STADSCAMPUS ONDER BEZETTING

23/05/2024

Sinds vorige week maandag bezetten studenten de Agora op de Stadscampus. Ze eisen transparantie over de academische banden tussen onze universiteit en Israël, het verbreken van die banden en dat de universiteit oproept tot een staakt-het-vuren. Wie zijn de bezetters en hoe gaat het met hen? 

Alles gaat zijn gewone gang in de Agora. Passanten wandelen tussen de aula’s, het geluid van sporters echoot tussen de muren en ijverige studenten blokken voor de aankomende examens. Toch is alles net een tikkeltje anders. Een tentendorp is neergedaald over de Agora, heeft de pingpongruimte geheel ingenomen en reikt naar het voorbeeld van typische Vlaamse lintbebouwing bijna tot de deuren van het C-gebouw. In elke hoek van de Agora prijkt wel een Palestijnse vlag of een slogan tegen de genocide in Gaza. De Agora is niet langer alleen het kloppende hart van de stadscampus, maar ook het centrum van een protestbeweging.  

“We moesten gewoon actie ondernemen na meer dan zeven maanden, we moesten iets doen om de genocide te stoppen. We vinden dat de universiteit hierin een rol kan en moet spelen. Volgens ons is het heel laf dat onze rector zich nu als een bureaucratisch blok opstelt”, zeggen student Elektronica-ICT Mo en student Geschiedenis Bas. Beiden zijn deel van UAntwerp for Palestine, de organisatie achter de bezetting. Dezelfde organisatie is al langer bezig met acties. “Dat is er gekomen na de heropleving van het conflict in Gaza na 7 oktober vorig jaar. Toen zijn wij begonnen met wekelijkse sit-ins op dinsdag in de Agora.” De overgang van sit-ins naar een bezetting is deel van een wereldwijde golf van campusbezettingen die begon in Amerika. In eigen land nam Gent twee weken geleden de voortrekkersrol.  

solidariteit 

Bij de bezetters heerst een gedeeld gevoel van solidariteit met het Palestijnse volk. Bij Mo is dat extra aanwezig door zijn afkomst: “Mijn vader is Palestijns en mijn moeder Jemeniet. Ik ben zelf in Damascus geboren. Sinds ik klein was, heb ik altijd geleerd waarom mijn grootouders alles achter moesten laten en moesten vluchten uit Palestina. Ik heb altijd geleerd van mijn grootouders dat dat ons land is, we hebben altijd geleerd wat Israël ons aangedaan heeft. Ik heb veel Palestijnse vrienden en ze hebben dezelfde ervaring.”  Verder zegt hij: “We kunnen weinig doen, dus dit is het minste wat we kunnen doen. Het is een beetje moeilijk om hier te slapen, maar ik denk altijd aan de mensen in Gaza. Zij hebben helemaal niks. Wij hebben nog eten, drinken, steun en we hebben geen bommen boven ons.” 

Veel aanwezigen delen het gevoel dat dit het minste is dat ze kunnen doen. Student Emile sluit zich hierbij aan: “Het is moeilijk om veel te doen want ik ben uiteindelijk maar een achttienjarige westerse persoon. Ik denk dat de kleine dingen die je kunt doen om je steun te laten zien dan belangrijk zijn.”  We vragen ook Ynys naar haar overtuiging: “Ik doe mee uit solidariteit en omdat ik actie wou ondernemen. Ik geloof erin dat universiteiten met een boycot een krachtig signaal kunnen geven aan de Israëlische universiteiten die direct of indirect het apartheidsregime steunen en kritische stemmen ten opzichte van dat regime onderdrukken. Er is nood aan een krachtige, collectieve boodschap: wij ondersteunen deze schending van mensenrechten niet. Ik hoop dat een boycot dat signaal overbrengt en dat de Israëlische regering en universiteiten daardoor de druk voelen om het apartheidsregime en de oorlog te beëindigen.” 

