De winter krijgt een podium

KULUM
03/04/2005
🖋: 

Uw begeleider naar de volmaakte maturiteit, de uitgeverij van uw diploma, is zelf hoogzwanger van een doctor in de podiumkunsten. Dra glijdt hij van de universitaire uterus rechtstreeks de planken op. Welke klassiekers zal hij daar aan het publiek openbaren? Of verwekt hij een gans nieuwe golf van experimenteel toneel? Tragikomedie of blijspel, wat hij ten berde zal brengen weet hij waarschijnlijk zelf nog niet.

Wel is hij er zeker van beroep te kunnen doen op overheidsgelden. Een spermabank waar hij steeds terecht kan voor een duit in het zakje. Een schoolvoorbeeld trouwens om het publiek geboeid te houden, zo'n financiële kwak in de zak. Zonder subsidies kan hij immers zijn maatschappelijk relevante stukken niet opvoeren die de mensen na een incubatietijd van een niet nader te noemen aantal bollekes na de voorstelling de medemens vanuit een post-primaten-perspectief zullen doen bekijken.

 

Onze doctor in spe mag echter niet op de lauweren rusten als het de spermadonaties aangaat. Als een bepaald seizoen zich over een volledige legislatuur zou uitstrijken, is de kans immers reëel dat het staatsapparaat erectiestoornissen krijgt bij het aanschouwen van de ongetwijfeld elitaire stukken door onze doctor in scene gezet. Een bewerking van de legende van Brabo zal misschien nog net door de beugel kunnen. De koekenstad was al jarenlang gehuld in een ijskoud kleedje, een permanente vorst had stilaan haar intrede gedaan ondanks de toegenomen CO2-uitstoot. Gestaag waren alle menselijke relaties stroef en zuur geworden om uiteindelijk te verstenen van de kou. Burgemeester Winter had de eens zo dynamische metropool in zijn greep. Aangezien de vrieskou enkel het stromende water van de Schelde niet had doen verharden, was de stad van Mercator enkel bereikbaar per boot die voorzien was van een GPS om de ijsbergen te kunnen ontwijken. Die Burgemeester wilde de energierekening van zijn Schoon Verdiep liever betalen met hoge tolgelden dan met het plaatsen van zonnepanelen.

 

Veel zon was er immers niet meer in huis sinds hij het voor het zeggen had. De liefhebbers van podiumkunsten dienden om in de Bourla Schouwburg te geraken visa-gewijs vele zilverlingen over te schrijven op de belangrekening alvorens ze hun niet-gesubsidieerde ticketje konden bemachtigen. Voor een schappelijke prijs kon men enkel gaan kijken naar de volkse musical over de familie ‘Van den Trap', waarin speciale effecten werden gebruikt, zoals echte geweren die werden leeggeschoten op de hoofdrolspeler.

 

Na vijf vertoningen in de uitverkochte theaterzaal van de florerende toneelgroep ‘Niet Sociaal Vaardig' waren alle look-alikes van Gunter Schepens en de man zelf echter dood en werd de opvoering gestaakt. De onvrede groeide maar zelfs de Russische maffia durfde de tol niet betalen met ongedekte cheques. Tot op een gegeven moment Jan Fabre vermomd als naakte man voor het tolhuis verscheen en de kop van het gedrocht dat zich burgemeester noemde afhakte met z'n kredietkaart en tot in Zeeuws-Vlaanderen wierp alwaar het afgrijselijke bakkes terechtkwam in de uitgediepte Schelde.

 

Het doek valt op het moment dat Antwerpen haar belangeloos bestaan voortzet met het gewichtloze dilemma over de naamverandering; blijft het handwerpen of wordt het kopstoten . Na de première is het aangewezen dat onze doctor in de podiumkunsten een nabespreking houdt waarin hij stelt dat het stuk maatschappelijk relevant is een zeker niet pseudo-elitair door er op te wijzen dat iedereen Jan – zonder vrees – Fabre kan zijn en dat de bühne bovendien niet per se beperkt dient te blijven tot het podium van het Toneelhuis. Nog verdoofd door het open doekje kan onze master zich dan begeven richting Parijs en Milaan, alwaar Vlaams Belangstellenden hunkeren naar zijn werk.

 

Een meester in de podiumkunsten schiet met mortier op zijn heimat verkozen Marie-Rosen en verovert zodoende niet alleen het artistiek leidend hart van Gerard, maar richt zich tevens tot Plebs met de Pet. Aldus blijkt dat het alleen de UA is die de rol van deus ex machina op zich kan nemen en ons door het toekennen van internationaal geldende adelbrieven kan behoeden voor de eeuwige verdoemenis van opvoeringen van koeterwaals allooi. Aarzel desalniettemin niet om uw cultuurcheques nu reeds aan te wenden.