Wist je dat een vrije markt niet bestaat? Dat goed economisch beleid niet door goede economen gemaakt hoeft te worden? dwars wist dat niet, maar had het geluk de auteur, die hardnekkige mythes doorbreekt in zijn boek 23 Things They Don’t Tell You About Capitalism te ontmoeten onder het genot van vis en witloof, gedurende zijn UCSIA-leerstoel aan Universiteit Antwerpen in december.
De Zuid-Koreaanse Cambridge professor Ha-Joon Chang is een van de meest succesvolle kritische economen. Hij maakt zich hard om economische passiviteit tegen te gaan en daarmee hopelijk de wereld te veranderen. Hij was in Antwerpen voor een masterclass en een publieke lezing. Voor hij de trein naar Brussel nam, gaf hij ons wat stof tot nadenken.
economie
U bent eens ‘de grappigste econoom’ genoemd, waarop u zei dat het niet moeilijk is de grappigste te zijn zonder concurrentie. Hoe belangrijk is het om toegankelijk of zelfs grappig te zijn als econoom?
Ha-Joon Chang Onze levens worden fundamenteel gevormd door wat er in de economie gebeurt, zo belangrijk is economie. Daarom is het vreemd dat de doorsnee burger er zo ongeïnteresseerd mee omgaat. Men verkondigt sterke meningen over allerhande zaken, maar als het op economie aankomt, lijkt men te zeggen: “Weet ik veel, het is me te ingewikkeld.” Daar moeten we vanaf. Het is essentieel voor een goed functionerende democratie dat mensen verstand hebben van economie. Veel beleid is rechtstreeks economisch of heeft sterke economische implicaties. Als politici en het ministerie van financiën ons gewoon de wet kunnen voorschrijven zonder tegenreactie, wat is dan het punt van democratie? In die geest probeer ik te communiceren waar economie over gaat en gebruik ik allerlei trucs in mijn boeken. Er zijn waarschijnlijk minder dan tien auteurs in de Engels sprekende wereld die toegankelijk schrijven over economie. Ik zou meer concurrentie verwelkomen.
Hoe kunnen de economische wetenschappen meer aansluiten op de echte wereld?
Chang Dat is niet makkelijk. De afgelopen decennia hebben de economische wetenschappen erg hard gewerkt om een wetenschap te worden. Economen hebben de houding ontwikkeld dat het opmaken van abstracte wiskundige modellen op de een of andere manier intelligenter is dan in fabrieken enquêteren. Dat moet anders. We moeten accepteren dat de economische realiteit te complex is om deze alleen op het abstracte niveau te bestuderen. Ja, we hebben mensen nodig die abstracte modellen berekenen, maar we hebben ook mensen nodig die kijken naar de geschiedenis, die kijken naar dagelijkse compromissen die politici maken bij economisch beleid én mensen die naar fabrieken gaan om te enquêteren.
Daarbij moeten economen ook geschoold worden in kennis over de echte wereld. Je hoort steeds hoe groot China aan het worden is in de wereldeconomie, maar weinig economen hebben er een concreet beeld van hoe groot China precies is. Natuurlijk hoef je het niet allemaal te onthouden, maar je moet weten wat je moet opzoeken.
de niet-economen
Een van de dingen die we niet weten over het kapitalisme is dat goed economisch beleid niet gemaakt hoeft te worden door goede economen. In zijn boek beargumenteert Chang dat niet-economen hun best zouden moeten doen om “actieve economische burgers” te worden en het vooral niet moeten overlaten aan de zogenaamde experts.
Wat bedoelt u met “actief economisch burgerschap” en waar beginnen we?
Chang Inwoner zijn van een democratisch land brengt bepaalde rechten, maar ook bepaalde plichten met zich mee. Je kunt niet van alles op de hoogte zijn, maar probeer overzicht te houden van de belangrijkste problemen en uit je zorgen daarover. Natuurlijk is dat niet makkelijk, want je worstelt met je dagelijkse beslommeringen en persoonlijke zorgen. Maar toch: oefening baart kunst. Met 23 Things probeer ik daarbij te helpen. In 2014 komt een nieuw boek uit genaamd Economie: de gebruiksaanwijzing. In het nieuwe boek probeer ik een volledig beeld te geven, waar 23 Things per onderwerp de problemen aanpakte.
U concludeert aan het eind van 23 Things dat het noodzakelijk is om ons financiële systeem drastisch aan te pakken, “dat het tijd is om oncomfortabel te worden”. Is dat niet te veel gevraagd van relatief comfortabele mensen?
