Dolen

Interview met Michiel Hendryckx
17/10/2009

Van 25 september tot 10 januari stelt het Antwerps Fotomuseum ‘Dolen. Onderweg in Europa’ tentoon, het eerste volbloed fotoboek van gelauwerd fotograaf Michiel Hendryckx. dwars haalde de man van achter zijn fototoestel en plaatste hem even zelf in the picture.

U hebt een reis van 6 maanden achter de rug, gespreid over 3 jaar. Hoe voelt het om uw geesteskind na 3 jaar eindelijk ter wereld te brengen?

Michiel Hendryckx Ik was zelf heel nieuwsgierig naar het resultaat. Ik ken mijn stijl van fotografie, maar ik was benieuwd naar die mix, want ik heb echt met mijn hart gefotografeerd. Ik ben zodanig getraind om te werken in opdracht, dat ik vaak heb moeten zeggen: “Stop, blijf erbij, het is voor jezelf.” Ik heb even gedacht om met de hele boel te stoppen. Ik stelde mezelf voortdurend de vraag of ik de mensen daarmee moest lastigvallen.

 

Wat is het gevoel of het idee dat u wou overbrengen met het project?

Hendryckx Wij hebben in Europa de neiging om gefrustreerd te zijn over ons continent. Als je de geschiedenis kent, hebben we vreselijk veel kwaad aangericht. Maar ik vind Europa nog steeds een ongelooflijk toffe plek om te leven en vooral: het is compleet onbekend. Mensen doen citytrips; ze gaan naar Barcelona, naar Napels of naar Madrid, maar wat daar tussen ligt is vrijwel onbekend. Ik was vorige zomer in Italië, in Umbrië, in een hotel in een klein stadje, als enige gast. In volle zomer! En de uitbaatster zei: “Ja, wij liggen een beetje uit het circuit, en ja, dan ben je eraan.”

 

Verschilt het dolen door Europa, wat u heeft gedaan, dan van het reizen dat vele andere mensen doen?

Hendryckx Absoluut. Ik heb dat heel mijn leven gedaan en doe dat nog. Ik kan nu naar huis gaan, mijn spullen pakken en voor veertien dagen vertrekken. Ik reis, dankzij mijn ouders, heel gemakkelijk. Er zijn mensen in mijn omgeving die niet kunnen reizen en huiveren om in een ander bed te slapen. Ik zou mij ophangen moest dat met mij zo zijn. Ik denk dat ik pas goed slaap in een ander bed.

 

Een pak blubber

Was het veelvuldig gebruik van uw 50mm lens een esthetische of praktische keuze (deze lens wordt gezien als een allrounder, nvdr.)?

Hendryckx Het is vooral een inhoudelijke keuze en het gaf me dat back to the roots-gevoel. Een zekere eenvoud. Ik heb een Nikon D700, die is relatief klein en ziet er een beetje als een amateurcamera uit. Een voordeel in straatfotografie.

 

En de keuze voor zwart-wit?

Hendryckx Kranten waren de eerste 25 jaar van mijn loopbaan in zwart-wit. Ik heb bijna 30 jaar iedere dag in een donkere kamer gestaan. Ik deed dat graag, maar ik ben zeer content dat ik er vanaf ben. Ik heb lang les gegeven en het eerste jaar was enkel zwart-wit. Als je een goed zwart-witbeeld kan maken, is die stap naar kleuren eigenlijk vrij gemakkelijk. Zwart-wit is een basis, een structuur. Als je uit je lichaam je geraamte zou halen, dan ben je een pak blubber. Het geraamte zorgt ervoor hoe je eruit ziet, wie je bent. Die grafische ondertoon, het skelet in een foto, is zwart-wit, en kleuren hangen daaraan.

 

Nog even terug naar het reizen zelf. U hebt nog een boek gemaakt over reizen, ‘Twee ezels’. Was het reizen daar anders dan nu?

