het is niet al goud wat blinkt

post uit Praag #8
10/05/2015
🖋: 

Redacteur Maurits Chabot ruilde ons geliefde Antwerpen in voor Praag. Gelukkig is onze Erasmusstudent niet helemaal van de aardbol verdwenen; wekelijks stuurt hij digitale brieven vol Tsjechische avonturen. Altijd neergepend in zijn typische schrijfstijl. Scheur die denkbeeldige envelop open, de postduif is gearriveerd!

House of Terror

Te midden van de pracht en praal in Boedapest, aan de Andrássyboulevard, staat het House of Terror. Het bouwwerk stond eerst bekend als ‘House of Faith’, maar werd in de Tweede Wereldoorlog als hoofdbureau gebruikt door de nazi's. Ook de Arrow Cross Party, de Hongaarse fascistenpartij, zetelde hier. Na de oorlog werd datzelfde gebouw het hoofdkwartier van de KGB, de geheime dienst van de Sovjet-Unie. Verbazingwekkend veel horrortaferelen kunnen zich binnen de muren van één gebouw afspelen.

 

Sinds 2002 is het Huis van Terreur een museum. Op aangrijpende wijze wordt belicht hoe de Tweede Wereldoorlog Hongarije raakte en welke schade de daaropvolgende communistische overheersing teweeg bracht. In 1945 ‘bevrijdde’ het Rode Sovjetleger Hongarije. Dat zou ook het startschot vormen voor een nieuwe, even afschrikwekkende dictatuur die officieel begon in 1949. Een 40 jaar durende communistische overheersing volgde.

 

 

Sovjets

De communisten ‘ontvoerden’ de Hongaarse populatie. De eerste golf kwam direct na de bezetting van ieder dorp en elke stad. Het volk werd massaal ‘aan het werk gezet’ in Russische kampen. Uit Boedapest alleen werden 5.000 mensen weggevoerd. Voor de tweede golf werden officieel alleen mensen met Duitse achtergrond gerekruteerd, maar er moesten quota’s gehaald worden en in gebieden zonder Duitse inwoners werden dus mensen met Duits klinkende namen afgevoerd. Uiteindelijk volgden ook Hongaren. Jongens onder de achttien en heren ouder dan zestig werden niet gespaard.

 

De eerste ‘Soviet advisors’ verschenen in 1944 ten tonele en bepaalden het volledige economische en politieke leven. Zij beslisten over mijnen, luchthavens, de wapen- en olie-industrie en over internationale handel. De laatste adviseur verliet Hongarije in 1989.

 

Voormalige politieke leiders, ministers, parlementsleden, ambassadeurs, legerofficieren, priesters en leraren kwamen in Sovjetgevangenissen terecht. In totaal werden zo’n 130.000 tot 180.000 burgers gevangengenomen of tewerkgesteld. In de kampen golden quota’s voor executies. Miljoenen Hongaren vonden er de dood. Hongaarse gevangenen werden verspreid over 1.000 verschillende werkkampen en tijdens de transporten daarnaartoe lieten liefst 300.000 van hen het leven. De laatste Hongaarse gevangene, András Toma, keerde pas in 2000 terug uit Rusland.

 

 

Velen werden gevangen genomen. Mensen die een bedreiging vormden voor het communistisch regime, maar ook zij die minder op hun kerfstok hadden. Als je niet hard genoeg lachte om een grap van een communist bijvoorbeeld of als je 'social outcasts' groette op straat. Onder het House of Terror werden kolenkelders ingericht als gevangenis. Eén verdieping is overgebleven van wat waarschijnlijk een ondergronds cellencomplex van meerdere verdiepingen was. “The cellar at 60 Andrássy Boulevard became notorious throughout the city,” aldus een informatiebord in het museum.

 

 

Hongaarse (on)schuld

Maar men kan vraagtekens plaatsen bij de Hongaarse onschuld in de Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog. Al in 1939 had Hongarije een grote nazistische partij, de Arrow Cross Party. De beweging stond onder leiding van Ferenc Szálasi en kende in 1939 meer dan 300.000 leden. Toen de nazi’s hun intrek namen in het House of Terror, mocht de Arrow Cross Party mee. Volgens een museumtekst was de Hongaarse partij minder betekenisvol: “without German help and support, it could never have become a potential governing factor.”

 

Maar het Joodse getto in Boedapest, een van de oudste in Europa, werd tot in de laatste dagen van de oorlog geteisterd door plunderingen van leden van de Arrow Cross. 70.000 joden werden in het getto opgesloten en “the arrow cross militia raved and raged until the very last, shooting into the Danube (de Donaurivier, nvdr.) Jews whom they wanted to loot,” aldus de museumtekst. De rol van deze Hongaarse nazi’s krijgt echter weinig aandacht in het museum. Om die reden is het museum flink bekritiseerd geweest. Volgens sommige journalisten, historici en politici duwt het House of Terror Hongarije te veel in een slachtofferrol.

 

Er zijn banden tussen huidige rechtse politici, parlementsleden en de eigenaars van het museum. Bovendien waren enkele agenten van de AVH, de geheime Hongaarse politiedienst van 1945 tot 1956, verbonden met belangrijke politieke partijen in de jaren 1990. De verdediging van museumdirecteur Maria Scmidt luidde: “Is there anything in history that is not related to politics?”

 

Falsifying history

Een dag later loop ik in een heel andere wijk in Boedapest. Bij een groot beeld staan zwaarbewapende politiemannen. Er hangen vlaggen en posters en persoonlijke bezittingen liggen op straat. Er staat een informatiebord bij. De kop luidt "Civilian Protest Against Monument Falsifying History". Het standbeeld werd op 20 juli 2014 midden in de nacht geplaatst op bevel van premier Viktor Orbán. De persoonlijke bezittingen op de stoep “have been brought uninvited in recent months by citizens outraged by the falsification of history manifested in the monument.” Volgens de tekst herdenkt het monument officieel de Duitse bezetting van 19 mei 1944, maar “as a result of the scandal following the publication of the design” werd de tekst veranderd naar “to the victims of the occupations.”

 

De tekst legt uit dat het beeld aarstengel Gabriel voorstelt die het onschuldige Hongarije uitbeeldt. “She is dropping (actually, it looks like offering) the country’s orb, while the German imperial eagle is preparing to strike.” Dit reflecteert de politieke propaganda van nu, aldus de tekst. “This monument is a lie serving a political intention,” door te suggereren dat Hongarije geen schuld heeft aan de genocide die op de Duitse bezetting volgde. Maar de tekst spreekt van Hongarije als een “faithful ally of Hitler’s Germany during WW2” die zich in 1940 als eerste bij de as-mogendheid van Duitsland voegde. Op 19 mei 1944 “the arriving German troops were received with bouquets rather than bullets.” De Hongaarse staatsadministratie bleef daardoor ongeschonden en “enthusiastically and very effectively organized and executed the mass deportations, surpassing even German expectations.”

 

 

Al in 1920 werden de eerste antisemitische wetten in Hongarije ingevoerd. “Historians of the Hungarian Academy of Sciences have unanimously condemned the message suggested by this monument, labeling it as an attempt to rewrite history.”

 

Mijn gedachten gaan terug naar het House of Terror, naar de 300.000 leden die fascistenpartij Arrow Cross in 1939 telde en naar de banden tussen huidige politici, voormalige AVH-agenten en het museumbestuur. En mijn gedachten gaan terug naar het verweer van directrice Schmidt. “Is there anything in history that is not related to politics?”