Chang (lacht) Waarschijnlijk zou ongeveer 99 procent van de mensen baat hebben bij een ander economisch systeem, omdat ten eerste het huidige systeem niet eens voordelig is voor de bovenste 25 tot 30 procent. Daarnaast geloof ik ook niet dat mensen totaal egoïstisch zijn. Mensen handelen naar hun eigen belang, ja, maar het is ook voor erg rijke mensen niet fijn om in een oneerlijk verdeelde samenleving te leven.
Daar kan ik een goed voorbeeld van geven. Elk jaar geef ik een paar dagen les in San Paolo. Toen ik daar voor het eerst begon, verbleef ik in een erg hoog hotel en zag ik vanuit mijn raam opvallend veel helikopterplatforms op de daken van gebouwen. Ik merkte terloops tegen mijn vrienden op dat het verkeer wel erg slecht moest zijn, als mensen genoodzaakt zijn te moeten vliegen. Ik was gechoqueerd door de reactie: “Nee, dat is niet het probleem, die managers zijn bang om gekidnapt te worden.” Kennelijk is het big business in Brazilië om belangrijke zakenmannen te ontvoeren voor losgeld. Zelfs al zou ik dan erg rijk zijn, in zo’n situatie zou ik niet willen leven.
Vergelijkbaar met het idee van gated communities in de Verenigde Staten?
Chang Precies, ik denk dat de meeste mensen, zelfs de hele rijke, er baat bij hebben als we dingen op een andere manier aanpakken.
de echte wereld
Hoe zit het met studenten die een onzekere start op de arbeidsmarkt tegemoet gaan? Tegenwoordig studeer je af, krijg je niet de baan die je wilde, ben je overgekwalificeerd of beland je in de werkloosheid. Niet echt comfortabel.
Wat kunnen we doen om dit ongemak iets hoopvoller te maken?
Chang Dit is echt te wijten aan het beleid van de oudere generatie. Ze vragen van jonge mensen dat ze intensieve ervaring hebben zelfs voor dat ze solliciteren en dan nog krijgen ze geen stabiel, vast contract. Waarom doen ze dit? Ze hebben zoveel profijt gehad van de zorgstaat en nu wordt er op bezuinigd. Ik denk dat studenten voor zichzelf op moeten komen en een ander beleid moeten eisen. Vergeet niet dat in de jaren '60 en '70 het werkloosheidspercentage in de meeste Europese landen onder de 1 procent lag. De legende luidt dat in Genèvae, een stad met 250.000 inwoners, in totaal minder dan tien werklozen waren. Waarom zou dat nu niet meer kunnen? Volledige werkgelegenheid is mogelijk; we kunnen een carrièresysteem hebben dat je niet dwingt een graad te halen om een fatsoenlijke baan te kunnen krijgen. Maar tenzij je erom vraagt, ga je het niet krijgen.
U kwam in de jaren '80 naar Groot-Brittannië, toen was er ook sprake van hoge werkloosheid, maar toen waren er grote protesten en kwamen mensen voor zichzelf op. Waarom denkt u dat we dat nu zo weinig doen?
Chang Er zijn een paar redenen: ten eerste zijn de vakbonden met het terugdringen van de maakindustrie zwakker geworden. Vakbonden zijn altijd het centrum van dergelijke protesten geweest. Ten tweede hebben onze politici het helaas opgegeven om op te komen voor de gewone mensen. Ze zijn bijvoorbeeld zo mak en traag in het hervormen van het financiële systeem. Als een ander systeem dit soort problemen zou veroorzaken, zouden problemen met wortel en tak worden uitgeroeid, maar als het op het financiële systeem aankomt, is het: “Oké, misschien een beetje meer regulatie en loonagenten hier en misschien een kleine inperking van de bonussen daar…” Dit weerspiegelt hoe ver de politieke klasse zich heeft onderworpen aan de wensen van de financiële industrie.
Heeft het ook iets te maken met meer individuele verantwoordelijkheid?
Chang Het is altijd moeilijk om de balans op te maken. Je wilt enerzijds niet meegaan met ouderwetse sociaaldemocratische ideeën die het systeem overal de schuld van geven; individuen zijn belangrijk. Aan de andere kant, op een ‘Walt Disney-wereldbeeld' valt ook niet blindelings te vertrouwen: als je maar in jezelf gelooft kun je alles worden wat je wilt. Dat kan niet. In een democratie vorm je het systeem deels zelf. Al is deze vorming enigszins vergelijkbaar met winkelen in een Oost-Duitse supermarkt waar één soort brood verkocht wordt. Kun je echt stellen dat je dat brood zelf gekocht hebt, dus dat je er zelf verantwoordelijk voor bent dat het slecht is?
