Ha, de bibliotheek. Of het nu voor een vliegensvlug kopietje is of zenuwslopend opzoekwerk, elk van ons zet geregeld voet in dit statige boekenpaleis van de UA. Of hoe een plek waar je niet mag eten en praten toch een broodnodige stek voor een student kan zijn. Hoofdbibliothecaresse Trudi Noordermeer vertelt dwars met plezier over de nieuwe koers van haar meer dan twee miljoen exemplaren tellende heiligdom.
Vorig jaar werd het nieuwe strategische beleidsplan van de universitaire bibliotheek goedgekeurd voor de komende vijf jaar. Mogen we ons als student verwachten aan een frisse wind in de bibliotheek?
Trudi Noordermeer Onze doelstellingen zijn nu meer dan ooit gericht op de gebruiker en dus vooral op de student. Zijn tevredenheid vormt dan ook het voornaamste thema van ons strategisch plan. Als universitaire bibliotheek willen we ons voortdurend inspannen om de wensen van studenten te achterhalen, en om in te spelen op de steeds veranderende verwachtingen. Verder spitsen wij onze doelstellingen ook toe op onze missie: de bibliotheek is de rechterhand van de UA op vlak van onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dienstverlening. De kwaliteit van de wetenschappelijke informatie die je in onze rekken en databases terugvindt, wordt dan ook met de grootste zorgvuldigheid gehandhaafd.
Welke criteria gebruiken jullie om te bepalen welke boeken en tijdschriften een plaatsje verdienen in de rekken? Hoe meten jullie de interesse van zoveel studenten en professoren?
Noordermeer Wij besteden maar liefst drie miljoen euro per jaar aan collectievorming. Toch is dit geen buitenproportioneel bedrag, gelet op de nood aan een feilloze wetenschappelijke informatievoorziening. Het budget moet met de grootste aandacht en efficiëntie worden benut. Daarom heeft iedere campusbibliotheek zijn eigen bibliotheekadviseurs. Dit zijn professoren van de verschillende faculteiten. Zij vertolken de noden van hun faculteit en bepalen de inhoud van de collecties. De bibliotheek onderhandelt op hun vraag met de uitgevers en bestelt de voorgedragen titels. Het gaat werkelijk om een wisselwerking: wij attenderen de faculteit op het huidige aanbod en zij wijzen ons op de behoeften van de student en docent.
Hoe ziet de bibliotheek van de UA zichzelf in verhouding tot andere universiteiten? Plaatsen jullie jezelf op een voetstuk of zijn jullie het kleine broertje?
Noordermeer De contacten met andere Vlaamse universitaire bibliotheken verlopen erg vlot, maar concurrentie is en blijft een realiteit. In België is die behoorlijk stevig. Er is sprake van een goede samenwerking, maar je merkt, en zo hoort het ook, dat het belang van de eigen universiteit hoe dan ook primeert. Dat maakt dat wij steeds de nodige drijfveren hebben om vooruitstrevend te zijn. Op organisatorisch vlak heeft deze gedrevenheid duidelijk vruchten afgeworpen en kunnen we zeggen dat we op dat vlak een streepje voor hebben. De fusie heeft hier in belangrijke mate toe bijgedragen. Waar vele andere bibliotheken kampen met de kloppende zweer van decentralisatie, behoudt onze bibliotheek met haar vier afdelingen een helder overzicht over haar personeel en logistiek. Bovendien stelde de centralisatie ons in staat om langere openingstijden te hanteren en zijn we zelfs op zaterdag open.
Worden die openingstijden aangepast als jullie merken dat er te weinig interesse is?
Noordermeer Wij tellen elke bezoeker die hier over de vloer komt. Dat gebeurt op twee manieren. Ten eerste hebben we de bewegingsdetector aan de ingang. Daar is wel wat schattingsvermogen vereist, aangezien hij niet ontdubbelt. Verder wordt op zaterdag elk uur nagegaan hoeveel bezoekers er in iedere leeszaal aanwezig zijn. Een shift in het weekend is immers erg veeleisend. Momenteel zijn de statistieken echter positief en blijft de zaterdagopening behouden.
