ne smoel zonder snor is precies een bloot gat

de Antwerpse Snorrenclub

08/11/2015

Movember – of No-shave November, zoals het ook wordt genoemd – geeft ons de kans om het gure weer en de naderende blok even te vergeten. Een maand lang worden gladgeschoren kaken en bovenlippen weer de krullende snorren en woeste houthakkersbaarden waar menig vrouw voor in zwijm valt. Het is echter niet zo gemakkelijk als het lijkt om de wangen en/of bovenlip te herbebossen. dwars begrijpt dit en wil steun en toeverlaat zijn voor alle mannen die zich in november eens willen laten gaan. Hiervoor zochten we hulp bij de professionals: de Antwerpse Snorrenclub.

Een dinsdagavond, half negen. Het regent pijpenstelen, maar binnen in de Konincklijke Snor, een goed bruin café aan het MAS, gaat een belangrijke vergadering van start. Het is de bestuursvergadering van de Antwerpse Snorrenclub en rond de tafel zitten zes mannen, besnord en bebierbuikt, allen met een sappig Antwaarps accent. Zij geven dwars alle tips en tricks die de beginnende snor zou moeten helpen de verleiding van het scheerschuim te weerstaan, alsook advies voor zij die snorren écht serieus nemen.

 

on alle manne, ne goeie raad

De eerste tip is misschien een beetje wiedes, maar wel belangrijk: let it grow. In die veertien haartjes op je bovenlip ga je geen majestueuze krullen kunnen leggen. Bovendien kan je niet voorspellen hoe je snor gaat groeien en evolueren gezien gezichtshaar zich helemaal anders gedraagt dan hoofdhaar. Na wat gegiechel geven de Snorren toe dat gezichtshaar meer lijkt op lichaamshaar dat zich wat zuidelijker bevindt.

 

De voorzitter van de Snorrenclub, Ronnie Vermeulen, zegt zich niet meer te kunnen herinneren wanneer hij voor het laatst zijn snor of baard heeft geschoren. Hijzelf heeft zijn gezichtshaar gestijld volgens de regels van de kunst: een sik, kunstig naar voren gekruld en een volle snor met de punten recht naar opzij wijzend. Een mooi voorbeeld van de musketiersnor, dus.

 

De musketiersnor is slechts een van de negentien categorieën waarin de ambitieuze besnorde kan meedoen in het Wereldkampioenschap Snorren en Baarden (ja hoor). Dit evenement vindt elke twee jaar plaats, soms in de Verenigde Staten, soms in Europa, maar tot op heden nog niet in Afrika of Azië. Het hele gebeuren begon als een wedstrijd in het noorden van Duitsland, en de Europeanen hebben dan ook lang aan de wereldtop gestaan als het op snorren en baarden aankomt. De VS is echter aan een overtuigende opmars bezig, met verschillende gouden medailles en perfecte scores tijdens de laatste wereldkampioenschappen. Een jaartal om alvast te onthouden: 2019. Dan komt namelijk het WK Snorren en Baarden naar Antwerpen!

 

Op het Wereldkampioenschap zijn de categorieën opgesplitst in snorren, partiële baarden en volle baarden, en afgelijnd door strikte criteria. Voor de snorren bijvoorbeeld, mag geen enkel haar van meer dan anderhalve centimeter naast de mond gebruikt worden, want dan telt het als partiële baard. Haal je meetlatje er al maar bij.

 

Naast de musketiersnor is er nog de Dali-snor, waarbij de punten naar boven moeten wijzen, maar niet voorbij de wenkbrauwen mogen komen qua hoogte. De Hongaarse snor – groot, borstelig en breed – is een andere populaire keuze, alsook de Fu Manchu-snor, eigenlijk een partiële baard, waarbij de punten van de snor recht naar beneden hangen, in de stijl van een zekere oude Kung Fu meester uit een zekere Tarantino-film. Wenkbrauwen die eruit zien alsof ze elk moment kunnen gaan vliegen zijn niet inbegrepen in deze stijl.