Hendryckx Daar had ik wel een doel: te voet naar Olympus. En dat zonder voorbereiding. Het was absoluut dolen. Ik heb altijd op die manier gereisd. Vroeger hadden we een spelletje; dan liftten we altijd van op de autosnelweg in Gent. Als er dan een auto stopte, vroeg de chauffeur: “Naar waar moeten jullie?” Waarop wij vroegen: ”Nee, nee, naar waar moet jij?” Het is alsof je aan een roulette draait, hè. Je weet nooit waar je zal uitkomen.

 

Ik ben zeer, zeer lief

In een eerder interview zei u ook al dat je verliefd moet zijn op je onderwerp. Geldt dat voor al uw fotowerk?

Hendryckx Absoluut. Voetbal, ik haat dat. Ik vind het creepy. Net daarom heb ik nog nooit een goede voetbalfoto gemaakt, omdat het mij niet interesseert. Als fotograaf moet je met de wereld, die ook je onderwerp is, niet sollen. Anders maak je het voor jezelf onmogelijk. Ik vind dat sommige fotografen zich arrogant gedragen ten opzichte van de mensen die zij portretteren. Mensen belachelijk maken met fotografie is ook zeer gemakkelijk. Je hebt iemand die je portretteert eigenlijk volledig in je macht. Net daarom ben ik zeer, zéér lief voor de mensen. Veel liever dan voor mijn vrouw bijvoorbeeld. De mensen neem ik een beetje in bescherming. De persoon, die ik geportretteerd heb, wil ik ‘s anderendaags kunnen tegenkomen, zijn foto in de krant zien en hem horen zeggen: "Ok, dat ben ik. Het doet misschien pijn wat je toont. Het is misschien een beetje ontluisterend. Maar wat je toont, dat ben ik." Nooit zou ik willen horen dat ik iemand belachelijk heb gemaakt. Daar zou ik kapot van zijn.

 

Mensen belachelijk maken met fotografie is zeer gemakkelijk. Je hebt iemand die je portretteert eigenlijk volledig in je macht.

 

Elke vorm liefde verandert na verloop van tijd. Het gaat van verliefdheid naar liefde. Is die passionele relatie met uw onderwerpen nog steeds aanwezig, of gaat het langzaamaan om een ‘getrouwd koppel’?

Hendryckx Dat is een interessante vraag. Het is net daarom dat het boek mij zoveel deugd heeft gedaan. Ik fotografeer altijd in België; naar Spanje gaan, bijvoorbeeld, is fris voor mij. Dan is er inderdaad weer zo’n verliefdheid. Over Gent heb ik twee fotoboeken gemaakt, maar foto's in Gent wil ik niet meer maken. De prille verliefdheid is weg. Dat maakt journalistiek juist zo fantastisch, je komt altijd nieuwe mensen tegen. De wereld is in beweging.

 

Michiels dada’s

Bij het grote publiek werd u onder meer bekend door uw verschijning in televisieprogramma’s als ‘De bende van Wim’ en ‘Het Bourgondisch complot’. ‘De bende van Wim’ sloot steeds af met enkele sprekende foto’s van uw hand. Sloot dit het meest aan bij uw werk als fotograaf? Of was er iets anders dat u aansprak in deze projecten?

Hendryckx In ‘De bende van Wim’ had ik een beetje inbreng. ‘Het Bourgondisch complot’, daarentegen, was volledig mijn ding. In alles wat ik doe zitten mijn dada’s wel, maar in deze tentoonstelling uiteraard meer dan in mijn werk voor de krant. Daar leg ik ook wat van mezelf in. Maar dat is zeer subtiel, hè. Om te beginnen moeten de journalist van het artikel en de eindredactie gelukkig zijn. En dan heb ik nog een kleine marge van pakweg 5 procent waarin ik iets van mezelf kan steken. Dat kan een vleugje humor zijn, iets wat mij nogal dierbaar is. De mensen die mij goed kennen zeggen meteen: “Ah ja, dat is Michiel.” Ze hoeven zelfs niet kijken naar het onderschrift.