Geen openbare plaats zonder ordehandhaving. Worden de regels goed nageleefd of moeten jullie vaak streng optreden?
Noordermeer Er zijn een aantal punten waar nog flink aan gewerkt moet worden. Op sommige dagen wordt het hier echt een smeerboel en vinden we zelfs plakken ham tussen de boeken. Zoiets kan gewoon niet. We hebben natuurlijk wel een heel soepel beleid: je vindt haast geen enkele andere bib waar je je jas en tas zomaar mee naar binnen mag nemen. Dat maakt ons toegankelijker, maar ook kwetsbaarder. Verder is de geluidsoverlast een heikel agendapunt. Ook diefstal was vroeger een echte plaag, maar dankzij onze verbeterde beveiliging hebben we dit meer onder controle. Worden we ondanks de camera’s, boekenlabels en beveiligingsagenten toch geconfronteerd met een dief, dan wordt de politie meteen verwittigd. Toch raden we studenten aan hun spullen nog steeds goed in het oog te houden. De bibliotheek is en blijft een openbaar gebouw, waarin ook de buurman ongehinderd zijn krantje moet kunnen lezen. Controle en overzicht zijn dus niet 100 procent te garanderen.
Hoe verloopt het beslissingsproces in zo’n omvangrijke organisatie als de bibliotheek?
Noordermeer Er zijn verschillende organen die bijdragen tot de uiteindelijke besluitvorming. In de facultaire bibliotheekcommissie worden de noden van elke faculteit verwoord en worden klachten behandeld. De bibliotheekadviseurs zetelen in de bibliotheekraad, voorgezeten door de vicerector. Dat is het strategische orgaan; zij stelden het huidige beleidsplan op. In de bibliotheekraad zijn ook drie studenten aanwezig en bovendien vertoon ik me een tweetal keer per jaar op de Studentenraad.
Perfectie bestaat niet en onkritische studenten evenmin. Waarover ontvangen jullie vaak klachten?
Noordermeer Een veelgehoorde klacht betreft het kopieergebeuren. Dat is soms een ware ramp. Met vier miljoen kopieën per jaar kan dat eigenlijk ook niet anders. Onze prijzen zijn zeer laag, maar dat zorgt er ook voor dat onze apparatuur niet berekend is op cursussen van 600 bladzijden die met één klik naar de printer worden gestuurd. Vooral de communicatie met de professoren verloopt hier stroef. Zij zouden meer cursussen naar Universitas moeten brengen en hun slides moeten ontdoen van inktverspillende tierlantijntjes.
Bibliotheken kampen vaak met een stoffig imago. Met het nieuwe gebouw op de Stadscampus lijkt dat cliché verleden tijd. Welke stappen ondernemen jullie nog om niet achter te hinken op recente evoluties?
Noordermeer Eigenlijk zit ik zelf het liefst in een stoffige bib, hoor! Ik diskwalificeer het verleden dus allerminst, maar het moet er nu eenmaal allebei zijn: historisch erfgoed en moderne invloeden. Vandaag de dag bezinnen wij ons grondig over onze rol als bibliotheek. We zijn niet louter een papierpakhuis zoals dat in vroegere tijden was, maar vormen een multifunctionele wegwijzer voor zowel studenten als docenten. Ons beleid stemmen we zo goed mogelijk af op dit moderne verwachtingspatroon. Veel aandacht gaat daarom naar het aanleren van informatievaardigheden. Ook houden we de internationale ontwikkelingen goed in het oog en onderhouden we nuttige contacten met vooraanstaande buitenlandse bibliotheken. Daarnaast dragen we, in het kader van innovatie, digitale duurzaamheid hoog in het vaandel. Want hoe toegankelijk digitale informatie vandaag ook mag zijn, zij is ontzettend vluchtig. Een link die niet werkt en je kan die extra voetnoot vergeten. Samen met informatici spelen bibliotheken een belangrijke rol in het toegankelijk houden van online archieven. Een internationale pionier kunnen we uiteraard niet zijn, daar is de Vlaamse subsidiëring te beperkt voor, maar we volgen de ontwikkelingen op de voet.