klaar voor de strijd

de kandidaat-rectoren vertellen
13/02/2016

Dat het begin maart rectorverkiezingen zijn, wist je waarschijnlijk al. Ondertussen zijn de kandidaten ook bekend: Prof. dr. Herman Van Goethem en Prof. dr. Johan Meeusen zullen voor je stem wedijveren. Het rectorendebat van 25 en 26 februari, georganiseerd door de Studentenraad, zal aan de studenten verduidelijken wat de standpunten zijn van de kandidaten. dwars had vooraf een exclusief dubbelinterview met beide kandidaten.

Het startschot voor de campagne is gegeven. Hoe voelen jullie je op de vooravond van de grote verkiezingen?

Johan Meeusen Ik vind het spannend, maar ook plezierig. We moeten echt onze opinie geven en verdedigen over de verschillende thema’s die de universiteit aanbelangen.

Herman Van Goethem Ik ben er natuurlijk veel minder lang mee bezig dan Johan en ik voel me dus alsof ik een marathon spurt van begin oktober tot nu.

 

Professor Meeusen, u komt op met een team en dat is toch wat controversieel: teamleden worden gewoonlijk pas na de verkiezing gekozen.

Meeusen Voor mij is dat helemaal niet controversieel. De raad van bestuur stelt natuurlijk nog altijd de leden van het team en de rector aan. Door met een team op te komen wil ik de verkiezingen transparanter maken: als ik nu verkozen word, weet iedereen ineens met wie ik in zee ga. Ik heb de verschillende expertises van mijn teamleden kunnen gebruiken om mijn programma samen te stellen. Mijn filosofie is dus: what you see is what you get.

 

Van Goethem Ik verschil hier met mijn collega van mening. Dit is een rectorverkiezing, de kandidaat komt op met een programma en vraagt vertrouwen. Natuurlijk vormt de rector ook een team, maar dat gebeurt in overleg met zeer velen, een soort coalitievorming. Zo gaat hij met zijn kandidaten naar het college van decanen en naar mijn gevoel is dat overleg overgeslagen.

Meeusen Net als Herman ben ik alleen kandidaat-rector en volgens mij is er niets mis met mijn werkwijze. Ik leg meteen, van bij het begin, al mijn kaarten volledig op tafel. Ik heb eerst een programma gemaakt met drie mensen die elk hun eigen expertise hebben.

 

Professor Meeusen, u bent vicerector geweest en dus hebt u bij de bron gezeten. Wat gaat u veranderen ten opzichte van het vorige beleid?

Meeusen Dat blijkt uit mijn programma: het is heel concreet, ik hang het op aan een aantal aandachtspunten. Ik ben heel blij dat ik deze functie al gehad heb, ik ken de universiteit. Ik vind dat het vorige team goed werk heeft geleverd, maar er moeten natuurlijk ook wel nieuwe zaken op de agenda komen.

 

Zoals bijvoorbeeld de studie die heeft uitgewezen dat het academisch personeel veel stress heeft?

Meeusen Daarvoor is reeds een strategie ontworpen vanuit het personeelsdepartement, maar ik bepleit extra aandachtspunten. Ik vind onder meer de coaching van nieuwe mensen zeer belangrijk. Dat kan in samenwerking met de oudere professoren. We zouden hen bijvoorbeeld ook meteen een vliegende start kunnen geven door hen een doctoraatsstudent toe te wijzen, zodat ze meteen onderzoek kunnen leiden en voldoende tijd aan goed onderwijs kunnen besteden.

Van Goethem Ik denk niet dat alleen daarin investeren een goede keuze is. Wat met het huidige onderwijskorps? Die middengroep heeft meer nodig dan alleen een goede administratie. Ik zou meer algemeen inzetten op het middenkader, op de ondersteuning van het professorenkorps.

