Interview met Luc Tuymans, eredoctor aan de UA

26/04/2006
đź–‹: 

Hij is Antwerps, wereldberoemd en kreeg een eredoctoraat van de UA voor maatschappelijke verdienste. Luc Tuymans, een der titanen van de schilderkunst, spreekt over maatschappij, intellectuele elite en de passie van het kunstenaarsgenie.

U ging als kind niet graag naar school. Wanneer wist u dat u schilder wilde worden?

Luc Tuymans Ik heb altijd al getekend. Vroeger ben ik daardoor zelfs van de kleuterschool gegooid. In de klas tekende ik steeds maar op rollen behangpapier. Op een gegeven moment tekende een ander kind over mijn tekening en dat was taboe voor mij. Ik heb dat kind in razernij bijna gewurgd en ben toen uiteraard van school gevlogen. Toen ik een jaar of zeven was, ging ik op vakantiekamp met kinderen en daar werden allerlei wedstrijden georganiseerd. Ik heb toen gewonnen met mijn tekening en heb op het podium mogen staan. Toen dacht ik: “dit is het dan, dit gaat het worden.” (lacht). De uiteindelijke beslissing is wel pas gevallen toen ik dertien was. Eén van mijn ooms was namelijk machinist en hij had me eens meegenomen op een reis. Dat was mijn andere fascinatie. Ik heb toen moeten beslissen: zou ik naar de militaire school gaan of ging ik dit doen? Ik heb voor schilderen gekozen.

 

U vertrekt voor uw werk regelmatig vanuit foto's, dienen zij als inspiratie?

Tuymans Mijn werk gaat gepaard met een heel gecompliceerd proces. Het is niet enkel het naschilderen van foto's. Ik maak maquettes en voorstudies en ik gebruik ook polaroids, omdat dat al een vervorming geeft. Daarbuiten werk ik ook met tekeningen. Mijn kunst is dus niet enkel een reactie op het fotografische beeld. Ik werk in verschillende stappen. Mijn manier van werken is heel voorbereid en dus – met uitzondering van een aantal werken â€“ weinig spontaan. Meer dan het fotografische element is het idee van belang voor het beeld. Wat betekent het beeld? Hoe moet het worden vormgegeven? Dat is een lang proces. Het gaat om een voorstelling van hoe de beelden eruit moet zien. Dan pas worden ze geschilderd.

 

U zegt over uw werken dat het 'authentieke vervalsingen' zijn. Wat bedoelt u daarmee?

Tuymans Veel van mijn werken – ook al zijn ze getekend – zijn gemaakt op basis van reeds bestaande beelden. Het echte verhaal, hoe ik op het idee gekomen ben om mijn werken ‘authentieke vervalsingen' te noemen, is ontstaan doordat ik op mijn zeventiende drie maanden heb gewerkt aan een zelfportret. Ik heb daar toen elke dag keihard aan gewerkt, ben steeds weer opnieuw begonnen. Uiteindelijk heb ik er een geldprijs mee gewonnen â€“ bij het vroegere Gemeentekrediet. Bovenop die geldprijs kreeg ik een boek van James Ensor en in dat boek stond een zelfportret van hem dat gewoon van hetzelfde idee vertrok als dat van mij. Toen dacht ik: “wat heb ik hier drie maanden zitten doen?” Aan de andere kant besefte ik ook dat zoiets normaal is. Geen enkel beeld komt namelijk uit de lucht gevallen. Zo kwam ik bij de idee van die ‘authentieke vervalsingen'. Elk beeld is een authentieke vervalsing. Een gezond wantrouwen is trouwens niet misplaatst tegenover eender welk beeld, zelfs niet tegenover je eigen werken.

 

Uw schilderijen appelleren steeds aan een – vaak politiek geladen en zelfs gruwelijke – werkelijkheid. U hebt gewerkt rond de Holocaust, schilderde Lumumba en Condoleezza Rice en recent maakte u een reeks die gebaseerd was op foto's van mensen met een (geestes)ziekte. Er zit steeds een heel verhaal achter uw werken. Is het voor u ook belangrijk dat mensen uw werk kunnen appreciëren zonder dat verhaal te kennen?

Tuymans Natuurlijk. Dat is het belangrijkste. Maar het plezier van het schilderen bestaat er voor mij in dat ik beelden naar de werkelijkheid maak. De werkelijkheid is voor mij een noodzakelijk gegeven. Ik heb het nodig om daarvan te vertrekken, om de kick te hebben er iets van te kunnen maken. Daarin ligt voor mij ook de drang om iets te maken. Zoals de schilderijen uit mijn reeks ‘De diagnostische blik'; die zijn ontstaan uit gesprekken met een psychoanalist. Ik heb bijvoorbeeld een portret van een jongen met de bof en een kind met kanker geschilderd, waarbij ik de ogen systematisch verplaatst heb zodat je geen empathie meer kunt hebben. Zo ontwikkel je als toeschouwer ook geen psychologie. Ik wil de hardheid van het portret laten zien. Het is ook horizontaal geschilderd, zodat het beeld vervlakt en je daardoor niet in het beeld gezogen wordt.

 

Gelooft u in de politiek-maatschappelijke werking van kunst?

Tuymans Ik geloof dat kunst een bepaalde politiek-maatschappelijke werking kĂ n hebben, maar ik vind het iets anders een werk vooraf te maken met een politieke boodschap dan achteraf die boodschap eraan toe te voegen.

 

Voegt u zelf een duidelijke boodschap toe aan uw werk?

