over de effecten van een bekende smart drug

27/02/2020
🖋: 
Auteur

Studenten hebben vaak een pillenstrip in hun ladekastje. Nee, niet die pillen, maar stimulerende middelen. Als je op een blauwe maandag ook eens nieuwsgierig was naar de hype, ben je niet de enige. In 2017 concludeerde het onderzoek "In hogere sferen?", de vierde editie van het Vlaams Expertisecentrum Alcohol en andere Drugs, dat 8,5% van de ondervraagde hogeschool- en universiteitsstudenten weleens een tablet slikte om hun studeerprestaties te bevorderen. Daarbij gaat het uitsluitend om studenten die het medicijn niet om medische redenen slikken. Rilatine is een bekend voorbeeld van deze stimulerende middelen, dat ook in de wandelgangen van UAntwerpen niet onbekend is. Reden genoeg voor dwars om het middel nader te bekijken. 

Studenten zoeken al jaren naar al dan niet illegale ondersteuning bij de examens en smart drugs zijn daar het nieuwe voorbeeld van. Het medicijn is niet zonder doktersbrief te verkrijgen, maar er leiden meerdere wegen naar rilatine. Onder studenten is een illegale handel ontstaan om de regelgeving te omzeilen. Studenten die een doktersbrief hebben, halen bijvoorbeeld bewust te veel rilatine of kopen het online in, waar nog minder toezicht is. 

Wat zit er in rilatine en bij welke diagnoses wordt het verstrekt? Rilatine wordt voornamelijk voorgeschreven aan mensen, vaak kinderen, die de diagnose ADHD hebben gekregen. De werkzame stof in het middel is methylfenidaat, een psychostimulans die het centraal zenuwstelsel stimuleert en vergelijkbaar is met amfetamine (speed), maar aanzienlijk minder potent is. Methylfenidaat is een omstreden stof, die zelfs op de opiumlijst staat. Nieuw is het middel niet, in de jaren 60 werd het al op de markt gebracht en soms ook door studenten gebruikt. Studenten die het middel slikken zijn ervan overtuigd dat het hun concentratievermogen verhoogt, waardoor hun examenprestaties verbeteren. 

Volgens de eerder genoemde studie piekt het oneigenlijk rilatinegebruik tijdens de blok. Volgens professor Geert Dom, gespecialiseerd in verslavingsproblematiek, valt dat te verklaren: "De examenstress die we voelen brengt zeker niet in iedereen het beste naar boven. In een sterk competitieve en stressvolle omgeving is de neiging om naar hulpmiddelen te grijpen groter.” Natuurlijk geldt ook: als je eenmaal begint aan het middel, is het gemakkelijker om het nog eens te gebruiken. De nadelen van rilatinegebruik blijven echter vaak onderbelicht in de mond-tot-mondreclame onder studenten.

sensibilisering onder studenten

Een groot probleem bij illegaal rilatinegebruik is dan ook dat veel studenten niet weten wat de effecten van het medicijn zijn. Dirk Van Look, die zich op het onderwerp stortte na het overlijden van zijn dochter, waar rilatine vermoedelijk een factor was, pleit daarom ook voor sensibilisering onder studenten: “Ze moeten weten dat het gevaarlijk is.” Hij hoopt dat hij het imago van het medicijn kan bijstellen door een tegengeluid te geven, waardoor studenten minder geneigd zullen zijn om naar het middel te grijpen.

Overigens moet wel worden gezegd dat rilatinegebruik in verreweg de meeste gevallen niet levensgevaarlijk is en in de beschreven overlijdensgevallen niet onomstotelijk de enige oorzaak is. Vaak gebruikten de patiënten ook nog andere middelen of hadden ze bijvoorbeeld een rookverslaving, zoals blijkt uit een onderzoek van Nederlands bijwerkingencentrum Lareb uit 2017.

In het geval van Van Look is het anders, zijn dochter, studente Productontwikkeling aan UAntwerpen, gebruikte enkel rilatine. Bijzonder aan de situatie is dat het misging nadat de studente achttien werd en min of meer zelf verantwoordelijk was voor haar rilatinegebruik. Dat roept meteen de vraag op of meer medische controle nodig is nadat ADHD-patiënten officieel volwassen worden. In het kielzog van deze constatering pleit Dirk Van Look dan ook voor meer bewustwording over het medicijn bij huisartsen, die als enige verantwoordelijk zijn voor de verstrekking ervan wanneer een kind met ADHD dat rilatine slikt, achttien jaar wordt. Let wel, controle is verder niet verplicht: als jongvolwassenen niet op spreekuur willen komen om over hun medicijngebruik te praten, hebben zij dat recht. In het algemeen vindt Dirk Van Look sowieso dat er bij een ADHD-diagnose vaak te snel onterecht naar rilatine wordt gegrepen, mede door de farmalobby die het product promoot met als argument dat de voordelen opwegen tegen de nadelen. De nadruk zou eerder moeten liggen op psychosociale begeleiding. Geert Dom heeft eerder een voorkeur voor een combinatie van behandelingen.

van misselijkheid tot verslaving

Is het echt zo gevaarlijk? Het is lastig om dat eenduidig te beantwoorden. Zoals dat bij medicijnen gaat, heeft ook rilatine een waslijst aan mogelijke bijwerkingen. Geert Dom: “De traditionele bijwerkingen bij mensen die het middel regelmatig nemen zijn hoofdpijn, eetlustverlies, misselijkheid, haarverlies, depressiviteit en soms hartritmestoornissen.” Daarnaast kan je bij rilatinemisbruik ook last hebben van angstklachten, verhoogde stressgevoeligheid en onrust. Als je het te vaak neemt, kan het ook verslavend werken: “In het afkickcentrum waar ik werk, zie ik weleens mensen met een verslaving aan rilatine. In de ergste gevallen vertonen zij verschijnselen als paranoia en gedragsontregeling. Maar die verschijnselen zijn dosisgebonden, situatiegebonden en hangen af van de individuele gevoeligheid van de persoon voor het middel. Als je al een aanleg hebt voor hartritmestoornissen, kan het daardoor gemakkelijker escaleren.” 

