Zorgen voor een kind met een beperking is voor sommige ouders niet makkelijk. Zelfs met alle middelen die je in België, of een ander welvarend land, tot je beschikking hebt. Maar wat als dergelijke middelen niet beschikbaar zijn in het land waar je woont en je te maken hebt met een stigma dat gehandicapte kinderen ziet als een vloek of een straf van God? Welkom in Oeganda, waar 13% (zo'n 2,5 miljoen) van de kinderen een beperking heeft. Als lezer beeld je je nu vast een zeer uitzichtloze situatie in. Toch is het niet allemaal kommer en kwel. Caroline Masquillier, sociologisch onderzoeker aan UAntwerpen, bracht in kaart hoe Oegandese families omgaan met het stigma. Het resultaat: een fototentoonstelling met impactvolle kiekjes en verhalen. dwars was uitgenodigd op de opening van deze tentoonstelling.
We maken kennis met het Angel's Center for children with special needs, een centrum in Oeganda dat hulp biedt door kinderen met een beperking/handicap op te vangen en de ouders bij te staan in de opvoeding. Op de openingsavond worden verschillende van deze ouders in beeld gebracht met video's. Zo krijgen de aanwezigen Vanessa en Valencia te zien. Twee kleine meisjes die worden grootgebracht door hun moeder — hun vader heeft ze in de steek gelaten. Hun moeder beschrijft hun handicap: 'Vanessa kan niet praten en doet de hele dag niets. Valencia is 's nachts actief en slaapt overdag'. De medische kennis ontbreekt simpelweg voor het stellen van een diagnose.
Dan is er ook nog Joël, een vrolijk jongetje dat wordt grootgebracht door zijn vader. Joël is geboren zonder armen. Lachen doet hij de hele dag door en hij gebruikt zijn voeten om te eten en te tekenen. Waar een wil is is een weg. In de zaal zijn ook Rose Mary en haar man aanwezig. Hun zoontje Abryll heeft het Syndroom van Down. Hij werd geboren toen Rose nog aan het studeren was. Niet de makkelijkste omstandigheden om in terecht te komen. Toch lukte het haar om haar studie af te ronden. Zij en haar man vinden veel steun bij elkaar, en waar het stigma hen anders doet geloven, zien zij de geboorte van Abryll als "a gift from God".
social inclusion
Caroline en Joris Casaer reisden af naar Oeganda met een koffer vol polaroid camera's. Deze camera's deelden ze uit aan de ouders van het Angel's Center om foto's te maken van de gelukzalige momenten met hun kind(eren). Ze noemen dit 'social inclusion' (de tegenhanger van social exclusion). Hiermee willen ze laten zien dat het hebben van een gehandicapt kind lang niet aan het stigma beantwoord. De foto's vormden de basis voor een groot aantal kwalitatieve interviews die Caroline hield voor haar onderzoek.
Deze interviews schreef ze met de hand uit. De transcripties met bijbehorende foto's zijn onderdeel van de tentoonstelling. Het citaat uit deze door Caroline neergepende teksten dat dit dwarsartikel van dit artikel het meest is bijgebleven, komt van een van de moeders van het Angel's Center. Ze gaat vaak naar de kerk om steun te prediken tegen het stigma: "Ik moet de mensen leren dat ze van deze kinderen gaan houden". Liefde als medicijn om het stigma te doorbreken. De foto's leren ons in België over het stigma in Oeganda, en proberen daar het stigma te doorbreken.
De fototentoonstelling is een project van Field, een collectief van creatieve freelancers die wetenschappelijk onderzoek en resultaten op een creatieve en krachtige manier naar de buitenwereld communiceren. De tentoonstelling is tot 15 mei 2018 te zien in het gebouw van de Universiteit Antwerpen aan de Lange Sint-Annastraat 7.
- Log in to post comments