“Wij zijn bezorgd over wat er aan het gebeuren is in Israël-Palestina”, zegt een geschiedenisstudent. “Ik denk dat wij er heel bewust van zijn dat er bepaalde instellingen zijn die die situatie in stand houden. Wij denken dat het belangrijk is dat aan te kaarten. We moeten de vanzelfsprekendheid van dingen waar we dit conflict mee in stand houden in vraag stellen.” Een medestudente valt hem bij: “Er wordt niet alleen indirect aan bijgedragen maar als onderwijsinstelling steunen we dingen die we niet zouden moeten steunen en associëren we ons met waarden waar we ons eigenlijk niet mee zouden moeten associëren.” De opleiding Geschiedenis is hier sterk vertegenwoordigd. Een andere geschiedenisstudent vindt dat niet vreemd. “Als je de geschiedenis kent, is het moeilijk om niet aan de juiste kant te staan.” 

blokupation 

Het valt op hoe rustig de bezetting overdag is. Veel bezetters gaan nog steeds naar hun lessen en tussen de lessen houden ze zich bezig met blokken. Boven drie rijen tafels met blokkende studenten prijkt een spandoek met daarop “Blokupation”. Als je de tenten en spandoeken even wegdenkt heeft het hier op momenten veel weg van een STUDY360-locatie. “Het is een solidair gevoel dat we hier allemaal samen zijn uit solidariteit met de Palestijnen. Tegelijk zijn we ook samen aan het studeren”, zegt masterstudent Ynys. Emile sluit zich daarbij aan: “We studeren gezamenlijk en er hangt een goed doel aan vast, dus het is een win-win situatie.” 

Tijdens de dag stromen mensen continu door de Agora. Voor sommigen is die drukte afleidend, maar de studenten motiveren elkaar om door te blokken. Af en toe wordt het studeren onderbroken wanneer iemand goed nieuws mededeelt. Een keer staat een vrouw op haar stoel en leest ze een sms voor van een Palestijn. Hij heeft gehoord van onze bezetting en steekt ons een hart onder de riem. Elke overwinning, hoe klein dan ook, van de andere universiteitsbezettingen resulteert steevast in een golf van vreugde over de Agora. Het is niet alleen uit solidariteit met hun collega-bezetters, maar ze halen er hoop uit dat hun eigen eisen ingewilligd kunnen worden. Na zo’n mededeling gaat het studeren gewoon verder, maar iedereen lijkt net dat tikkeltje gelukkiger.  

Soms stopt het blokken, maar gaat het leren verder. De bezetters zijn gemotiveerd om zich te informeren over het conflict. “Ik heb hier veel bijgeleerd de afgelopen dagen”, getuigt Emile. Dat gebeurt door met elkaar te praten, maar de organisatie voorziet daarvoor eveneens activiteiten. Zo zijn er lezingen van proffen en kijken de studenten samen films. Woensdag kwamen er Palestijnse parafietsers langs om hun verhaal te delen. Er zijn tevens boeken over het conflict voorzien door uitgeverij EPO en KdG for Palestine heeft onze dwarsdeelbak herbestemd als deelbibliotheek. Af en toe is er nood aan ontspanning. Op het einde van de dag is het dan headbangen op live rockmuziek of wegdromen bij poëzie.  

kamperen op de campus 

Een campus bezetten is meer dan solidair zijn en blokken. Er komt allereerst een hoop organisatie bij kijken. “De eerste drie dagen waren we vooral met praktische zaken bezig”, zegt Bas. Een van die praktische zaken was afspraken maken met UAntwerpen. De bezetters verstoren de werking van de universiteit niet en laten alles proper en onbeschadigd achter. Stewards zien daarop toe en letten ook op de veiligheid. De universiteitsgebouwen gaan zoals gewoonlijk ’s nachts dicht, maar de bezetters kunnen nog naar buiten en kunnen de binnenkoer blijven gebruiken. “De rector laat ons eigenlijk heel veel doen, we hebben niet veel tegendruk. Wij vermoeden dat dat komt omdat hij zelf weet dat het bijna examens zijn en denkt dat als hij ons met rust laat we wel weg zullen gaan”, zegt Bas. 

Al bij al lijkt alles vlot te verlopen. Tijdens het schrijven van dit artikel konden we alvast rekenen op een constante voorraad thee en heerlijk warm eten. Dat werd gedoneerd door studenten en hun ouders, maar ook door restaurants. Eten dat koud moet blijven plaatsen ze in een koelkast uitgeleend door Agora Caffee. Afwas moet iedereen zelf doen in wat normaal een drinkkraan is. Niet alleen het bestek is proper maar evenzeer de bezetters zelf. Er is een regeling dat de douches van de sporthal gebruikt mogen worden van 23.00 u tot 8.00u. Anderen douchen dan weer thuis of bij vrienden. “Als je mij niet ruikt dan denk ik dat het nog steeds proper is”, grapt Ynys. Ook de kuisploeg doet ongehinderd verder om alles proper te houden, iets waar de bezetters zeer dankbaar voor zijn. Dat de kuisploeg hier al mee begint om 5.45u nemen ze er voor lief bij.  

