Food for Laughs
Mag er nog gelachen worden? De kans is klein dat iemand volmondig nee antwoordt op die vraag, maar de nuances van enig mogelijk antwoord liggen wat lastiger. Ook binnen theater is het een vraag die volop speelt en een waarop netwerkorganisatie OPENDOEK naar antwoorden wil zoeken. Dat doet ze met Food for Laughs, een mengvorm van een theaterfestival en een congres. Ook enkele professoren aan UAntwerpen werken mee.
Don Verboven van OPENDOEK vertaalt Food for Laughs als “festival slash congres slash ontmoeting tussen theatermakers en iedereen die met theater en humor bezig is.” Het aanvankelijke idee voor een humorfestival bestond twee jaar geleden al. “Toen de vraag naar een humorfestival gesteld werd, was ik eigenlijk niet zeker of we daarmee moesten beginnen. Moesten we niet eens nadenken over humor voor we een festival organiseren?” vertelt Verboven. “Aanvankelijk stelde ik een congres voor, maar dat is uiteindelijk geĂ«volueerd naar de festival-congreshybride die we nu hebben. Ik vind dat ook niet slecht: het zou raar zijn om te praten over humor zonder een keer te kunnen lachen, niet?” Zo’n opvatting past ook goed binnen het doel van OPENDOEK. Als netwerkorganisatie is het hun taak om hun dertigduizend leden te ondersteunen en te begeleiden in hun amateurtheater, opdat ze kunnen groeien, maar ook om speelkansen te bieden aan al die gezelschappen.Â
“We willen al die mensen samenbrengen, want er bestaan veel vragen over humor. Denk maar aan de discussie rond FC De Kampioenen”, stipt Verboven aan. “Spelen we die afleveringen nog af of niet? Dat is een fundamentele discussie die je op een gegeven moment als maatschappij moet voeren: hij gaat tenslotte over de grenzen van humor. Wanneer kwets je, waar leg je de grens? Als maatschappij bouw je daar een kader voor. Nu, die grens staat nooit echt vast en verschuift steeds. Wij vinden dat we daarover in discussie moeten gaan.” Â
Zo een discussie wordt bijvoorbeeld in Let’s Laugh Together gevoerd, de late-nightvoorstelling. Johan Petit keek in zijn platen- en boekenkast naar alles waarmee hij vroeger moest lachen. Die selectie zal hij voorleggen aan een kritisch panel, dat bestaat uit Damiaan De Schrijver en Gorges Ocloo, en aan het publiek. Verboven: “Kunnen we daar nu nog mee lachen? Humor evolueert. Tegelijkertijd organiseren we Food for Laughs ook om de gezelschappen nieuwe teksten te laten ontdekken. Veel groepen zijn tenslotte constant op zoek naar een goed, nieuw repertoire, teksten die Ă©n actueel en modern Ă©n humoristisch zijn.” Met workshops en masterclasses wil Food for Laughs de theatergezelschappen nieuwe teksten en technieken aanreiken. Ook dat is deel van de ontmoeting die ze willen bewerkstelligen.Â
De ontmoeting willen faciliteren betekent niet dat Food for Laughs ambieert elke vraag die ze stellen op te lossen. “Als we ze opgelost krijgen, des te beter”, lacht Verboven. “Maar we willen vooral horen wat er leeft. Op zaterdagavond zetten we Lectrr, huiscartoonist van De Standaard, en Dick Zijp, professor aan Universiteit Utrecht, samen. Lectrr stelt dat grenzen aan humor niet nodig zijn: met zijn cartoons wil hij zelfs voor een stuk provoceren.” Lectrrs visie wordt deels bepaald door zijn werk bij Cartoonists Rights Network International, een organisatie die wereldwijd cartoonisten opvangt die vanuit regimes te maken krijgen met censuur. Ook werd Lectrr al met de dood bedreigd om zijn cartoons en kreeg hij daarvoor politiebescherming. “Zijp denkt vanuit academische hoek na over waar de grenzen van humor liggen. Door zo’n ontmoeting en door vragen te stellen zullen er nieuwe vragen opkomen.” Aan het einde van Food for Laughs wordt alles samengebracht in De Grote Revue, gebracht door Ruud Gielens. “Misschien trekken we zelfs al enige conclusies!”Â
Niet alle grenzen aan humor liggen op dezelfde plek: er zijn ontzettend verschillende soorten humor. Slapstick werkt anders dan sarcasme bijvoorbeeld. Verboven knikt. “Daar starten we het festival mee: we hebben aan Karel Vanhaesebrouck, professor aan ULB en RITCS, gevraagd om een kader te schetsen. Samen met anderen reflecteren we over dat kader. Toch is het goed om een startkader te hebben, dan heb je een lexicon om na te denken over al die vragen. De rode draad doorheen alle soorten humor is dat komische en de humor die daaruit vloeit. Lachen kan heel louterend werken: door humor kan je soms dingen zeggen die anders niet gezegd kunnen worden.”Â
Â
Food for Laughs gaat door van 7 tot en met 9 oktober in Antwerpen. Meer informatie vind je op hun site. Werd jouw interesse geprikkeld door dit artikel? Houd onze sociale media goed in de gaten en maak kans om gratis congrespassen voor Food for Laughs te winnen!Â
- Login om te reageren