De wijk rond de Stadscampus heeft een buurtcomité, wist u dat? Het bestaat zelfs al een tijdje. Wist u überhaupt dat er in deze wijk ook niet-studenten wonen, de uitbaters van de Salamander, de Nonius, de Jean en de Jean-Pierre niet meegerekend? Daar dient zo’n buurtcomité namelijk voor, om de feestvierende student duidelijk te maken dat hij/zij niet alleen is. Geen welgemeende fuck you, maar een welgemeende "mag ik u vriendelijk verzoeken mijn vuilniszakken te laten staan?"
Nochtans beginnen dergelijke initiatieven altijd op dezelfde manier: een buurtbewoner heeft voor de laatste keer de kots van zijn stoep geveegd en roept een vergadering bijeen met de buren, waarop iedereen onverbloemd zijn gal mag spuwen over de overlastveroorzaker. Er worden notities genomen en de volgende dag krijgt het stadsbestuur een leuke brief in de bus. Dat dit niet de meest doeltreffende manier is om het probleem aan te pakken, mag duidelijk zijn. En dat besef is doorgedrongen. Onder invloed van Wim Peleman, buurtbewoner en ondernemer, kwam er een website, een Facebookpagina, en werd er een actieplan opgesteld met duidelijke doelstellingen: het bevorderen van de communicatie tussen bewoners, studenten, stadsbestuur en politie; en het bevorderen van de leefbaarheid. Wij gingen eens praten met Peleman en twee andere leden van het comité, Annemie Kiggen en voorzitter Philippe Vosters, om te zien hoe het gesteld is met die doelstellingen.
Hoe lang bestaan jullie nu precies?
Philippe Vosters Er zijn al verschillende jaren vergaderingen geweest van buurtbewoners waarin men frustratie kon uiten over de problemen met de studenten. Maar het was rond 2008 dat er echt initiatief genomen werd en men het comité opgericht heeft. Vorig jaar was de Ossenmarkt zo’n smerig stort geworden dat er zelfs foto’s in de krant stonden.
Wim Peleman Voor de duidelijkheid, dat komt niet alleen door de studenten. De Stadscampus is een verbinding van het station en de Rooseveltplaats met de feestbuurt, dus is er ook overlast van doorgangers. We beseffen maar al te goed dat we in een studentenbuurt wonen, en dat daar nu eenmaal studentenactiviteiten bij horen.
‘Stadscampus’ is wel een vrij groot gebied voor een buurtcomité, niet?
Peleman We hebben er bewust voor gekozen om geen duidelijke grenzen te stellen. Achter de Paardenmarkt is er bijvoorbeeld al een ander buurtcomité en die verricht heel goed werk. Op de website staat dat we opkomen voor de buurt rond het Frans Halsplein en de Ossenmarkt, maar in principe willen we iedereen helpen die in de omgeving van de Stadscampus woont. De vaste bewoners, maar ook de tijdelijke. Er zijn net zo goed studenten die lid zijn van het comité, maar dat zijn wel allemaal mensen die in deze buurt op kot zitten.
Het academiejaar is drie maanden bezig. Al veel problemen gehad?
Peleman De laatste tijd is er weer heel veel last.
Annemie Kiggen Lawaai, vuiligheid, vandalisme: spiegels die van auto’s getrokken worden. Verleden week was er om de hoek van mijn straat een wc-huisje dat omgeduwd op straat lag.
Vosters Dat zijn dan uitdagingen die men moet uitvoeren voor die zogenaamde ‘schachten-drils’. Daar willen we absoluut met de verschillende studentenverenigingen over samenzitten. Sommige van die doopactiviteiten kunnen gewoon niet.
Men heeft toch een doopcharter opgesteld?
Vosters Ik heb dat charter gelezen. Het wordt niet nageleefd.
Peleman Er staat duidelijk in dat er niet met etensresten op het openbaar domein gespeeld mag worden. Openbare dronkenschap mag ook niet. Maar op het Frans Halsplein heb ik verenigingen beide dingen zien doen, op klaarlichte dag. Er is een basisschool op dat plein en ik moet daar ook iedere dag passeren met mijn kinderen.
Kiggen Ik vind het spijtig dat wij alleen maar met zulke studentenactiviteiten geconfronteerd worden. Het zou leuk zijn om eens uitgenodigd te worden door een studentenvereniging om deel te nemen aan een van hun andere activiteiten. In Nederland is dat blijkbaar heel normaal en de studenten komen daar goed overeen met de buurtbewoners.
Vosters Het is vooral jammer dat wij niet op de hoogte gehouden worden van hun activiteiten. Wij hebben bijvoorbeeld helemaal geen inspraak gehad in het opstellen van dat doopcharter. Maar wij zijn wel degenen die er de consequenties van moeten dragen.
Er is dus duidelijk een ernstig communicatieprobleem?
Kiggen Zeker! Met de studenten, maar ook met het stadsbestuur, de universiteit, de politie ...
Vosters We vragen alleen maar dat men ons tijdig laat weten als er een grote activiteit gepland wordt niet alleen voor het lawaai en de rommel, maar ook voor de mobiliteit.