kortstondige effecten

De vraag blijft of het middel nu eigenlijk wel werkt. Heeft het imago van rilatine gewoon een groot placebo-effect waaraan ons aan vastklampen? Geert Dom: “In principe heeft alles een placebo-effect. Als je studenten een pilletje geeft en zegt dat dit hun leervermogen verhoogt, dan zullen er veel wat beter leren. In dit geval is het medicijn echter wel degelijk een sterk psychoactief middel.” De effecten zijn er dus wel degelijk, maar ook daarbij plaatst Geert Dom een kanttekening: “Rilatine kan je een beetje helpen om je concentratie en aandachtsvermogen te verbeteren op korte termijn. Als je dat langer gaat gebruiken, en dan praat ik over weken, ga je er geen profijt van hebben op je cognitieve functies. De negatieve effecten op geheugen, aandacht en dergelijke zullen gaan overheersen. Je bent dan juist verder af van wat je eigenlijk wilde bereiken.”

Een belangrijke opmerking bij het medicijn is ook dat gebruikers die geen ADHD hebben, eerder de negatieve effecten ervan zullen ondervinden. Ook maakt Geert Dom een duidelijk onderscheid tussen de effectiviteit van rilatine bij eenvoudige en complexe taken. Bij eenvoudige taken, piekprestaties zoals een wedstrijd boksen, is er een duidelijk zichtbaar effect; bij complexe taken ligt het anders. “Bij complexe taken blijkt het veel minder efficiënt om je concentratievermogen te verhogen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een medische operatie leiden of multitasken in het algemeen.”

Piekprestaties is hier dus het sleutelwoord: op lange termijn zal rilatine je studeerprestaties eerder afbreken dan opbouwen. Geert Dom illustreert het concept nog verder met een historisch voorbeeld: “In de Tweede Wereldoorlog kregen de Duitse tanksoldaten tijdens het Ardennenoffensief dagelijks amfetamine, daar zag men ook al dat er sprake was van een piekprestatie bij het middel. Als het gaat om een paar dagen, helpt dat. Ze hebben hetzelfde geprobeerd toen de Duitsers Moskou probeerden te veroveren, maar daar duurde de strijd veel langer en dan begon dat tegen te werken, want die soldaten sliepen niet meer. Het stimulerend effect verdwijnt ook na een paar dagen.” Treffend, aangezien de blok soms ook wel wat weg heeft van een oorlogsgebied, waar opperste concentratie tijdens het studeren een noodzakelijkheid is om niet verrast te worden door de te overwinnen examens. Tegelijkertijd is het overduidelijk niet alles goud wat er blinkt. Rilatine is geen wondermiddel en straft je lichaam af als je het misbruikt, wat in het algemeen van medicijnen gezegd kan worden.

Rilatine is dus zeker niet risicovrij bij studenten die het middel oneigenlijk gebruiken. Hoewel het wel degelijk een effect heeft en op korte termijn je cognitieve functies versterkt, verwisselen die voordelen zich op lange termijn voor nadelen. Maar zelfs ondanks de piekprestaties is het nooit zonder meer een toevoeging, vooral bij complexe taken. Daarbij komt dat rilatine verslavend kan zijn en een hele rits aan vervelende bijwerkingen kan hebben, die dan wel weer sterk afhangen van de dosis, maar ook sneller voorkomen als je enkel slikt om beter te studeren. Misschien de volgende keer toch maar gewoon een kop koffie.
 



de dwarsdoorsnede

27/02/2020
🖋: 
Auteur

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Deze keer is het aan Sam Fender, die op dinsdag 25 februari 2020 de AB wist te vullen. 

Het voorprogramma van The Pale White is voor mij tandenbijten tot het voorbij is. Echt niet mijn ding dus. Het staat veel te luid en de zanger laat zich net iets te vaak op de knieën vallen. Omdat de band zo luid speelt, versta je de tekst niet eens, maar ik laat het niet aan mijn hart komen: een tegenvallend voorprogramma hoeft de avond niet te verbrodden. Wanneer de lichten dan eindelijk voor de tweede keer uitgaan, schieten mijn enthousiasme en adrenaline wel meteen omhoog. Het mag dan de derde keer op een jaar tijd zijn dat ik Sam Fender live zie, mijn hart klopt nog steeds luidkeels in mijn keel wanneer hij het podium op loopt. Ik kan dan ook niet anders dan mezelf een superfan te noemen.

Met Will We Talk? vliegt hij er meteen stevig in en krijgt hij de uitverkochte zaal direct aan het zingen. Die zaal is de ideale mix tussen jong en oud, man en vrouw, wat een heel levendig beeld oplevert. Het zorgt voor een heel interessante dynamiek in het publiek. Na zijn opening gaat hij even energiek verder met Millenial, een nummer waarin hij lacht met hoe de rest van de wereld naar die generatie kijkt. 

Greasy Spoon is een verrassing voor me, aangezien hij dat nog niet eerder in België gebracht heeft. Ik ben wel razend enthousiast, zing elk woord dat ik ken trouw mee en sta te shaken. Ik ben dan ook zeer blij dat het lied live zijn recht krijgt. Sam Fender zingt niet alleen fenomenaal, hij staat ook energiek op het podium en is zeer spontaan en grappig in zijn bindteksten over heel de avond heen. Hij noemt het Belgische publiek een van de meest respectvolle publieken waar hij ooit al voor heeft opgetreden. Ook geeft hij aan een fan een drumstok weg met persoonlijk sterrenbeeld en vertelt hij over hoe zijn huiseigenaar vroeger een ‘arsehole’ was en weinig begrip had voor zijn financieel moeilijke situatie. Voor een fan die luidkeels om een selfie roept, moet hij wel passen.

