De Mimosaurus

11/09/2022

Is wekenlang repeteren, optreden voor volle zalen en eindeloze teksten uit je hoofd leren niets voor jou, maar voel je je tóch een performer in hart en nieren? Dan is De Mimosaurus misschien wel je ideale club! De club voor improvisatietheater aan UAntwerpen biedt je elke week kans om je scherpe tong en je gevatte humor bij te schaven. Op een ongelooflijk hete zomerdag sprak dwars met Arno De Facq en Franz De Mets, respectievelijk socialemediavlinder en evenemens van de mimo.

“We merken dat veel mensen eigenlijk geen flauw benul hebben hoe dat nu werkt, improvisatietheater”, aldus Arno. Ik vrees dat ook ik me schuldig maak aan die onwe-tendheid. “Ja, hoe zit dat nu, gaan jullie gewoon met z’n allen vrolijk het podium op, zonder enige tekst of voorbereiding?”, vraag ik schaapachtig. “Eerlijk gezegd doen we niet eens zo veel optredens, meestal één of twee per jaar. Waar het meer om gaat zijn onze wekelijkse trainingen: we willen mensen vooral kennis laten maken met het improviseren, eens goed met elkaar laten lachen en een hecht team creëren. Dat optreden eens in de zoveel tijd is dan eigenlijk slechts een bijzaak.”

Franz licht toe hoe zo’n wekelijkse bijeenkomst in z’n werk gaat: “Er zijn altijd een aantal spelers en wat publiek. Dat maakt het ook zo laagdrempelig: je hoeft geen lid te zijn, er is geen inkom, en zelfs gewoon eens vanaf de zijlijn komen kijken mag!”

Arno illustreert waar je dan precies naar kijkt: “We beginnen meestal met spelletjes, om de creatieve geest een beetje op te warmen. De ene keer vragen we een paar willekeurige onderwerpen uit het publiek en doen we daar ons ding mee, de andere keer spelen we raadspelletjes of doen we het format van Mag ik u kussen? na. Steeds die willekeurige onderwerpen brengen de nodige hilariteit met zich mee: Arno’s favoriete verzoekje uit het publiek ooit was om een scène te spelen over een illegale kinderboerderij. “Dat is nog altijd een inside joke, vroeg of laat komt die toch altijd weer ter sprake.”

Toch is het niet altijd alleen maar lachen. “Comedy en improvisatie gaan gewoon heel erg goed samen, maar eens in de zoveel tijd komt er ook een hele serieuze of zelfs emotionele scène voorbij.” Die serieuzere kant van het improviseren uit zich ook op andere manieren: “De trainingen doe je écht voor jezelf. Zo on the spot van alles moeten bedenken, en dat dan ook nog eens in een groep, werkt wonderen voor het zelfvertrouwen. Ad rem heel snel op de ander reageren heeft ook mijn sociale vaardigheden goed gedaan, en het teambuilden en nieuwe mensen leren kennen is ook gewoon heel tof.” Franz voegt nog toe: “Eens in de zoveel tijd worden onze trainingen gegeven door professionele coaches; het is dus niet alsof je zomaar van een stelletje rando’s wat coaching krijgt.” Ineens is de georganiseerde chaos van het improvisatietheater me duidelijk: ‘we verzinnen wel iets, maar niet zomaar wat.’