Peilen naar de Poll

Peilingen, pers, politici en publiek
13/05/2007
🖋: 

De verkiezingen naderen: Yves Leterme heeft de mond vol van ‘goed bestuur’, Guy Verhofstadt spreekt over ‘empowerment’, peilingen schieten als paddenstoelen uit de grond. En net als paddenstoelen zijn peilingen niet altijd even betrouwbaar: "Let op wat gij consumeert!" blijkt ook mediagewijs een niet te versmaden stelregel. Wat ooit begon met het ronddelen van strooibriefjes in treincoupés is intussen uitgegroeid tot een heus mediaspektakel. In Nederland spreekt men omwille van het vele peilen zelfs over het ‘Peildermodel’. Gelukkig hebben wij Peter Van Aelst, lid van de onderzoeksgroep Media, Middenveld en Politiek (M²P) en doctor in de Politieke Wetenschappen aan de Universiteit Antwerpen, om orde te scheppen in de chaos.

In de ons omringende landen is er – vooral in verkiezingstijden – sprake van een ware peilingmania. Doet deze trend zich ook in België voor?

Peter Van Aelst Als je kijkt naar 1999, 2003, 2004 en 2006, zie je dat er altijd maar meer peilingen zijn bijgekomen. Ons land is echter relatief klein in vergelijking met onze buurlanden en peilingen uitvoeren kost een smak geld. In Frankrijk heb je bijvoorbeeld grote kranten en zenders die allemaal zelf peilingen kunnen laten uitvoeren en zo het nieuws trachten te ‘maken’. Bij ons zie ik niet in hoe dat zo ver zou kunnen komen. Buiten de VRT/De Standaard-peiling en die van La Libre Belgique en De Morgen zijn er niet echt regelmatige spelers actief.

 

Vanwaar die stijgende populariteit van peilingen?

Van Aelst De voornaamste reden is dat in de media de gedachte speelt dat de journalist aan zet is door peilingen uit te voeren. Ze kunnen de politici laten reageren op datgene wat zij in handen hebben. In tegenstelling tot wat aangenomen wordt, zijn journalisten doorgaans sterk afhankelijk van wat politici hen toespelen. Door te peilen verandert deze machtsverhouding. Een andere reden is dat als verkiezingen spannend zijn, er meer gepeild zal worden. Het feit dat we hier met zoveel partijen op een zakdoek bij elkaar zitten, speelt hierop in. Ook de kiesdrempel is een niet onbelangrijk gegeven: deze maakt dat peilingen ook voor kleinere partijen relevant zijn. Zal de Lijst Dedecker een zetel halen? Dat is echt een politiek issue.

 

Peilingen kunnen bezwaarlijk iets nieuws genoemd worden. Toch wordt er hen nog steeds een soort van mythische kracht toegedicht. Herbergen peilingen een zekere self-fulfilling prophecy?

Van Aelst Volgens mij wordt het effect van peilingen op het publiek overschat. Slechts in bepaalde situaties, wanneer peilingresultaten sterk door media of politici uitgespeeld worden, kan er sprake zijn van een invloed op het stemgedrag. Een concreet voorbeeld hiervan was het al dan niet halen van de kiesdrempel voor Groen! in 2004. Peilingen plaatsten hen net boven de kiesdrempel. Doordat Groen! in de campagne benadrukte dat de bal in het kamp van de kiezers lag, speelden zij de peilingresultaten duidelijk uit. Die peiling wordt dan een element in de campagne en geeft aan de kiezer het gevoel dat zijn stem werkelijk doorweegt. Zulke effecten spelen meer dan de naakte cijfers op zich.

 

Pashokjespolitiek

U stelt dus dat het vooral politieke actoren zijn die peilingen aangrijpen om iets mee te doen.

Van Aelst Ja. In tegenstelling tot voor de bevolking zijn peilingen voor politici altijd van belang. Peilingen bepalen hun electorale waarde, maar ook de sfeer binnen de partij. Wanneer Open VLD – dat voortdurend initiatieven neemt die een goede sfeer moeten uitademen – dat niet bevestigd ziet in de peilingen, dan drukt dat de stemming.

 

Leiden peilingen dan niet tot een stuurloze politiek die het kiespubliek achterna holt?

