De kogel lijkt door de kerk. De rectoren van de Vlaamse universiteiten hebben een akkoord over de invoering van tweejarige masters in de humane wetenschappen. Al sinds 2005 wordt hierover onderhandeld. Keurt minister van Onderwijs Pascal Smet de plannen goed, dan tellen de masters vanaf 2015-2016 120 studiepunten, gespreid over twee academiejaren.
Ondanks onenigheid onder studenten, academici en beleidsmakers over de voor- en nadelen van tweejarige masters in de humane wetenschappen (zie kader) stond de komst ervan in de sterren geschreven. Al toen de Vlaamse regering het hoger onderwijs in 2003 volgens de afspraken van de Bolognaverklaring hervormde, pleitten sommige academici ervoor om het vierjarige systeem van kandidaturen en licenties te vervangen door een vijfjarige bachelor-masterstructuur. In maart 2008 zei toenmalig decaan van de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Jef Verschueren in dwars dat slechts één masterjaar een fundamenteel probleem is dat al vóór de invoering van de vierjarige bachelor-masterstructuur werd aangekaart. “Maar Vanderpoorten (Vlaams minister van Onderwijs van 1999 tot 2004, nvdr.) had er toen geen oren naar.” Twee jaar later trad Verschuerens opvolger Bruno Tritsmans hem bij: “Eén masterjaar is krap voor wetenschappelijke verdieping en een masterthesis van hoog niveau. Daarnaast bleek het ook moeilijk om internationalisering binnen een eenjarig traject in te bouwen.” Bovendien was het doel van Bologna om een Europese onderwijsruimte te creëren door diploma’s en opleidingen op elkaar af te stemmen. Omat in de meeste landen studeren vijf jaar duurt, had toen al een lampje moeten gaan branden. Overigens zijn tweejarige masters binnen de exacte wetenschappen al langer een feit. Behalve een verregaande herstructurering doorvoeren ook nog het aantal studiejaren verhogen, was in 2003 echter van het goede te veel. Hoewel de uitdagingen in het hoger onderwijs tien jaar later nog steeds legio zijn en academici de voorbije jaren sterk van mening verschilden, achten de rectoren de tijd nu toch rijp om de masters te reorganiseren.
Gent voor, Antwerpen tegen
De reorganisatie wordt gestuurd vanuit de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), waar de zes Vlaamse rectoren overleggen om zo gemeenschappelijke standpunten te formuleren en beleidsadviezen te verstrekken aan de minister van Onderwijs. Vanaf 2005 was de Universiteit Gent binnen de VLIR de grootste pleitbezorger van tweejarige masters. De Universiteit Antwerpen was bij monde van rector Verschoren, die de voorbije jaren de VLIR voorzat, tegen het voorstel gekant. Hoewel de VLIR alle beslissingen normaliter bij consensus neemt, werd toch besloten alvast met de voorbereidingen op de tweejarige masters te beginnen. Daarvoor verzamelden de voorbije jaren de decanen van alle universiteiten zich per faculteit. Zij gingen in samenwerking met hun academisch personeel na hoe de verdubbeling van het aantal studiepunten in de masters kon worden ingevuld. Op dat moment waren de studenten onvoldoende op de hoogte van de plannen en stond een grote groep academici sceptisch tegenover de noodzaak ervan. Toenmalig decaan Verschueren verontschuldigde zich in 2008 in dwars voor het gebrek aan interactie met de studenten. “Door de huidige drukte en chaos in de academische wereld ontsnappen er soms dingen op een onverantwoorde manier aan het aandachtsveld”, legt hij de situatie uit. Professor Sociologie Walter Weyns drukt in hetzelfde artikel dan weer zijn terughoudendheid tegenover de verdubbeling uit: “Eerlijk gezegd zijn de uitbreidingsplannen die nu her en der worden opgetekend in de Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen er vooral gekomen onder druk van de omstandigheden, en minder omdat men studieduurverlenging echt wenselijk vindt, of omdat er een maatschappelijke behoefte toe is.” Ook Peter Reynaert, voorzitter van het Departement Wijsbegeerte, klonk drie jaar geleden niet erg enthousiast: “Voor de doorsnee student Filosofie, en zeker voor de avondstudent, die geen onderzoeksloopbaan noch een onderwijscarrière ambieert, is een studieduurverlenging problematisch.”
