Ben Harper zorgt al een dikke tien jaar voor een eigenwijze mengeling van seventies funk, doorleefde gospel en stevige soul. De man is een muzikale kameleon: hij verandert met een vingerknip van kleur, terwijl zijn essentie steeds rustig blijft doorschemeren.
Ben Harper - Both Sides of the Gun
Zo verzorgde hij bijvoorbeeld al het voorprogramma van zowel Metallica als The Fugees. Overigens, voor degenen die denken dat het dubbelalbum zijn tijd heeft gekend: gelukkig is dat fout geredeneerd. Harpers nieuweling Both Sides of the Gun is een tweedelig pièce de résistance met een zacht en een stroef kantje. Nooit klonk de charmante rocker ingetogener dan op de eerste schijf: wie een bloedmooi nummer als Happy Everafter in Your Eyes hoort, kàn niet ontkennen dat Harper een geweldige songschrijver is. Ook als muzikant staat Ben zijn mannetje: hij speelde zowat alle instrumenten (inclusief drums) op eigen houtje in. Het tweede deel van het album is in elk geval het interessantst. Harper slaat de brug tussen verschillende werelden: Black Rain klinkt bijna als hip hop, de titeltrack is pure funk en The Way You Found Me stoeit met jazzy pop. Maar ook klassieke rock is de man niet vreemd: Engraved Invitation is duidelijk een hommage aan de Rolling Stones-bluesrock en de epische hardrocker Serve Your Soul had zo op een Led Zeppelin-album kunnen prijken. Het exotische Better Way is trouwens nu al de feel-good-single van het jaar. Petje af.
The Vines - Vision Valley
De Australische “garagerockers” The Vines hebben weer een nieuwe verzameling ongeïnspireerde riffbeurten klaar. Vision Valley, hun derde poging tot rocken, blinkt als een opgepoetste carrosserie, maar één blik onder de motorkap verraadt het wrak dat erachter schuilgaat. Een Vinesnummer is relatief makkelijk te ontleden: twee riffs, één onveranderende beat, een repetitieve zanglijn, en dat gedurende gemiddeld twee minuutjes. Single Gross Out klinkt de eerste keer nog wel leuk, maar vanaf een tweede luisterbeurt is het huilen met de pet op. Frontman Craig Nicholls is nog steeds de specialist in puberale Nirvana-imitaties, maar jammer genoeg wil 's jongens stem niet zo goed mee. Met pseudo-punknummers die The Sex Pistols te simplistisch zouden vinden, trapt dit trio steeds opnieuw in de voorspelbaarheidsval: Anysound, Fuck Yeh, Nothin's Comin'... zoek de twee verschillen. Als ze dan toch eens proberen het tempo wat lager te leggen, zoals in het oersaaie Take Me Back, klinken ze als een bewust verstopte Blur-demo met een zeer sec Green Day-tintje. De strijkers in Going Gone zitten misschien redelijk snor en de ritmeverandering in Atmos verrast nog wel, maar voor de rest is het één en dezelfde slappe herhalingsoefening. Het kan aan een gebrek aan fantasie liggen, maar wat de platenwereld ooit in dit zootje ongeregeld heeft gezien, blijft tot op heden onduidelijk. Recycleren die handel.
Squeezable Future - Pro Motion
Het Antwerpse duo Squeezable Future werkt sinds 2002 aan een eigen sound en is daar op hun eerste album Pro Motion alleszins duidelijk in geslaagd. Gitarist-zanger Pisteffo en drummer Deemonkeyjazz kwamen reeds even in de media doordat ze voor de cover van hun album een bewerking hadden gemaakt van het vijftiende-eeuwse schilderij Madonna met Kind van Jean Fouquet; een slimme truc waar het KMSKA niet onmiddellijk mee kon lachen. Pro Motion behandelt naar eigen zeggen de kracht van het individu tegenover de huidige onpersoonlijke samenleving, een transformatie tot de Westerse Boeddha incluis. De aangename mengeling van lounge, pop, ambient en funk die deze jongens presenteren komt het best naar voren in Madmaks, waarin een spel tussen sferische synths, gitaareffectjes en een subtiel orgel wordt omkaderd met een jazzy in- en uitleiding. Ook het hallucinante The Box en het sferische, naar elektronica neigende Victor zijn geslaagd te noemen en de schijnbare ad lib zanglijnen in The Other Me vormen een mooi contrast met het stevigere middenstuk. Asexual combineert een groovende discobeat met een leuk improvisatie-intermezzo en funky gitaartoetsen, afsluiter Pretty Cold Feet is dan weer een zweverig maar speels jazznummer. Het fijne, soms hip hop-getinte slagwerk, de uitgekiende zangpartijen, de nodig geluidseffecten en een dEUS-knipoogje maken van dit werk een opvallend en authentiek debuut.