We zijn, meestal niet opzettelijk, geïndoctrineerd door de gevestigde orde, van Walt Disney tot de financiële pers. We zijn gaan geloven dat alles op het individu neerkomt en dat discours moeten we veranderen. Denk vooral niet dat mensen als ongebonden individuen bestaan. Als dat zo is, waarom zouden de anti-immigrantenpartijen in Vlaanderen, Finland of Zweden nog bestaan? Er is nog dat gevoel van gemeenschap, cultuur en identiteit. We hebben gehoord dat we allemaal individuen zijn, maar mensen voelen dat nog steeds niet zo. Tenzij iemand het discours verandert, zullen mensen gewoon accepteren wat de financiële pers hen voorschrijft.
Landen als Griekenland worden, als voorwaarde voor de nodige internationale financiële hulp, onder druk gezet om meer privatisering en vrijemarkt beleid in te voeren. Gaat dit Griekenland helpen?
Chang We hebben nu 3 jaar geëxperimenteerd en het werkt nog steeds niet. Volgens iedere redelijke maatstaf is al bewezen dat het niet helpt. Om een monetaire eenheid te kunnen zijn, heb je economieën nodig met een vergelijkbaar ontwikkelingsniveau. Er moet een zekere arbeidsmobiliteit zijn tussen staten en de Centrale Staat moet belastinggeld overdragen naar alle staten.
In de Verenigde Staten werkt dat: het is eigenlijk een zeer diverse economie, maar als er iets mis gaat in een van de vijftig staten kunnen mensen altijd migreren. Mensen spreken dezelfde taal en leven in dezelfde cultuur. De Federale Overheid draagt geld over door verschillende maatregelen; ze retourneert ongeveer 50 cent wanneer het inkomen van een staat met 1 dollar daalt. In Europa is dat slechts 5 cent; er is feitelijk geen fysieke overdracht. In zekere zin is een monetaire eenheid die verder reikt dan de vijf of zes belangrijkste landen een slecht idee. Maar nu we daar eenmaal in zitten, is het misschien nog problematischer om eruit te stappen.
Kortom, Griekenland, Spanje, Portugal en Ierland bevinden zich in een verschrikkelijke situatie. Ze kunnen niet devalueren, want ze hebben geen eigen munteenheid. Het enige wat ze kunnen doen is de lonen blijven verlagen, wat voor gigantische problemen zorgt omdat mensen niks meer uitgeven. De Griekse economie is met ongeveer 60 procent gekrompen in de afgelopen 3 jaar. Als je Iers bent, komt het misschien nog wel goed, omdat je Engels spreekt. Maar werklozen in Griekenland, waar kunnen die naartoe? Het klinkt paradoxaal; de Europese Unie zou eigenlijk klaar moeten staan om meer inkomen over te dragen van het ene land naar het andere dan de Verenigde Staten, maar er is overduidelijk geen politieke bereidheid daartoe. Deze crisis gaat nog lang voortslepen.
De effecten van de financiële crisis van 2008 worden vooral opgelost door overheden en gevoeld door belastingbetalers. Wat kan er tegen het wangedrag van financiers gedaan worden?
Chang Die moeten harder bestraft worden. Voor sommige gevallen van duidelijke fraude zijn mensen veroordeeld, maar we hebben nog altijd een middeleeuws idee van misdaad: fysiek en rechtstreeks geweld of diefstal. Tegenwoordig vindt veel misdaad op lange afstand plaats. Dit is moeilijker te bewijzen dan bijvoorbeeld een fysieke inbraak in een huis, maar er zijn veel gevallen van duidelijk misdadig gedrag.
Maar ligt het probleem niet soms binnen de grenzen van de wet, bijvoorbeeld grote bedrijven die belasting ontwijken in belastingparadijzen?
Chang Dat is nu een voorbeeld van iets dat gedaan kan worden en veel impact kan hebben. Waarom bestaan die belastingparadijzen? Alleen omdat rijke landen ze laten bestaan. Als alle grote economieën verklaren dat vanaf morgen iedere financiële transactie met een belastingparadijs illegaal is, dan verdwijnen ze.
Ik ben niet tegen financiering in het algemeen, we hebben onze levensstandaard omdat we een goed financieel systeem hebben ontwikkeld. Toch zijn we te ver gegaan. Het financiële systeem snijdt zichzelf in de vingers, daar moeten we iets tegen doen.