Over onderwijs en onderzoek
23/05/2011
🖋: 

Universiteit Antwerpen ontwikkelt stappenplan voor studie- en beroepskeuze

Op een studiedag voor studiekeuzebegeleiders werd recent het boek “Kijk op kiezen” voorgesteld. Het boek werd ontwikkeld door de Dienst Studieadvies en Studentenbegeleiding van de Universiteit Antwerpen en wil leerlingen helpen die hun studie- of beroepskeuze van naderbij willen bekijken. “Studenten ondervinden door hervormingen van het hoger onderwijs en veranderingen in de arbeidsmarkt meer problemen met hun studie- en beroepskeuze dan vroeger. Ze hebben nood aan een houvast”, stellen Sara Backx en Rein Baets van de Dienst Studieadvies en Studentenbegeleiding. Daarom brachten ze “Kijk op kiezen” uit. Het boek kan aangekocht worden via het Studenten Informatie Punt van de Universiteit Antwerpen en kost 10 euro. Voor meer informatie, contacteer stip@ua.ac.be.

 

Evenwichtsonderzoek brengt reis naar Mars weer stapje dichterbij

Als de mens ooit naar Mars wil reizen, zal hij eerst enkele problemen moeten overwinnen. Een van die problemen heeft te maken met het evenwichtssysteem. Onderzoeker aan de UA Kristof Buytaert legt uit: “In de luchtvaart is 15 procent van de fatale ongevallen met vliegtuigen toe te schrijven aan desoriëntatie bij piloten. De deconditionering of aftakeling van de evenwichtsreflexen spelen een cruciale rol in de problemen waarmee de meeste astronauten te kampen krijgen tijdens en na een verblijf in de ruimte.” De problemen met het evenwichtssysteem kunnen grotendeels tegengegaan worden door astronauten bloot te stellen aan kunstmatige zwaartekracht. “Dat is van cruciaal belang in de verdere verkenning van het heelal. Als de mens ooit op Mars geraakt, zou het op zijn zachtst gezegd jammer zijn dat hij totaal gedesoriënteerd is of flauwvalt.” Zijn resultaten zijn ook goed nieuws voor patiënten met evenwichtsstoornissen.

 

Vlaanderen achterop voor wetenschap en techniek

Hoewel 90 procent van de jongeren interesse vertoont in wetenschap en techniek, kiest uiteindelijk slechts 20 procent ervoor die interesse op te volgen in het hoger onderwijs. De commissie Onderwijs vroeg een advies aan de Vlaamse onderwijsraad en de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI) en dat advies werd recent afgeleverd. Beide instanties pleiten voor een ‘integraal beleid’ dat alle onderwijs- en kennisinstellingen, bedrijfstakken en de overheid betrekt. In Nederland werd reeds het Platform Bèta-Techniek op touw gezet, waarbij alle sectoren zich bundelden in één volgehouden campagne die middelbare scholen, waarin de leerlingen de juiste keuzes maakten, beloonde. “Verschillende landen zijn intussen met zo'n plan gestart. Als Vlaanderen bij de top wil horen, moet het snel handelen”, stelt Danielle Raspoet van het VRWI.

 

2 miljoen voor biotech-startup Multiplicom

Multiplicom is een spin-off van het labo van Jurgen Del Favero van het VIB departement Moleculaire Genetica, geleid door Christine Van Broeckhoven, waar de MultiplexerTM-coretechnologie werd ontwikkeld. Het Gimv, het biotechfonds Vlaanderen, de UA en het VIB investeren samen 2 miljoen euro. Multiplicom zal vernieuwende moleculair genetische tests ontwikkelen, produceren en op de markt brengen. Met deze tests zal het genetisch risico op het ontwikkelen van bepaalde ziektes beter ingeschat kunnen worden, aangeboren genetische afwijkingen vroegtijdig opgespoord worden en zal zelfs een geschikte therapie voor bepaalde patiënten gevonden kunnen worden. Multiplicom biedt nu al testen aan die borstkanker en taaislijmziekte kunnen opsporen.

 

Sporttelex

ASL Voetbal: Wikings-NSK is er voor het vijfde jaar op rij in geslaagd om het voetbaltoernooi van de ASL te winnen. De Wikingers waren in de finale met 1-0 te sterk voor Kinesia. * Handbal: (Heren) Sasja kon met Axl van Ginneken de Beker van België niet bemachtigen. In de finale won Tongeren met 32-24 van Sasja. * Hockey: (Dames) Antwerp wist zich met Emilie Laddyn als vierde te plaatsen voor de play offs. In de halve finale neemt Antwerp het op tegen La Gantoise. * Zwemmen: (Dames) Kimberly Buys heeft vorige maand maar liefst vijf titels gepakt op de Belgische kampioenschappen. Ze was individueel de beste op 100m vlinderslag en op de 100m rugslag. Daarnaast won ze met haar club Brabo nog 4x100m wisselslag, 4x100m en 4x200m vrije slag. Elise Matthysen werd tweede in de finale van de 100m schoolslag.



Een uur lang in het zog van een peloton
23/05/2011
🖋: 

Elke maand moet koning auto een uur lang wijken wanneer de fietsers van de Critical Mass Bike Ride zich in de Antwerpse straten begeven. Onder politiebegeleiding verkennen zij zo telkens een andere buurt van de stad. Nu de zomer voor de deur staat, besloot dwars mee te fietsen. De volgende ontmoetingen beloven alvast goedweeredities te worden en begin juli staat er zelfs een global meeting te Parijs op het programma.

Geflankeerd door blauwe gidsen

Critical Mass Bike Ride is een groep fietsers die zich inzet voor een leefbare stad. Zij willen mensen overtuigen de auto te laten voor wat hij is, en – zeker in de binnenstad – iets vaker de fiets te nemen. Om dat streven kracht bij te zetten, ondernemen zij elke maand eenmaal actie. Het idee is simpel: elke laatste vrijdag van de maand wordt er om 18u afgesproken op het Theaterplein. Daar wacht een klein eskadron politie te fiets om enkele tientallen deelnemers een uur lang door het verkeer te leiden. De politie, uw blauwe gids. Gedurende de rit laat men het fietspad voor wat het is. Geen straat is dan te groot of te druk. Allez, roulez!

 

Het moet gezegd, het gezelschap is een bont allegaartje van mensen van alle slag. “Auto’s aan de kant, fietsen is plezant!” klinkt het opeens. Iets later: “Meer bos, meer groen, daar is ’t om te doen!” Een aantal milieu-activisten en jonge geëngageerden laten goed van zich horen in de groep. De meeste fietsers zijn echter huisvaders met kroost en studenten die de gelegenheid om op twee wielen over de Antwerpse boulevards te cruisen niet onbenut willen laten. Het evenement behoudt daardoor in de eerste plaats zijn amusementswaarde en moet niet zuiver als politiek statement begrepen worden.