Van Aelst Dat gevaar loert inderdaad om de hoek. Politici worden vaak in het nauw gedreven met peilingresultaten. Het vergt moed van politici om zich daartegen te verzetten. Ik vind dat ze al te vaak meegaan in de resultaten van een onderzoek, dat ze te weinig argumenten geven waarom ze toch vinden dat het anders moet.

 

Peilingen worden vaak negatief bekeken: ze zouden bijdragen tot horserace berichtgeving en de personalisering van de politiek mee in de hand werken.

Van Aelst Dat opiniepeilingen bijdragen tot wedstrijdberichtgeving is een zeer concreet gevaar. Bovendien drijven te veel peilingen de focus in de media weg van het inhoudelijke. Of peilingen ook personalisering in de hand werken, daar ga ik minder mee akkoord. Peilingen in België gaan in de eerste plaats over krachtsverhoudingen tussen partijen. Enkel populariteitspolls spelen daar een beetje op in.

 

Een ander heikel punt is de betrouwbaarheid van peilingen. In Nederland spraken peilingen die de uitslag van de verkiezingen trachtten te voorspellen elkaar diametraal tegen. Is er dan eigenlijk nog wel iets positiefs aan peilen?

Van Aelst Er is alvast één ding positief aan peilen: als kiezer heb je recht op informatie. Als je bijvoorbeeld twijfelt tussen Rood en Groen, vind ik het perfect legitiem dat je op de hoogte bent van de situatie waarin deze partijen verkeren. Met strategisch stemmen is niets verkeerd: je wilt dan met je stem een zo groot mogelijk verschil maken. Wat het kwaliteitsvraagstuk betreft, vind ik het vooral belangrijk dat er openheid is over de gebruikte methoden en dat journalisten goed schrijven over het hoe en wat van de peiling. Journalisten zijn daar niet altijd even zuiver in. Vaak hechten ze overdreven veel belang aan kleine, statistisch niet significante verschillen tussen meetmoment A en B. De oorzaak hiervan is volgens mij echter niet dat journalisten onvoldoende geschoold zijn, wel dat zo’n peiling vaak handenvol geld heeft gekost en dus nieuws moet opleveren. Het is dan ongehoord om te verkondigen dat de situatie quasi stabiel is gebleven. Als een journalist ziet dat het Vlaams Belang met een halve procent gestegen is en zo de grootste partij wordt, dan maakt die daar zijn kop van, ook al is de foutenmarge vele malen groter dan het percentage waarmee de partij gestegen is.

 

Doe de Stemtest

Vindt u de mediatisering van de politiek een goed gegeven?

Van Aelst (lange pauze) Voor een groot stuk wel. In vergelijking met vroeger is er veel meer informatie beschikbaar. Uit onderzoek dat ik uitgevoerd heb naar verkiezingen door de tijd heen, bleek dat er vroeger in kranten rond de verkiezingen weinig tot niets werd geschreven. Als er al iets zinnigs in stond, dan was het omwille van de verzuiling sterk partijgekleurd. Ik denk oprecht dat mensen nu beter op de hoogte zijn dan twintig jaar geleden, ook al lezen die mensen Het Laatste Nieuws. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 was het absenteïsme bijvoorbeeld lager dan bij de vorige lokale verkiezingen. Je kan dat moeilijk hard maken, maar volgens mij speelt hier de toenemende media-aandacht. In die zin is de mediatisering een positief gegeven. Helaas is er naast kwaliteit ook een hoop bullshit bijgekomen: Yves Leterme met een baard aan in 'Debby en Nancy' – ook ik vraag mij af wat hier de meerwaarde van is. Een ander negatief punt is dat politici de macht van de media enorm overschatten en er zich sterk op fixeren…

 

U vindt de mediatisering van de politiek slechts ten dele een goede zaak, maar draagt zelf bij tot deze mediatisering door met M²P mee te werken aan ‘Doe de stemtest’.

