We schrijven 1960. Peter Benenson leest in de krant dat twee Portugese studenten gearresteerd en veroordeeld zijn tot zeven jaar gevangenisstraf als gevolg van het uitbrengen van een toost op de vrijheid. Dit is voor de reeds wereldbewuste Benenson de druppel. Hij besluit een campagne op te starten die een jaar zal duren en bedoeld is voor alle mensen die gevangen zitten op basis van hun religie, politieke denkbeelden, geslacht of ras. De “gevangenen van het geweten”, zoals Benenson ze noemt en waar de Portugese studenten model voor staan.
Samen met vriend Eric discussieert hij verder over de campagne en kiest hij de brandende kaars omwikkeld met prikkeldraad als symbool, om het licht van de hoop brandend te houden. Op 28 mei 1961 maakt de wereld kennis met de campagne, getiteld “Beroep op amnestie, 1961”. Op die dag wordt Benensons artikel “De vergeten gevangenen” gepubliceerd in ‘The Observer’ en in ‘Le Monde’.
Vanaf dat moment gaat de bal aan het rollen: op 3 augustus laat Benenson het appel inschrijven als officiële organisatie onder de naam “Appel voor amnestie”. Verder worden er internationale bijeenkomsten georganiseerd; aan het einde van 1961 bestaan er wereldwijd reeds elf Amnesty- groepen en ook nu nog schieten de groepen als paddestoelen uit de grond.
Amnesty International baseert zich de dag van vandaag op drie hoofddoelen: onmiddellijke vrijlating van politieke gevangenen, eerlijke en snelle processen en het voorkomen van marteling en executies. In het begin was de organisatie weinig georganiseerd, maar vandaag wordt overal ter wereld informatie verzameld over schendingen van mensenrechten en samengebracht in het hoofdkantoor te Londen. Amnesty’s kracht ligt in de mogelijkheid om op een beleefde, serene manier druk uit te oefenen op politieke hoge pieten en andere gezaghebbers. Niet iedereen krijgt zomaar even duizenden brieven in de bus waarin op vriendelijke, doch dwingende wijze gevraagd wordt om een onschuldige gevangene vrij te laten, hem niet langer te folteren of hem een eerlijk proces te geven. Daarbij komt dan nog het feit dat Amnesty kan rekenen op enorme media-aandacht.
Amnesty voert ook grotere acties om het bewustzijn van de mensen aan te wakkeren, om mensenrechtenschendingen op grote schaal een halt toe te roepen en dies meer. Het mag dus gezegd worden dat Amnesty een zeer grote invloed uitoefent in de wereld en voor heel weinig mensen een ver-van-mijn-bed-show voorstelt.
Ook in Antwerpen en op de UA komt Amnesty International tegenwoordig heel dichtbij. Sinds enkele weken bestaat er een studentenkern, Amnesty Jongeren Antwerpen (AJA!) geheten, die zich wenst in te zetten voor mensenrechten en daarmee ook meteen voor Amnesty International. Doel van deze studentenkern is het mobiliseren en bewust maken van studenten. Momenteel zijn hierbij veertien studenten actief betrokken: allen hebben ze een andere achtergrond en verschillende redenen om zich te engageren voor deze studentenkern. Het staat alleszins vast dat ze allen enthousiaste krachten zijn die iets willen bereiken, al was het maar het besef dat studenten zich kunnen inzetten voor meer dan het organiseren van allerhande studentikoze activiteiten. En dat het leeft onder studenten is reeds gebleken uit talrijke enthousiaste reacties.
Nu we van start zijn gegaan, wordt het uiteraard ook tijd voor een activiteit! Als thema hiervoor werd gekozen voor de nu lopende campagne van Amnesty zelf: het geweld tegen vrouwen in Ciudad Juárez, Mexico. Om deze problematiek in de kijker te zetten, wordt er een heus Fiesta Mexicana georganiseerd op zowel de Stadscampus (24 april) met Sindicato Sonico, als op de buitencampus (26 april) met Pieter Embrechts en Dimitri Leue. Op het programma staan verder een film en een hapje en drankje. Meer informatie hierover volgt. Check ook regelmatig www.amnestyja.be!
Hopelijk kunnen wij ook in Antwerpen het Amnesty-gevoel doen opflakkeren.
Amber Daniëls en Kim Van Wallendael