een leerstoel verwerven voor dummies

van Club Brugge over BNP Paribas tot … Matthias Vangenechten

24/10/2021

Wie kent het gevoel niet? Je staat op en je mijmert: ik wil een eigen leerstoel aan UAntwerpen, liefst deels naar mezelf vernoemd. In plaats van zielig te treuren om mijn verre toekomstdroom besloot ik mijn mogelijkheden te verkennen. Kom ik in aanmerking voor een eigen leerstoel? Indien ja, vanaf wanneer? En wie zijn mijn illustere collega-leerstoelhouders?  

Een leerstoel Matthias Vangenechten. Ik zie het helemaal voor mij. UAntwerpen telt momenteel 28 leerstoelen en de mijne zal de 29ste worden. Toegegeven, een onderwerp moet ik nog vinden. Meer dan een laatste formaliteit kan dat niet zijn. Van de Leerstoel ‘Club Brugge’ tot de Leerstoel 'Tilman Olijfpolyfenolen en cardiovasculaire gezondheid': de mogelijkheden om een leerstoel in te vullen ogen eindelozer dan de kosmos. 

 

de universiteit als goed doel 

Maar goed, al starend naar mijn computerscherm schiet mijn droom niets op. Om me volledig te laten inwijden in de wereld van de leerstoelen, had ik een gesprek met Dimitry Beuckelaers. Hij is de coördinator van het Universiteitsfonds Antwerpen. “Het Universiteitsfonds omvat alles wat te maken heeft met mecenaat. Denk aan mensen die de universiteit opnemen in hun testament of hun legaat. Of aan giften die mensen doneren ten voordele van de universiteit of wetenschappelijk onderzoek.” 

“Het Universiteitsfonds wil vooral UAntwerpen als goed doel in de kijker zetten. Als je op straat mensen aanspreekt en vraagt om tien goede doelen op te noemen, is de kans nihil dat de universiteit in dat lijstje voorkomt. Mensen beseffen maar zelden dat ze ook aan UAntwerpen kunnen doneren voor zaken als wetenschappelijk onderzoek of studentenbeurzen. Wie interesse heeft, kan kijken op www.universiteitsfonds.be.” 

 

Het basisprincipe van een leerstoel is vrij academisch onderzoek.

 

Wetenschappelijk onderzoek financieren kan via een leerstoel. Maar wat houdt een leerstoel exact in? “Een leerstoel aan UAntwerpen omvat drie aspecten: vrij academisch onderzoek, onderwijs en dienstverlening. Het is geen absolute voorwaarde om als leerstoel op deze drie pijlers in te zetten, maar idealiter gebeurt het wel. Het grootste deel van de leerstoelen richt zich op onderzoek, maar je zou ook een gastprofessor kunnen uitnodigen, zo geef je aan het aspect van onderwijs een invulling. Door bijvoorbeeld jaarlijks een thesisprijs uit te reiken doe je ook aan dienstverlening. Het basisprincipe van een leerstoel is vrij academisch onderzoek. Dat wil zeggen dat diegene die de leerstoel financiert op geen enkel moment aanspraak kan maken op de resultaten voor zichzelf. De resultaten van de leerstoel zijn openbaar en staan ten dienste van de samenleving.” 

 

had je 0,21 miljoen, wat zou jij dan doen?  

De kostprijs, nog niet aan gedacht. Of nog niet aan willen denken. Je richt een leerstoel in voor een periode van minimaal drie jaar voor een totaalbedrag van minstens 210.000 euro; 70.000 euro per jaar. “Vele leerstoelen lopen van bij het begin voor vier jaar. Vaak worden leerstoelen na drie jaar nog jaar per jaar verlengd. Als er een doctoraat aan vasthangt, is drie jaar bij voorbaat te kort. Vandaar dat de meeste leerstoelen op een hoger bedrag dan 210.000 euro draaien. Net om aan de verwachting te kunnen voldoen een doctoraatsstudent aan te kunnen stellen.” 