Van Aelst De keuze om aan zulke programma’s onze medewerking te verlenen is een keuze voor inhoud. Het programma gaat niet over personen, het zorgt niet voor horserace berichtgeving en het staat ver af van wat als campagnestunt omschreven kan worden. ‘Doe de stemtest’ gaat over thema’s – thema’s die wij omzetten in stellingen. Je kan kritiek hebben en stellen dat de thema’s te ludiek zijn, of dat de show errond te veel aandacht opeist. Dat neemt echter niet weg dat er op zondagavond op de openbare omroep op een inhoudelijke manier over politiek wordt gepraat.

 

Vooral vanuit wetenschappelijke hoek kreeg de stemtest kritiek te verduren. Zo kwamen leden van bepaalde partijen niet bij hun partij uit. Twijfel je dan niet aan de betrouwbaarheid van het systeem?

Van Aelst In België liggen partijen heel dicht bij elkaar, wat zo’n stemtest moeilijk maakt om te ontwerpen: de stellingen moeten immers discriminerend werken. Dat er binnen partijen echter verschillen zijn, dat is normaal hoor. Een aantal van die kritieken zijn bovendien meegenomen in de komende stemtest. We willen die stemtest niet tot in het oneindige verdedigen.

 

Internetpanel Blues

Een ander gegeven in Vlaanderen was het in Het Laatste Nieuws verschijnende ‘De Stemmenkampioen’, waarin VUB-professor Frank Thevissen een internetpanel op geregelde tijdstippen vragen voorschotelde. Ook dat werd sterk bekritiseerd. Volgens sommige reacties zouden internetpeilingen zelfs enkel nog in society- en roddelrubrieken mogen opduiken.

Van Aelst Ik zou wel gek zijn mocht ik alle internetpanels als voer voor roddelrubrieken verslijten: we organiseren er immers zelf. Het klopt echter wel dat een panel, omwille van het simpele feit dat het niet representatief is, geen voorspellende waarde kan hebben. Het probleem bij 'De Stemmenkampioen' was – los van de geslotenheid over de gehanteerde methoden – dat aan een niet representatief internetpanel resultaten verbonden werden die dan zogezegd voor de opinie van alle Vlamingen zouden staan. Panels zijn interessant omwille van de verschuivingen die ze vertonen tussen de meetmomenten. 'De Stemmenkampioen' werd dus voor compleet foute doeleinden gebruikt, ook al zaten ze in 2004 volgens Thevissen het dichtst bij de verkiezingsuitslag. Ook wij merken dat we met ons internetpanel sommige kwesties zeer goed aanvoelen. Een andere reden waarom 'De Stemmenkampioen' afgevoerd werd, was dat de resultaten vaak tegen de VLD pleitten. Omdat Het Laatste Nieuws – vroeger een liberale krant – de mediapartner van de stemmenkampioen was, ondergingen zij enige politieke druk.

 

Als u na de verkiezingen vaststelt dat uw internetpanel de opinie van de populatie sterk benaderde, is de verleiding dan niet groot om die gegevens publiek te maken?

Van Aelst Ja. Daar hebben we intern dan ook veel discussies over gehad. Zo zagen we bijvoorbeeld dat het Vlaams Belang in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen sterk steeg, maar na de gebeurtenissen rond Hans Van Temsche een terugval kende. Wij hebben dan besloten om die informatie vrij te geven, uiteraard binnen de context dat die resultaten uit een internetpanel kwamen.

 

Kan u ter afsluiting nog enkele tips in verband met het lezen van peilingen in de media aan onze lezers meegeven?

Van Aelst Graag. Zelf kijk ik – maar ik ben misschien een beetje misvormd wat dat betreft – of er informatie is over de peiling zelf. Wordt er meegedeeld hoeveel mensen er ondervraagd zijn? En op welke manier gebeurde dit? Ik kijk ook naar het bureau dat de peiling heeft uitgevoerd. Als het een bureau is dat ik niet ken of dat inderhaast vijfhonderd man telefonisch ondervraagd heeft, dan ben ik al veel sceptischer. Voor de rest moet je als lezer vooral kijken naar trends en niet naar kleine verschillen. Dat Open VLD sinds de verkiezingen van 2003 gedaald is, komt in alle peilingen terug. Maar of zij nu op 18,5 procent of op 19 procent staan, dat doet er eigenlijk niet zoveel toe.

 

Bedankt voor het gesprek.