Straten vol kleurrijke vlaggetjes verwelkomen ons na een vermoeiende autorit van meer dan anderhalf uur. We konden ons niets voorstellen bij het West-Vlaamse Westouter en kwamen tijdens de lange rit niet verder dan wat gemopper over de keuze voor dat verre dorpje en de discussie of het nu als Westouwter of Westoeter uitgesproken werd. Toch trokken we er met enkele dwarsers naartoe, want van 7 tot 10 juli stond het volledige dorp in het teken van theaterfestival Spots op West.
De opgetogen sfeer in en rond de spiegeltent, het welkomstgeloei van de koeien meteen achter die tent en het vriendelijke onthaal van medewerkster Liza Renders doen ons al snel vergeten dat we net 144 kilometer gereisd hebben. Toch vraag ik me nog af waarom organisator OPENDOEK geen spiegeltent kon neerplanten in een minder afgelegen oord, laten we zeggen het Antwerpse stadspark. Liza weet ons te vertellen dat Spots op West zijn twintigste verjaardag viert en aanvankelijk in Watou en Westouter voor een erg klein publiek georganiseerd werd. Na drie geslaagde kleinschalige edities werd de hulp van OPENDOEK ingeschakeld om het festival mee vorm te geven. Hoewel aanvankelijk enkele buurtbewoners argwanend op de bemoeienissen van een externe organisatie reageerden, is ondertussen zowel de meerwaarde van een groter festival als de afgelegen locatie voor iedereen vanzelfsprekend geworden.
Een wit met gouden treintje brengt ons naar de verschillende theaterlocaties. We belanden in een plaatselijk café, een schuur en zelfs een loods. De afgelegen locaties gevuld met losse klapstoeltjes creëren een intieme sfeer. Dat laagdrempelige typeert het volledige festival: theaterliefhebbers vanuit het hele land reisden ervoor af naar het verre westen, maar ook geïnteresseerden uit de buurt vonden duidelijk hun weg. Wanneer Kurt Vervloet, artiest van Beter dan Elvis?!, de woorden “voor wie de jaren tachtig van de vorige eeuw niet heeft meegemaakt” uitspreekt en alle ogen plots op ons gericht zijn, besef ik dat we met afstand de jongsten in dat gemengde publiek zijn.
Het jong geweld komen we achteraf in de spiegeltent tegen. Danspunt, een steunpunt voor dans en beweging, heeft daar hun podium staan. Samen met de jongeren van Academie Ninove worden we door een enthousiaste man in disco-outfit naar voren geroepen voor een dansalyse. Vijf dansjes van telkens dertig seconden, een ultrakort fuifje dus, bepalen ons danskarakter. Onze oud-hoofdredacteur krijgt al snel een dramaqueen-stickertje opgeplakt en naast ons slaat een metronoom voortdurend met zijn arm in de lucht. Op datzelfde podium krijgen doorheen de dag verschillende mensen hun five minutes of fame: twee mensen die elkaar enkel kennen van den uitgang dansen samen een tango, een koppel dat die dag gehuwd is zet hun huwelijksdans verder en wie wil kan gelift worden door een kartonnen Johnny en zich een echte Baby voelen.
De hele setting geeft zo’n vakantiegevoel dat ik bijna vergeet dat er nog theater op het programma staat. Onterecht, want we wandelen diep geraakt de zaal (lees: loods) uit. Eerder vandaag keken we al bewonderend toe hoe een man in Elvis-hemd in volledige overgave zijn eigen emoties wist te balanceren met die van zijn personage. Nu doet het theaterduo kleine prettige stoornis hun naam eer aan met een kleine, prettige en gestoorde voorstelling die ons zowel doet schaterlachen als een traantje doet wegpinken. Wat begon met twee vrouwen die met een rode deur tussen zich in het podium op kwamen wandelen en later die deur als slakkenhuis wisten te gebruiken, eindigt met het besef dat thuiskomen voor iedereen anders is. En hoewel we na die twee sterke voorstellingen tijdens de derde teleurgesteld buiten wandelen, fleuren de koeien die op ons af komen lopen ons al snel weer op. We wuiven hen nog even gedag en vertrekken weer naar Antwerpen nadat ze hebben teruggezwaaid met hun staart.
- Log in to post comments