Met oordoppen in merken de bezetters de ochtendshift amper op. Ook andere slaapobstakels lijken mee te vallen. “De grond is uiteraard hard. Het is niet heel comfortabel, maar daar heb ik me wel bij neergelegd”, zegt Ynys. "Het is minder ongemakkelijk dan ik dacht om hier te slapen.” Buiten de harde grond hoor ik een paar klachten over de warmte met de suggestie dat een extra raam open een aangename verbetering zou zijn. Desondanks die kleine klachten concluderen de studenten dat het blijven slapen gezellig en aangenaam is. Voor sommigen, zoals mensen met rugklachten, kan het dagelijks slapen op een harde grond wat te veel worden. Uiteindelijk is het een open bezetting dus de meesten hebben al gebruik gemaakt van hun recht om thuis te gaan slapen en later terug te keren.  

steun 

Een andere bemerking over het slapen is dat er wel eens zatte mensen op de ramen kloppen. Waarschijnlijk heeft dat meer te maken met de ligging naast café De Prof dan om enige ideologische redenen (tenzij je alcoholisme een ideologie wilt noemen). Voor de rest is het vrij rustig gebleven zonder enig geval van agressie. De bezetters merken vooral steun, onder andere van al de organisaties die eten en materiaal doneren, maar ook vanuit de universiteit zelf. “We krijgen heel veel steun van studenten en professoren die langskomen”, getuigt Bas.  

Een van de professoren die langskomt is Henk de Smaele van het departement Geschiedenis. “Ik ben uitgesproken voor de opschorting van samenwerkingen met Israëlische universiteiten op dit moment. In die zin steun ik inhoudelijk de actie van de studenten. Er zijn hier ook redelijk wat van mijn eigen studenten die ik persoonlijk een hart onder de riem wil steken en ik wil zien hoe het met hen gaat.” Op de vraag of er veel steun is onder de professoren antwoordt hij: “Ik denk dat veel collega’s grote bedenkingen hebben bij wat zich momenteel afspeelt in Israël-Palestina, maar ik begrijp ook de collega’s die het moeilijk vinden om een activistische houding aan te nemen of bang zijn dat ze academische serieusheid gaan verliezen door te participeren in een protest.” 

groei 

In de eerste week is de bezetting gegroeid van een lokaal protest naar een deel van een grotere beweging. In die week zijn er bezettingen gekomen aan bijna alle Belgische universiteiten. Sinds 19 mei vormen die een verenigd front met een gedeelde lijst eisen. Bij die eisen staan ook de drie waar UAntwerp for Palestine mee begonnen is. Daarbovenop wordt er nu ook geëist dat de universiteiten de educatieve noden van Palestijnen steunt en Israël erkent als koloniale staat die een genocide begaat op de Palestijnen. De volledige lijst met eisen kan je vinden op de Instagrampagina van UAntwerp for Palestine.  

Naast andere universiteiten is er ook toenadering tot KdG for Palestine, want zij voeren een gelijkaardige actie aan de Antwerpse Karel de Grote Hogeschool. Daar is het echter niet gekomen tot een bezetting. Er is een ook samenwerking met het SCTIG (Studentencollectief tegen imperialisme en genocide). Dat collectief is een samenwerking tussen Young Historians for Palestine, Actief Linkse Studenten en Anarchistisch Collectief Antwerpen, en ijvert voor het verbreken van de banden tussen de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte en Israël, in het bijzonder Tel Aviv University. SCTIG protesteert op 22 mei om die reden aan het Brantijser.  

Inmiddels zit de eerste week van de bezetting erop. De eerste eis van de bezetters, transparantie, is inmiddels ingewilligd. De rector mailde een lijst van samenwerkingen met Israëlische universiteiten. In een brief naar de rector zeggen de bezetters echter dat ze eraan twijfelen of die lijst wel compleet is, zo worden er geen vermeldingen gemaakt van eventuele samenwerkingen tussen de universiteit en de Israëlische privésector. Tegenover de andere eisen heeft de universiteit tot nu toe het been stijf gehouden. Als reactie zal de bezetting doorgaan. Tot wanneer blijft voorlopig onduidelijk.