 

De Velorutie nodigt uit

Om die reden kunnen de meeste verkeersgebruikers wel begrip en geduld opbrengen als ze even moeten wachten terwijl het peloton passeert. Toch heeft niet iedereen het evenzeer op de Critical Mass begrepen. Een oude man vindt het maar kinderlijk. Hij is de kunst van het fietsen waarschijnlijk al lang verleerd. Een zonderling figuur loopt even naast me mee. Ik apprecieer de persoonlijke aanmoedigingen ten zeerste, tot de man plots “Free Kadhafi!” begint te roepen. Leed is nooit ver weg.

 

Misschien zag Kadhafi ooit een Critical Mass door zijn Tripoli fietsen. De formule is in het buitenland namelijk al langer gekend. In grootsteden als New York, Londen en Boedapest komen sedert jaar en dag al meutes fietsers bijeen om hun ‘rechtmatige’ plaats in het verkeer op te eisen. In Parijs vindt begin juli zelfs de Vélorution Universelle plaats. Enkele duizenden fietsers van over heel de wereld zullen er dan de Champs-Élysées begroeten als hadden ze net hun eigen Tour de France uitgereden. Vanuit Antwerpen plant men alvast de tocht naar de stad aan de Seine. Zij laten weten dat u van harte welkom bent.

 

 

Meer informatie op http://criticalmassantwerpen.blogspot.com en http://velorutionuniverselle.org



Studenten kiezen hun favoriete prof en assistent

23/05/2011
🖋: 

Facebookfanpagina’s, stille aanbidders in de aula of een oorverdovend applaus op het einde van het semester: de populariteit van sommige docenten kent geen grenzen. Prisma, de studentenvereniging die ijvert voor solidariteit en laagdrempeligheid, reikt daarom al enkele jaren de Gobelijntjes uit om de meest geliefkoosde proffen en assistenten te belonen. Studenten konden in april via Blackboard stemmen op hun favorieten. Fysieke gelijkenis met het personage uit Jommeke was daarbij geen vereiste. De winnaars ontvangen het bronzen beeldje pas tijdens de proclamaties, maar dwars kan gelukkig nu al de namen bekendmaken.

Faculteit L&W: Breng die rozen naar Sandra!

Ondanks talloze Facebookfans kreeg het dreamteam van filmfreaks prof. Paulus en zijn assistent Vito concurrentie uit onverwachte hoek: het timide taalkundekamp. De immer gedreven – hoeveel profs beantwoorden ’s nachts hun mail? – prof. Dominiek Sandra kreeg de meeste stemmen. Ook assistent Shanti Verellen heeft door haar joviale, ongedwongen en bereidwillige houding veel studentenzieltjes gewonnen.

 

Faculteit TEW: Geen gepruts door Ida Ruts!

Studenten komen en gaan maar assistent Ida Ruts zal in de Gobelijntjeshitparade nooit vergaan! Ook op de vorige drie verkiezingen pakte deze publiekslieveling en docent Wiskunde goud. De heldere professor Vanhees maakt zich eveneens populair met zijn anekdotes over kruidenier Jean-Pierre die hij steevast Jean-Pol noemt.

 

Faculteit Rechten: De Van Goethem doet da goe, tiens!

Studenten Geschiedenis die ontgoocheld zijn omdat een Letterenprof de prijs voor 'hun' prof wegkaapt, kunnen hier troost vinden: all time favourite prof. Herman Van Goethem is immers door de studenten Rechten tot beste prof verkozen. De man heeft een stevige fanbasis want hij kreeg, met uitzondering van vorig jaar, telkenmaal een Gobelijntje. Kristina Mercelis ontvangt dit jaar de prijs voor beste assistent.

 

Faculteit PSW: Keizer Karel!

Professor Weyns aka ‘den Double Double U’ is niet langer de gedoodverfde favoriet. Prof. Karel Neels heeft namelijk – ondanks het feit dat zijn foto op de website sterke gelijkenissen met een mug shot vertoont – het hart van de PSW-student veroverd. Ook assistent Olivier Chandesais weet de kiezer te charmeren. “Elk mailtje wordt aan de snelheid van het licht beantwoord”, aldus een supporter.

 

Faculteit Wetenschappen: Een goede zaak voor Jacques!

Wat moet je doen om populair te worden bij je studenten? Jelly pudding meenemen! Professor Jacques Tempère wist dit en ziet daarom zijn populariteit stijgen. De behulpzame assistent Niko Celis viel dan weer vooral in de smaak omdat hij – ik citeer – “een toffe sfeer in saaie situaties brengt”.

 

Faculteit FBD: Gilles is top of the bill!

Al was de opkomst hier erg laag, er is wel gestemd en vooral voor en door de Farmaceuten. Professor Gilles De Keulenaer kaapte hier namelijk de prijs voor beste prof weg. Zoals de cijfers uit andere faculteiten aantonen, ben je met een naam als Van Goethem van de overwinning verzekerd: proficiat Sebastiaan Van Goethem!



Studenten Economie met een passie voor muziek
23/05/2011
🖋: 
Auteur

Muzikanten vinden elkaar aan de universiteit tijdens de opleiding tot handelsingenieur. Resultaat van deze opmerkelijke achtergrond: binnen de drie maanden een ep uit, goede recensies op het net, optredens in Trix, de Ancienne Belgique in Brussel, de Roma en op #TAZ, voorprogramma's van The Stranglers, The Walkmen en Glasvegas en daarnaast nog succesvolle carrières buiten de muziek. Zanger Geert en gitarist Philip, nu doctoraatstudent aan de Universiteit Antwerpen, vertellen tevreden hun verhaal op een terras op Het Zuid, midden in de zon.

Eind 2010 verscheen jullie ep, die erg positief werd gerecenseerd. De optredens begonnen te rollen en het nummer ‘A General Idea’ werd opgepikt door verschillende radiozenders. Wat wordt de volgende stap van de groep?

Philip Huysmans Grotere optredens. We sturen de ep naar veel organisatoren, concertzalen en magazines. Zo bouwen we steeds verder.

Geert Laenens We worden steeds vaker gevraagd voor steeds grotere optredens, terwijl het plan eigenlijk is om een single te lanceren met een bekendere producer. We hebben al wel air play gehad op Radio 1 en verschillende regionale zenders, maar toch merken we dat het voor veel management- en boekingskantoren van uiterst belang is om gedraaid te worden op Studio Brussel. Dus met onze toekomstige single mikken we voluit op die zender.

Huysmans Het gaat snel voor ons. De ep was eigenlijk bedoeld als demo. We waren ook nog maar drie maanden samen. Onze bassist stelde voor om het meteen goed aan te pakken. Hij had al veel ervaring opgedaan met zijn vorige band Mercelis, waardoor we in de Ghosttown Studio konden gaan opnemen.