Voorbereidingen zonder debat
Ondanks de bedenkingen die vele academici de afgelopen jaren formuleerden, leert een rondvraag vandaag dat de meeste onder hen de ontwikkelingen positief inzien. Dat nieuwe optimisme kan deels worden verklaard door het vele werk dat het voorbereiden van tweejarige masters heeft gekost. Hoewel het grote debat over de verregaande hervormingen – ook de bachelors zullen worden herbekeken – nooit heeft plaatsgevonden, werden de tweejarige masters steeds voorgesteld als onontkoombaar. Daardoor hebben alle faculteiten en departementen veel energie gestoken in het opstellen van uitvoerige dossiers, zonder eerst vragen te stellen bij de maatschappelijke noodzaak van zulke ingrijpende plannen. Vandaag voelen de academici die persoonlijk niet voor tweejarige masters gewonnen zijn, er dan ook weinig voor om ten strijde te trekken tegen de plannen waarvoor ze zelf de dossiers hebben opgesteld. In een reactie aan dwars laat decaan Letteren en Wijsbegeerte Bruno Tritsmans weten dat het hem “op een moment dat in de VLIR een beslissing bij consensus werd genomen, niet zinvol lijkt de discussie te heropenen.” Hij voegt eraan toe dat de faculteit steeds een kritische houding heeft aangenomen ten opzichte van tweejarige masters en dat dat op geregelde tijdstippen op de faculteitsraad naar voren werd gebracht. Professor Kris Humbeeck zetelt ook in die raad en tekende als coördinator van de huidige master Literatuur van de moderniteit de nieuwe tweejarige master Taal- en Letterkunde mee uit. Hij ziet de mogelijkheid om extra basisvakken te programmeren, meer tijd aan de thesis te besteden, en een stage aan te bieden als belangrijke pluspunten. “Voorts denk ik dat het een goed idee zou zijn, om ook op masterniveau wat meer te gaan investeren in praktijkassistenten. En ik hoop dat de invoering van tweejarige masters gepaard zal gaan met de oprichting van een facultair stagebureau.”
Faculteiten steunen twee jaar
Ook de Faculteiten Politieke en Sociale Wetenschappen en Toegepaste Economische Wetenschappen hebben zich ondertussen helemaal ingesteld op een master van 120 studiepunten. Rudy Martens, decaan TEW, schaart zich achter de voordelen die de VLIR formuleerde en vergelijkt een tweejarige master met een vol glas goede wijn in tegenstelling tot een half glas van één jaar. “Wat uiteraard niet wegneemt dat een eenjarige master ook goede studenten aflevert.” Dimitri Mortelmans, voorzitter van de Onderwijscommissie PSW, zegt dat zijn faculteit de bezwaren van de studenten deelt. “Maar de uitgebreide lijst voordelen voor de studenten maakt dat we achter het idee van tweejarige masters zijn gaan staan.” De kritiek dat de master na master Internationale Betrekkingen en Diplomatie (IBD) na de hervorming een ‘gewone’ eenjarige master wordt, weerlegt hij met het argument dat deze opleiding voornamelijk zijinstromers uit andere richtingen aantrekt. “Voor de studenten Politieke Wetenschappen wordt de component IBD sterker uitgebouwd in de nieuwe structuur. Dus mikken we hier op een tweesporenbeleid.”
Het standpunt van de studenten
In het ‘Evaluatierapport uitbreiding studieduuromvang humane wetenschappen’ dat de Vlaamse Vereniging voor Studenten (VVS) op 27 oktober van dit jaar publiceerde, luidt het dat “de VVS eveneens overtuigd is van de nuttigheid en zelfs de noodzakelijkheid van een uitbreiding van de studieduuromvang.” De VVS formuleerde wel twaalf waarschuwingen waarbij “de bezorgdheid over kwaliteit en waarde” centraal staat. Hun eerste aandachtspunt is de invoerdatum van de tweejarige masters. De voorbije maanden stond die gepland op het academiejaar 2014-2015, wat dus betekende dat studenten die dit jaar aan hun eerste jaar begonnen, vijf in plaats van vier jaar zouden moeten studeren zonder dat zij dit bij aanvang wisten. Een tweede bezwaar was dat september 2014 te vroeg kwam, gezien de grote onduidelijkheid die nog steeds bestaat omtrent de invulling van een vijfjarige bachelor-masterstructuur. Ten derde maakte de VVS duidelijk dat de nieuwe masterjaren zich aanvankelijk moeten prefinancieren met een gevreesde kwaliteitsvermindering tot gevolg. Volgens het verslag van de Raad van Bestuur van de Universiteit Antwerpen van 28 juni 2011 zou de invoering van tweejarige masters de Vlaamse overheid 17 à 20 miljoen euro kosten, waarvan 2,5 miljoen voor de Universiteit Antwerpen is bestemd. Deze schatting lijkt echter aan de lage kant, aangezien ze gebaseerd is op de middelen die een instelling zou krijgen voor de 60 extra studiepunten die een tweede masterjaar per student meebrengt. Alle extra kosten die grotere studentenaantallen – een stijging van 3 procent volgens K.U. Leuven en UGent, cijfers die de VVS in twijfel trekt – impliceren, werden dus niet meegeteld.