Met zijn nieuwste single Hold Out krijgt hij opnieuw heel de zaal mee. Dat ik de tekst van het recent uitgekomen nummer nog niet volledig ken, houdt me niet tegen om het beste van mezelf te geven. Ook All is On My Side krijgt van mij alle aandacht die het verdient. Ik heb op het balkon best wat bewegingsruimte en daar maak ik optimaal gebruik van. Alleen jammer dat Sam Fender elke keer achter een paal verdwijnt als ik te veel naar rechts afwijk. 

Mijn absolute hoogtepunt komt na The Borders, wat op zich al een geweldig nummer is, maar niets kan Dead Boys overtreffen. Het is het nummer waarmee ik hem heb leren kennen en live is kippenvel gegarandeerd. Voor mij is dit ook een van de belangrijkste liederen die de afgelopen jaren geschreven zijn. Het kaart de zelfmoorden aan die onder veel jongens in zijn geboortestad plaatsvonden. De manier alleen al waarop dit stevige onderwerp wordt aangehaald, maakt dit nummer steengoed, de fantastische zang en muziek maken er een meesterwerk van. We close our eyes, learn our pain, nobody ever could explain all the dead boys in our hometown. Daar wordt het publiek even stil van. Na dit hoogtepunt speelt Fender het nummer waarmee zijn carrière begon: Play God. Voor sommigen misschien bekend door FIFA 19 als soundtrack van het spel. Hiervoor vertelt hij het verhaal rond dit lied en hoe hij de zang en gitaar nog heeft opgenomen in een oude schuur. Je hebt niet veel nodig als je nummers kan schrijven en kan zingen als Sam Fender. 

Ook met Hypersonic Missiles staat heel de zaal mee te zingen en te joelen, ik uiteraard ook. Het is dan ook de title track van zijn debuutplaat. Fender kondigt hierbij ineens aan dat dit het moment in zijn optreden is waar ze doen alsof het het laatste nummer is. Uiteraard joelt het publiek zo luid dat hij niet veel later alweer terug op het podium staat. White Privilege, een nummer dat deels over Brexit gaat, onderbreekt hij even om ons mee te delen dat hij daar absoluut tegen was. Zijn speech waarin hij vertelt hoe zijn generatie genegeerd werd, is ontroerend. Daarna begint hij opnieuw een zingt zoals hij die avond nog niet gezongen had. Ik had niet gedacht dat dat nog mogelijk was. 

Fender zorgt nog voor een spectaculaire afsluiting met het bijzonder energieke That Sound en een cover van zijn grote muzikale held: Dancing in the Dark van Bruce Springsteen. Ik geef een laatste keer alles wat ik in me heb en zie Sam Fender dat op het podium ook doen. Zijn set duurde niet lang, maar hij en ik hebben er alles uitgehaald wat we konden. 

Zoals eerder gezegd, was het ondertussen al mijn derde keer dat ik Sam Fender live zie. Elke keer weer geniet ik ten volle van zijn optredens, maar ondertussen kan ik wel vaststellen dat zijn setlists altijd sterk op elkaar gelijken. Op zich hoeft dat geen drama te zijn, het is absoluut een formule die werkt, maar misschien zou het fijn zijn als hij de volgende keer zijn nummerkeuze wat omgooit. Fender heeft nog parels op zijn plaat zijn die zeker het live podium verdienen. Alleen hoop ik dan wel dat Leave Fast zijn weg terugvindt, dat nummer was de vorige keren ook steeds een hoogtepunt voor mij.

Sam Fender is misschien nog geen al te grote naam in de muziekwereld, maar met zijn stem, muziek en teksten is dat nog maar een kwestie van tijd. Zijn debuutalbum werd nummer 1 in het Verenigd Koninkrijk en hij heeft de Critics' Choice Award al achter zijn naam weten schrijven. Hij heeft alle elementen in huis en er staat hem nog een grootste carrière te wachten. Ik neem het je niet kwalijk als je hem nog niet kent, maar misschien wordt het dringend eens tijd. Een meesterlijke artiest als deze kom je niet vaak tegen.



blikopener

27/02/2020
🖋: 
Auteur

Mails over feedbackformulieren en herinneringen aan mails over feedbackformulieren overstromen weer de inbox van menig student. Feedback, je vraagt je toch altijd af of de licht emotionele afbranding van je prof nu eigenlijk wel effect heeft op zijn lesgeven. Aan de andere kant, de therapeutische waarde van anoniem gal spuwen op een prof na een matig cijfer mag ook niet onderschat worden. Tot diezelfde prof enigszins gepikeerd voor de klas staat en je je afvraagt of je pittige review het niet alleen maar erger heeft gemaakt.

Amy Quintelier, doctoraatsstudente aan de faculteit Sociale Wetenschappen, zocht naar een antwoord op deze vragen. Weliswaar niet op universitair niveau, maar op basisschoolniveau: “Omdat daar alle leraren aan bod komen tijdens een schooldoorlichting.” Inspecties gaan er daar uiteraard anders aan toe: wij evalueren zelf, daar komen inspecteurs de docent observeren. Er wordt ook geen persoonlijke feedback gegeven, die wordt veralgemeend naar de hele basisschool. Dat is drastisch anders dan de professor-specifieke feedbackformulieren die wij invullen.