 

Hoe was het om in een studio op te nemen, waar onder andere dEUS, Zita Swoon, Rudy Trouvé, Das Pop en Dead Man Ray hun muziek lieten vangen?

Huysmans We voelden daar echt een hele authentieke vibe. De producer Geert van Bever is iemand die al heel lang in het vak zit en zich niet laat leiden door moderne trends. Zijn visie is sterk geneigd naar het organische geluid. Alles is gewoon met de hele groep tegelijk opgenomen. Niet analytisch uiteengetrokken en laagje voor laagje aangepakt, zoals tegenwoordig vaak gebeurt. De charme van dat proces is de reden waarom de ep ook niet artificieel klinkt.

Geert Laenens De locatie is ook echt tof. De Ghosttown Studio is echt een met passie zelfgeknutselde plek, underground als een garage. Als je binnenkomt, kom je ook eerst langs allerlei auto-onderdelen, kapotte brommertjes en oud schroot. Daarna kom je in de eerste ruimte met een groot mengpaneel en goede monitors, en daarachter een rauwe gebricoleerde ruimte om alles in te spelen. Daar weer achter bevindt zich een chillruimte met zeteltjes waarboven posters van Zita Swoon en dEUS hangen. Het ligt daar ook bomvol instrumenten.

 

Jullie muzikanten hebben een verschillende muzikale achtergrond. Wie brengt welke invloed in jullie geluid?

Huysmans Geert en ik zijn elkaar op de Universiteit Antwerpen tegengekomen toen we allebei Handelsingenieur studeerden. Dat was in ons vorige groepje, het was wat meer op de singer-songwriter gericht. Geert kwam dan met een liedje waar we daarna partijen bij maakten. Bij Newtown zijn we daar in het begin ook van vertrokken, maar nu werken we veel meer vanuit een gitaarriff of een baslijn waar we andere delen aan toevoegen. De nieuwe nummers hebben meer de rockriff als basis, in plaats van de akkoorden of de zanglijn.

Geert Laenens De nieuwe nummers zijn meer als groep gevormd.

 

Vind je het niet lastig dat je singer-songwritervaardigheden plaatsmaken voor de band?

Geert Laenens Nee, het singer-songwriteraspect en het bandaspect passen heel goed bij elkaar. Het gaat ook om het groepsgevoel dat in de muziek weer tot uiting komt.

 

Observaties van een suppoost

Jullie nummers gaan globaal gezien eerder over de mensheid dan over persoonlijke I love you-situaties. Vinden jullie het belangrijk om te reflecteren over het grotere geheel?

Geert Laenens De teksten die ik schrijf, zijn nooit echt concreet, eerder thematisch. Ook de nummers die wel over persoonlijke relaties gaan, zijn niet afhankelijk van één specifieke relatie.

Huysmans Het is dan ook weer niet zo dat wij een maatschappijkritische boodschap willen brengen ofzo.

Geert Laenens Inderdaad, de input van de nummers haal ik overal vandaan. Vaak ook uit musea: schilderijen, foto's of teksten. ‘Kings of the future’ is bijvoorbeeld ontstaan toen ik werkte als suppoost bij deSingel. Er was een tentoonstelling over bruggen bouwen en steden verbinden. Die globalisatie lijkt me niet volledig positief, en dat merk je dan in de tekst. ‘A General Idea’ is dan weer heel simpel ontstaan vanuit de titel die de gitarist mij ooit gaf. We hebben ook nog een nummer gemaakt toen Philip en ik in Namibië een ontzettend zatte kerel tegenkwamen. (Philip lacht)

 

Opvallend op de ep is het lied ‘New Hampshire’, een nummer over Hillary Clinton. Hoe is het idee tot stand gekomen om een lied te maken over deze vrouw?

Geert Laenens Ik las in de krant dat ze tijdens de speech in New Hampshire een traan had gelaten. Het is gewoon een observatie van een verschijnsel dat niet evident is, maar verder zit daar geen politieke boodschap in. Laatst was ik trouwens op een tentoonstelling van Luc Tuymans waar een schilderij van Condoleezza Rice hing. Wie weet komt er nog een heel album over vrouwen met macht.

 

In ‘A General Idea’ zing je: “from outside we exist”. Is het belangrijk voor jullie sociale rol dat jullie muziek spelen?

Geert Laenens Ik sprak daar gisteren nog met iemand over die een documentaire gaat maken over het conflict tussen Israël en Palestina. Hij vroeg: “Is uw muziek relevant en overstijgt dat conflicten?” Ik weet dat niet. Ik denk niet dat wij een band zijn om grote conflicten te verbeteren. Muziek is gewoon een belangrijke drijfveer, en mensen hebben dat nodig. Zelf heb ik muziek bijvoorbeeld echt nodig om gelukkig te zijn.

 

Is de erkenning bij het muzikantschap ook belangrijk?

Huysmans Voor mij zijn de spotlights nooit echt een drijfveer op zich geweest. Ik vond het in het begin ook helemaal niet belangrijk om op te treden. Het creëren is het belangrijkste. Puur het bezig zijn was voor mij de noodzaak. Nu komen we door optredens op toffe plekken zoals de Roma, Trix en de AB. Dat is plezant, maar niet de eerste drijfveer.

Geert Laenens Iedereen heeft wel een bepaalde rol in de groep naast het muziek maken. Zo houden bassist Tijl en drummer Lode zich het meeste bezig met promotie en netwerking. Dat is hen dan ook op het lijf geschreven.

Huysmans Je hebt het uiteindelijk wel nodig om succes te hebben. Gelukkig hebben we mensen in de groep die met marketing bezig zijn.

Geert Laenens Niet alle beginnende groepen komen zo gedreven naar buiten als wij. Onze drummer bijvoorbeeld, die spreekt iedereen aan. Hij duwt zo onze ep in de handen van de drummer van Triggerfinger. Dat soort acties werken, maar niet iedereen doet het.

 

Een persoonlijker citaat van de ep is “You are the slave of my heart”. Geert, je speelde vroeger veel viool, nu schrijf je indierockmuziek. Ben je zelf geregeld de slaaf van je hart?

Geert Laenens Goh, ik denk dat ik een emotioneel iemand ben maar dat mijn ratio het geheel nog altijd overkoepelt. Ik denk niet dat ik de slaaf van mijn hart ben.

Huysmans Ik denk dat het ook wel veranderd is met het ouder worden en het betreden van een professionele omgeving.

Geert Laenens Ja, het werkleven houdt je wel in toom. Als student kan je 's nachts spelen en dat soort toestanden. Nu moet je alles in tijdhokjes steken. Teksten schrijven is ook niet meer zoals vroeger. Ik maak nu echt tijd vrij om achter de schrijftafel te gaan zitten. Dus je kan je hart dan ook minder z'n gang laten gaan.