Meeusen Zowel de starters als het bestaande korps hebben meer ondersteuning nodig. Vandaar dat ik een nieuw bevorderingsbeleid voorstel, en ook een postdoctoraal middenkader voor onderzoek. Ik zie dat laatste mogelijk middels nieuwe functies met een vaste aanstelling, ik richt op onderzoek. Bovendien is het waar dat de enquête die jullie aanhalen enkele problemen signaleert, maar uit de antwoorden blijkt ook dat het personeel graag op de universiteit werkt. Dat wil niet zeggen dat er geen problemen zijn, maar het beeld dat het allemaal malaise is moet worden bijgesteld.

Van Goethem Het gaat natuurlijk niet alleen over het personeel. Voor mij moeten er ook aan de kant van de studenten problemen worden opgelost. Het systeem moet meer gestroomlijnd worden. Door de grote keuzevrijheid is zowat alles mogelijk: de studenten krijgen daardoor te maken met crashende administraties of met overlappende vakken. Door duidelijkere grenzen te stellen, kan er naar mijn mening al veel verholpen worden.

 

Hoe zou u dat precies zien gebeuren?

Van Goethem Door bijvoorbeeld gelijkaardige vakken samen te voegen en het aantal keuzevakken te verminderen. Volgens mij kan je een even goede opleiding aanbieden door meer efficiëntie aan te brengen in de curricula en ze coherenter te maken. Ik zou qua keuzevakken bijvoorbeeld een soort korf aanbieden met daarin vakken die heel gericht zijn naar bepaalde competenties. Binnen die korf moet je dan zes studiepunten opnemen. Het gaat dan bijvoorbeeld om vakken die focussen op communicatie, diversiteit en andere actuele thema's. Zo krijg je beter geprofileerde studenten en minder grote verschuivingen.

Meeusen Ik ben het ermee eens dat er ook aan de studentenzijde gewerkt kan worden. Als universiteit moeten we alert blijven voor wat er in de samenleving belangrijk is, maar toch nog altijd universitairen afleveren. Dat wil zeggen dat algemene vakken belangrijk moeten blijven. Daarbij moet elke faculteit apart kunnen beslissen waar zij accenten legt. De Antwerpse studenten moeten een eigen profiel krijgen. Er moet bewust ingezet worden op opleidingen waar Universiteit Antwerpen sterk in is.

 

Wat dan met het praktisch aspect? Er wordt vaak geklaagd dat studenten te weinig praktijkervaring hebben als ze op de arbeidsmarkt komen.

Meeusen Studenten moeten natuurlijk in contact gebracht worden met beroepen die bij hun opleiding passen, maar wij leiden universitairen op. We willen ze ook concrete kennis aanleren en dat kan in samenwerking met bedrijven, maar die nuance moet per faculteit worden beslist.

Van Goethem Hogescholen zijn meer praktijkgericht, maar aan de universiteit geef je les vanuit je onderzoek. Vandaar uit kan en moet je ook in alle opleidingen de link leggen met de praktijk.

 

Professor Van Goethem, u zet in op diversiteit in uw programma door over Antwerpen te spreken als grootstad en daar voor de universiteit ook meer de nadruk op te leggen.

Van Goethem Er moeten extra middelen worden vrijgemaakt voor de instroom van studenten. We moeten vooral inzetten op studenten vanuit de ruime regio Antwerpen en aansturen op een betere samenwerking met de hogescholen in onze stad. Zo zouden studenten zich gemakkelijker kunnen heroriënteren en worden ze beter verdeeld naar hun diversiteit en potentieel. Hiervoor moet onderhandeld worden op basis van partnership. Maar ook de Vlaamse Overheid speelt en rol: de Antwerpse grootstedelijke ruimte vraagt om een beleid op maat, ook inzake onderwijs. En universiteit moeten wij zelf meer inzetten op een gezamenlijk project rond samenlevingsopbouw in de eenentwintigste eeuw. KULeuven wil overal in Vlaanderen zitten, maar wij zitten wel in het labo van een grootstad.

Meeusen Daar ben ik het mee eens. De universiteiten moeten meer middelen krijgen, zodat ze beter met een diverse groep studenten kunnen omgaan.

 

En denkt u dat dat de concurrentie met de andere grote universiteiten ten goede zal komen?