 

typen snorren (© dwars - Anouk Buelens-Terryn)

 

den iene zê dit en den andere zê dat

De regels zijn echter niet altijd zo streng. In de categorieën ‘Moustache’ of ‘Full Beard Freestyle’ mag er wel eens gek gedaan worden. Wanneer gevraagd wordt naar de meest indrukwekkende snor die de Antwerpse Snorren ooit al gezien hebben, wordt het even stil. “Het is enorm moeilijk om er een te kiezen.” Dan vertelt voorzitter Ronnie dat toen het WK Snorren en Baarden in Alaska plaatsvond, één van hun collega’s uit Amerika zijn baard net zo had gevlochten dat deze op een sneeuwschoen leek. Toen het WK de volgende keer plaatsvond in Trondheim, toverde een heerschap uit Duitsland zijn baard om in een slee, inclusief rendier. Nog een ander voorbeeld was dat van een man wiens snor zeventig (!) centimeter langs elke kant uitstak. Deze harige heer moest dan ook zijwaarts door de deuropening gaan.

 

Een belangrijke regel voor wie professioneel wil gaan: voor het stijlen van de baard of snor mag je scheren, knippen, krullen, en gel, haarlak of suikerwater gebruiken – “Smaakt nog lekker ook”, aldus een van de Snorren rond de tafel. Echter, onder geen beding mogen er versterkingen binnen de baard of snor aangebracht worden. Laat de tandenstokers, extensions en ijzerdraad dus maar thuis.

 

Helemaal not done zijn uiteraard de Heil-snorretjes en snor of baard mag ook niet onnatuurlijk gekleurd zijn, een droevige zaak voor de hipsters onder ons. Eventuele grijze haren mogen uiteraard wel gecamoufleerd worden indien de besnorde dit wenst, maar niet met blauw, paars of groen. Verkleedkledij is toegelaten met als doel het gezichtshaar nog meer in de verf te zetten – bij wijze van spreken dan. Ronnie waarschuwt echter dat voor het kostuum geen punten gegeven kunnen worden, maar voegt er wel aan toe dat een mooi totaalbeeld natuurlijk een betere indruk maakt op de jury.

 

wilde als vent deur ’t leve gaon

Voor de leden van de Snorrenclub zelf zijn de regels minder streng. Om lid te worden volstaat het om een snor te hebben en ‘snor’ wordt gedefinieerd als ‘beharing van de bovenlip’. Size doesn’t matter, al gaat er natuurlijk wel enig beraad vooraf aan de toelating tot de Antwerpse Snorrenclub. De Snorrenclub heeft dan ook een eigen ‘Snorrenmeester’ die de aspirant-snor moet goedkeuren alvorens deze echt lid wordt. De criteria zijn strikt geheim, maar volgens de raad van bestuur moet een snor uiteraard wel echt zijn.

 

Dit roept natuurlijk de vraag naar gendergelijkheid op: wat als een vrouw een echte snor laat staan? Volgens de logica zou deze vrouw dan zonder probleem lid moeten kunnen worden van een snorrenclub, toch? Zo gemakkelijk is het echter niet volgens de bestuursleden. De snor is en blijft iets door en door mannelijks. Een besnorde vrouw, hoe perfect de snor ook, blijft een buitenstaander in het snorrengebeuren volgens de Antwerpse Snorrenclub. Ook het voorbeeld van Eurosong-winnares Conchita Wurst hielp niet om de zaak op te klaren. “Onder al die make-up en rokken is dat toch nog altijd ne vent, zene.”

 

dwars vroeg zich na zo’n uitspraak af wie de snor dan allemaal mag aanraken, laat staan bijwerken. De meeste onder de aanwezige Snorren gaven toe dat hun vrouw de snor wel liefkozend mag aanraken, maar dat er geen sprake van is dat zij ze zou mogen scheren, knippen, of er in enige mate iets aan zou mogen veranderen. Daarvoor is het te doen bij de barbershop of ze doen het gewoon zelf.