 

De én-én-generatie

Uiteindelijk hebben jullie allebei Handelsingenieur gestudeerd. In de harde wereld van de economie komt emotionaliteit minder van pas.

Geert Laenens Ik werk in de bedrijfswereld, dat is anders dan voor Philip, die doctoreert aan de Universiteit. In mijn wereld draait het uiteindelijk toch puur, bottomline, om de winst van de onderneming. Daar werken alle werknemers naartoe. Daar kom je vanzelfsprekend weinig mensen tegen die echt met muziek, theater en kunst te maken hebben. Dat is voor mij echt een gemis als mens. Daarom heb ik het ook nodig om de muziek erbij te nemen.

Huysmans Het verschilt ook per karakter of mensen in een drogere economische richting terechtkomen. We traden laatst op met Nelly Ann, die ik nog kende van mijn studie. De reactie was ook meteen: “Hé, nog een muzikant die Handelsingenieur studeert, dat had ik niet verwacht!” Maar Geert en ik hebben het geluk dat we elkaar daar toch mooi gevonden hebben.

 

Jullie combineren jullie muzikantenbestaan met een carrière in de economie. Hoe gaat dat, nu de groep steeds meer tijd vraagt?

Huysmans Tegenwoordig wordt het echt moeilijk. Het is puur timemanagement. Iedereen in de groep werkt, maar de passie is zo groot dat iedereen toch steeds zorgt dat het past.

 

En als jullie moeten kiezen?

Geert Laenens De keuze om in België geld te verdienen met je muziek is niet zo reëel. Ik zou bijvoorbeeld niet bereid zijn om op lager niveau te werken om de muziek meer kans te geven. Ik wil gewoon altijd zorgen dat de twee carrières in balans blijven.

Huysmans Dat is het probleem van de én-én-generatie. We zijn er gemotiveerd door ons werk en tegelijk proberen we alle kansen en mogelijkheden die we ernaast krijgen daarmee te combineren.

Geert Laenens Ja. Als er op een gegeven moment een mogelijkheid komt om een tour te doen, dan zal ik toch even met de baas gaan babbelen om te zien of het er niet in past.

 

Jullie stonden in april in het voorprogramma van The Stranglers, een groep die in z'n grootste hit een lof zingt over heroïne. Passen jullie nog wel op het imago van de universiteit?

Huysmans (lacht) ‘Golden Brown’ gaat niet alleen over heroïne hè! Het gaat over een vrouw die ze hebben leren kennen met schoon bruin haar en die ze ... Ach, een universiteit dient ruimdenkend genoeg te zijn.

 

Marketinggewijs kregen we nog enkele richtlijnen mee, die we met veel plezier opvolgen. We dienen even te vermelden dat Newtown actief is op Facebook, Myspace en vi.be. Vervolgens staan volgende optredens voor de deur:

  • 11/06: Straatfeesten Kalmthout (Kalmthout)
  • 16/07: Muziek in de Wijk (Den Eglantier, Berchem)
  • 04/08: #TAZ (Oostende)


'Nora en de feiten', een originele misdaadroman van Luc Herman
23/05/2011
🖋: 

Het cliché dat hoogleraren in de Letteren schrijvers wilden worden maar er het talent niet voor hadden, geldt niet langer voor professor Luc Herman. Met ‘Nora en de feiten’ schreef Herman een ouderwetse detective die wraak neemt op de populaire Vlaamse misdaadroman.

Professor, laat ons meteen beginnen met de belangrijkste vraag. Waarom heeft u dit boek geschreven?

Luc Herman Ik geef al meer dan twintig jaar verhaalanalyse, wat betekent dat ik mij al meer dan twintig jaar bezighoud met verhalende teksten als consument. Het werd tijd om het eens van de kant van de producent te bekijken. Daarom heb ik het idee opgevat om een misdaadroman te schrijven. Het is een genre dat mij heel erg boeit. Het schrijven van dit boek is ook een jongensdroom die in vervulling gaat.

 

Waarom heeft u het boek nu geschreven en geen tien jaar eerder?

Herman Zoals je weet hebben academici niet veel tijd, waardoor het boek echt een hobbyproject was. Het heeft dan ook heel wat voeten in de aarde gehad alvorens het boek er is gekomen. Ik ben er zeven jaar mee bezig geweest. Een hoofdstukje hier, een hoofdstukje daar. De oorspronkelijke setting in 2004 heb ik behouden, omdat het opzoekwerk dat ik al had gedaan over de situatie van Polen in de EU sinds het Poolse lidmaatschap gedateerd is.

 

Het verkeerde been

Volgens de achterflap is ‘Nora en de feiten’ geschreven voor wie de populariteit van de Vlaamse roman stilaan beu is. Was ook dat een motivatie voor u?

Herman Dat is inderdaad wel een drijfveer geweest. Mijn mening is dat de Vlaamse misdaadauteurs die in het voetlicht staan boeken schrijven die geënt zijn op een visie van het genre die te veel met de thriller te maken heeft. Ze zijn te veel gericht op het creëren van spanning, terwijl volgens mij de essentie van een detectiveroman het mysterie is dat door de lezer ontrafeld moet worden. Aan die activiteit doet de lezer van de Vlaamse misdaadroman volgens mij niet meer mee.

 

Maar in ‘Nora en de feiten’ speelt u wel met de clichés uit thrillers van Jef Geeraerts en Pieter Aspe.

Herman Ja, dat klopt. Op de achterflap staat ook dat ik de grenzen van het genre aftast. Het is echter niet zo dat ik geen ontknoping geef. Er is er wel degelijk één. Het is ook niet zo dat ik de schijnwerpers niet richt op het hoofdpersonage. Tegelijkertijd probeer ik de lezer op het verkeerde been te zetten.

 

Heeft u aanvankelijk overwogen om het spel met het genre en de mopjes à la 'Voncke en Verstyft' achterwege te laten en gewoon uw eigen, goede misdaadroman te schrijven?

Herman Wat ik heb gedaan is teruggaan naar het begin van de detective. Dat is Edgar Allan Poe’s ‘The Murders in the Rue Morgue’. In dat verhaal lost Dupin, die model stond voor Sherlock Holmes, de moorden op aan de hand van teksten. Dat is ook wat mijn hoofdpersonage doet.

 

Intellectuele masturbatie

Tijdens het lezen vroeg ik me vaak af waarom een bestaande plek of persoon werd vermeld. Heeft u iets tegen de Standaard Uitgeverij, studenten Filosofie en Kristien Hemmerechts? Bent u een fan van de Zoo of van ATV?