Quinteliers onderzoek richt zich vooral op het moment waarop feedback door leraren wordt gelezen. Of academisch verwoord: of affectieve en cognitieve responsen een invloed hebben bij het accepteren van feedback door docenten. Die twee procestypes kunnen als volgt worden omschreven: affectieve processen leggen zich met name toe op de emoties die het krijgen van feedback oproept. Cognitieve processen en gedachten kunnen worden gedefinieerd als de ideeën en gedachten die de leraar heeft als hij feedback krijgt.

onderzoeksopzet

Om dat te onderzoeken is een selectie van basisschoolleraren in Vlaanderen aan een spervuur van vragen onderworpen, sommige iets persoonlijker dan andere. Aan veertig scholen in totaal zijn enquêtes verstuurd en twaalf individuele leraren zijn continu opgevolgd, wat betekent dat ze in persoon bevraagd werden over de schooldoorlichting. Tijdens de interviews werd de leraren gevraagd met welke feedback ze wel en niet akkoord gingen en wat ze daarbij voelden en dachten. Bij de survey kregen leraren een vragenlijst waarbij ze moesten terugdenken aan verschillende momenten tijdens een doorlichting, waarbij ze de intensiteit van dertien emoties in kaart moesten brengen. Tot slot moesten ze uitleggen waarom ze die emoties voelden. Quintelier benadrukt dat ze zich in haar onderzoek alleen op Vlaanderen richt en geen uitspraken kan doen over een ander inspectiesysteem.

geen effectmetingen

De resultaten van de vragenlijst markeren overigens het eindpunt van het onderzoek, er is niet gekeken in het klaslokaal of leraren hun manier van lesgeven ook echt veranderen na de feedback. "We hebben geen effectmetingen gedaan. We kunnen enkel benadrukken welke relatie er is tussen de cognitieve en affectieve processen en de feedbackacceptatie.” Er is ook niet in de klas meegekeken met de inspecteur om de kwaliteit van de feedback te beoordelen. “Docenten zijn niet zo gewillig om onderzoekers toe te laten in het heetst van de strijd.”

Er werd geconcludeerd dat emoties nauwelijks een rol speelden bij de bereidheid van leraren om de feedback te accepteren, met uitzondering van een kleine correlatie tussen boosheid en feedbackacceptatie: “Emoties werden meer geuit wanneer feedback als onrechtvaardig werd gepercipieerd door de leraar.” Hoe relevant de feedback was speelde daarentegen wel een belangrijke rol bij de meeste leraren. “Als de leraren het verloop van de inspectie en de resultaten als onrechtvaardig inschatten, had dat een negatief verband met de feedbackacceptatie.”

feedback is ontwikkeling

Maar hoe kunnen we deze resultaten met de unief verbinden? Uiteindelijk zijn het toch twee afwijkende systemen. En nemen proffen ons wel serieus? “Onderzoek heeft aangetoond dat studentenfeedback wat oplevert. Bovendien is studentenfeedback binnen de unief een van de weinige bronnen voor de docent om zijn of haar aanpak te evalueren.” Het spreekt voor zich dat dit pas geldt als je het formulier niet invult wanneer je fles wijn halfleeg is en er een negen op je scherm prijkt. Moeite steken in feedback heeft volgens Quintelier ook nog een educatieve functie: “Je leert kritisch terugblikken en reflecteren.” Het best doorspek je de commentaar met voorbeelden en verwoord je hem objectief, opdat ze betrouwbaar overkomt. En dat hoeft zeker niet alleen als de professor het te bont maakt in het lokaal, maar juist ook als hij daar excelleert: “Als het goed gaat, mag dat zeker ook wel eens gezegd worden.”

Leraren zijn uiteindelijk maar mensen: ook al zijn ze in Quinteliers onderzoek niet het onderwerp van persoonlijke feedback, ze kunnen het zich alsnog persoonlijk aantrekken. Internationaal onderzoek geeft ook aan dat negatieve feedback voor leraren leidt tot een verhoogde kans op een burn-out of dat het een reden kan zijn tot het verlaten van hun job.

Of dat op de unief hetzelfde is, zal iemand anders moeten onderzoeken. In ieder geval heeft ons huidige feedbackgedrag nog niet tot een proffenexodus geleid, dus het is aan te nemen dat het meevalt. Toch moeten wij misschien als goed voornemen voor dit semester onze proffen een handje helpen door hun motivatie op te krikken en hen een hart onder de riem te steken. Wie weet doe je nog examenvaardigheden op door feedback te geven.
 



over boybanddromen, Amerikaanse studenten en politiethrillers

27/02/2020
🖋: 

Het proffenprofiel toont professoren zoals je ze nog nooit zag: als mensen. dwars stelt de vragen die bij menig student al jaren door het hoofd spoken, maar die ze zelf niet durven stellen. Maarten Van Ginderachter is hoogleraar binnen het departement Geschiedenis. Hij publiceerde al tal van werken, voornamelijk rond het fenomeen van nationalisme. Toch is hij meer dan een historicus. Naast al zijn werk, vond hij een halfuurtje om ons te tonen wie professor Van Ginderachter echt is.

Wat vindt u het leukste aan professor zijn?

Het lesgeven is waar ik het meest plezier aan beleef. Dat is de manier om rechtstreeks impact te zien. Als je onderzoek doet en je artikelen of boeken publiceert, dan krijg je daar altijd maar met vertraging respons op. Terwijl je meteen input krijgt als je lesgeeft aan studenten en dat directe contact geeft me meer arbeidsvreugde. Het onderzoek is natuurlijk heel leuk, maar als historicus zit je meestal in archieven en dat doe je op je eentje. Als je dan iets leuks vindt, duurt het een tijdje voor je daar reactie op krijgt en dat is toch heel anders. Ik heb het onderwijs echt nodig om het evenwicht te bewaren met mijn onderzoek en mijn administratieve taken.

Vindt u dat u van uw hobby uw beroep heeft gemaakt?