Als mijn spaarvarkentje echt niet vetgemest genoeg blijkt – dan spreken we werkelijk over een uiterst noodgeval – is er nog altijd een uitweg. “Vroeger werd gedacht dat je één financier moest vinden die 210.000 euro kon ophoesten. Maar het is natuurlijk even goed om per jaar met tien partners elk een bedrag van 7.000 euro te investeren. Zo creëer je ook een groter potje. Denk aan de leerstoel 'Dennie Lockefeer' waar we spreken over een bedrag van 355.000 euro voor drie jaar.”   

 

Het versterkt het imago van bedrijven door zich te linken aan een wetenschappelijke instelling.

 

Kan ik echt geen afspraken maken om mijn investering extra te laten renderen? “Een leerstoel kan op twee manieren worden gefinancierd: via een overeenkomst of via een giftenstroom. In het eerste geval sluiten de universiteit en de financier een overeenkomst waarin de leerstoel wordt opgericht. Wat de overeenkomst voorts vermeldt: de duurtijd, de kostprijs, de naam van de leerstoel, wie de leerstoelhouder is en het feit dat het onderzoek openbaar is. De financier kan zoals reeds vermeld de onderzoeksresultaten niet exclusief opeisen, hij kan ook niet vragen om pakweg zijn logo in het groot op een gevel van UAntwerpen te zien verschijnen. Wanneer een return wordt geclaimd is er geen sprake van een leerstoel.” 

“Via een gift is er geen overeenkomst. De financier maakt een gift over aan UAntwerpen. De gift komt terecht bij het Universiteitsfonds op een aparte rekening waar alleen maar giften en donaties op komen, zodat de gift zich niet kan vermengen met andere financiële stromen. Wij kennen die gift dan toe aan de leerstoel. De financieringsmethode is anders dan bij een overeenkomst, maar de principes blijven dezelfde.” 

 

goed voor mijn imago 

Goed om te weten. Als financier kan ik de onderzoeksresultaten van mijn eigen leerstoel niet voor mezelf opeisen. Ik zal bijgevolg mijn tweede grote droom op een andere manier moeten verwezenlijken. Hoe ik mijn handtekening op de witte schuifdeuren van de Agora gekalkt krijg, is een latere zorg. Ik vraag Beuckelaers met welke motieven bedrijven of privépersonen een leerstoel financieren. “Het versterkt het imago van bedrijven door zich te linken aan een wetenschappelijke instelling zoals UAntwerpen. Neem nu de Club Brugge-leerstoel. Die is opgericht omdat ze wil weten hoe de voetbalonderneming van morgen eruit zal zien. En de organisatie heeft gezegd: wij zijn de beste club van België, wij willen dat de hele voetbalwereld zich verder professionaliseert en wij willen hierbij het voortouw nemen. Voor het imago van Club Brugge biedt dat een grote meerwaarde. Bedrijven kunnen aan hun stakeholders, intern en extern, laten zien dat ze iets voor de samenleving doen.” 

Als bedrijven zich aan de universiteit linken, linkt de universiteit zich ook aan die bedrijven. Niet zo gek mocht dit u met enig ongemak doen schuifelen op uw stoel. Zo kan KU Leuven uitpakken met een leerstoel inzake gezondheidszorg bekostigd door 3M en is er aan UAntwerpen een leerstoel genaamd BNP Paribas Fortis Ethiek & Financiën, terwijl de bank vorig jaar in een internationaal rapport nog op de vingers werd getikt voor haar investeringen in klimaatonvriendelijke activiteiten en recent bekend raakte dat BNP de grootste Europese kredietverlener is van bedrijven actief in de Israëlische nederzettingen in Palestijns bezet gebied. Los van deze ene leerstoel is de vraag hoe dan ook gerechtvaardigd in hoeverre de universiteit haar onafhankelijkheid op het spel zet.  

