Donderdag 11 maart 2004, 08.00 Ik word wakker. Een bekend geluid heeft me uit mijn slaap gerukt. De ringtoon ‘Indiana Jones’ van mijn gsm gaat voor de tweede keer af. Net op tijd druk ik op de antwoordknop. “¡Hola! Nee, ik ben oké. Of ik het nieuws al gehoord heb?” Nee, natuurlijk niet, het is acht uur ’s morgens! “Welke bommen? Welk station? Gewonden? …”
Donderdag 11 maart 2004, 13.00 Het twaalfde berichtje die dag komt binnen op mijn draagbare telefoon. Fijn, had het niet te maken met de bomaanslagen in het Atocha station die morgen. Ik had al talloze berichtjes en telefoontjes moeten beantwoorden om te laten weten dat ik in orde was en op een veilige afstand zat van de drie bomaanslagen, en waarin ik bovendien moest beloven die dag mijn appartement niet te verlaten.
Vrijdag 12 maart 2004, 19.00 “¡Hijos de puta! ¡Assassinos!” Kreten die door de massa die avond tijdens de optocht meer dan eens worden gescandeerd.
Vrijdag 19 maart 2004, 11.30 “Mijn vader ging oorspronkelijk komen met mijn zus en haar vriend, maar de plannen zijn veranderd na de aanslagen van vorige week. Ik denk niet dat ze nog op bezoek zullen komen.” Zo eindigt het gesprek dat ik met één van mijn Erasmuscollega’s uit Duitsland op de bus naar Valencia voer. Sommige familieleden, en ook sommige studenten, hebben de schrik nu flink te pakken. Ongelovig over hun reactie, maar onwetend dat ik enkele weken later een gelijkaardige ervaring zal ondervinden, besteed ik er echter geen verdere aandacht aan.
Zondag 04 april 2004, 23.00 Een vriendin van mij heeft net te horen gekregen dat er een nieuwe bom gevonden is in de trein naar Sevilla. Duchtig begint ze na te denken of ze volgende maand nu toch wel de trein, bus of toch maar beter een auto zou nemen voor het uitstapje naar Sevilla met haar familie, die nog wel op bezoek komt.
Donderdag 15 april 2004, 15.00 “Het is hier momenteel waarschijnlijk de veiligste plek in Europa. Met al de bewaking die hier nu in de metro en op andere publieke plaatsen rondloopt, moet een terrorist al serieuze toeren uithalen om ergens nog een bom te plaatsen. Nee, ik ga echt niet naar huis terugkomen.” Mijn zussen klinken in mijn oren paranoïde aan de telefoon. Ik voel me hier echt helemaal niet onveilig, hoewel ik weet dat velen er anders over denken. En de agenten op straat lijken echt wel in veelvoud zijn toegenomen, of valt het me nu pas op?
Enkele flarden die me tijdens de voorbije maand hebben bezighouden rond de gebeurtenissen van 11 maart. Mensen blijven me nog steeds vragen hoe ik die hier ervaren heb, hoe ik me erbij voelde en hoe de andere studenten, Madrilenen, Spanjaarden erop reageerden. Ik ben er zelf nog steeds niet uit, en, zo lijkt het me, daarin ben ik niet alleen. Het ergste lijkt mij voorbij te zijn, sterker nog, mijn leven heeft zijn normale gang reeds enkele weken hernomen. Ach, ik ben zeker niet de meest standaard Erasmusstudent, bestaat die trouwens?
Veerle Van den Bergh
Antwerps studente in Madrid