Waarom schrijf ik?

01/10/2004
🖋: 
Auteur extern
Christophe Verhoeven

Met andere zinnen wil hét forum voor jong literair talent uit Nederland en Vlaanderen worden. Vanaf februari 2005 zal dat om de drie maanden resulteren in de publicatie van een tijdschrift. In dwars loopt met andere zinnen al een beetje op de zaken vooruit door jullie de komende maanden telkens één gedicht voor te schotelen van een jong schrijftalent, dat daarbij ook zijn/haar motivatie om scheppend met taal om te gaan tracht te verwoorden.

Ik zou hier een betoog kunnen starten over de diep menselijke, noem het sociale, betekenis van mijn teksten. Ik zou best wel ‘cool’ zijn als ik je kon melden dat ik zou sterven als ik niet kon schrijven, of beter nog, dat ik in een soort trance kom als ik schrijf en me van het hele proces niet eens bewust ben en enkel het resultaat heb als bewijs.

 

Helaas ben ik me echter maar al te bewust van het schrijfproces en zal ik blijven leven als ik niet schrijf. Diep menselijk kan ik m’n werk bezwaarlijk noemen en sociaal geëngageerd zijn enkel die stukken te noemen die zo hermetisch zijn dat je er alles in kan zien als je je ogen maar hard genoeg tot spleetjes knijpt.

 

Harde feiten dan maar. Ik schrijf met vlagen zeer veel en dan weer wat minder. Wat ik schrijf is heel divers, gaande van toneelstukken voor kinderen over zwaar op de hand zijnde poëzie voor psychiatrische patiënten tot slogans voor onbestaande wasprodukten. Maar hoewel ik veel zou geven om meer proza te kunnen schrijven, moet ik toegeven dat er toch voornamelijk poëzie in me zit.

 

Ik schrijf omdat ik de drang voel om te schrijven en eens iets geschreven is voel ik zelden de behoefte om er nog veel aan te schaven. Inspiratie is mijn beste vriend en techniek komt pas op de tweede plaats en is vooral handig om het schrijfproces zelf te verbeteren. Je voelt iets opkomen en in plaats van ‘knal, daar begin ik te schrijven en hoe het op papier terecht komt dat zien we wel’ kan je zeggen: ‘daar is het en kijk, het is er zoals ik het graag gewild had’. Maar eens het er staat is het meestal af voor mij, dan moet je het niet meer tot stervens toe herwerken. Een tekst moet bovenal ademen vind ik.

 

Tot zover mijn motivatie om te schrijven.