VAN PARIJS TOT ZÜRICH

sport

21/10/2024
🖋: 

Het wielerseizoen op de weg van 2024 loopt stilaan op zijn einde en was een jaar vol contrasten. Indrukwekkende overwinningen, verrassende prestaties en, helaas, ook veel valpartijen en tragische ongevallen. Renners trotseerden uitdagende parcoursen, blessures en zware tegenslagen. Dit alles weerhield de Belgische renners er echter niet van om in internationale wedstrijden te schitteren. Hoogtepunten zoals de Olympische Spelen in Parijs en de Wereldkampioenschappen in Zürich brachten ware moments de gloire voor de Belgische wielersport. In dit artikel blikt dwars terug op de meest spraakmakende wedstrijden van de internationale wielerkalender, waarin de Belgen meer dan ooit hun stempel drukten op het hoogste niveau.

de rode draad

Het wielerseizoen op de weg werd dit jaar gekenmerkt door vele valpartijen, waarbij zowat elke ploeg getroffen werd door renners die door breuken en blessures moesten opgeven. Dit beïnvloedde natuurlijk ook de nationale selecties voor internationale wedstrijden. De eerste grote val was in Dwars door Vlaanderen, waar Wout van Aert, Jasper Stuyven, Mads Pedersen en Biniam Girmay vielen. Het verdict was erg zwaar voor die eerste twee: ze braken allebei hun sleutelbeen en Van Aert brak ook nog enkele ribben. Bye bye Ronde van Vlaanderen voor beide renners.

Enkele weken later volgde een nieuwe val in de Ronde van het Baskenland, waar boomwortels in een afdaling voor een massale val zorgden. Het grootste slachtoffer van deze valpartij was Jay Vine die twee ruggenwervels en een nekwervel brak. Steff Cras belandde samen met hem in een betonnen greppel en liep een klaplong op. Ook Jonas Vingegaard lag tegen de grond. Een gebroken sleutelbeen, enkele gebroken ribben, een klaplong en een longkneuzing waren het zware verdict. Remco Evenepoel probeerde de val nog te ontwijken, maar knalde uiteindelijk toch tegen de grond. Hij brak zijn sleutelbeen en schouderblad.

Hoewel de betrokken renners maanden moesten revalideren, overleefden ze het tenminste. Dit in tegenstelling tot de Noor André Drege en de Zwitserse Muriel Furrer, die dit jaar stierven bij ongelukken in een afdaling. Deze incidenten en de vele valpartijen riepen vragen op over de veiligheid van de wielersport, aangezien renners in afdalingen vaak snelheden boven de honderd kilometer per uur halen met minimale bescherming. Slechts een dun laagje Lycra scheidt hen van het asfalt. Ideeën voor betere bescherming blijven echter nog verre toekomstmuziek, waardoor de sport ontzettend gevaarlijk blijft.

Olympische en Paralympische Spelen

Ondanks de vele valpartijen was het afgelopen wielerseizoen toch spectaculair, met als hoogtepunten de Olympische en Paralympische Spelen in Parijs. Remco Evenepoel schitterde door als eerste man ooit zowel de Olympische tijdrit als de wegrit te winnen. Wout van Aert eindigde als derde in de tijdrit na een zilveren inhaalrace van Filippo Ganna. Pechvogel was de twintigjarige Brit Joshua Tarling, die door een val net buiten het podium viel.

De wegrit van 273 kilometer in en rond Parijs paste perfect bij klassieke renners als Wout van Aert, Mathieu van der Poel en Mads Pedersen, maar de opvallende afwezige was Tadej Pogačar. Hij nam niet deel aan de Spelen wegens vermoeidheid, al zal de niet-selectie van zijn verloofde Urška Žigart ook een rol hebben gespeeld. Wie wel aan de start stond, was kersvers Olympisch kampioen Evenepoel. Hij plaatste een aanval op veertig kilometer van het einde en reed solo naar de overwinning, ondanks een lekke band. Evenepoel won met een minuut voorsprong op Valentin Madouas. Een andere Fransman, Christophe Laporte, veroverde de derde plaats.

