Onderweg

Het geestelijk testament van prof. Jef Van Gerwen
01/11/2003
🖋: 
Auteur extern
Gert Van Langendonck

In Augustus 2002 stierf Jef Van Gerwen, één van de meest opmerkelijke professoren van de toenmalige UFSIA. Als docent in de sociale en economische ethiek en de godsdienstwetenschap was hij één van de weinige nog lesgevende Jezuïeten aan de UA. Zijn engagement en gedrevenheid leven nog steeds verder in het sociale weefsel van onze universiteit en natuurlijk ook in ‘zijn’ universitaire stichting voor ontwikkelingssamenwerking, USOS.

Jef Van Gerwen wist reeds geruime tijd dat hij ernstig ziek was, maar tot zeer kort voor het einde, veranderde dit niets aan de manier waarop hij zijn dagen en weken invulde. Zijn diep doordachte en doorleefde christelijke geloof betekende voor hem dat het hele mensenleven eigenlijk doordrongen zou moeten zijn van een onvermijdelijk levenseinde. Hij kon dan ook kort voor zijn dood schrijven:
“… tracht niet verder te piekeren over morgen, maar zie het heden in zijn ware gedaante onder ogen, als de kwetsbare mens die je onbewust altijd al was, maar nu bewust moet zijn”.
Dit opmerkelijke citaat komt uit een boek waaraan Prof. Van Gerwen in het laatste jaar van zijn leven werkte en dat een synthese is van de diepe religieuze en filosofische inzichten die hij als altijd zoekende mens had verworven. Het werd uiteindelijk ook zijn geestelijk testament, zoals blijkt uit wat hij schreef:
“We zullen samen zijn bij en in God, dat is alles, … Als de onschuldige maar herleeft, en het radicale kwaad van de vernietiging niet het laatste woord krijgt. Dat is genoeg.” … meer viel er hier voor hem niet over te zeggen.

 

Vier wegen

In oktober van dit jaar verscheen dan de definitieve tekst van Onderweg: Over de navolging van Christus in de 21e eeuw. Het eerste deel van dit schitterende, pas op het allerlaatste moment voltooide document schetst in eenvoudige maar rake woorden het hedendaagse denken van christenen over de kern van hun geloof.
In het tweede deel worden vier wegen omschreven waarlangs Christus nog toegankelijk zou kunnen zijn voor de 21e eeuwse mens. De kracht van dit werk bestaat hierin, dat voor Jef Van Gerwen de ethische weg, de weg van de mystiek en de esthetische weg die hij beschrijft, geen losstaande en verkapte pogingen zijn om het christendom van de 20e eeuw te rehabiliteren. Het zijn eerder sterk met elkaar verweven manieren om een kritische en authentieke christelijke godsdienstbeleving toegankelijk te maken voor de postmoderne mens. De auteur heeft deze wegen tijdens zijn leven voor een groot stuk zelf bewandeld. De laatste, die van de Ars Moriendi, of de kunst van het sterven, is hij tenslotte tot het einde gegaan.
Onderweg is een glasheldere en eerlijke synthese van de godsdienst die onze westerse cultuur tot op vandaag tekent. Het is ook de blauwdruk van Jef Van Gerwens vruchtbare en ondoordachte geloof in de complexe maatschappij waarin hij tot het uiterste leefde. Een aanrader dus voor iedere eerlijk zoekende mens.

 

UCSIA

Het boek van Jef Van Gerwen is één van de eerste projecten van het Universitair Centrum Sint Ignatius Antwerpen (UCSIA). Deze instelling, die ontstaan is in de schoot van de oude UFSIA, wil het universitaire project in Antwerpen vanuit de traditie van de Jezuïeten voortzetten. De publicatie van dit boek geeft uitgaande van deze doelstelling meteen de aanzet tot een discussie over de actuele betekenis van christelijk geloven. Hierbij aansluitend organiseerde het UCSIA op 8 oktober een colloquium waarop het boek werd voorgesteld door twee internationale theologen (Peter Schmidt en Wil Derkse) en twee collega-jezuïeten (Van Gerwen’s goede vriend Johan Vanhoutte en de Leuvense theoloog Jacques Haers).
Ter afsluiting zong ‘de Vleugel’, een vernieuwende liturgische groep waarvan Van Gerwen deel uitmaakte, enkele liederen en vervolmaakte zo de synthese tussen de indrukwekkende academische en theologische diepgang van dit colloquium en de intieme nagedachtenis van een persoon die in alle opzichten uniek was. Een tweeledigheid die ook in Onderweg terug te vinden is.

 

 

Gert Van Langendonck
De auteur is verbonden aan de Pastorale dienst van de UA