Fons is al vijftien jaar conciërge op de Stadscampus. Samen met zijn zoon bewaakt en zorgt hij voor onze universiteitsgebouwen. ’s Nachts, in het weekend en tijdens vakanties moet er altijd iemand aanwezig zijn. Voor Fons is het wel gemakkelijk dat hij dit werk met zijn zoon kan afwisselen. Ook de goeie band met studenten en academische personeel vindt de conciërge erg aangenaam. Omdat hij vooral ’s avonds werkt kent hij veel mensen die avondlessen nemen, maar ook tussen de jongere dagstudenten voelt hij zich goed in zijn vel. “Tussen de jonge mensen word je niet oud”, verduidelijkt Fons.
Fons wordt ingezet voor het bevrijden van mensen uit gebouwen die er per ongeluk werden opgesloten, of voor het binnenlaten van verwarde professoren die een cadeau en vliegtuigtickets op hun bureau vergaten. Wat zouden we zonder zo’n bewaker doen?