Bij de vrouwen ging de winst in de wegrit verrassend naar de Amerikaanse Kristen Faulkner. Op de laatste beklimming van de Butte Montmartre hadden Marianne Vos en Blanka Vas een handvol seconden over op de eerste achtervolgers, Faulkner en de wereldkampioene Lotte Kopecky. Op een kleine drie kilometer van het einde versmolten de groepen en versnelde Faulkner. Geen van de anderen ging haar achterna en zo won ook zij solo de Olympische wegrit. In de sprint voor de overige medailles haalde Vos het van Kopecky en Vas. In de tijdrit won Grace Brown voor Anna Henderson en Chloé Dygert. Lotte Kopecky werd er zesde.

Op de Paralympische Spelen behaalde België vier medailles in de tijdritten. Er was echter kritiek op de organisatie, omdat de Paralympische renners langs de Parijse achterbuurten moesten fietsen en zo dus de iconische locaties links lieten liggen. Ook was er controverse over het samenvoegen van atleten met verschillende handicaps in dezelfde categorie. Ewoud Vromant, met één been, verloor nipt van Alexandre Léauté, met twee benen. Jonas Van de Steene moest zijn wegrit dan weer opgeven na een aanrijding, en dit terwijl hij op medaillekoers lag. Zonder reservefiets kon hij niet verder en kon België daags nadien ook niet starten in de ploegenachtervolging.

Europese Kampioenschappen

De Europese Kampioenschappen vonden dit jaar plaats in Belgisch Limburg. De wegrit werd vooraf getipt als een massasprint en dat weerspiegelde zich in de samenstelling van de nationale selecties, die grotendeels bestonden uit sprinters en hun treintjes. Bij de vrouwen ontbrak een van de grote favorieten, Lotte Kopecky. Lorena Wiebes, die vooraf als topfavoriete werd beschouwd, maakte die verwachting volledig waar door in een indrukwekkende sprint de overwinning op te eisen. Samen met haar op het podium stonden Elisa Balsamo en Daria Pikulik.

Bij de mannen was de Belgische ploeg een van de sterkste met twee uitgesproken kopmannen, Tim Merlier en Jasper Philipsen, die elk werden ondersteund door hun eigen sprinttrein. Het verloop van de wedstrijd bleef erg spannend, zeker nadat Mathieu van der Poel enkele aanvallen plaatste om uit het peloton weg te springen in een poging de sprint te ontlopen. Deze aanvallen werden keer op keer geneutraliseerd, waardoor het uiteindelijk toch neerkwam op de verwachte massasprint. Hierin toonde Merlier zijn klasse door het goud te veroveren. Olav Kooij moest genoegen nemen met zilver, terwijl Madis Mihkels verrassend het podium haalde. Jasper Philipsen eindige nipt buiten het podium op de vierde plaats.

De tijdrit, die later in de week plaatsvond, bracht een nieuw hoogtepunt voor Lotte Kopecky. Ondanks haar afwezigheid in de wegrit nam ze wel deel aan de strijd tegen de klok. Kopecky won haar eerste internationale tijdrittitel, voor topfavoriet Ellen van Dijk en Christina Schweinberger. Bij de mannen ontbrak Remco Evenepoel, wat de kansen voor de andere Europese tijdrijders aanzienlijk vergrootte. Het was de Italiaan Edoardo Affini die uiteindelijk met de gouden medaille aan de haal ging, na een indrukwekkende tijdrit waarin hij Stefan Küng en Mattia Cattaneo achter zich liet. Opvallend bij de tijdritten was ook de prestatie van de Belg Alec Segaert. Bij de beloftencategorie, voor renners onder 23 jaar, wist hij voor de derde keer Europees kampioen tijdrijden te worden. Wat zijn prestatie nog indrukwekkender maakte, was dat zijn winnende tijd sneller bleek dan die van Affini bij de elites. Hiermee bewees hij dat hij helemaal klaar is voor de overstap naar de elite volgend seizoen.

Wereldkampioenschappen

Het WK van 2024 vond plaats in en rond Zürich en werd gekenmerkt door veel regen, tricky afdalingen en scherpe bochten. Dit leidde tot veel valpartijen en helaas ook een overlijden. De achttienjarige Zwitserse Muriel Furrer liet het leven tijdens het WK voor junioren in een natte afdaling. Op verzoek van haar ouders ging het WK verder, met een minuut stilte voor elke wedstrijd en de vlaggen op halfstok.