Tuymans Het is altijd dubbel. Ik zal nooit een vingerwijzing maken, ik ga niet moraliserend te werk. Ook mijn werken over de Holocaust zijn voor mij bijvoorbeeld eerder werken die deel uitmaken van de cultuur als non-cultuur. De horror is te groot, is bijna niet bevattelijk. Toch zijn die zaken gebeurd. Die plaatsen bestaan nog steeds. Er zijn meer landschappen geschilderd dan bergen met lijken.

 

Heeft u een favoriete kunstenaar, een held?

Tuymans Natuurlijk, ik heb er verschillende! Maar er is één schilder die me tot op de dag van vandaag blijft fascineren door de impact van zijn werk: El Greco. Hij liet zien wat schilderen eigenlijk betekent. Ik ontdekte hem per toeval in Boedapest. Hij heeft mij enorm weten te verbazen met het pure, het fysieke van zijn schilderijen. In plaats van een koel kleurenpalet toonde hij heldere kleuren. Hij maakte van zijn werken iets dat bleef hangen. Ik ben gaan grasduinen in de stadsbibliotheek en heb ontdekt dat El Greco slechts vierentwintig jaar was tijdens de inquisitie. Daar heeft hij zichzelf briljant verdedigd door te praten over beeldvervormingen. Er zit dus – hoewel het ook heel mystiek is – veel meer ratio achter zijn werk zat dan je op het eerste zicht zou vermoeden. Tot op de dag van vandaag blijft de vraag bij mij zich opdringen: “Wat zou Rubens van El Greco hebben gedacht?”

 

Dankzij de nieuwe media worden we dagelijks overspoeld door beelden. Ervaart u dat als een bedreiging voor de schilderkunst?

Tuymans Je kunt je de vraag stellen of je wel een gevecht moet aangaan met de nieuwe media? Het is onmogelijk te ontsnappen aan hun invloed. Zelf ben ik met de televisie opgegroeid. De beïnvloeding is er, er is altijd een overlast aan beelden. De beelden die gecreëerd worden binnen de schilderkunst verschillen echter sterk van die uit de media. Schilderkunst heeft namelijk een enorm vertragingseffect. Haar kracht levert unieke beelden waarin telkens een fysiek spoor aanwezig is. Daardoor gaan mensen er ook anders op reageren. Je zult je schilderijen ook anders herinneren dan andere beelden, dat is statistisch bewezen. Niets kan de schilderkunst ooit verdringen. Wat je met die vraag aankaart, is dan ook een onbestaand probleem.

 

Hoe gaat u om met de crisis in de hedendaagse schilderkunst? Kunst heeft niet echt een vanzelfsprekende functie meer. Ze moet zichzelf steeds bewijzen.

Tuymans Daar merk ik niet veel van, zeker niet wat betreft de kunstmarkt. Daar is helemaal geen sprake van een crisis. Amerikanen kopen alles systematisch op om maar niets te missen. Dit is een belachelijke positionering die gemaakt wordt door groepen die hun eigen territorium verdedigen â€“ namelijk critici en kunsthistorici â€“ binnen het spel van de kunst. Mijn collega's en de mensen die mijn werk ondersteunen hebben mij nooit de vraag gesteld: “Waarom schilder je nog?” Dat is een belachelijke vraag! Het is toch niet omdat mijn werk goed verkoopt dat ik zou stoppen kunstenaar te zijn? Ik ben toch ook niet om den brode begonnen? Ze willen mensen in een hoekje duwen. Ze weten dat een schilderij een inhoud heeft, maar ze beseffen ook dat ik gewoon een marktwaarde ben. Het is dom van dat soort mensen om alleen maar over geld te lullen. Het is een vraag die gefingeerd is en voortkomt uit misverstanden uit de theoretische wereld, die natuurlijk naar kunst kijkt vanuit een zekere onderbouw en in die zin misschien zelfs parasitair is.

 

U bent niet mild voor de kunstwereld.

Tuymans Ik had heel veel verwachtingen over die wereld – zeker wat betreft het intellectuele – maar ik ben extreem teleurgesteld. Ondertussen heb ik geleerd de scheiding te maken tussen wat de kunstwereld is en wat het maken van een kunstwerk is. Ik engageer mij voor beide zaken met evenveel energie, maar het blijven twee verschillende dingen. In die zin houd ik dat ook buiten mijn werk. En wat ik zeg is nog iets anders dan wat ik schilder. Een schilderij spreekt niet.

 

Voor een man van uw leeftijd – 48 jaar – heeft u veel zaken verwezenlijkt om trots op te zijn. U bent de eerste levende Belg die in Tate Modern heeft geëxposeerd, en nu krijgt u een eredoctoraat van de Universiteit Antwerpen (voor maatschappelijke verdienste). Gaat u niet naast uw schoenen lopen?

Tuymans Nee, nee. Ik vind dat een eer, ook omdat ik het eredoctoraat van mijn eigen stad krijg en dat is voor mij heel belangrijk. Antwerpen is geen onproblematische stad. Kijk maar naar de opkomst van het Vlaams Belang. Dat eredoctoraat is een stuk status dat kan uitgespeeld worden. Maar het heeft uiteindelijk voor mij weinig te maken met wie ik ben.

 

U gaat meewerken aan een evenement tegen extreemrechts met Tom Barman en Tom Lanoye.

Tuymans Ja, we denken dat er vanuit de culturele wereld een signaal moet worden gegeven. Het concept moet nog verder worden uitgedacht. We zullen wel zien wat er precies van komt.

 

Heeft u een boodschap voor de Antwerpse student?

Tuymans Heel simpel: stem niet op het Vlaams Belang!