 

alles snor in Snoravia

De Snorrenclub heeft niet alleen een stamcafé, ze heeft zowaar een eigen land: de Onafhankelijke Republiek Snoravia. Hoewel dit schiereilandje aan de Maas geen legaal onafhankelijk land is, dient toch vermeld te worden dat de Antwerpse Snorrenclub zelf verantwoordelijk is voor het feit dat het schiereilandje nog Belgisch grondgebied is. Het ligt namelijk in de Voerstreek en was betwist gebied tussen België en Nederland. Omdat de twee landen er maar niet uitkwamen aan wie het stukje land toebehoorde, is de Antwerpse Snorrenclub heldhaftig de Belgische claim gaan verdedigen.

 

vlag en voorwerpen van Snoravia (© dwars - Fien Brees)

 

Elk jaar is er dan ook met de hele Snorrenclub – exclusief vrouwen – een heuse bedevaart naar ‘hun’ landje en in stamcafé de Konincklijke Snor pronkt trots de Snoraviaanse vlag. Deze bedevaart draait vooral om het proeven van lokale bieren en het terugplaatsen van het bordje met de vlag van Snoravia, dat op miraculeuze wijze elk jaar weer gestolen wordt. Zeg nu zelf, zoiets wil je toch in je woonkamer?

 

Om de snor extra in de kijker te zetten en media-aandacht op de Snorrenclub te vestigen, verkiest de Antwerpse Snorrenclub jaarlijks een “Snor van het Jaar”. Deze titel gaat normaal gezien naar een BVS (een bekende Vlaamse snor) of een Antwerpenaar met een schoon moestasj. Mensen als Toots Thielemans, Hugo Sigal (van Nicole en Hugo) en Marijn Devalck zijn deze eer al te beurt gevallen. Het zijn echter niet altijd mensen: ook de zeehond, stripfiguur Marcel Kiekeboe en de Antwerpse Reus Djon, die tevens de mascotte is van de Antwerpse Snorrenclub, hebben deze titel al eens gekregen.

 

 

g’hebt nog ne snor, ge blefter ne vent

De Antwerpse Snorrenclub telt 37 leden in totaal, waarvan de oudste 77 is en de jongste amper 19. Voor zover erkende snorrenclubs bestaan, is de Antwerpse zeker de grootste van Vlaanderen. Er duiken echter steeds meer facebookpagina’s op die zich ook bezighouden met snorren en baarden. Voor België is de Belgian Beard and Moustache Association de grootste, met bijna duizend leden waaronder veel leden van de Antwerpse Snorrenclub.

 

Voorzitter Ronnie Vermeulen denkt dat dit komt omdat de drempel voor sociale media lager ligt dan die voor een echte club. Op Facebook heb je immers geen of minder verplichtingen, noch sociaal noch financieel. Hij hoopt wel dat leden van deze en aanverwante groepen erover denken om ook eens in een erkende club te stappen. Dit is namelijk de enige manier om aan kampioenschappen mee te doen en alle hulp en steun wordt gewaardeerd!

 

t’is goe veurt drinke, t’is goe veurt ete

Moest je na deze wondere verhalen nog twijfels hebben over je eigen bovenlipbeharing, dan zijn hier enkele voordelen van een snor, zoals uitgelegd door professionele snorrendragers. Ten eerste (en het belangrijkste voor de student) is dat men met een substantiële snor twee keer plezier heeft van een goede pint: van elke teug blijft minstens de helft in je snor hangen voor later gebruik. Ook in het liefdesspel is het hebben van een snor blijkbaar een voordeel: het is namelijk ecologisch verantwoord, want je hebt geen batterijen nodig. Volgens de snorren wordt dit aspect enkel beter met ouderdom, want een beetje extra gebibber daarbeneden is altijd wel fijn.

 

Heb je interesse om je aan te sluiten bij de Antwerpse Snorrenclub? Ze zijn elke eerste donderdag van de maand te vinden in café de Konincklijke Snor, Adriaan Brouwerstraat 33.

 

Weetje: tussentitels (buiten Snoravia) zijn overgenomen van het Snorrenlied, het officiële clublied van de Antwerpse Snorrenclub.