“It is not paradise but you can see it from here”

Patagonië, Argentinië
01/11/2003
🖋: 
Auteur extern
Els Vermeulen

De zon schittert op het blauwe water, het zand danst in de wind. Een walvis verschijnt aan de oppervlakte en verdwijnt weer. Een prachtig zicht. We bevinden ons in Patagonië, misschien wel één van de meest betoverende plaatsen op aarde.

Lang droom ik van walvissen en dolfijnen, van hun schoonheid en magie. Van kinds af aan wist ik dat ik mijn leven met hen wilde delen. Ik ging dan ook Biologie in Antwerpen studeren. Voor mijn licenties ben ik in Brussel terechtgekomen. Daar heb ik de kans gekregen een thesis te maken op zuidkapers in Patagonië. Twee maanden verbleef ik bij deze dieren.

Nu een jaar later ben ik terug op Península Valdés, maar deze keer als pas afgestudeerde biologe. Het is een schiereiland gelegen aan de noordelijke grens van Patagonië en is ongeveer een 3000 km² groot. Het staat volledig onder de bescherming van UNESCO.

Valdés bestaat voornamelijk uit pampa, een semi-woestijn. Dit dorre gebied heeft een fauna om van weg te dromen.

 

Gull harassment

Península Valdés omringt twee grote baaien, Golfo Nuevo en Golfo San José. Elk jaar rond mei komen zuidkapers hier om te paren en te jongeren. Bijna de helft van de totale populatie passeert elk jaar door deze baaien. Dat maakt ongeveer 3600 individuen per jaar. Península Valdés is dus één van werelds beste plaatsen om walvissen te zien! De thesis die ik vorig jaar maakte bestaat uit twee delen: fotoidentificatie en ‘Gull harassment’. Dit laatste is de studie van hoe de lokaal groeiende meeuwen-populatie walvissen aanvalt. Zuidkapers hebben een uniek callositie patroon op hun hoofd dat gebruikt wordt voor de identificatie van individuele dieren. Foto-identificatie maakt het mogelijk om gedragingen en demografische parameters waaronder reproductie cyclus, migratie en interactie beter te begrijpen. Uiteindelijk is er een catalogus van elf walvissen samengesteld.

Het tweede deel van de studie werd ondernomen vanop de kliffen van Península. Met een telescoop werden observaties gemaakt van hoe meeuwen het vet van de walvissen pikken en in welke mate dit het gedrag van de zuidkapers verstoort.

De aanvalsfrequentie is gestegen de voorbije jaren, hoewel de meeuwenpopulatie kleiner is geworden. Dit kan verklaard worden door een stijging in voedselcompetitie tussen de meeuwen als gevolg van een beter management van de lokale afvalbergen. Gedragsobservaties suggereren echter een gedragsverandering van de walvissen. Ze blijven langer onder water dan vroeger werd geobserveerd. Door de aanvallen van de meeuwen spenderen moeder en kalf 19% van hun tijd aan hogere zwemsnelheden. Ook blijkt dat in 30% van de gevallen het zogen wordt verstoord.

Dit is een belangrijk probleem en interessant om verder te onderzoeken. Ik zal mij hier volgend jaar op focussen en proberen een doctoraat te starten op het zooggedrag van zuidkapers. Bovendien zullen we nagaan of het echt de aanvallen van meeuwen zijn die het zooggedrag van de dieren verstoren.

 

Meseta de Somuncura

We doen hier ook meer dan enkel aan onderzoek. Samen met enkele plaatselijke wetenschappers willen we een ‘brug’ bouwen tussen Argentinië en België voor uitwisseling van ideeën, studenten en wetenschappers. Ook materiaal en vooral sponsering is noodzakelijk.

In het binnenland van Chubut is er een immens groot plateau, zo’n 35.000km² groot. Het heeft lange tijd gediend als een refugium voor vele planten en dieren. De Meseta de Somuncura is ‘opgekocht’ door de provincie Chubut samen met United Nations. Het is het huis van puma’s, lynxen, paarden, papegaaien, endemische kikkers en tal van onbekende soorten. De Meseta is één van de weinige plaatsen in Zuid-Amerika die nog puur natuur is. We mogen dan ook fier zijn dat wij samen met de overheid van Chubut en Rio Negro en de lokale wetenschappers hier een reservaat van kunnen maken. Dit zowel op biologisch als op sociaal vlak. Het plateau wordt immers bewoond door Gaucho’s, de echte Argentijnse ‘boeren’, en is omringd door een aantal kleine authentieke dorpjes.

Het hele project zal jaren duren en zal zowel veel wetenschappelijke als politieke kennis vragen. Het is echter meer dan de moeite waard als het kan helpen in het behoud van deze pracht.