(lacht) Nee, dat vind ik een vreselijk cliché. Voor een goed evenwicht heb je hobby’s nodig buiten je beroep. Als je van je hobby je beroep maakt, dan vergroot de kans dat je een vakidioot wordt. En dat is het laatste wat ik wil zijn. Mijn belangrijkste hobby op dit moment is dan ook Nieuwgrieks leren. Ik probeer om de zoveel jaar eens iets nieuws en dat is het laatste nieuwe. Daarnaast speel ik ook nog minivoetbal en ben ik veel bezig met mijn kinderen.

Het is geen geheim dat u af en toe in Amerika vertoeft.

Ja, dat is inderdaad iets wat ik heel graag doe. We zijn met het hele gezin drie keer een half jaar naar de VS gegaan. Dat zijn ervaringen die echt als eyeopeners werken. Ik heb er ook lesgegeven. Dat was zeer interessant. De studenten daar benaderen de lessen en de universiteit op een heel andere manier dan hier. Amerikaanse studenten komen bijvoorbeeld enorm voorbereid naar de les. Door het hoge collegegeld voelen ze zich verplicht om alles uit hun studie te halen. Hier durven studenten al eens te brossen of onvoorbereid in discussieseminaries te zitten. Amerikaanse studenten staan ook sneller klaar met een mening, hoewel die niet noodzakelijk beter onderbouwd hoeft te zijn.  

U schreef een tegenfeitelijke geschiedschrijving. Gooit u daarmee niet de eigen ramen in?

Neen, hoor. Het idee daarbij is dat geschiedenis altijd rond interpretatie draait en nooit enkel rond feiten. Historici proberen complexe maatschappelijke evoluties te verklaren. Om de oorzaken van een bepaald fenomeen te vinden moet je altijd rekening houden met alternatieve scenario’s. Historici houden steeds hetgeen niet is gebeurd in hun achterhoofd. Dat is nodig om te kunnen verklaren wat er wel heeft plaatsgevonden. Bij een tegenfeitelijke geschiedschrijving komen al die alternatieven aan het licht. Dat is een zeer interessante manier om geschiedenis te schrijven. Je toont immers dat er op elk moment ook alternatieven mogelijk waren. Een belangrijke les voor het heden en de toekomst!

Zou u graag opnieuw student zijn?

Niet echt, ik ben vooral heel blij dat ik geen examens meer heb. Die periodes waren voor mij zeker niet de meest aangename. In mijn tijd was dat wel nog compleet anders, want wij werkten met jaarvakken. Je kon dus als het ware het hele jaar niets doen en dan had je in mei de hele maand vrij om te blokken. Ik denk dat wij op die manier veel vrijer waren dan de studenten nu. Aan de andere kant worden de studenten nu wel veel beter begeleid. Tot grote spijt van sommigen zijn er veel meer feedbackmomenten. Bij ons was het een beetje zwemmen of verzuipen. Ik hoop dat dat nu veel minder het geval is.

En voor diegene die denken dat hun traject wat hobbelig verloopt, ikzelf heb eerst een diploma Taal- en letterkunde behaald, Nederlands-Engels. Omdat ik daarna nog niet wilde gaan werken, ben ik toevallig Geschiedenis gaan studeren en daar bleek ik dus wel aanleg voor te hebben. Je komt dus altijd wel op je plekje terecht!

Als u niet aan de universiteit zou werken, wat zou u dan doen?

Toen ik puber was, had ik de droom om in een boyband te zitten. Het was een wilde droom natuurlijk, want ik ben niet echt muzikaal begaafd. Wat ik wel kan, is op basis van drie seconden intro, popmuziek uit de eighties herkennen. Dat is natuurlijk de muziek waarmee ik ben opgegroeid. (lacht) Mijn muziekkennis is een fossiel van de jaren ‘80. Tegenwoordig komt daar af en toe een nummer bij waar mijn kinderen naar luisteren. Ik sta zelfs af en toe onbedoeld mee op een TikTok van mijn dochter, tot haar grote frustratie.

Wat is uw guilty pleasure?

Ik lees heel graag buiten mijn vakdomein. Vaak zijn dat dan politiethrillers. Mijn lievelingsauteur is Michael Connelly. Dat wordt beschouwd als pulp, maar ik vind dat zeer goed. Verder sta ik heel graag in de keuken. Dat zie ik zelfs als een hobby. Een geweldige artiest ben ik niet als kok, maar de recepten van Jeroen Meus mislukken gelukkig nooit. Ik beschouw mezelf niet zozeer als iemand die kan koken, eerder als iemand die eten kan klaarmaken. Ik kook ook graag oosters, daar hoort dan natuurlijk veel koriander bij.



de dwarsdoorsnede

09/02/2020
🖋: 
Auteur

dwars slijpt het virtuele fileermes en gaat langs de graat van boeken, films, series, games, muziek, theater, haarproducten en rubberen eendjes. Op zaterdag 8 februari speelden Jonas Brothers voor een uitverkochte Lotto Arena, hun Happiness Begins Tour is het volgende slachtoffer van onze kritische blik. 

Het is lang wachten op Jonas Brothers. De band heeft gekozen voor een dubbel voorprogramma, iets waar ik eerlijk gezegd niet op gerekend had. Zowel Jordan McGraw als Picture This krijgen een volwaardige supportact, maar geen van beide kan me echt in de sfeer brengen. De ontlading is dan wel des te groter wanneer het eindelijk zo ver is. Met Rollercoaster zorgen de broers voor een spetterende opening van hun show. Ik sta meteen recht en zing overtuigd mee.

Daarna gaan ze meteen door op hetzelfde elan met een nummer uit de oude doos, S.O.S, van voor hun split tien jaar geleden. Dat de broers een schare trouwe fans hebben, wordt meteen duidelijk wanneer de hele zaal deze klassieker uit volle borst meezingt, alsof het nummer op hun laatste album stond. Ook Cool, wel een recent nummer, wordt even luidkeels meegezongen. Ik zou mij ook cool voelen als ik een Jonas Brother was.

