Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten ter hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze keer: ‘hippopotomonstrosesquippedaliofobie’.
Skeuomorf, dukdalf, epibreren. Woorden bestaan in verschillende vormen en maten. De redacteurs van dwars ademen papier en bloeden inkt. De Dikke Van Dale is hun beste vriend en woordenlijst.org een tweede thuis: hun liefde voor woorden is peilloos. Elke week komt deze passie weer naar boven in deze rubriek, die een ode is aan de parels die de Nederlandse taal rijk is.
Deze liefde voor de bouwstenen van onze werkelijkheid wordt echter niet door iedereen gedeeld. Vooral lange woorden zijn voor sommige mensen verschrikkelijk en dat heeft meestal niets met een beredeneerde aversie of welbepaalde degout voor specifieke woorden te maken. Die komt immers zelfs bij de meest gepassioneerde taalbeoefenaar voor. Hippopotomonstrosesquippedaliofobie gaat over meer dan dat: het is de angst voor lange woorden.
Dat deze angst bestaat, kunnen wij op de redactie betreuren, maar we beseffen ook dat angst niet rationeel is en we daar dus niets aan kunnen veranderen. We vragen dan ook niet dat mensen met hippopotomonstrosesquippedaliofobie opeens verliefd worden op woorden als hottentottententententoonstelling of meervoudigepersoonlijkheidsstoornis. Toch is het opportuun om hier, in de rubriek die een lofzang dient te zijn voor woorden van elke slag, even stil te staan bij de hippopotomonstrosesquippedaliofobie. De naam van de fobie is immers vrij cynisch: om de angst voor lange woorden te beschrijven, gebruikt men zelf een heel lang woord. Dat cynisme is blijkbaar ook in onze taal ingebakken, of hoe dacht u dat een slissende dyslecticus zich voelt?
Als taalliefhebbers zitten we dus in tweestrijd. Hippopotomonstrosesquippedaliofobie is een prachtig woord, maar ook het sarcasme van de bedenkers ervan ontgaat ons niet. Daar komt nog eens bij dat mensen die last hebben van de angst voor lange woorden het woord voor hun fobie zelf niet kunnen gebruiken en dus ook niet kunnen genieten van de schoonheid ervan. Een warme oproep dus aan de uitvinders van neologismen: probeer cynisme achterwege te laten bij jullie nieuwe creaties. Zo kunnen we woorden als hippopotomonstrosesquippedaliofobie vieren zonder wrange nasmaak in de mond en kunnen we onze passie uiten zonder schuldgevoel. Dat is natuurlijk waarom deze rubriek bestaat!