 

Een universiteit heeft een reputatie te bewaken.

 

“De grens is daar inderdaad soms moeilijk te trekken. Wij hanteren wel een ethische code. Wat voor ons duidelijk is: bedrijven die alcohol willen promoten of willen aanzetten tot gokken zullen niet snel een leerstoel krijgen. Vanuit deze ethische code die we als Universiteitsfonds hanteren, stellen we ons de vraag of we ons als instelling aan zulke bedrijven willen linken. Het Universiteitsfonds is bij de leerstoel niet inhoudelijk betrokken, maar zorgt voor de administratieve, de financiële en de juridische onderbouw. Het is aan de leerstoelhouder om ervoor te zorgen dat het hele traject van de leerstoel correct verloopt en zijn verantwoordelijkheid om op voorhand de financier te screenen.” 

 

op visite bij een leerstoelhouder 

Dat bracht me ertoe me te laten uitnodigen voor een gesprek met Luc Van Liedekerke, hij is de leerstoelhouder van de leerstoel van BNP Paribas Fortis. Behalve een gratis snelcursus in de wereld van het duurzaam beleggen, waarvoor dank, leverde dat me ook enkele bruikbare leerstoelinzichten op. Van Liedekerke benadrukt dat een leerstoel niet zomaar uit de lucht komt vallen. “Ik ben al van begin jaren negentig bezig rond duurzaam beleggen. Zo ben ik mee verantwoordelijk voor het duurzaamheidslabel van Febelfin. Het is op basis van die kennis dat een bank je benadert om met hen samen te werken. Bijvoorbeeld door een leerstoel in te richten.” 

“Op die manier zit ik in een commissie van de bank met externen zoals klanten en andere academici. In die commissie kijken we kritisch naar de plannen van BNP Paribas Fortis. Zo kun je in de interne werking verschuivingen tot stand brengen. Ik heb nog nooit zoveel impact gehad in mijn leven en dat was niet mogelijk geweest zonder de directe samenwerking via de leerstoel.” 

Maar wat dan met de onethische financieringen van BNP Paribas Fortis? “De vraag hier is inderdaad hoelang je meegaat met de bank. In de financiële wereld zijn er grote verschuivingen bezig. Mijn redenering is dat je steun van bovenaf nodig hebt. Als het hoge management veranderingen in gang wil zetten heb je een basis om op te bouwen. Anders begin je er beter niet aan. Je kunt samenwerken rond ethisch financieren met Triodos. Maar heeft dat zin? Het is een kleine speler en hun corebusiness is duurzaam beleggen. BNP is een zeer grote speler. De winst voor de werking van het financieel systeem in de samenleving is grote banken in beweging krijgen. Daarom dat ik het de moeite vind om te durven meegaan, maar je moet honderd procent je eigen ethiek bewaren.” 

 

Je moet altijd je eigen ethiek bewaren.

 

Van Liedekerke erkent dat imago een motief is voor een bedrijf om een leerstoel te starten, maar wil daar toch ook enkele kanttekeningen bij plaatsen. “De bank heeft intern te weinig kennis om rond duurzaam financieren echt stappen te zetten. Ofwel kopen ze die kennis bij consultancybureaus als Deloitte ofwel rechtstreeks bij de universiteit. Leerstoelen zijn bijzonder flexibel. Als de bank tevreden is, gaat ze ermee door. Heeft de bank er niets aan kan ze er onmiddellijk de stekker uit trekken. Het imago is volgens mij daarom niet het dominante motief om een leerstoel te beginnen. Als je niets inhoudelijks te bieden hebt, vergeet het dan maar.” 

