Vlaming zijn om Europeaan te worden

Vraaggesprek met Antwerps N-VA-boegbeeld Bart De Wever
01/10/2003

Bart De Wever, ondervoorzitter van de N-VA, heeft er een studentikoos verleden op zitten. Na zijn Grieks-Latijnse humaniora vatte hij op UFSIA de kandidaturen geschiedenis aan. De licenties doorliep hij te Leuven. Ondanks zijn activiteit binnen het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond en de redacties van de studentenbladen ‘Tegenstroom’ en ‘Ons Leven’, studeerde hij af met grootste onderscheiding. Daarna ruilde hij de universiteit één jaar lang voor de Koninklijke Militaire School, alvorens als assistent op de KUL te worden onthaald.

Geert Bourgeois kondigde na de teleurstelling van 18 mei aan dat de N-VA in 2004 een thuismatch zal spelen en men de moed dus maar niet moet verliezen. Welke voordelen zullen de Vlaamse parlementsverkiezingen u bieden?

Bart De Wever Wij scoorden in het verleden altijd beter op het Vlaamse niveau dan op het federale, zelfs bij gelijktijdige verkiezingen met het federale niveau zoals in ’99. De mensen associëren het Vlaams parlement blijkbaar met een Vlaamse stem en wijken eerder uit naar een vlaamsgezinde partij. Bovendien zijn we op 18 mei maar nipt onder de kiesdrempel blijven steken. We weten met andere woorden dat zetels binnen handbereik liggen.

 

De Vlaamse onafhankelijkheid is volgens u geen revolutie maar een evolutie. Wat zijn dan de meest essentiële redenen om een onafhankelijke Vlaamse staat te realiseren?

De Wever Een lidstaat in de Europese Unie bedoelt u. Dat onderscheid is belangrijk. Het concept ‘Vlaamse staat’ heeft eerder een 19de-eeuwse connotatie. In een Europese context zijn we per definitie afhankelijk van de ons omringende gemeenschappen. Een eerste reden voor een onafhankelijk Vlaanderen in een confederaal Europa is het democratisch deficit van België. In dit land bestaan twee democratieën parallel naast elkaar. Na elke verkiezing worden zowel Vlamingen als Franstaligen bestuurd door partijen waar ze niet voor konden stemmen. Die partijen houden vaak geen rekening met wat men aan de andere kant van de taalgrens denkt. Bovendien zijn er op eender welk federaal ministerie nog allerhande blokkeringen. Justitie is een goed voorbeeld. Bijna iedereen in Vlaanderen is voor het jeugdsanctierecht, maar Wallonië was tegen en het kwam er niet. Omgekeerd speelt dat ook. Wij hebben de Walen de tabaksreclame op Francorchamps niet te verbieden, maar het is wel gebeurd. Toch trekken de Franstaligen in dit geschipper systematisch aan het langste eind. Tenslotte is er de factuur van dit land. België kost Vlaanderen ontzettend veel geld. Met de miljardentransfers van Vlaanderen naar Wallonië financieren we eigenlijk grotendeels misbruiken in de sociale zekerheid. Dat zijn geen fantasieën van een overjaarse flamingant hé. Lees de rapporten van de OESO en het IMF er maar op na. Als je de zaken louter rationeel benaderd, denk ik dat het Belgische bestuursniveau op termijn eigenlijk niet veel zin meer heeft. Ik beschouw de Vlaamse onafhankelijkheid als een evolutie naar supranationalisering waarbij we bij verdrag in confederatie bevoegdheden doorschuiven naar Europa en afspreken hoe die uitgevoerd moeten worden.

 

Indien deze evolutie zich voltrekt zou de N-VA haar bestaansredenen langzaam maar zeker zien verdwijnen?

De Wever Op staatkundig vlak is dat inderdaad zo. We hebben een duidelijke rationele analyse van hoe we staatkundig Europa willen intreden. Op het moment dat dat gerealiseerd is, zouden we kunnen ophouden te bestaan. Naast onze staatkundige punten hebben we ook nog een maatschappelijk programma, een vrij unieke ethisch-culturele cocktail, die vaak over het hoofd gezien wordt.

 

Wat zijn juist de ingrediënten van die cocktail?

De Wever Sociaal-economisch zijn wij vrij liberaal. We zetten het ondernemersbelang steeds voorop. Een Vlaming is op dat vlak niet zo progressief, maar wil wel zijn boterham verdienen. Op cultureel-ethisch vlak zijn wij geen liberalen, eerder gemeenschapsdenkers. De Vlaming is op dat gebied geen doorwinterde conservatief, maar ook geen mens met een vrijheid-blijheidmentaliteit. Deze standpunten zouden zeker wel aanslaan, maar ze worden doorgaans fout gepercipieerd: ofwel ben je een Blokker, ofwel ben je politiek correct en uiterst relativistisch.

 

Regionalisering

Vorig jaar voerde de N-VA aan de UA een actie rond de Bologna-akkoorden. Waarom is uw partij een tegenstander van de universitaire gelijkschakeling op Europees niveau?

De Wever Ik ben zeker niet tegen een harmonisering van de onderwijskwaliteit. Als Europa op dat vlak een rol wil spelen, kan ik daar mee leven. Anderzijds hoeft men om die reden heel ons hoger onderwijs, dat tot het beste van de wereld behoort, nog niet op het Angelsaksisch model te gaan oriënteren. Men kan ook Europese kwaliteitsnormen opstellen en nagaan welke instellingen daaraan voldoen. Die bevoegdheid moet aan de specifieke organisator van het onderwijs toegekend worden, in ons geval de deelstaat Vlaanderen. Met die regeling heb je die hele BaMa-structuur niet nodig. Het volstaat dat je naar het buitenland gaat en kunt zeggen “mijn titel is gelijk aan dit”. Wij hebben ook gefocust op de verengelsing van het cursusmateriaal. We hebben 150 jaar moeten knokken om van het Nederlands een wetenschapstaal te maken en nu zouden we dat zelf afschaffen. Dat gaat mij te ver.

