klimaat leeft op UAntwerpen

naar een opgewarmd discours

27/02/2020
🖋: 

Voor het eerst zijn we in staat om veranderingen van het klimaat vast te leggen en te voorspellen. Een onderzoek uit 2010 wees uit dat er onder klimatologen een consensus van 97 procent bestond dat door de mens veroorzaakte klimaatopwarming bestaat. In een soortgelijke studie van meer dan 11.000 wetenschappelijke artikelen in 2019 groeide deze consensus tot de volle 100 procent. Daarom is het ook niet bepaald een verrassing dat er de vorige jaren meer en meer protesten waren om het beleid rond klimaatopwarming in verschillende landen en op verschillende niveaus aan te kaarten. Het maatschappelijke debat wordt in onze actualiteit vaak polariserend gevoerd en effectieve maatregelen door onze regeringen blijven klaarblijkelijk uit. Waarom is dat zo? En kunnen wij als studenten een noemenswaardig steentje bijdragen?

De antwoorden op al die vragen zocht dwars op het gastcollege van professor Jean-Pascal van Ypersele. Op 11 februari gaf die een gastcollege rond klimaatopwarming aan onze universiteit, op uitnodiging van professor Cedric Vuye van de faculteit Toegepaste Ingenieurswetenschappen.

Het zou een understatement zijn om van Ypersele een toonaangevend klimaatwetenschapper te noemen. Als voormalig vicevoorzitter van het IPCC, de intergouvernementele VN-werkgroep die klimaatverandering evalueert, won hij met zijn organisatie in 2007 de Nobelprijs voor de Vrede. Daarnaast is hij lid van een denktank van experts die de jongerenbeweging Youth for Climate ondersteunt. Dankzij professor Vuye en in samenwerking met GreenOffice Antwerpen, het studentenplatform dat duurzaamheid in de kijker zet op UAntwerpen, kon dwars hem na de lezing op de rooster leggen. Van Ypersele beargumenteerde voor een volle aula dat de consensus onder klimaatwetenschappers is dat antropogene klimaatopwarming geen fantasietje is. Dat houdt in dat de opwarming door de mens veroorzaakt is. Daarnaast legde hij de opwarming van de aarde op een begrijpelijke manier uit en overliep hij de betrekkelijk kleine impact van de huidige klimaatmaatregelen. De boodschap van de dag: hoewel de klimaatopwarming voor desastreuze gevolgen zal zorgen, kan het ergste vermeden worden op voorwaarde dat de wereld op tijd handelt. De technologie om de effecten van de opwarming van de aarde te beperken hebben we namelijk wel.

 

waar wachten we op?

Als je al het bovenstaande in beschouwing neemt, was er één voor de hand liggende vraag die we onszelf gedurende het hele college stelden: als er werkelijk zo’n grote consensus bestaat onder wetenschappers, waar wachten we dan nog op?

Het antwoord op die vraag telt volgens van Ypersele twee luiken. Ten eerste spreekt hij over zowel de individuele als de institutionele inertie die in onze maatschappij aanwezig is: tenzij het strikt noodzakelijk is, veranderen mensen en groepen hun gedrag niet graag. Als een expliciete verplichting om te veranderen uitblijft, zullen organisaties en personen die over het algemeen dan ook uitstellen. Als mensen zijn we immers van nature behoudsgezind. Een ander obstakel ziet hij in het feit dat verschillende actoren in het klimaatdebat gebaat zijn bij het vertragen van maatregelen tegen de klimaatopwarming. Zo wordt er in Amerika jaarlijks bijna een miljard dollar gespendeerd om twijfel te zaaien over klimaatopwarming, onder andere door de fossiele-brandstoflobby's. De impact van deze middelen is volgens van Ypersele niet te onderschatten.