Herman Dit is natuurlijk het moment waarop ik zeg dat je een onderscheid moet maken tussen de auteur en wat er in het boek staat. Ik heb absoluut niets tegen studenten Filosofie of de Standaard Uitgeverij.

Ik heb een aantal plaatsen gekozen die representatief zijn voor het Antwerpen van de voorbije tien jaar. ATV is dan natuurlijk een belangrijk gegeven. Het hoofdstuk dat verteld wordt door Bieke Illegems is uit die hele mediaomgeving gegroeid.

 

Behalve Bieke Illegems vertelt ook Jef Verschueren, voormalig Decaan Letteren & Wijsbegeerte, een hoofdstuk. Kiest u deze bestaande personages voor uw eigen plezier of hebben zij een rol in de roman?

Herman Ik heb aan die twee mensen de toelating gevraagd – en gekregen – om hun naam te gebruiken, zodat zij bijdragen tot de werkelijkheidswaarde van de roman. Dat is natuurlijk maar één aspect van het boek. Bieke Illegems heb ik altijd een erg intrigerend nieuwsanker gevonden, en zij paste ook in de plot toen ik hem aan het ontwikkelen was.

 

Ondanks het onderscheid auteur-boek dat we moeten maken: beschouwt u academisch werk als “intellectuele masturbatie”?

Herman Absoluut … niet. Toen we die zin op de achterflap zetten, wist ik dat deze vraag zou volgen, maar als je goed leest, dan merk je dat die zin in het hoofd van het personage zit. Dat brengt ons bij het oude verhaal van Flaubert die zich moest verantwoorden voor de onzedigheid in ‘Madame Bovary’ en zei: “Ik ben het niet, het zijn mijn personages.”

 

Op zaterdag 30 mei vond een dodelijke schietpartij plaats in Café Tornado in de Van Arteveldestraat. Een getuige beschreef de schietpartij “als in een film van Quentin Tarantino”. Burgemeester Janssens noemde het incident “pure Jef Geeraerts”. Dacht ook u direct: hier zit een misdaadroman in?

Herman (lacht) Ongetwijfeld. Ik moet eens nadenken of ik er iets mee zal doen. Mocht ik ooit een tweede boek schrijven, dan zou ik graag schrijven over de moeilijkheden die mensen vandaag de dag hebben om zich te concentreren. Ook daarvoor lijkt de politieroman me uiterst geschikt.

Wat ik nu gedaan heb was een genreoefening met een beetje problematiek – macht op de werkvloer, macht tussen man en vrouw – maar als er een tweede boek zou komen, wil ik dat strakker organiseren wat thematiek betreft.

 

Niet voor freaks

Een van uw academische onderwerpen is de historische roman. Dekt u zich in door een misdaadroman te schrijven die niets met uw vakgebied te maken heeft?

Herman Met een beetje goede wil kun je ‘Nora en de feiten’ natuurlijk als een toepassing van de verhaalanalyse beschouwen, zeker omdat er met de brieven die Nora analyseert een aantal eerstepersoonsvertellingen voorkomen die een belangrijke rol spelen. Maar het klopt wel dat ik een voltijds literatuurwetenschapper ben die zijn hobby van zijn academisch werk gescheiden wenst te houden.

 

Over hobby’s gesproken, bent u een baseballfan? U vermeldt Jorge Posada en verwijst naar ‘Stan the Man’.

Herman Posada zit erin omdat mijn zoon een fan is van de catcher van de Yankees. Ik weet naar wie je verwijst met ‘Stan the Man’, maar daar had ik zelf nog niet aan gedacht. Hij (Stan Musial, nvdr.) is toch die oude ster van de St. Louis Cardinals, niet?

 

Inderdaad. Namen zijn overigens belangrijk in ‘Nora en de feiten’. Komt de naam van het hoofdpersonage, Nora Diels, uit uw persoonlijke omgeving? Ik vraag het omdat een vrouw met die naam sinds 2006 rust op een begraafplaats tussen de Campussen Groenenborger en Middelheim.

Herman Zeer interessant. Dat wist ik niet. ‘Nora’ is gewoon een mooie naam. In het boek staat met de verwijzing naar Ibsens ‘Een poppenhuis’ ook een mogelijke verklaring.

 

Het toneelstuk ‘Een poppenhuis’ gaat over vrouwenemancipatie. Hoe groot is de verleiding om bij je debuut erg idealistisch te zijn?

Herman Die verleiding is bij mij absoluut niet groot. Ik heb erop gelet dat het thema van emancipatie er niet te sterk uitkomt. Als je voor het eerst een boek schrijft, ga je al snel dingen uitvergroten. Ik heb erop gelet dat niet te doen. Je zou kunnen zeggen dat Kristien Hemmerechts een rol speelt binnen dat thema, omdat zij zich zeker in het verleden sterk in die richting heeft geprofileerd.

 

Heeft uw ervaring als producent uw kijk veranderd als consument?

Herman Zeer zeker. Ik zal me er in de toekomst voor hoeden te moeilijke woorden te gebruiken voor simpele dingen.

 

Het valt ook op dat u een eenvoudige taal gebruikt zonder moeilijke woorden of lange zinnen.

Herman Dat hoort bij het genre. Het is een gevolg van de hard-boiled die sinds de jaren dertig het genre heeft beïnvloed. Een andere reden is het verlangen naar een groot publiek. Dit is geen boekje dat bedoeld is voor freaks.

 

Zonder handen

Is een fictieboek schrijven pretentieuzer dan een academisch werk schrijven?

Herman Dat is een hele goede vraag. (denkt na) Het is in de twee gevallen pretentieus, maar op een andere manier. De academische wereld lijkt mij een stuk veiliger te zijn. Je weet namelijk wat je moet en kunt doen, terwijl fictie schrijven een stap in het duister is die heel wat risico’s meebrengt. Iets algemener zou ik de vraag als volgt beantwoorden: er hoeft natuurlijk niet per se sprake te zijn van pretentie, maar als die indruk van de academische wereld bestaat, dan is die wellicht legitiem. Er is altijd een machtselement in het academische bedrijf, zo van “look, ma, no hands”. Zeker in combinatie met een bepaalde parlando begrijp ik dat die indruk van pretentie ontstaat. Bij fictie is dat volgens mij minder het geval omdat fictie deel uitmaakt van het mediasysteem waaraan wij allen onderworpen zijn en waarin veel mensen zonder al te veel kennis van zaken op de voorgrond wringen. Ik denk dus niet dat het publiek fictie zo sterk met pretentie associëert.

 

Die indruk van pretentie hoeft inderdaad niet. Weet u dat er een Facebook-groep bestaat ‘If Luc Herman laid eggs, I would buy them’?