 

De N-VA stelt dat een regionalisering van het arbeidsbeleid de Vlaamse economie en tewerkstelling ten goede zal komen. Is de huidige economische malaise niet eerder te wijten aan de conjuncturele toestand op wereldvlak?

De Wever In zekere zin wel. De economie en zeker de conjunctuur is voor een groot stuk geglobaliseerd. Wat een staat op zich daaraan kan remediëren is heel beperkt. Danny Roderick van de universiteit van Harvard zegt dat je precies daarom moet focussen op de dingen die je nog in eigen handen hebt. Dat gaat over de kwaliteit van dienstverlening, infrastructuur, onderwijs en ook over fiscaliteit. Die instrumenten moeten de deelstaten in handen hebben, want in België zit men per deelstaat met een heel specifieke economische situatie: de Vlaamse KMO-economie tegenover een sterk op de overheid gerichte Waalse economie. Als men op die twee verschillende modellen dezelfde economische politiek toepast dan komt men tot een inefficiënt beleid. De regionalisering van alles wat met werkgelegenheid te maken heeft, is dus in het belang van beide deelstaten.

 

Welke oplossingen zou u voor de hoge werkloosheid aandragen?

De Wever Dezelfde instrumenten waar Roderick naar verwijst zijn ook hier van belang. Een eerste instrument dat we zelf in handen hebben is het onderwijs. Slechts 2% van de Vlaamse afgestudeerden begint als zelfstandige. Dat is een dramatisch laag cijfer voor een KMO-economie die het moet hebben van mensen die zelf iets willen beginnen. De dienstverlening zou in dat verband ook meer afgestemd moeten worden op het ondernemersbelang. Ten tweede kan ook de infrastructuur sterk verbeterd worden. Zo zou het voor de Antwerpse haven uiterst nadelig zijn als wij van de Walen geen toelating krijgen om een tweede havenontsluiting te creëren. Een laatste oplossing zie ik in de fiscaliteit. Nergens in Europa is het zo duur om iemand tewerk te stellen als hier. Wij stellen dus voor om een aantal dingen uit de loonkost te halen en die uit algemene middelen te financieren.

 

Wat met de bestrijding van jongerenwerkloosheid?

De Wever Het huidige activaplan is eigenlijk zo slecht nog niet. Het principe dat men verlaging krijgt op de lasten van de arbeid als men een jongere aanneemt, is bijvoorbeeld een goed instrument. Daar situeert zich namelijk het probleem. Men geraakt als jongere gewoon niet gestart op de arbeidsmarkt. Vooral in tijden van recessie zien we het fenomeen opduiken waarbij ervaren werkkrachten met jobs van jongeren gaan lopen. De enige echte oplossing is een verbetering van de conjunctuur. Met de beperkte middelen die je daarvoor hebt, moet je daar iets aan trachten te doen. Dan zal dat probleem zich voor het grootste deel zelf oplossen.

 

Conservatief Sociaal

Komt het inburgeringsdecreet van deze Vlaamse overheid tegemoet aan de eisen die N-VA inzake inburgering stelt?

De Wever Wij hebben geen enkel probleem met een multi-etnische samenleving. We wensen wel maar één burgerschap dat we als absoluut beschouwen. Vanuit zijn particuliere culturele eigenheid moet men daar geen uitzondering op vragen. Verplichte inburgeringstrajecten zijn dus noodzakelijk. Er is tot nu toe geen enkele eis gesteld aan de mensen die sinds de jaren 60 uit de Magreb-landen naar hier zijn gekomen. Nu stelt men vast dat de integratie mislukt is. Dan vraag ik mij af over welke integratie zij het hebben, want men heeft er nooit echt een poging toe gedaan. Ik ben dus niet tegen een multi-etnische samenleving en evenmin tegen migratie op zich, maar ze moet goed georganiseerd zijn.

 

In De Standaard van 16/08/03 zegt u in een opiniestuk over Edmund Burke: “Geen politicus in Vlaanderen die zich conservatief noemt. Een hardnekkige karakterstoornis, die me in de ogen van velen wellicht tot een arrogant en irritant kereltje maakt, geeft me alleen al daarom zin het predikaat conservatief enthousiast te aanvaarden als geuzennaam.” Vindt u dat het conservatisme in Vlaanderen een te negatieve bijklank heeft?

De Wever Niet alleen in Vlaanderen, maar in de hele Westerse wereld wordt het conservatisme negatief gepercipieerd. Wie het woord conservatisme hoort, denkt zeker aan een oude kwezel of een fanatieke Blokker. De essentie van het conservatisme maakt echter de sokkel van mijn politiek denken uit. Waarom zou ik mij dan niet noemen wat ik ben, namelijk conservatief sociaal. Ik kreeg immers vele positieve reacties op dat stuk. Men was blij dat eindelijk iemand durfde te zeggen dat we niet moeten meedoen met die politiek correcte nonsens en alles fantastisch moeten vinden op cultureel-ethisch vlak. Ook enkele CD&V’ers reageerden positief. Ik wilde met dat stuk naar hen ook een signaal geven om te zeggen: “Zo zie ik het.” Uiteindelijk bleek men toch niet bereid om de stap naar een kartel te zetten.