Je zal het maar voorhebben: het ligt op het puntje van je tong en toch kan je er niet opkomen. Dat ene woord ontglipt je keer op keer. Ook dit jaar schiet dwars alle schlemielen in zulke navrante situaties onverdroten ter hulp. Maandelijks laten we ons licht schijnen op een woord waar de meest vreemde betekenis, de meest rocamboleske herkomst of de grappigste verhalen achter schuilgaan. Deze editie het begrip ‘awumbuk’.
“Dag, tot nog eens!” “Ja, tot snel!” “Goed thuis!” Ik wuif nog een keer naar mijn vriendin die zich even omgedraaid heeft. Ze zwaait vrolijk terug. Daarna doe ik de deur weer achter me dicht en staar ik naar de lege gang. Ik slaak een diepe zucht, terwijl ik besluiteloos blijf staan en mijn huis weer te groot aanvoelt. Wat nu?
Herken je dat? Het holle, lichtjes ongemakkelijke gevoel dat je bekruipt nadat je bezoek is vertrokken en je even niet meer weet wat je moet doen. Wel, dat gevoel heeft een naam. Het heet namelijk awumbuk. Deze sociale kater voel je vlak nadat je vrienden zijn vertrokken, voor je begint op te ruimen of verder gaat met je dag.
Het waren de gastvrije mensen uit Papoea-Nieuw-Guinea die vonden dat dit lege gevoel na bezoek een eigen naam verdiende. Ze hebben er zelfs een manier bedacht om met awumbuk om te gaan. Een grote kom water wordt – meestal – op tafel neergezet. Het water in de kom zou dan alle negatieve energie die het gevoel met zich meebrengt, opvangen en vasthouden. De hele nacht blijft die kom er zo staan, tot ze de volgende dag wordt leeggegoten, waarna de Papoea-Nieuw-Guineeërs weer verder met hun leven kunnen.
Het is vast niet verwonderlijk dat de grootte van je awumbuk sterk bepaald wordt door de gasten die je zojuist over de vloer had. Als het een grote groep was, lijkt je huis achteraf nog groter dan wanneer je maar een iemand op bezoek had. Ook hoelang je vrienden er waren, speelt een grote rol: iemand die bij je bleef overnachten laat een leger gevoel achter dan iemand die slechts even kwam dineren.
De volgende keer dat er nog eens een vriend bij je over de vloer komt, weet je dus dat het zeer normaal is om je zo hol te voelen nadat hij weer vertrokken is. Nu kan je eindelijk ook een naam kleven op dat gevoel: awumbuk. Of het je ook daadwerkelijk helpt om beter met dat gevoel om te gaan, is nog maar de vraag. Wie weet, misschien moet je de volgende keer ook maar eens een kom water op tafel zetten. Baat het niet, dan schaadt het niet.
- Log in to post comments