 

In welke mate hebt u inspraak in de keuze van de foto’s in de krant?

Hendryckx Ik kan de eindredactie sturen. Als ik nu echt zeg: “Dat is bingo!”, dan wil ik het risico niet lopen dat ze toch die andere kiezen. Dan bel ik. Of ik ga nog veel straffer: ik stuur er maar één door.

 

Werkt u eigenlijk het liefst voor de krant of voor uw eigen projecten?

Hendryckx Ik werk zeer graag voor de krant. Ontzettend graag. Nog altijd.

 

Liever dan het maken van zo’n boek?

Hendryckx Nu stel je mij een zeer moeilijke vraag. Toen het boek af was dacht ik: “Godverdomme, Hendryckx, waarom heb je dat niet vroeger gedaan?” Ik heb ook enorm genoten van dat alleen reizen. Alleen te leven van de fotografie is nog nooit zo tof geweest. Je pakt je laptop, je camera en je kan met relatief weinig hardware de beste fotograaf van de wereld zijn.

 

Is het dan iets dat iedereen kan leren?

Hendryckx Neen, maar er zijn zeer veel mensen met talent die het nu gemakkelijker kunnen ontwikkelen. In mijn lessen op de academie zei ik altijd: “Je kan de taal leren, maar heb je wel iets te vertellen?” Dat was een groot probleem. Ze hadden de passie niet voor hun onderwerp. Bij sommige studenten was ik echt niet graag gezien omdat ik mijn gedacht zei. Ik ben in van alles geïnteresseerd. Een gouden tip: als je wil fotograferen, ga dan alleen. Laat niemand op je wachten, neem je tijd en heb geduld. Dat is niet alleen met straatfotografie zo, maar eigenlijk met alles.

 

Ik krijg een stijve van die foto

U hebt al jaren ervaring in het vak. Wat vindt u de belangrijkste evolutie die er zich heeft afgetekend?

Hendryckx De digitalisering natuurlijk. En de autofocus, die wordt een beetje vergeten. Ik ben tevreden met de digitalisering, niet omdat je kan manipuleren, maar omdat dat je in RAW kan ontwikkelen (RAW is de extensie van het onbewerkte digitale bestand, nvdr.). Neem bijvoorbeeld de foto in de tentoonstelling van een soldaat in Zwitserland, die poseert voor de sneeuw met een ballon in zijn handen. Die foto is, technisch gesproken, een wonder. Het is namelijk een foto in de vlakke zon, in de winter, op de middag, in de sneeuw. En daarvoor staat er een soldaat met bijna zwarte kleren aan. Dat is horror in de fotografie. Wel, die foto is met RAW in verschillende lagen ontwikkeld. En nu heb je perfect detail in die sneeuw en de bergen op de achtergrond. Ik krijg een stijve van die foto. Daarnaast is het fantastisch dat je foto’s kan zenden via het internet. Wat een luxe! Als je weet wat er vroeger allemaal bij kwam kijken met de labo’s en donkere kamer, dat was onvoorstelbaar.

 

Iets helemaal anders. Vrijdag 25 september kreeg Carl Dekeyzer carte blanche om De Standaard onder handen te nemen. Wat vond u van het resultaat?

Hendryckx Echt fantastisch! Het was natuurlijk alleen buitenlands nieuws, hé. Het zou niet elke dag kunnen, want ik wil ook wel binnenlands nieuws krijgen. Maar wat daar allemaal in stond! Ik heb het nog gezegd tegen mijn hoofdredacteur: “Makker, je brengt mij op ideeën!” Op de cover van ‘De Standaard der letteren’ staat er een foto van iemand die in een bos leeft, en je ziet alleen maar een matje dat daar ligt, en een peertje. Fantastische foto. Magic! Ik ga daar toch een keer op doorduwen bij de krant. Misschien is het ook wel mijn schuld: ik doe te veel aan zelfcensuur. Ik ben dan ook een brave mens.