Herman Ja, mijn zoon heeft mij erop gewezen, nadat hij er via een vriend lid van was geworden. Ik heb dus kunnen volgen hoe ik – soms foutief – geciteerd word door studenten, maar ik vind die groep natuurlijk heel grappig en bovenal heel aangenaam.



de Internationale Editie
23/05/2011
🖋: 
Auteur extern
S.P. & M.A.

Iedere maand gaat dwars op zoek naar een student aan een buitenlandse universiteit om te berichten over de plaatselijke actualiteit. Deze maand een bijdrage van de Tehran Polytechnic University. Iran haalt uitsluitend met negatief nieuws onze krantenkoppen. Nucleaire proliferatie, islamfundamentalisme en tal van brandende vlaggen flitsen ons voor de ogen als we denken aan het land. De auteurs wilden dat beeld over hun thuisland bijstellen. Het feit dat ze eerder studeerden in Iran en momenteel verbonden zijn aan de Universiteit Antwerpen, maakt van hen de uitgelezen personen om eens een ander licht te werpen op de actualiteit.

Westerse wijsheden

Een van mijn eerste en meest typerende ervaringen in Europa brengt me terug naar de eerste nacht die ik in Antwerpen doorbracht, zo’n twee jaar geleden. Toen ik mijn toenmalige studio wou intrekken, vroeg de verhuurder of ik nog enige verzoeken of vragen had. Ondanks dat ik zei van niet, ging de man binnen en begon hij uitvoerig te demonstreren hoe alle elektrotoestellen werkten. Zowel de waterkoker, als de oven en de wekkerradio kwamen aan bod. Nog steeds dank ik de man uit het diepst van mijn hart voor wat hij me toen heeft geleerd. Uiteraard niet omdat hij me ‘leerde’ de groene en de rode knop te gebruiken op een afstandsbediening, maar wel omdat hij aantoonde hoe de meeste Europeanen denken over Iran, mijn thuisland.

 

In de Westerse media wordt Iran voorgesteld als een land waar het leven zich in vertraagde modus afspeelt. Mensen leven er in de woestijn. Er is geen elektriciteit, er bestaat geen entertainmentsector. Veiligheid is niet echt een prioriteit en geluk heeft men er al lang niet meer ervaren. De meeste films die de selectie op filmfestivals overleven, werden ingeblikt in één of ander afgelegen dorp en bevestigen zo het beeld dat het Westen verkiest. Om die reden wil ik toch duidelijk maken dat zeventig procent van de Iranese bevolking in een stad leeft. Op een totaal van achtenzeventig miljoen leven er dus heel wat in Teheran, de grootste stad met zijn tien miljoen inwoners. Daarnaast zijn er zelfs nog zeven andere miljoenensteden.

 

Het dagelijkse leven op die plaatsen wordt zelden getoond. Mensen dragen er jeans, spelen met hun technologische hebbedingetjes, kennen een gevarieerde muzieksmaak. Toen ik Teheran inruilde voor Antwerpen, was ik geenszins verrast door toestellen of technologie. Veel meer was ik verbaasd door de vragen: “En, wat vind je van het moderne leven? Went het wat?”

 

Vermeende retorische vragen

“Jullie mannen mogen toch meer dan één vrouw hebben?” Dat is steevast de eerstvolgende vraag! Eerlijk, ja, al gaan we dan wat kort door de bocht. Een seksuele relatie is enkel toegestaan tussen gehuwden. Je zal in Iran dus geen bordelen vinden. Stilt die ene relatie de honger nog niet? Dan kan je een tweede huwelijksverbintenis aangaan. Je moet dan kunnen aantonen dat je beide dames kan onderhouden, elk in een eigen huis. In het hedendaagse Iran is dit fenomeen echter zeer achterhaald. Je ziet het enkel nog in de laagste sociale klassen opduiken.

 

“Dragen vrouwen er allemaal een hoofddoek?” In het openbaar zeker wel. Anders word je beboet door de politie. Toch zijn zij daar niet altijd even consequent in. Het is namelijk een ongeschreven regel dat wanneerer verkiezingen op til zijn, men de gedragsregels iets lakser interpreteert. Het regime wil zo zieltjes van de kiezers winnen. Eens de verkiezingen afgelopen zijn, wordt alles weer gewoon zoals het was. Toch onderscheidt de hoofddoekenmode in Iran zich van die in andere landen. Vrouwen verkiezen er vaak erg modieuze en open modellen te dragen.

 

“Hebben jullie toegang tot internet?” Ja, er is internet tot in de dorpen. Ook in dit geval plaatst het probleem zich echter bij de toezichter: veel ‘gevoelig’ materiaal wordt gefilterd. Porno- en politieke websites worden volledig geblokkeerd. Sociale media en blogs mag je gerust aan dat rijtje toevoegen. Mensen proberen de beperkingen wel te omzeilen, maar doen dit met veel zin voor risico. En als het hen lukt, is er nog de lage snelheid van het internet die efficiënt werken haast onmogelijk maakt.

 

Een nieuwe gemeenschappelijke strijd

“En wat dan op politiek vlak?” In 1979 werd de Sjah het land uitgejaagd na een volksopstand. Iran koos toen een republiek te worden: een keuze voor meer vrijheid. Het daaropvolgende jaar viel Saddam Hoessein mijn land binnen en dit betekende de start van één van de langstdurende oorlogen uit de twintigste eeuw. Acht jaar oorlog vergde vierhonderdduizend slachtoffers. Irak genoot toen economische steun van diverse Arabische landen en werkte met wapentuig uit het Westen. (Aversie tussen Perzen en Arabieren is al eeuwenoud, nvdr.) Dat werd echter publiek stilgezwegen toen Saddam zijn agressie ook op andere landen richtte.

 

De revolutie in 1979 kon verwezenlijkt worden omdat verschillende ideologische strekkingen elkaar vonden in hun gemeenschappelijke strijd. Een plurale samenleving leek toen in de maak, maar één groep werd langzaamaan te dominant. Een meningsverschil maakt je daardoor vandaag een dissident. Je staat dus voor de keuze: lijden of zwijgen, sterven of leven. Vandaag vechten wij opnieuw voor vrijheid en democratie. Wij vechten opnieuw tegen een regime en rekenen daarvoor niet op buitenlandse hulp. We zijn namelijk nog niet vergeten dat het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten in 1953 een militaire staatsgreep steunden, en dat tegen onze democratisch verkozen regering. De jeugd dringt vandaag sterk aan op hervormingen. Het zal echter nog meer opofferingen en tijd vergen, maar voor succes is geen moeite te veel.

 

 

Wij danken beide auteurs, S.P. & M.A.



