Reactie op het artikel `AILO op de UA. Werk in uitvoering', dwars 30

18/03/2006
🖋: 
Auteur extern
Elke Struyf

Beste studenten,

 

Sta me toe te reageren op het recente artikel `AILO op de UA, werk in uitvoering' (dwars 30). Ik wil me graag even voorstellen: sinds 1 januari 2006 trek ik als nieuwe voorzitter van de Onderwijscommissie (OWC) samen met een nieuw enthousiast kernteam van docenten en medewerkers de `kar van de AILO'. Ik heb begrepen uit dit artikel dat sommige reizigers deze kar wat oud en versleten vinden, dat het voor hen niet altijd duidelijk is waarom de `kar' sommige wegen inslaat (en andere niet) en dat ze soms zelfs in rondjes draait. De kar is blijkbaar toe aan een grondige opknapbeurt en de weg naar het beroep `leraar' moet beter uitgestippeld worden.

 

Welnu, het nieuwe bureau van de OWC heeft de gereedschapskist en de landkaart alvast bovengehaald. We zijn volop bezig met het ontwerpen van een nieuw AILO curriculum. We geven ons tot december 2006 de tijd om dit grondig en goed te doen. Momenteel zitten we in de `ontwerpfase' en verzamelen we gegevens over tekorten in het huidige curriculum en verwachtingen ten aanzien van het nieuwe. We beschikken reeds over het verslag van de gesprekken met studenten waarnaar in het artikel verwezen wordt (dat is er wel degelijk). In februari hebben de docenten en praktijkassistenten van alle modules sterke en zwakke punten van de huidige AILO opgelijst. In april beleggen we een vergadering met vakmentoren en directies uit de secundaire scholen die mee instaan voor de stagebegeleiding van onze studenten. In mei nemen we een enquête af bij alle studenten die nu de AILO volgen én de alumni. Op die manier verkrijgen we een duidelijk en gedifferentieerd beeld van de huidige AILO en kunnen we de opleiding reeds volgend academiejaar gericht remediëren en grondiger hervormen in het nieuwe programma.

 

Het nieuwe programma wordt vanaf academiejaar 2007-2008 ingericht, wanneer de `specifieke' lerarenopleiding van start gaat. Want – zoals te weinig uit het artikel blijkt – worden de belangrijke wijzigingen waarnaar Prof. Van Petegem verwijst, decretaal – dus door de overheid – bepaald (bv. de uitbreiding van het curriculum en het feit dat de lerarenopleiding hierdoor moeilijk combineerbaar is met een masteropleiding). Wie hierover meer wil weten, verwijs ik naar de folder over de lerarenopleiding `nieuwe stijl' (verkrijgbaar op het studentensecretariaat AILO of via ailo@ua.ac.be).

 

Laten we samen van de AILO-kar een stevig voertuig maken dat een interessante reisweg volgt?

 

Prof. Elke Struyf
Voorzitter OWC AILO