Studentenprotest heeft effect
Ook de Studentenraad Universiteit Antwerpen (SRUA) was fel gekant tegen de vooropgestelde invoerdatum van 2014-2015. Meer nog, SRUA is nooit een overtuigd voorstander van de hervorming geweest. Op 25 februari 2010 al is hun standpunt dat de noodzakelijke meerwaarde voor een verlenging van de masters enkel aanwezig is bij Taal- en Letterkunde “en dat deze noodzaak niet bestaat binnen de andere opleidingen binnen de humane wetenschappen”. Het mag dus niet verbazen dat Orry Van De Wauwer, studentenvertegenwoordiger in de Raad van Bestuur van Universiteit Antwerpen, vorige maand studentenvertegenwoordigers en leden van studentenclubs bijeenriep om een protestactie op touw te zetten. Met de eventuele goedkeuring van de studieduurverlenging begin 2012 in het verschiet was het namelijk hoog tijd om vergeefse onderhandelingen kracht bij te zetten met tastbaar studentenprotest. Ook via de VVS was reeds onder studentenvertegenwoordigers van alle universiteiten besloten om actie te voeren, hoewel ook onder de studenten van universiteit tot universiteit van mening werd verschild. Op vrijdag 4 november zaten de Antwerpse actievoerders voor het eerst samen in het gebouw van Unifac aan de Kleine Kauwenberg, op dinsdag 8 november protesteerden ze ‘s middags al aan de Lessiuszaal boven de Agora, waar om 14 uur de Raad van Bestuur bijeen kwam. Onder de belangstelling van radio, televisie en geschreven pers uitten de studenten hun ongenoegen over de tweejarige masters in het algemeen en de invoerdatum ervan in het bijzonder. In de week daarop werd ook in Gent en Leuven geprotesteerd, niet zonder gevolg. Op vrijdag 18 november besloten de Vlaamse rectoren van de VLIR namelijk dat de tweejarige masters er pas in het academiejaar 2015-2016 zullen komen.
De trein is vertrokken
Hoewel ze met het jaar uitstel dus hun slag hebben thuisgehaald, blijven de Antwerpse studentenvertegenwoordigers ook vandaag tegenstanders van de tweejarige masters. “Omdat het debat over de noodzakelijkheid van de verlenging nooit heeft plaatsgevonden en er verder nog onduidelijkheden zijn over de kostprijs voor de instelling, maatschappij en studenten zelf”, aldus Orry Van De Wauwer. “De studieduurverlenging zal de geleverde inspanning voor de democratisering ook teniet doen.” Door de voorbije weken bij de VLIR de eis van de studenten om een latere invoerdatum te verdedigen en binnen te halen, weerlegde rector Alain Verschoren alvast de kritiek dat de ‘kleine’ universiteiten zich door de ‘groten’ onder druk hadden laten zetten. UGent was namelijk een groot pleitbezorger van september 2014 als startdatum. Hoe dan ook ziet het ernaar uit dat de tweejarige masters er komen, ondanks de grote vraagtekens van Studentenraad en rector. “De trein is vertrokken, de komst van de tweejarige masters is in principe onomkeerbaar”, legt rector Verschoren zich erbij neer, maar hij vervolgt optimistisch dat “we er het beste van gaan maken. Het jaar uitstel gaan we nu gebruiken om de masters én de bachelors zo goed mogelijk voor te bereiden, ook door de studenten en zelfs alumni daarbij te betrekken.”
De voorstanders: de Vlaamse Interuniversitaire Raad:
De tegenstanders: de Studentenraad Universiteit Antwerpen:
|