Peleman Met ‘Students on Stage’ is dat allemaal heel goed aangepakt. Zowel de studentenverenigingen als het stadsbestuur hebben ons gecontacteerd. Er is een week op voorhand een elektronisch informatiebord op de Paardenmarkt geplaatst om te melden dat de Lange Winkelstraat afgesloten zou zijn. Er waren wijkagenten aanwezig, alles werd opgeruimd en de uren werden gerespecteerd. Perfect!
Vosters Verder vragen we gewoon dat de regels nageleefd worden en dat er met mate gefeest wordt. Een paar nachten per week dat we van onze nachtrust kunnen genieten, is dat teveel gevraagd? De cafés hoeven toch niet iedere nacht vol te zitten?
De studentencafés zitten nu eenmaal vaak vol omdat er verschillende andere cafés de deuren hebben moeten sluiten: Hill Diar bijvoorbeeld, of de Vettige Swa.
Kiggen Maar de studenten moeten toch niet alleen door de cafébazen opvangen worden? Het zijn de onderwijsinstellingen die voor extra faciliteiten voor de studenten moeten zorgen.
Peleman Inderdaad. Ik snap de cafébazen wel als ze zeggen dat er te weinig plaats is. Want zij zijn vaak de dupe als de politie moet optreden tegen overlast. Dat is ook niet altijd juist. Ik ben trouwens tegen die GAS-boetes. Laatst zag ik een jongen die een boete kreeg omdat hij tijdens een feestje zijn plastic bekertje op een grote berg andere bekertjes gegooid had, naast de muur van het café.
Kiggen Het is vooral belangrijk dat men de studenten sensibiliseert in plaats van beboet. Ieder jaar komen er jongeren bij die denken dat ze hier ’s avonds het varken mogen uithangen. Zowel het stadsbestuur als de onderwijsinstellingen moeten de studenten duidelijk zeggen dat er wel degelijk regels zijn. Vanuit het bestuur zou er een verantwoordelijke moeten worden aangesteld die zich volledig met de studentenbuurt bezighoudt. En er is een apart wijkteam nodig om problemen op te lossen.
Aan politie is er nochtans geen gebrek in de studentenbuurt. Zorgt dat niet voor meer animositeit, zoals met de camera op de Ossenmarkt?
Peleman Die camera heeft de studenten meer goed dan kwaad gedaan, dat kan ik u verzekeren. De politie heeft er onder andere een bende mee kunnen oprollen die zich specialiseerde in het beroven van dronken studenten. In 2013 komt er trouwens ook een op de hoek van de Sint-Jacobsmarkt en het Frans Halsplein. En dat is niet om zatte feestjes in het oog te houden, dat is om de vele drugdeals op dat plein een halt toe te roepen.
In Leuven leidt men studenten op als stewards, om op een proactieve manier te sensibiliseren en overlast tegen te gaan.
Peleman Stewards zijn inderdaad een optie. En eventueel een studentencommissaris.
Vosters Het allerbelangrijkste is dat zowel het stadsbestuur als de onderwijsinstellingen hun verantwoordelijkheid nemen. Als ze van Antwerpen de grootste studentenstad willen maken, moet er voor een deftig beleid gezorgd worden. Laat ons de zaak eens vanuit een ander perspectief bekijken. De café-uitbaters en studentenverenigingen beseffen wel degelijk dat er problemen zijn. Mooi voorbeeld is het nieuwe rechtencafé Den Uil op het Frans Halsplein. Onlangs organiseerde de uitbater van het café samen met de praeses van Sofia een vergadering met de buurtbewoners. Op die vergadering werden in overleg met iedereen duidelijke afspraken gemaakt om de overlast te beperken. Zo worden er bijvoorbeeld geen schachten-drils meer georganiseerd op het plein als de school begint of eindigt, dus als er kinderen rondlopen. Trauma ontweken!
En dan is er ook nog het stadsbestuur. “Het kan natuurlijk altijd beter”, vertelt een medewerker van de Dienst Onderwijs ons als we informeren over het communicatieprobleem, “maar we werken er wel degelijk aan. De dienst ‘Samen leven’ zit geregeld samen met de buurtbewoners om problemen en klachten te bespreken, en ieder jaar is er een stedelijk wijkoverleg. Stewards zoals in Leuven gaat bij ons niet, omdat we geen fakbars hebben. We vragen de studentenverenigingen wel om bij evenementen enkele verantwoordelijken aan te duiden die hun medestudenten in bedwang houden. Dat is een engagement van de studentenverenigingen en maakt deel uit van de intentieverklaring die jaarlijks opgesteld wordt. Die wordt ondertekend door het Antwerps Studentenoverleg, de instellingen voor hoger onderwijs, cafés en horecazaken in de historische studentenbuurt, de stadsdiensten en de Lokale Politie.” Opvallend aan deze opsomming is dat er een instantie ontbreekt. Een intentieverklaring waarvan het voornaamste doel het beschermen van de leefbaarheid van de buurtbewoners is, zou opgesteld moeten worden met inspraak van die buurtbewoners. Samen de problemen bespreken en een oplossing zoeken met alle actoren: Europese Unie-style. Als dat geen Nobelprijs waard is.