Jonas Brothers werken tijdens dit optreden met veel filmpjes. Hierin gaan de broers door een soort magische poort en komt er aan de andere kant een jongere versie van hunzelf uit. De filmpjes zijn goed gemaakt en de fans zijn er weg van. Wat wel jammer is, is dat de beelden gebruikt worden als vervanging voor bindteksten, die in de show niet voorkwamen. Zeer spijtig, omdat zulke teksten toch altijd meer karakter geven aan een optreden. Zeker als je met drie broers op een podium staat, is dat een gemiste kans.

Na het tweede filmpje spelen ze Only Human, de derde single van hun laatste album. Heel de zaal staat mee te dansen en te zingen. Ook ikzelf heb op dat moment nog geen seconde neergezeten. Wanneer daarna Strangers volgt, schiet mijn adrenaline omhoog, gaat mijn zang een volume luider en mijn dansen een versnelling hoger. Het is dan ook een van mijn favorieten van het album. Na nog twee van hun oude nummers spelen ze hun allernieuwste single: What A Man Gotta Do. Het is een ideale meezinger en -danser die moeiteloos de hele zaal meekrijgt. What A Man Gotta Do om op dit nummer stil te blijven staan? Dat vooral niet doen.

Het hoogtepunt van de show komt er voor mij wanneer Jonas Brothers verhuizen naar het b-podium, waar ik toevallig heel dichtbij zit, en ze daar een prachtige versie van Hesitate zingen. Het nummer werd geschreven door Joe Jonas als ode aan zijn vrouw Sophie Turner, misschien beter bekend als Sansa Stark. Joe geeft zich dan ook volledig tijdens deze performance en dan komt de emotie en het kippenvel helemaal naar boven.

Opvallend daarna is dat de broers weer even verdwijnen en enkel Nick en Joe terugkeren. Kevin is een tijdje niet op het podium te zien, terwijl zijn broers twee nummers brengen uit hun solocarrière. Jealous en Cake by the Ocean zijn gelukkig ook rasechte meezingers, dus kan ik niet anders dan exact dat te doen. Kevin Jonas komt gelukkig terug na een zeer schattig filmpje met zijn dochters. Dan daalt een gigantische vleugelpiano uit de lucht neer waaraan hij en Nick om beurten plaatsnemen om Comeback en When You Look Me in the Eyes te brengen. Dit brengt een kalmer momentje in de show, maar het is niet minder spectaculair.

Het publiek wordt samen met mij helemaal wild wanneer Jonas Brothers Lovebug en Year 3000 spelen, misschien wel de grootste hits uit het vorige deel van hun carrière. Opnieuw bewijst het publiek zich door ook deze liedjes uit de oude doos uit volle borst mee te zingen.

Daarna rest enkel nog de encore met daarin als hoogtepunt de single die hun terugkeer betekende: Sucker. Ik sta opnieuw volop mee te doen en besef met pijn in het hart dat het hierna gedaan is. Ik geef nog een laatste keer alles wat ik in me heb, het moet maar genoeg zijn tot ze hier ooit eens terugkeren.

Mijn oren gonzen nog steeds van de luide muziek en het schrille meisjesgegil, maar ik heb er een geweldige avond op zitten. Ondanks het gebrek aan bindteksten was de zang van zowel Joe als Nick van topniveau en hebben de drie broers alle energie die ze in zich hadden, gegeven. Dan kan je niet anders dan genieten van zo’n concert. Don’t run away from something beautiful.

 

De Happiness Begins Tour komt binnenkort nog langs onder andere Amsterdam en Parijs.



geschiedenis herschreven met sociale media

07/01/2020

Sociale media worden tegenwoordig wel eens de 'ziekte van de eeuw' genoemd. In de reeks 'geschiedenis herschreven met sociale media', exploreren we hoe het verleden anders had kunnen verlopen als er toen ook al Twitter, Facebook en Instagram bestonden. Nu varen we tegen de tijdstroom in naar 480 voor Christus, de tweede Perzische invasie van Griekenland onder leiding van Xerxes I. Daarin speelde zich een beroemde slag af waar we nog altijd van nagenieten, in de nauwe bergpas Thermopylae, met in de hoofdrol driehonderd Spartanen.

Om de vliegensvlugge modernisering van de Oude Grieken en Perzen naar Internet en zijn digitale werkomgeving op te helderen nemen we nog snel een kijkje in het archief van Herodotus. Deze Griekse geschiedschrijver uit de oudheid heeft op zijn blogs bijgehouden hoe de nieuwe technologie werd ingezet. Volgens de overlevering verliest Xerxes I bij Thermopylae ineens zijn wifi, daarop probeert hij gefrustreerd zijn 4G in te schakelen. Zijn soldaten beginnen al te morren nu Google Maps niet meer aangeeft waar ze naartoe moeten marcheren. Ondertussen gniffelen de gestalten in de pas onder elkaar als ze nog eens controleren of de aan hun schild geplakte stoorzenders nog werken. Tussen die driehonderd getrainde Spartanen en de bonte verzameling Grieken (jup, ze waren niet alleen) controleert Leonidas I vluchtig zijn gemaakte online-formatie voordat hij die aan zijn onderofficiers doorstuurt via de Messenger-groep. Het glinsteren van speren en zwaarden in de verte boezemt hem geen angst in; doorzetten tot het einde was een morele plicht in Sparta, geen keuze. Toch, voordat de schilden tegen elkaar klappen, warmen beide kampen traditiegetrouw hun vingers op door driftig op hun gsm te tikken, op zoek naar een digitale overwinning om het moraal te verhogen. Xerxes' 4G werkt ondertussen ook weer naar behoren, net op tijd.