 

Ik ben zeer, zeer lief voor mijn subjecten. Veel liever dan voor mijn vrouw bijvoorbeeld.

 

Vindt u, net als Dekeyser, dat de Vlamingen “van onder de kerktoren gehaald moeten worden”?

Hendryckx Ik zou niet willen dat De Standaard geen binnenlands nieuws geeft, maar ik kan hem daar wel een stuk in volgen. Dat reizen is voor mij geen pose. Ik ben erg geïnteresseerd in Europa. Al vind ik dat er te weinig over in de kranten staat. De hele actieve bevolking in Roemenië is weg, bijvoorbeeld. Die zitten echt overal, en dat al jaren. Daar heb ik nog nooit iets over gelezen in de kranten bij ons. Wat wordt er over Europa geschreven? Het institutionele, het politieke, of het gaat naar de afdeling citytrips, maar over het wezen van Europa … In de tentoonstelling zit een foto van een man met een kaartje waar op staat: “Ik ben illegaal en heb twee kinderen, kan je mij geen geld geven?” Dat is een Roemeense man die in het Spaanse stadje Tarifa een illegaal speelt om te kunnen bedelen. Hij zei me dat hij een kamer huurt aan de rand van de stad en er tijdens de zomer vier maanden ‘werkt’. Met dat geld kan hij de hele winter royaal leven in Roemenië. Dat is toch straffe kost.

 

Zijn voorbeelden belangrijk voor u?

Hendryckx Ja, heel belangrijk. Het is een van de redenen waarom ik gestopt was met lesgeven. Ik was een beetje gedegouteerd door de studenten. Ze hadden geen voorbeelden meer, konden geen fan zijn. Dat is voor jonge mensen en mensen die jong willen blijven essentieel. Fan zijn is eigenlijk zeggen: daar wil ik komen. Ik zal nooit Bresson zijn, ik probeer het ook niet (Henri Cartier-Bresson is een vermaard fotograaf, nvdr.). Maar dat zijn ijkpunten.

 

Paranoïde kindertoestanden

Hoe staat u tegenover die nieuwe media waarin foto’s verspreid worden? Ik denk aan Flickr, blogs …?

Hendryckx Het internet is fantastisch. Maar ik zoek dat vooral wild. Niet in Flickr of zo. Actief zijn in die zaken, dat wil ik niet. Een tijdje geleden kreeg ik: "Roland van Campenhout wants to be your friend." En dat is een vriend van mij, dus ik bel hem en zeg: “Maar Roland, kom toch koffie drinken!” Ik hoef mijn tijd toch niet via Facebook te verdoen. Nu zal ik een straf verhaal vertellen. In Engeland was ik voor dat boek aan het fotograferen en er was een prachtig wit gebouwtje waar ze balletmeisjes leerden dansen. In Engeland zijn ze als de dood voor pedofilie. Het is echt een fobie. Ik leg de directrice uit wat ik aan het doen ben en ze zegt dat het geen probleem is. Aan de deur vraagt ze mij: “Mag ik eens naar uw website kijken?” Ik zeg dat ik die niet heb en plots besta je niet meer. Ze zei: “Sorry meneer, dan kan ik u niet vertrouwen.” Dus ik moet dringend een website hebben alleen al om te kunnen zeggen: “Kijk daar naar.” Paranoïde kindertoestanden...

 

Mist u uw fotoblog, ‘Boeketje Michiel’?

Hendryckx Om te beginnen over ‘Boeketje Michiel’: ik word daar ziek van. Ik zal u zeggen wat voor een lieve gast ik ben. Op een bepaald moment stem ik in om een blog te maken en een jonge eindredacteur komt overgelukkig naar me toe: “Ik heb een naam gevonden: Boeketje Michiel.” Ik wou hem daar niet mee kwetsen, maar dacht bij mezelf: “Het is niet waar, hè.” Die blog, dat was iets heel raars. Die was zeer succesvol en dan kreeg ik ook heel negatieve reacties. Echte laster eigenlijk. En op een avond was ik het zo beu dat ik er alles heb afgesmeten. Hup, gedaan! Ik vind vooral dat anonieme ervan… Jij mag tegen mij zeggen dat ik een klootzak ben, maar ik wil wel kunnen antwoorden en vragen waarom. Ik ga wel met een website beginnen. In de toekomst wil ik nog in een balletschool binnen geraken.