Van Goethem Inderdaad, maar ik hou niet van die concurrentie. Het concurrentiële zit te veel ingebakken in de cultuur van verschillende universiteiten en dat zet de collegiale verhoudingen soms onder druk. We moeten samenwerken op voet van gelijkwaardigheid. Ik denk ook dat regionale rekrutering bij alle universiteiten belangrijk is. Een universiteit moet ook niet alle mogelijke richtingen willen aanbieden.

Meeusen Ik noem in mijn programma bewust geen andere universiteiten, omdat ik uitga van onze eigen sterktes. Die houding zou trouwens alle universiteiten sieren. Het is vreemd dat de professoren van de verschillende universiteiten vaak wel met elkaar kunnen samenwerken op academisch gebied, maar dat dat op vlak van beleid niet zo vlot gaat.

 

Professor Van Goethem, u bent ook voorstander van een oriëntatieproef die niet bindend is, hoe ziet u dat?

Van Goethem Ik ben geen pedagoog, maar die proef zou ik in het laatste jaar van het middelbaar laten doorgaan, naar het einde toe. Leerlingen moeten al voor ze aan de universiteit starten georiënteerd worden, en dan zelfs erna nog kunnen doorstromen naar andere richtingen. Het mag natuurlijk geen verkapte ingangsexamen worden. Daarnaast zou ik nog meer willen inzetten op concrete begeleiding van studenten, maar dat vergt natuurlijk extra middelen. We moeten de studenten op de universiteit beter begeleiden, de studietrajectverlenging bij sommigen is te lang. Een oriënteringsproef kan hierbij ook helpen: alles loopt beter wanneer de goede keuze in het begin is gemaakt.

Meeusen Ik ben voorstander van oriëntatieproeven in het secundair onderwijs en vervolgens ijkingsproeven georganiseerd door de universiteiten. We moeten er daarbij over waken dat het geen concurrentie- of marketingsinstrumenten worden. Het zou dus moeten gaan om een samenwerking tussen de universiteiten ten bate van de aankomende studenten.

 

Hoe moet de universiteit het hoofd bieden aan de opkomst van enkele nieuwe vormen van doceren, zoals bijvoorbeeld videolessen?

Van Goethem De ICT is een wereld die een ongelofelijke evolutie doormaakt en professoren worden vaak voorbij gestoken door studenten. Dat hebben we ook gezien na een recente crash bij het online inboeken van examens: studenten begonnen zelf via Facebook te organiseren. Ik ben dan ook voorstander van blended learning, maar dat mag nooit een doel op zich zijn. Daarbij staan sommige systemen nog niet helemaal op punt en dat kost heel wat middelen.

Meeusen De kwaliteit van het onderwijs in Antwerpen is hoog en we moeten dan ook openstaan voor nieuwe mogelijkheden. Maar ik ben het ermee eens dat voldoende contactmomenten moeten behouden blijven. Daarbij wil ik wel benadrukken dat de concrete keuze hiervoor bij de professoren zelf moet liggen, die uiteraard het best met hun vak vertrouwd zijn.

 

En ten slotte, wat zal u doen voor de verdere begeleiding van extracurriculaire activiteiten zoals studentenverenigingen?

Meeusen Onze studentenvertegenwoordigers werken goed. Wel is er door de grote roulatie een risico op het vlak van kennisopbouw. Een soort handboek voor de stuvers zou handig zijn, want de vertegenwoordigers starten in een kader dat ze niet kennen. De studentenverenigingen moeten vooral echte studentenverenigingen zijn en het kader dat hiervoor bestaat moet niet worden veranderd.

Van Goethem Ik wil daaraan toevoegen dat ook de startdagen ongelofelijk belangrijk zijn en dat de studentenverenigingen daarin een belangrijke rol moeten krijgen.

 

 

Wil je meer weten over de programma's van de kandidaten en ze echt in debat horen gaan? Ga dan zeker naar het rectorendebat, je kan je inschrijven op het event op Facebook. Dit gaat door op campus Drie Eiken op 25 februari en op 26 februari en wordt het debat nog eens overgedaan voor de studenten van de Stadscampus.