met het zelfbedrog dat we nog negentig minuten vermaak voor de boeg hebben.

 

Nu zijn we overtuigd dat de nerd (of die ene marginale groep in de maatschappij) aan de beurt is. Arme nerds. Ach ja, nog steeds hebben we zestig minuten voor de boeg. We blijven kijken en tellen af totdat de cheerleader te grazen genomen wordt. Het script loopt zo stilaan op zijn einde. Er rest ons uiteindelijk slechts de maagd met wie we ontwaken uit deze nachtmerrie die aids in feite is.

 

Een bijkomend probleem is dat aids als een monster huis houdt en niet noodzakelijk het script volgt. Je hoeft niet marginaal te zijn om slachtoffer te worden van aids. Je hoeft evenmin zwart te zijn. Het meest verontrustende bij de huidige generatie is echter dat ondanks de willekeur en de onvoorspelbaarheid waarmee deze ziekte toeslaat, we steeds bepaalde conventies volgen waarvan we geloven dat die ons zullen beschermen. We distantiëren ons van de slachtoffers. We proberen er niet over te praten, gesterkt in de overtuiging dat het wel voorbij zal waaien, of we schuiven de schuld af op het lot. We weigeren vooral om de waarheid onder ogen te zien. Het aantal figuranten raakt uitgeput en vroeg of laat, kunnen ook jij of ik ten prooi vallen.

 

Het is triest, maar zo gaat het er aan toe in Afrika. Seks zonder condoom lijkt in veel facetten op deze puberale horrorfilms. Het probleem is dat je nooit echt zeker weet of de film nu aan het draaien is of niet. Je kan ook nooit exact voorspellen wie nu juist getroffen zal worden. Het is een griezelfilm. Je zou er eens naar moeten kijken.



29/11/2010
🖋: 
Auteur

De donkere dagen van december worden het best bestreden met ouderwetse gezelligheid. Als de duisternis en de feestdagen ons niet genoeg bij elkaar brengen, dan doet de cultuur het wel. Nu de straten toch massaal verlicht worden, kunt u even goed uw kot verlaten om de volgende culturele evenementen bij te wonen.

Bibliotheek Permeke (16 December) Bang.

In ‘Bang’ vertelt Johan Petit waarom hij, in tegenstelling tot al zijn tantes en nonkels, wel nog altijd in Borgerhout woont. Pak aan, populisten!

 

Begraafplaats Schoonselhof (t/m 27 januari) Fototentoonstelling Eenzame uitvaart.

‘De Eenzame Uitvaart’ is een literair project waarbij dichters voor eenzaam gestorvenen een persoonlijk gedicht schrijven en dit op de uitvaart komen voordragen. Judith Dekker fotografeerde dit hartbrekende en hartverwarmende project.

 

European Coca-Cola Visitors Center (28 november) Coca-Cola verzamelbeurs.

De pioniers van de marketing hebben inmiddels een enorme merchandisinghistorie. Voor verslaafden, liefhebbers en popartfans wordt dit een prachtige beurs. “Holidays are coming, holidays are coming.”

 

Het Steenplein (13 t/m 15 december) Kerstmis vieren met Dokters van de Wereld

Vind hier de ideale kerstcadeaus voor je neefjes en nichtjes. Geef een kind een boek en tegelijk het Davidfonds wat financiële steun. Twee moreel verantwoorde vliegen in één klap.

 

Frietkoten in Antwerpen (29 november t/m 5 december) Frietrock.

Een week lang kunt u livemuziek luisten met een portie friet. De meest geniale ideeën zijn de simpelste.

 

Theater aan de Stroom (12 december) Roland van Campenhout

Of het nu voor zijn gehavende gezicht is, voor zijn countrymadammen of voor Music for Life, de blues zal het zand uit je hart wegspoelen.

 

Hanzestedenplaats (t/m 31 december) Wandelzoektocht op het Eilandje.

Ontdek Antwerpen als havenstad en maak kans op een diamant. De winnaar kan daar dan mooi een hete cappuccino mee kopen.

 

Grote cinemazalen (vanaf 17 november) Harry Potter and the Deathly Hallows.

Eigenlijk te duister voor jonge kinderen, maar interessant voor nostalgische studenten. Dramatisch en filmisch verrassend, voor een tovenaarsverhaal.

 

Cinemazuid (3 december) La Chute de la Maison Usher.

Een donkere cultfilm geĂŻnspireerd door Edgar Allen Poe en het expressionisme. Begeleid door een live ensemble.

 

Bourla (t/m 22 januari) Hout.

Een stuk over het vertrouwen en volgen van een ander. Met ongetwijfeld af en toe een lastige splinter.