Ja hoor, je hoort het goed: dwars wordt volwassen! Jaargang 18 van het studentenblad is bij deze officieel ingezet. Sinds de geboorte van de eerste dwars in november 2001 hebben honderden studenten zich geëngageerd om deze telkens te vullen met tekst, beeld, vormgeving en advertenties. Studenten blijven jammer genoeg – zoals weleens gezegd wordt – niet eeuwig student. dwars dook in de archieven en ging op zoek naar hoe het gesteld is met enkele oud-dwarsers.
13 november 2001 werd Jan Adriaenssens geïnterviewd door Het Nieuwsblad. Hij blies dwars leven in en beloofde plechtig haar te gebruiken als instrument om de student wakker te schudden. Inmiddels zijn we achttien jaar verder en is ons studentenblad haar kinderschoenen ontgroeid.
Hoe ging de oprichting van dwars in zijn werk
Het grootste project was natuurlijk de opstart van dwars zelf. Een redactie bijeenzoeken die samengesteld was uit alle hoeken van de universiteit. Het concept uitwerken. Een manier van werken opzetten. Financiering rondkrijgen. Maar vooral iets starten dat élke unief nodig heeft: een sterke, onafhankelijke, gedurfde en onderzoekende studentenpers. Voor ik dwars heb opgericht, was ik hoofdredacteur van De Gans. Toen we eind vorige eeuw merkten dat de drie Antwerpse universiteiten zouden fuseren, wilden we met de studentenpers klaar staan en zelfs voorlopen. In die periode was De Gans het enige Antwerpse studentenblad die naam waardig, maar De Gans gewoon uitbreiden naar de andere campussen in Antwerpen leek ons geen goed idee. Er was een frisse wind nodig. We doekten De Gans dus op en begonnen met een nieuw project: dwars.
Waar was de eerste redactie van dwars gevestigd?
In het eerste jaar beschikten we nog niet over een redactielokaal. De zoektocht hiernaar verliep niet zo vlot als gehoopt. We vergaderden vaak in lokalen van de unief, of op café natuurlijk. Vanaf het tweede jaar hadden we onze plek gevonden, en zaten we op de zolder van het universitair gebouw op de hoek van de Lange Nieuwstraat en de Sint-Jacobstraat. Dat verouderd zolderappartement met dik bruin vast tapijt (en meestal met werkende elektriciteit) was de perfecte uitvalsbasis.
Op welke manier blikt u terug op dwars?
Ik kan me mijn tijd aan de unief niet inbeelden zonder die ervaring. De studentenpers bracht me in contact met medestudenten uit zoveel verschillende richtingen, afkomstig van alle campussen. Het heeft mijn blik enorm verruimd en heeft me ook vrienden voor het leven opgeleverd.
Wat is de leukste herinnering die u hebt aan uw dwarsperiode?
Ongetwijfeld de startup-sfeer van de beginjaren!
Waar was de redactie van dwars gevestigd tijdens uw dwarse periode?
Toen ik begon zaten we op een zolder in de Lange Nieuwstraat. Daarna hebben we zelfs even geen lokaal gehad en vergaderden we in de Agora. Uiteindelijk kregen we een kot op het gelijkvloers in een gebouw op de Paardenmarkt.
Hoe heeft dwars u geholpen te bereiken waar u nu staat?
De rijkdom zit volgens mij vooral in het feit dat dwars een speeltuin is waarbinnen je helemaal vrij bent om te experimenteren. Het is er ook niet erg om af en toe stevig te falen en op je bek te gaan − iets wat je je op de arbeidsmarkt niet zomaar kan veroorloven. Achteraf gezien hebben we geregeld ook extreem slechte artikels gepubliceerd. Maar precies daarin schuilt de leerschool en dat is goud waard.
Hoe blikt u terug op uw tijd bij het studentenblad?
dwars blijft een van de leukste dingen die ik ooit gedaan heb: de juiste combinatie van ernst, ambitie, plezier, vriendschap en het gevoel dat je met iets bezig bent dat ertoe doet.
Hoe blikt u terug op uw tijd bij dwars?
Met een telescoop, bij voorkeur, aangezien het meer dan tien jaar geleden is.
Aan welke artikels heeft u zoal meegewerkt?
Ik was een "vliegende reporter", zoals ze dat toen besloten te noemen. Zo verzorgden Sam De Wilde en ik “Extra Cathedra”, de voorloper van het huidige “Proffenprofiel”, en ik zorgde ook nog voor een aantal recensies en losse artikels.
Hoe heeft dwars u geholpen te bereiken waar u nu staat?
Het heeft me geleerd dat Luc Herman (docent Engels) Queen verkiest boven Duran Duran, en dat was al wat ik wou weten.
Wat voor artikels schreef u bij dwars?
Mijn favoriete artikels schreef ik voor de rubriek "Meeloper". Daarin ging ik telkens een dag een bijzondere opleiding volgen: de Modeacademie, de priesteropleiding in Brugge, klassiek ballet, politieschool, enzovoort. Dat vond ik echt heel leuk. De artikels met het meeste impact waren de Kees-study – over het grote aantal Nederlanders aan de UAntwerpen – en een interview met Bart De Wever toen hij nog kandidaat-burgemeester was. Die stukken werden geciteerd in onder andere Vrij Nederland en De Standaard.
Uit hoeveel personen bestond de dwarsredactie in uw tijd?
Een twintigtal personen, plus op freelance basis de latere stadsdichter Maarten Inghels die een column had en de fantastische cartoonist JangoJim.
Herinnert u zich een leuke anekdote uit uw dwarse periode?
Toen ik net gestart was als hoofdredacteur had de rector mezelf en mijn adjunct Floris uitgenodigd. We werden om 10u verwacht op het rectoraat. Om 9.45u werd ik door Floris wakker gebeld, ik ben toen ongewassen naar de Stadscampus gefietst. Daar aangekomen belde ik Floris met de vraag waar ik exact moest zijn. Bleek het rectoraat op Campus Middelheim gevestigd te zijn. Ik heb de rector dus nooit gesproken.
Aan welke artikels heeft u zoal meegewerkt?
Allerhande artikels, ik herinner me een samenwerking met alle studentenbladen van Vlaanderen waarbij ik een satirisch stuk schreef over de gevaarlijkste alumnus van onze universiteiten.
Wat heeft dwars u bijgebracht?
Het proeven van het journalistieke leven is geen slechte keuze gebleken gezien het verloop van mijn carrière.
Wat is de leukste herinnering die u heeft aan uw tijd bij dwars?
Wat ik me nog heel goed herinner is een ietwat onwennige uitstap naar een karaokebar met de hele redactie; dit met onuitgegeven duetten en versies van bekende hits tot gevolg.
Wil je artikels lezen van deze of andere (oud-)dwarsers?
Het volledige archief vind je terug op onze website: www.dwars.be
- Log in to post comments