Steven Pattyn
Kunstenaar of topsporter, bejaarde of ondernemer, geen enkele soort ontspringt de dans. Je wordt op een dag wakker met de intense drang om je aan Universiteit Antwerpen in te schrijven. Het gevolg: zo veel vreemde vogels dat het uitzonderlijk wordt om normaal te zijn. Elke maand zetten wij een bijzondere student in de kijker.
Met eind dit jaar zijn Bachelor Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie op zak, kan Steven Pattyn (20) eindelijk doen waar hij al lang van droomt: voltijds professioneel wielrenner worden.
Op zijn vijftiende was speelde Steven basketbal op landelijk niveau, maar plottwist: hij ontdekte een liefde voor wielrennen die nog groter bleek te zijn dan die voor basketbal. Doordat hij zichzelf overbelastte, lag hij lange tijd stijl met barstjes in zijn kuitbeen. Fietsen was het enige wat kon en mocht. Zowel zijn vader als broer fietste al een lange tijd. “Mijn broer is vier jaar ouder en ik fietste altijd met hem mee. Toen ben ik er wat in meegesleurd.”
Toen hij op zijn zestien jaar provinciaal kampioen van Antwerpen werd, was het duidelijk dat hij potentieel had om met wielrennen verder te gaan. Na veel en zwaar trainen werd zijn harde werk beloond. Met al een heleboel ervaring achter de rug en klaar om van fietsen zijn hoofdinkomen te maken, fietst Steven nu bij de uitstekende opleidingsploeg Lotto Soudal Development.
Op hoog wielerniveau meedraaien vergt natuurlijk veel inspanning. “Ik zit gemiddeld zeventien uur per week op mijn fiets.” Dat, en nog eens ongeveer dertig uur les per week? Het zou wat te veel van het goede zijn. “Ik haal mijn gemiste lessen in aan de hand van samenvattingen”, knipoogt de coureur. Op de praktijklessen is hij wel altijd aanwezig omdat die zo belangrijk zijn — voorlopig lukt dat nog. Steven is een van de weinigen in de wielerwereld die nog studeert. Zijn richting leunt aan bij zijn sport: hij leert bijvoorbeeld over dingen zoals strength training en core stability, die hij kan toepassen tijdens het fietsen.
Kiezen tussen het studentenleven en wielrennen viel Steven zwaar. Vroeger lukte de combinatie, maar cantussen en feestjes zijn voortaan slechts mooie herinneringen. Voor sommige vrienden was het moeilijk te begrijpen dat hij niet langer mee kon naar studentenactiviteiten. “Dat is het lastige aan het intensief beoefenen van een sport: je verliest echt wel een aantal maten.” Aan de andere kant zijn er ook vrienden die hem bewonderen. Ze volgen hem op Strava en kijken met grote ogen naar de kilometers die hij aflegt op de dag voor een examen. “Mijn vaste vrienden zijn er altijd voor mij.”
Wielrennen doe je door weer en wind. “Als de zon schijnt, is het echt fantastisch, ontspannend zelfs. Maar als het regent, zie ik er soms wel tegenop en blijf ik wat langer in bed liggen.” Gelukkig is zijn trainer, Erwin Borgonjon, altijd daar om hem eruit te bellen. Via de wielrennersbond Belgian Cycling waar Steven aangeduid staat als ‘high potential’ hebben ze elkaar gevonden. “Hij zegt waar het op staat en wijst me zo de juiste richting aan. Maar hij staat ook open voor input langs mijn kant, wat ik wel belangrijk vind voor een goede verstandhouding.” Contact met zijn trainer is deel van de dagelijkse routine geworden. Erwin is degene die het schema voor hem opstelt en ervoor zorgt dat er voldoende getraind wordt. Buiten het fietsen zelf, zijn extra krachttrainingen en aangepaste voeding een must. “Eens je in die flow van gezond eten zit, accepteert je lichaam dat en verdwijnt die goesting om de zak chips open te trekken.”
Vanaf zijn zeventien jaar kon Steven mee naar het buitenland voor stages en wedstrijden. “Dat reizen is echt een van de dingen waarvoor je het doet! Het weg zijn van huis, van hotel naar hotel, ik vind dat echt wel iets hebben. Voorlopig heb ik m’n velo nog niet buiten Europa kunnen testen, maar hopelijk kan dat in de toekomst wel.” Die reizen en de wedstrijden vallen voorlopig weg. Het is jammer, maar voor Steven creëert het extra tijd en zorgt het voor een soort van mentale ontlasting. Die is nodig, aangezien hij zelf te kampen had met een coronabesmetting, waarvan hij de zware gevolgen nog steeds draagt. Nu heeft hij tijd om te revalideren en voelt hij zich iedere week sterker en beter.
“Vooral in de bergen afdalen mis ik het meest. We gaan tegen 100 km/uur, dat is echt zalig.” Vallen hoort er natuurlijk ook bij. Aan zijn battle scars te zien is het duidelijk dat Steven al een paar keer kennis heeft mogen maken met het ruwe asfalt. De zwaarste valpartij deed hem in het ziekenhuis belanden met een hersenschudding en vol hechtingen. Een maand lag hij stil maar gelukkig kwam hij er daarna weer bovenop. “De afdalingen blijven even plezant”, gaat hij lachend verder.
Toen ik aan de professionele wielrenner in wording vroeg wat zijn toekomstplannen waren, verscheen er een enthousiaste schittering in zijn ogen. “Mijn doel is om in 2023 pro te gaan. Ik zou er graag voor een tijd van kunnen leven.” Op korte termijn is het grote doel het wereldkampioenschap in Leuven. “Als het dit najaar doorgaat, zou het echt de max zijn als ik kan meedoen. Het coolste wat ik tot nu toe gedaan heb was het wereldkampioenschap in 2018.” Daar reed Steven voor Remco Evenepoel. In Tsjechië heeft hij ook meegedaan aan het Europees kampioenschap.
De vorige jaren liet hij zijn studies primeren, maar nu is het wielrennen volledig prioriteit. “Ik ben al twintig, dus de tijd dringt. Ik heb nu bijna mijn Bachelor op zak en dat is natuurlijk belangrijk.” Als wielrenner in spe moet je wel aan de toekomst denken. Het is een sport vol risico’s: blessures, een zware val en je bent er al snel te oud voor. Momenteel is het niet zijn plan om voor altijd in de koerswereld te blijven. “Na mijn mogelijke carrière kan ik natuurlijk altijd nog kinesist worden.”
“Trust the process and eliminate all useless occupations”, luidt Stevens credo. Met zijn familie die als een sterk team achter hem staat, en vrienden die hem bewonderen, vervolgt hij zijn weg naar de top. Wie weet zie je hem binnenkort wel verschijnen op het wereldkampioenschap!
- Log in to post comments