De koers gaat echter voort. België kende een succesvol WK met zes medailles bij de G-wielrenners, waaronder goud in het tijdrijden voor Ewoud Vromant en goud in de wegrit voor Maxime Hordies. Vromant won ook brons in de wegrit, terwijl Hordies brons pakte in de tijdrit. Tim Celen behaalde zilver in de T2-klasse in de tijdrit en Marvin Odent behaalde ook zilver in zijn tijdrit.

Bij de vrouwen viel de tijdrit wat tegen voor Lotte Kopecky. De kersverse Europees kampioene tegen de klok zei zelf dat ze haar waardes niet kon trappen en eindigde als vijfde op ruime afstand van Grace Brown, die ook de Olympische tijdrit won, Demi Vollering en Chloé Dygert. De wegrit werd een echte nagelbijter. Het koude en natte weer zorgde voor een loodzware koers waarbij enkel de topfavorieten een rol van betekenis zouden spelen. Voor België waren dat uittredend wereldkampioene Lotte Kopecky en bergkoningin van de Tour de France Femmes, Justine Ghekiere. Ghekiere was een ploeg op zich tijdens deze wegrit: ze reageerde op elke aanval van de sterke Nederlanders en zorgde er eigenhandig voor dat Kopecky nog kon meestrijden voor de regenboogtrui. Ook de andere topfavoriete Vollering streed nog volop mee voor het goud, net als een tiental andere vrouwen. Op enkele kilometers voor de finish bleek dat het een sprint voor goud ging worden. Kopecky sprintte naar haar tweede wereldtitel op rij. Chloé Dygert en Elisa Longo Borghini mochten mee het podium op.

Ook bij de mannen viel de Olympische kampioen opnieuw in de prijzen. Remco Evenepoel won de strijd tegen de klok voor Filippo Ganna. Een verre derde was een andere Italiaan, de Europees kampioen Edoardo Affini. De mannen hadden geluk tijdens hun wegrit, want zij werkten deze volledig af in de zon. Voor de start van de wegrit waren er drie uitgesproken favorieten: uittredende wereldkampioen Mathieu van der Poel, Olympisch kampioen Remco Evenepoel en alleswinnaar Tadej Pogačar. Zoals vaak was er een vroege vlucht, een zestal renners waagde hun kans. Daar kwamen, na een nieuwe aanval, enkele interessante namen bij, zoals Jay Vine en ploegmaten van zowel Pogačar als Evenepoel. De wedstrijd opende volledig toen diezelfde Pogačar op net iets meer dan honderd kilometer voor het einde besloot dat het wat sneller mocht. Met hulp van zijn landgenoot uit de vroege vlucht Jan Tratnik geraakte hij bij de kopgroep. Ook daar ging het echter te traag voor de Giro- en Tourwinnaar en hij viel aan tijdens een steile beklimming. Enkel zijn ploegmaat bij UAE Team Emirates, Pavel Sivakov, mocht mee en de twee maakten er een koppeltijdrit van. Daar kwam echter een einde aan op zo’n vijftig kilometer van de finish. In de achtergrond probeerden de andere favorieten Pogačar terug te halen, maar er kwam nooit een goede samenwerking en Evenepoel zat al snel geïsoleerd. Pogačar maakte het nog spannend, na een mindere laatste ronde werkte hij zijn superaanval succesvol af en werd hij voor de eerste keer in zijn carrière wereldkampioen. Op een kleine minuut van hem kwam Ben O’Connor als tweede toe en sprintte Mathieu van der Poel in een kleine groep naar de derde plaats. Remco Evenepoel eindigde dit WK als vijfde.

Met deze laatste gouden medaille is het internationale wegseizoen afgesloten en kan België terugkijken op een succesvol jaar met bijna twintig medailles, waarvan een kleine tien goudgekleurd zijn. En voor diegenen die niet weten waar ze nu naar kunnen kijken, het einde van het wegseizoen luidt meteen ook de start van het veldritseizoen in, dus koers genoeg!