Tips om een geslaagde sollicitatiebrief te schrijven
23/05/2011
🖋: 

Je kunt wachten tot je via je papa of mama een baantje krijgt aangeboden op een of ander kantoor. Of je gaat zelf op zoek. Dankzij social media en vele jobsites zijn leuke vacatures snel gevonden. Maar hoe schrijf je een overtuigende brief? dwars-redacteur Marie-Paule Fritschy schreef een masterscripte over het opstellen van een zo geslaagd mogelijke sollicitatiebrieven, en vond enkele antwoorden op de bovenstaande vragen.

Weet waarom je een sollicitatiebrief schrijft

Je schrijft een sollicitatiebrief omdat je aangenomen wil worden. Maar dit gebeurt zelden tot nooit op basis van alleen een brief. Het hoogste doel dat je met een brief kunt bereiken, is uitgenodigd worden voor een sollicitatiegesprek. Concentreer je bij het schrijven van een sollicitatiebrief daarom op de volgende boodschap: ‘Het is de moeite waard om mij uit te nodigen voor een sollicitatiegesprek.’

 

Solliciteren = discussiëren

Sollicitatieprocedures zijn op te vatten als discussies. Hierin verschil jij, als kandidaat, van mening met de werkgever. Jij bent van mening dat je geschikt bent voor de baan, de werkgever twijfelt (anders zou hij geen vacature hebben geplaatst). In een sollicitatiebrief beargumenteer je waarom je in ieder geval een sollicitatiegesprek verdient.

 

Jezelf aanprijzen, zonder je op te dringen

In een sollicitatiebrief wil je jezelf aanprijzen, zonder je op te dringen. De gulden middenweg vind je door strategisch te manoeuvreren, een term die deel uitmaakt van een argumentatietheorie waarin argumenten worden gezien als deel van een discussie, met als doel het oplossen van het verschil van mening. Drie aspecten van strategisch manoeuvreren die helpen bij het schrijven van een sollicitatiebrief:

 

1. Maak een inhoudelijke selectie

Wees kritisch op wat je wel en niet vertelt: wordt er gevraagd om ‘affiniteit met het veiligheidsdomein’? Verzin dan geen heldendaden, maar schrijf evenmin: ‘Ik heb geen affiniteit met veiligheid’. Een goede reactie is: ‘Mijn werkzaamheden binnen bedrijf X hebben mijn interesse op het gebied van veiligheid versterkt’.

 

2. Pas je aan de lezer aan

Welke toon je aanslaat hangt sterk af van de vacature. Lees deze daarom goed. Is de vacature deftig/formeel? Spreek de lezer dan aan met ‘geachte heer/mevrouw’ en sluit af met ‘hoogachtend’. Wees bovenal consequent in je formulering. Spreek dus niet aan met ‘geachte’ om af te sluiten met ‘groetjes’.

 

3. Gebruik presentatiemiddelen

Niet elke formulering is even geschikt: ‘Als pas afgestudeerde vermoed ik dat ik goed tot mijn recht zou komen als X’. ‘Pas afgestudeerd’ hoef je niet te vermelden, dat blijkt wel uit je C.V. En ‘vermoed’ ontkracht je bewering, een concreet voorbeeld waaruit blijkt dat je geschikt bent staat sterker.

 

 

Meer tips? Download gratis de scriptie ‘Mijn eerste advies is: nodig mij uit voor een gesprek’ op www.sterschrift.nl



Niet in de stemming
23/05/2011
🖋: 

“Mensen zijn het beu om het beu te zijn.”

 

Met bovenstaande uitspraak analyseerde initiatiefnemer Geoffrey Hantson de schrale opkomst voor Camping 16, een tentenkamp dat op 30 april Tahrirplein-gewijs werd opgetrokken in het Jubelpark om te protesteren tegen de politieke impasse. Een tiental dagen later stelde ook SHAME-organisator Felix De Clerck in ‘Reyers Laat’ vast dat de mensen het zat zijn om het zat te zijn en het moe zijn om het moe te zijn. Defaitisme kan in België anno 2011 gedefinieerd worden als een vorm van moedeloosheid die een aanvankelijk mobiliserende moedeloosheid overtreft, om te resulteren in je-m’en-foutisme.

 

De gedachte aan een regeringsvorming die een volledig academiejaar overspant is bijna hallucinant. De moedeloosheid van de burger is een gevolg van de schijnbare catch-22, waarbij de enige niet-onderhandelde oplossing – verkiezingen – leidt tot een versterking van de patstelling. Vlamingen stemmen zus, Walen stemmen zo, en vervolgens begint het spel weer opnieuw.

 

Maar het kan anders. Burgers kunnen massaal op andere partijen stemmen. Burgers kunnen massaal de straat opkomen. Laat ons de universiteit als voorbeeld nemen. In het voorjaar van 2012 wordt aan de Universiteit Antwerpen een nieuwe rector verkozen. De stemmen van de studenten maken iets meer dan 10 procent van het totale aantal uit. Met het ex aequo in de tweede stemronde van de verkiezingen van 2008 in gedachte, weegt dat relatief kleine aandeel plots een stuk zwaarder. De stembusgang kan een uitgelezen moment zijn om het beleid van huidig rector Alain Verschoren te evalueren en een debat over de toekomst van de universiteit te houden.

 

Een erg concreet beleidsvoorbeeld zijn de bijzondere faciliteiten voor topsporters en studenten die kunst of cultuur beoefenen op een hoog niveau. Het zou mooi zijn mochten die volgend academiejaar op punt staan. De tophockyers die op de volgende pagina’s aan bod komen, spreken namelijk van een systeem waarbij de prof alle rechten heeft en de topsporter/student alle plichten. Onze Nutteloze van de nacht (p. 29) op zijn beurt dreigt dan weer zijn faciliteiten als kunstenaar pas te verkrijgen nadat hij is afgestudeerd.

 

Net zoals het voorbije academiejaar zal dwars ook na de zomer intensief berichten over het reilen en zeilen aan onze Universiteit Antwerpen. Niet in het minst omdat de stem van de student er erg toe doet.



Maarten Staepels is onderzoeker
23/05/2011
🖋: 

De term ‘wetenschappelijk onderzoek’ dekt vele ladingen, maar het clichébeeld is toch dat van een vorser in een witte laborantenjas temidden van heftig pruttelende reageerbuisjes. Of, en daar wil ik vandaag heen, de onderzoeker die werkt met proefdieren. Experimenten op muizen zijn een optie, maar het kan gekker, dus neem ik contact op met Chris van Ginneken, professor Anatomie en Bio-Ethiek aan het Departement Diergeneeskunde. Wanneer ik arriveer aan Gebouw U op Campus Drie Eiken moet ik alvast één cliché bijstellen. Ik had me voorbereid op een kil labo met dieren in kleine kooien, maar Diergeneeskunde beschikt over een heuse boerderij. Enkele lama's staan me onnozel aan te kijken wanneer ik voorbij fiets. Verderop zijn studenten in blauwe overalls in de weer met het dresseren van een paard.