Ook België volgt dit model. Nieuws rond klimaat in ons land is overwegend negatief en dat komt niet uit de lucht vallen. In 2018 stemde België, samen met Tsjechië, tegen de Europese richtlijn voor energievermindering. In 2019 scoorden we slecht op vlak van klimaatambitie bij European Climate Foundation. Van Ypersele: “Er lijkt een kloof te zijn tussen de aandacht die de overheid spendeert aan klimaatmaatregelen en de groeiende kennis over de toekomstige kosten van de klimaatopwarming. Dat is voornamelijk in Vlaanderen het geval. Ironisch genoeg zal Vlaanderen geografisch gezien veel last hebben van de stijging van de zeespiegel.”

wat kunnen wij doen?

Het bovenstaande beeld is allesbehalve positief, maar moet worden genuanceerd. In een open brief aan zijn kleinkinderen kaartte Van Ypersele twee jaar geleden de vrees aan dat “de mensheid niet snel genoeg zal beseffen in wat voor een impasse zij al beland is”. Op de vraag of hij na de klimaatmarsen en de groene golf van vorig jaar nog steeds dezelfde vrees koestert, antwoordt hij positief: “Een paar weken geleden herlas ik de brief en mijn zorg is exact dezelfde gebleven. Ik hoop op het plan van de Europese Commissie rond de Green New Deal, maar dat is nog niet goedgekeurd... Bovendien zal de Green New Deal enkel werkzaam zijn op het Europese niveau, terwijl Europa verantwoordelijk is voor maar 25 procent van de koolstofemissie.”

Kunnen wij, als individuen, het verschil maken? Van Ypersele is vastberaden: “Natuurlijk is individuele actie van belang! De manier waarop wij consumeren, reizen, bouwen... heeft een invloed op onze ecologische voetafdruk. Toch is het belangrijk om te beseffen dat individuele actie niet genoeg is. Maatschappelijke en economische veranderingen moeten die individuele acties faciliteren.” Mocht hij een advies kunnen geven aan studenten, zou het zijn om klimaat te bespreken en erover te discussiëren met medestudenten en experten. “Angst en onzekerheid over de toekomst los je op door erover te praten met anderen. Dat is cruciaal. Als je het aan mij vraagt, leidt dat tot actie. En dat is wat we nodig hebben.”

In 2002 schreef dwars al over duurzaamheid en klimaat aan UAntwerpen. In die tijd waren volgens de auteur slechts twee personen actief bezig met de verduurzaming van de universiteit. De conclusie was dat duurzaamheid indertijd stiefmoederlijk behandeld werd. Achttien jaar later wordt er meer dan ooit nagedacht over duurzaamheid en klimaat aan onze universiteit. Een voorbeeld is het Climate Action Team, dat de voorbije jaren in werkgroepen heeft gebrainstormd over duurzaamheid op onze campussen. Het resultaat daarvan is het ambitieuze Klimaatactieplan. Vorig jaar nam UAntwerpen dat plan aan. Het doel is, kort gezegd, om tegen 2030 klimaatneutraal te functioneren en tegen 2050 koolstofvrij te worden. De rector is alvast fan: tijdens Het Grote Rectorexamen op 19 februari bejubelde hij de bottom-up mobilisatie van UAntwerpenmedewerkers en -studenten.

De boodschap lijkt eenvoudig: het is tijd voor actie. Wachten op de gewenste wetgeving die klimaatopwarming een halt toeroept of alleszins enigszins vertraagt, is niet genoeg. Verschillende instituties die een cruciale rol kunnen spelen in de strijd tegen de opwarming van de aarde, lijken een zeer traag veranderende mentaliteit te hebben. Daarom weerklinken de woorden van van Ypersele als een nieuw motto: “Individuele actie is van belang!”

 

Wil je meer te weten komen over de verschillende klimaatinitiatieven van UAntwerpen en hoe jij je steentje kan bijdragen? Kijk dan eens naar de actiegroep UAntwerp Climate Team. Heeft dit artikel je overtuigd om de lezing van Jean-Paul van Ypersele te bekijken? Op de Facebookpagina van Green Office UAntwerpen kan je het college herbekijken.