 

1.1 Twitter

1.2 Twitter

1.3 Twitter

1.4 Twitter

1.5 Twitter

1.6 Twitter

1.7 Twitter

 

 

2.1 Facebook

 

 

2.2 Facebook

2.3 Facebook

2.4 Facebook

 

 

3.1 WhatsApp

3.2 WhatsApp

3.3 WhatsApp

3.4 WhatsApp

3.5 WhatsApp

 

 

4.1 Twitter

4.2 Twitter

4.3 Twitter

4.4 Twitter

4.5 Twitter

 

 

5.1 Facebook

 

 

6.1 Twitter

6.2 Twitter

6.3 Twitter

6.4 Twitter

6.5 Twitter

6.6 Twitter

6.7 Twitter



poëzie

05/01/2020
🖋: 
Auteur

Receptie

 

U ontving mij in openheid

M’n enig plicht

Het te laten weten; dat ik het wenste

te komen

 

Dus ik kwam

 

Met ontmijnende dankbaarheid

kuste ik licht

wetend het te laten; te gulzig te lijken

het roosblozende glas

 

En de monden bruisten

Als een zee in vloed

waarin ik als rover voer

van eiland tot eiland

 

Dus ik zag

 

Soms werd ik warm onthaald

door vrienden voor ’t even

Hen beleefd maar; met de mond vol

naar het leven bevragend

 

Andere malen werd ik weggestaard

Terwijl ik happig vernam

op welke toonaard; anderen klinkten

Maar niemand hield me tegen

 

Dus ik overwon

 

mezelf en legde me neer

bij de lezing

dat ik hier enkel was; voor mede

het delen

 

En bovenal was alles

Gratis



uurwisseling: eeuwig zomer versus oneindig winter

31/12/2019
🖋: 

Er is geen beter seizoen dan de winter. Elk jaar verheugt menige Belg zich op het wisselvallige weer, de ontsporing van het openbaar vervoer bij drie millimeter sneeuw, dezelfde vijf kerstjingles en kortere dagen waarin je nooit iets lijkt te bereiken, ook al is de klok teruggedraaid om ons een extra uur te gunnen. Wat voor zin heeft het dan om twee keer per jaar alle analoge klokken die niet smart genoeg zijn om het zelf te doen, heen en weer te verzetten? 

Dat de invoer van de uurwisseling in 1977 oorspronkelijk een energiebesparende maatregel was, is niet zo verbazend. Men had met vrees in het hart en de portefeuille voorspeld dat er een einde zou komen aan de overvloed van het zwarte goud. In plaats van een echte oplossing te zoeken voor het probleem besloot men om ons dagelijks leven op zijn kop te zetten en het abstracte concept van tijdsbeleving verder te compliceren. Zo gezegd, zo gedaan. We moesten een uurtje minder lang de verlichting aansteken en het probleem was opgelost, hoera. Het kapitalisme kon weer volle kracht vooruit en tot een paar jaar geleden werd de keuze voor deze bioritmeverstorende regel uit de collectieve gedachtegang verbannen, net als alle andere halfslachtige oplossingen van de jaren 70. Laten we Watergate, het begin van de Belgische staatshervormingen en kitschy lavalampen vooral vergeten.

Pas decennia later begint men zich vragen te stellen over deze horde in de lineaire tijdsbeleving. Dit ergens halverwege de grens tussen existentiële vragen en de vraag wat de pot schaft vandaag. De afgelopen drie jaar verschenen er plots debatten, artikels en opiniestukken die de voor- en nadelen van een mogelijke afschaffing bespraken, beargumenteerden en oplossingen allerhande lanceerden. Wat we prompt en daadkrachtig weer hebben genegeerd. Want als er iets is waar ons land goed in is, dan is het besluiteloosheid, zelfs als het over iets miniems gaat. Intussen vertelt de Europese Unie ons dat we voor april 2020 moeten kiezen tussen winter- en zomertijd, maar ach, dat waait wel weer over, zeker?

Nochtans zijn Europa en Noord-Amerika zo goed als de enige plaatsen waar een uurwisseling bestaat. De rest van de wereld heeft oftewel nooit gesleuteld aan de tijdsperceptie, of heeft de knoop doorgehakt en voor een standaardtijd gekozen. Zowel het gebruik van de zomer- als de wintertijd als gouden standaard heeft zijn voor- en nadelen, maar deze hebben voor de doorsnee Belg minder gevolgen dan weer eens te laat beseffen dat je dit jaar weer je klok niet hebt verzet en te laat gaat komen op je werk en dat dus face to face gaat moeten uitleggen aan je baas.

Neen, dank je, dan liever geen geknoei met de tijd, we hebben er nu al nooit genoeg.



hoe onder te duiken in transparante tijden – of niet

26/12/2019
🖋: 

Om in 2020 de creepy internetspionnen nog te snel af te zijn heb je al een doctoraat in paranoia nodig. Dat hebben wij dan ook voor jou behaald. Hieronder vind je een samenvatting van onze conclusies, handig geordend volgens jouw persoonlijke paranoianiveau.

Privébedrijven, geheime diensten, politici of je eigen huisgenoten. Iedereen wil een stukje van jouw datataart. Het is niet altijd evident om al die snoepers op afstand te houden. Wijsheid begint ook hier met zelfkennis: van wie heb je het meeste schrik, wat is het niveau van jouw paranoia?

 

Niveau 0: Ik heb niets te verbergen, privacy kan mij gestolen worden (en mijn identiteit ook).
❯ Geef je ons even je naam door? Dan kunnen we misschien onder jouw naam surfen om de onze te verbergen.