Onrijpe biggen

Maar goed, ik ben hier dus voor de proefdieren. Biggetjes om preciezer te zijn. Professor Chris van Ginneken werkt al sinds ze zelf nog doctoraatsstudente was met varkens. Het onderzoek waar zij en haar team nu mee bezig zijn, draait om Intrauterine growth retardation (IUGR,) een geboorteafwijking bij varkens (alsook bij mensen, waarover later meer). De biggen met deze afwijking zijn bij de geboorte erg zwak en klein, ze zijn in de baarmoeder als het ware onvoldoende ‘gerijpt’. Als gevolg geraken ze in de worstelpartij tussen de andere biggen moeilijk aan de moedermelk, die vlak na de bevalling boordevol levensnoodzakelijke antistoffen en hormonen zit. De diertjes blijven dus erg zwak, en het kleinste wondje kan makkelijk tot gevaarlijke infecties leiden, die op hun beurt weer de rest van het nest kunnen besmetten. Veel boeren kunnen nauwelijks anders dan deze zwakke versgeboren biggetjes onmiddellijk uit de nesten halen en ze euthanaseren. Dit onderzoek is er dan ook gekomen op vraag van de veehouders, die voor de productie van hun vlees natuurlijk liefst grote nesten met min of meer homogene, gezonde varkens kweken.

 

Magische cocktail

Aan de Universiteit Gent loopt een onderzoeksgroep die uitzoekt of het probleem verholpen kan worden door de voeding van de zeug tijdens de zwangerschap aan te passen. Hier in Antwerpen wordt vooral gekeken naar de heilzame werking van die eerste zeugenmelk, oftewel het colostrum. Het positieve effect van dit colostrum is al langer bewezen, maar de werking begrijpt men nog niet helemaal. “Het is een soort magische cocktail, een Gouden Standaard voor moedermelk, waarvan we nog niet helemaal weten welke factor of combinatie van factoren juist zorgen voor de wonderlijke werking. Het is nu dus aan ons om uit te zoeken wat er structureel misloopt bij de IUGR-biggen, en in de tweede plaats welke fractie van deze Gouden Standaard de beste resultaten oplevert om ze er weer bovenop te krijgen.”

 

Boeren en boerinnen

In de praktijk heeft de onderzoeksgroep de voorbije twee jaar al een vijftal nesten opgekweekt, met telkens een andere fractie van het colostrum in hun melk. Bij deze experimenten gebruiken ze het colostrum van runderen, dat commercieel veel makkelijker beschikbaar is. Zeugen melken is immers onbegonnen werk, en zeker voor de vleesindustrie quasi ondoenbaar. Het nest dat ik kan bekijken is nog maar net aangekomen, de biggetjes zijn slechts vijf dagen oud. Het zijn er een tiental, een combinatie van gezonde biggen en IUGR-biggen. “Wij krijgen de biggen van de boer als ze drie dagen oud zijn, hier op onze boerderij blijven ze dan tot ze 28 dagen oud zijn. Dan krijgen ze een spuitje, en worden ze naar binnen gebracht voor een grondige dissectie.” De kleine biggen liggen dicht naast en op elkaar onder rode warmtelampen. Ze zijn onwaarschijnlijk zacht en roze, en – bij gebrek aan betere term, het spijt me – écht schattig. “Ja, het is natuurlijk jammer om de diertjes te moeten euthanaseren, maar we proberen ze tijdens hun korte leven goed te verzorgen en veel liefde te geven.” Doorheen de week zijn het meestal studenten die instaan voor de zorg van de dieren, maar in het weekend is het professor Van Ginneken zelf die het hooi van de koeien en de melk van de biggetjes komt verversen. “Het was mijn kinderdroom om boerin te worden, ik geniet er dan ook echt van die laarzen en overall aan te trekken om hier te komen werken.”

 

IUGR-baby's

Dat het onderzoek ook voor de humane geneeskunde van belang is, is een mooi meegenomen tweede luik binnen het onderzoek. IUGR komt namelijk ook bij mensen voor, en er zijn redenen om aan te nemen dat dit colostrum ook bij deze zwakke baby's een positief effect kan hebben. Er zijn trouwens al een tijdje rundercolostrumtabletten voor sporters op de markt. Klinische experimenten op baby's - en dan zeker zulke zwakke baby's - zijn echter niet te verantwoorden. Varkens hebben een zeer aan de mens gelijkaardige werking van het maag-darmkanaal. Als professor Van Ginneken en haar team erin slagen om de X-factor in het colostrum te achterhalen, zal daar ook vanuit de humane medische sector zeker interesse voor zijn.



Rewind
23/05/2011
🖋: 

Wat ik nu vertel is met schaamrood op mijn stoere, rock-'n-rollwangen. Het is mijn moment om uit de kast te komen – de boekenkast welteverstaan. Ik beken, als kleine jongen was ik heimelijk verslingerd aan de boekjes van Tiny.

REWIND Al in 1954 zag Tiny het levenslicht, hetzij in het Frans. De 30-jarige Gilbert Delahaye, zeg maar de vader van Tiny, schreef toen ‘Martine à la ferme’. De tekeningen waarbij ik kon wegdromen waren van de hand van Marcel Marlier. Ieder jaar was het uitkijken naar een nieuw avontuur in de naïeve Tiny-wereld.

 

PLAY Tijdens de wintermaanden snelde ik na schooltijd naar huis, om gezellig op zolder de boekjes boven te halen. Op de oude pick-up draaide ik de platen van Kinderen voor kinderen – nog zo'n guilty pleasure – en koppelde ze thematisch aan mijn meisjesboekjes. ‘Op een onbewoond eiland’ vormde steevast een duo met ‘Tiny aan zee’. Onder een dekentje en met obligatoire zaklamp, bladerde ik door de boeken. In gedachten was ik ieder jaar een van de gasten op Tiny's partijtje in ‘Tiny is jarig’. Tiny was mijn eerste Belgische vriendinnetje. Jaar na jaar kwam ik steeds minder op dat zolderkamertje en de boeken en platen kregen een sjaal gemaakt van een dikke laag stof.

 

FAST FORWARD Ondertussen zijn zo'n 85 miljoen Tiny's verkocht, en uitgegeven in vele landen waar Tiny gekend is als Debbie, Emma, Mimmi, Mapuka of Aysegül. In 1997 stierf Marcel Marlier die mij en zovele anderen een fantastische wereld aanreikte. Sindsdien illustreert Marcels zoon Jean-Louis de boekjes. In het zolderkamertje blaas ik het stof van de boeken en zoek ik vruchteloos naar een stijlverschil van vader en zoon. Vorig jaar verscheen ‘Tiny en de mysterieuze prins’, een voorlopig laatste versie. Het moet gezegd: ook dat is een pareltje.