 

Cheese, wine and women

In een eerder interview met dwars, enkele jaren geleden, zei u eens: “De gsm met ingebouwde camera is een modeverschijnsel waar we eens aardig om zullen lachen binnen een vijftal jaar.” Dat was 2004. Nu zijn we vijf jaar later, mogen we lachen of huilen?

Hendryckx Ik denk daar nog altijd zo over. Dat is geen fotografie. Dat wordt doorgegeven, en daar wordt eens mee gelachen. Jongens in de klas doen hun broek open en fotograferen hun stijve. Dat is natuurlijk leuk en ik heb daar absoluut niets tegen. Maar ik vind bijvoorbeeld textuur echt heel belangrijk en één van de verborgen verleiders van de fotografie. Zo’n gsm is geestig maar blijft een gadget. Er zit een onooglijk klein optiekje in. De gouden regel: om goede foto’s te nemen heb je glas nodig.

 

Ik was een beetje gedegouteerd door de studenten. Ze hadden geen voorbeelden meer, konden geen fan zijn. Dat is voor jonge mensen en mensen die jong willen blijven essentieel.

 

U hebt al vaak uw liefde betuigd, ook in vorige interviews, aan Frankrijk. Wanneer komt daar een fotoboek over uit?

Hendryckx Mijn uitgever heeft al gezegd: “Je hoeft daar niet zo over te zagen, je mag er een maken.” Dat is over drie jaar, met tekst en foto’s, in kleur. Het wordt een soort definitie van “Wat is Frankrijk?” Ter illustratie: op de begrafenis van Ted Kennedy, de jongste van de fameuze Kennedy dynastie, op het moment dat ze de kist in de grond zullen steken, zegt zijn oudste zoon: “Our father was France: Cheese, wine and women.” Er is geen enkel land dat zo een merk is. Frankrijk staat voor levensvreugde, genot. En ik wil een verhaal maken over die mythe.

 

Nog een laatste vraag. Waarom moeten de mensen komen kijken naar de tentoonstelling?

Hendryckx Omdat de tentoonstelling absoluut atypisch is. Ze mist alle cynisme dat nu bon ton is. Het is een mild beeld zonder flauw te zijn van het continent waarin we leven. Ik vind het boek van Geert Mak over Europa bijvoorbeeld fantastisch, maar het was nog sterker geweest als hij tussendoor ook iets had verteld over het Europese genie. Parijs, de impressionisten of kathedralenbouwers. Zijn conclusie is ook heel negatief. Ik ben een ander mens. Ik ben een katholiek, Mak is een protestant. Er is een echte breuklijn in Europa tussen de protestantse en de katholieke wereld. Op alle vlakken. In dat katholieke gedeelte voel ik mij op mijn gemak. In Noorwegen, een echt protestants land, kwam ik 's morgens toe van de ferry uit Engeland. Prachtig land, prachtige landschappen, maar je kan nergens koffie drinken, de fret is er niet te vreten, mensen lopen er allemaal met een vieze muil; typisch protestantse toestanden. En na een week dacht ik: “Het is hier mooi, maar ik wil hier weg." Liever het zuiden: Spanje, Italië, en natuurlijk Frankrijk. Een protestant kan niet biechten. Hij leeft heel zijn leven onder het juk van zijn zonden en neemt die mee in het graf. Vandaar dat die wereld zo godvrezend en paranoïde is. Katholieken gaan in de carwash van de biechtstoel en zeggen: “Ok, what’s next!?” En zelfs als we daar lang niet meer in geloven en niet meer aan meedoen, zit dat nog voor vele generaties in ons DNA. En dat is fantastisch.