Niveau 1: Ik wil mijn surfgedrag verbergen voor mijn huisgenoten.
❯ Maak je geen illusies, je moeder weet al wat je uitvoert op het internet. Maar goed, het is wel aangenaam dat de auto-aanvulfunctie zich een beetje netjes gedraagt wanneer er iemand over je schouder meekijkt. Hiervoor hebben alle moderne browsers een incognito of private browsing-functie. Doe een nieuw venster open in de privémodus telkens je twijfelachtige sites wil bezoeken. Doe dit vooral niet omgekeerd, zoals de spreker die tijdens een presentatie een privévenster opende om het publiek een website te tonen, waarop we prompt een paar heel bijzondere websitesuggesties te zien kregen…

Als je toch onzorgvuldig geweest bent, wis dan manueel je hele browsergeschiedenis.

Niveau 2: Ik zou toch wel willen beperken hoeveel info er over mij verzameld wordt op het internet.
❯ Blokkeer reclame en cookies. De Opera-browser doet dit standaard, in andere browsers zoals Chrome en Firefox kan je het zelf regelen met een combinatie van instellingen en plug-ins.
❯ Kijk af en toe je instellingen na op sociale netwerken en andere internetdiensten. Zet zoveel mogelijk op 'privé' en als je een instelling niet begrijpt, is het beste antwoord meestal 'nee'.

Niveau 3: Echte anonimiteit is mijn doel.
❯ Vergeet sociale netwerken. Met de telefoon kan je ook iedereen bereiken.
❯ Schrap 'Google' uit je woordenschat. Het bekendste, anonieme alternatief heet DuckDuckGo.
❯ Encrypteer je e-mail. Er zijn veel opties, maar de meeste zijn in handen van privébedrijven: per definitie niet te vertrouwen! Een legitiemere optie is PGP (Pretty Good Privacy).
❯ Anonimiseer je IP-adres door een VPN, het Tor-netwerk of proxy's te gebruiken. Of voor de zekerheid misschien alle drie. Uitleggen wat die dingen doen zou ons te ver leiden, maar zoek ze gerust eens op via DuckDuckGo vanop een computer in de bibliotheek.

Niveau 4: Ik vertrouw het echt niet. Google en Facebook kunnen te veel zien. De Amerikanen scannen al het internetverkeer, de Russen willen mijn computer hacken en wie weet wat de Chinezen van plan zijn?
❯ Analoog is de oplossing. Brieven boven e-mail. De bibliotheek heeft nog altijd meer informatie dan Wikipedia. Wanneer je iemand wil spreken, kan dat gewoon onder vier ogen. Mensen die Alexa, Siri of Google Assistant gebruiken, moet je wel mijden alsof ze zich al een jaar niet meer gewassen hebben, want op vlak van privacyhygiëne lijkt dat hun standaard te zijn.



betweter

26/12/2019
🖋: 
Auteur

Het is niet omdat je veel onnozele weetjes kent, dat je een betweter bent. Dat bewijst een van onze redacteurs elke maand door een waanzinnig interessant, ongelofelijk boeiend of verbluffend spannend feit te delen.

Je kent ze wel, die grote blauwe wezens die onze oceanen bewonen. Nee, ik heb het niet over haaien wiens staarten heen en weer bewegen, maar over de walvis. Dat walvissen geen vissen, maar zoogdieren zijn, moet ik je waarschijnlijk niet meer vertellen. Ze hebben longen! Maar weet je wat ze ook hebben? Oorsmeer! En laat hun oorsmeer nu net heel speciaal zijn. 

Zoals eerder gezegd, zijn walvissen zoogdieren die toevallig in het water leven. Dat betekent dat ze net als wij longen hebben, maar ze hebben ook hetzelfde oorkanaal als wij. Ons oorkanaal produceert oorsmeer om onze gehoorgang te beschermen van vocht en beschadiging. Zouden walvissen veel last hebben van vocht? 

Anders dan wij, die hun oren af en toe eens lekker kunnen uitkuisen met een wattenstaafje — ja, ik weet dat ze slecht zijn voor het milieu! — zijn de oren van een walvis afgesloten en kan het oorsmeer nergens naartoe. Als het oorsmeer nergens naartoe kan, wil dat natuurlijk zeggen dat het gedurende hun leven blijft opstapelen in hun oren. Proper is het niet, maar vanuit wetenschappelijk oogpunt is dat wel bijzonder interessant. Als walvissen namelijk aanspoelen, kunnen wetenschappers hun oren opensnijden en er een staaf cerumen (wetenschappelijke term voor oorsmeer) uithalen. In die staaf zitten dan verschillende ringen door de verschillende afzettingen van nieuwe oorsmeer. Wil je weten hoe oud de walvis is die zojuist is aangespoeld? Tel dan gewoon deze ringen! Een boom zou er trots op zijn.

Dit magisch cerumen kan ons niet alleen vertellen hoe oud de walvis is, door de hormonen die erin zitten — en er dus niet meer uit kunnen — kunnen wetenschappers ook zien in welke periodes de walvis bijvoorbeeld erg gestresseerd was, of zwanger. Onlangs hebben ze bijvoorbeeld walvissen ontdekt die bijzonder gestresseerd waren ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Ik vraag me af hoe dat komt? 

Maar de wetenschap staat niet stil. Omdat de wetenschappers het beu waren om steeds maar in dat oorsmeer te zitten peuteren — laten we eerlijk zijn, hoe zou je zelf zijn? — hebben ze ondertussen ook een andere manier ontdekt om de leeftijd en stressgehaltes van walvissen te ontdekken. De baleinen (hun tanden, zeg maar) van de walvis bevatten namelijk exact dezelfde informatie. Dat is handig, natuurlijk.

Zo, nu weten we ook weer dat walvissen en bomen op een manier met elkaar verwant zijn. Als je echt wil weten hoe oud een walvis is of wanneer in hun leven ze verdrietig of gelukkig waren, kan je dus altijd in hun cerumen gaan graven. Misschien zouden ze trouwens eindelijk eens doorhebben hoe gestresseerd wij, studenten, zijn als ze eens in ons oorsmeer peuteren.