Ik vraag ook nog hoe Van Liedekerke naar leerstoelen kijkt. “Mettertijd ben ik tevredener geworden over leerstoelen. De relevantie van onderzoek is een almaar belangrijker criterium. Ikzelf leer ook bij. Wat zijn de thema’s inzake duurzaam investeren en financiële ethiek die in de toekomst van belang zijn? Dat leer je door met de bank te werken. De leerstoel is een genre dat zal blijven groeien. Ik vind dat de universiteit intern heldere regels moet hebben voor leerstoelen om zware accidents de parcours zoals aan andere universiteiten te vermijden. Zoals wij een ethische commissie hebben voor al ons onderzoek zou ik een gelijkaardige commissie instellen voor leerstoelen. Een universiteit heeft een reputatie te bewaken. Daar moet grondig over worden nagedacht.”  

Er is nog één ergernisje dat Van Liedekerke moeilijk kan verstoppen en dat reeds aangehaald is in dit artikel. “Een doctoraat duurt vier jaar, een leerstoel drie jaar. Werk desnoods met een leerstoel van twee jaar en een verlenging van twee jaar. Maar het is niet logisch dat de termijnen van een doctoraat en een leerstoel niet worden gelijkgetrokken.” 

 

anonieme mecenassen 

Niet bij elke leerstoel is de financier bekend. Twee van de leerstoelen aan UAntwerpen worden door een anonieme mecenas gefinancierd. Een van deze anonieme mecenassen heeft 400.000 euro veil voor een leerstoel gedurende vier jaar. Ik heb me vrijetijdshalve verdiept in de ethische code voor wetenschappelijk onderzoek en die stipuleert onomwonden dat de opdrachtgever en externe financiers bij de publicatie van onderzoeksresultaten kenbaar moeten worden gemaakt. Hoe zit dat dan met publicaties die voortvloeien uit een leerstoel gefinancierd door een anonieme mecenas?  

 

Mechanismen om onze transparantie te laten gelden zijn nodig.

 

Beuckelaers antwoordt: “Wij hebben mensen die jaarlijks een gift doneren en die dat graag anoniem doen. De twee anonieme mecenassen zijn twee privépersonen, geen bedrijven. Dat neemt niet weg dat ik de vraag heel terecht vind. Op basis van je vraag heb ik mezelf ook de vraag gesteld: wat als een bedrijf anoniem wil blijven? Waar zit die transparantie dan? Ik denk dat dit een aandachtspunt moet zijn. Het is goed voor ons dat dit op de radar komt. Voor particulieren vind ik het zelf iets anders. Daar zit je met een spanningsveld tussen bescherming van de privacy en de transparantie van wetenschappelijk onderzoek. Voor het geval dat de vraag komt van een bedrijf, denk ik dat we een mechanisme moeten opbouwen om die transparantie wel te laten gelden.” 

 

weldadige filantroop  

Maar zo heb ik nog altijd geen onderwerp voor mijn leerstoel. Wat ik zeker wil: u raadt het niet, een originele leerstoel. Beuckelaers vertelt nog dat het merendeel van de giften naar de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen gaat. Wie een dierbare aan kanker heeft verloren zal sneller geneigd zijn onderzoek naar kanker te financieren. Dat ik dankzij mijn eigen leerstoel voor de rest van mijn leven als weldadige filantroop bekend kan staan is mooi meegenomen. Maar ik ben bescheiden en ga daar niet te zeer de aandacht op richten. 

Imago speelt bij leerstoelen onmiskenbaar een rol. Minstens even belangrijk is dat een opdrachtgever overtuigd is van de expertise die aanwezig is aan de universiteit. Daarom doe ik, als gulle sponsor van een leerstoel in spe, de volgende oproep: professoren, oftewel beter gezegd leerstoelhouders in spe, overhaal mij! Bent u professor aan UAntwerpen en hebt u een fijn leerstoelideetje? Aarzel niet om uw prachtige toekomstige onderzoek bij mij te pitchen. En wie weet wil ik wel mijn naam aan uw onderzoek verbinden. De financiering is een kleine zorg voor later.