Liefste dwars,
Londen is geen makkelijke geliefde. Ik denk dat weinig bezoekers liefde op het eerste gezicht zullen voelen voor The Big Smoke, maar eens ze je hart heeft veroverd, wil je haar voor geen geld ter wereld verlaten.
Mijn eerst indruk van Londen was die van een grijze, drukke en bovenal rommelige stad. Het Londense stratenplan heeft veel weg van een spinnenweb en ik ben dan ook al dertig keer verdwaald in de vijf straten rondom mijn universiteit. Prachtige architecturale hoogstandjes worden afgewisseld met gedrochten, enorme supermarktketens overschaduwen historische gebouwen. Deze chaos, gecombineerd met zes uur zonneschijn per week en het feit dat geld hier lijkt te verdampen, drijft een verse inwijkeling in eerste instantie tot wanhoop.
Maar dan krijg je de kans om ’s nachts een Shakespeare-adaptatie in The Globe mee te maken, word je meegesleurd in één van de multiculturele carnavals die hier elke zomer georganiseerd worden of beland je onverwacht op een optreden in een bar die nog het meest lijkt op een roodgelakt Bourlatheater en besef je dat het niet gemakkelijk zal zijn om terug te keren naar Antwerpen.
Ik zit hier nog maar twee maanden en heb al het gevoel dat ik dringend minder moet slapen indien ik de helft van mijn to do-lijstje wil afwerken. Mijn zoektocht naar een Brit die mij in sneltreintempo kan inwijden in het beste wat Londen te bieden heeft, heb ik gestaakt. Een derde van de Londense populatie is van niet-Britse origine, als je daar tweede en derde generatie bij telt kom je aan meer dan de helft. Het positieve daarvan is dat niemand een probleem maakt van mijn abominabele Engels: de meerderheid van de Londenaars is namelijk nog onverstaanbaarder. (Vooral supermarktpersoneel lijkt een geheel eigen variant van de Engelse taal te hebben ontwikkeld.)
Omdat Londen geen stad, maar een land op zich is, vind ik het lastig om maar enkele tips te geven over wat je zeker moet doen tijdens een bezoekje. Voor jullie onderneem ik echter een liefdevolle poging.
Sabeth
Wist je dat… |
---|
... bijna alle musea in Londen gratis zijn. De Britse overheid heeft er geen problemen mee om drie euro te vragen voor een metroritje, maar vindt het wel noodzakelijk dat Caravaggio en Picasso voor iedereen toegankelijk zijn. ... winkelen in Londen onbetaalbaar is, behalve als je naar de markten gaat. Elke buurt in Londen lijkt zijn eigen overdekte markt te hebben met specialiteiten aangepast aan de smaak van de lokale bewoners, gaande van veel te dure en biologische hapjes op de Southbank of ‘het Zuid’, tot tweedehandskleding en bric-à-brac bij Liverpool Street station in het oosten. ... je rust vindt in Londen in één van de vele parken, waar de tamme eekhoorns op slinkse wijze onbewaakt voedsel trachten te verdonkeremanen. Blijkbaar zijn de vogels er ook de moeite, want in 2006 werd in het St.-Jamespark een pelikaan gespot die een duif naar binnen werkte. Officiële verklaring van de Britse overheid: “Deze pelikaan was Russisch.” ... je je buik in Londen vult met scones, één van de weinige smakelijke dingen die de traditionele Britse keuken te bieden heeft. Het beste Londense voedsel is buitenlands, iets waar handelaars handig gebruik van maken. Ik ben hier al op de vreemdste voedingswaren gestoten die typically Belgian waren. |