hoe je tijdens de examens een familiedrama kan vermijden

antwoorden op de lastige vragen van je ouders

10/06/2017
En, gaat het lukken? (© Chrostin)
Bron/externe fotograaf

Chrostin

🖋: 

Examens zijn het hoogtepunt van gefrustreerde hersencellen. Ze zijn eveneens een dieptepunt in sociale interactie. Het verlangen om met vrienden op café te gaan en te praten over nuttige en onnuttige zaken is zelden zo groot als tijdens den blok. Waar we echter geen nood aan hebben, is om op onregelmatige tijden gestoord te worden door ouders die je, met de beste bedoelingen, steeds dezelfde vragen stellen. Deze vragen leiden tot frustratie en daardoor ga je dingen zeggen waar je later misschien spijt van gaat krijgen. Om toekomstige familiedrama's te vermijden staan hieronder enkele handige tips die je kan gebruiken om de band met je ouders, studieschema en mentale welzijn in stand te houden.

“En, lukt het een beetje?” is de vraag bij uitstek die de student de stuipen op het lijf jaagt. Voornamelijk omdat er geen eerlijk antwoord bestaat. Nee, het lukt niet. Je kan jezelf wijsmaken dat het aan het lukken is maar diep vanbinnen voel je de zenuwinzinking al aankomen. Door te antwoorden met een volledige leugen stel je je ouders misschien iets te gerust waardoor ze je later kunnen vragen een afwas te doen “omdat alles toch zo vlot gaat en je wel een studiepauze verdient hebt.” Je boeken op de grond gooien en beginnen huilen is dan weer een iets te radicaal eerlijk antwoord. Ouders gaan je willen troosten waardoor je nog meer studie- en/of Facebooktijd verliest. Rustig blijven, je boeken blijven aanstaren en zeggen “ik moet nog wel veel doen maar ik ga er wel geraken”, is het beste wat je in die situatie kan doen. De ouders zijn gerustgesteld omdat het gaat lukken, maar ze hebben ook door dat ze je best niet kunnen storen omdat je nog wel veel moet werken. Dit geldt ook voor vragen als “en, moet je nog veel doen?, “ken je het al?” en alle aanverwanten.

 

Zo makkelijk kom je er helaas niet van af wanneer ze je eten komen brengen. In theorie klinkt eten dat naar je kamer geleverd wordt fantastisch, maar tijdens het studeren is alles relatief. Stel dat je juist goed bezig bent en plots staat je bureau vol voedsel waarvan je niet wist dat je het wilde. Je kan dan dankjewel zeggen en alles oppeuzelen, want laat ons eerlijk zijn: het is best lief dat ze je willen helpen in deze tijden, of je kan beginnen roepen dat ze je met rust moeten laten en dat ze het allemaal niet snappen. In beide gevallen kan je je studieritme meteen uit het raam gooien. Je kan beter vragen of ze het even in de keuken laten staan en dat je het zal opeten als je hoofdstuk klaar is. Zo heb je een studiepauze op een moment dat je zelf kiest. Je ouders vinden het dan geen probleem dat je pauzeert omdat ze ervan overtuigd zijn dat je beneden komt om ook even met hen te praten. Moest dat laatste echt niet het geval zijn kan je tijdens je pauze snel naar beneden lopen, zoveel mogelijk eten in je handen steken en als een wasbeer terug naar je kamer lopen. Wanneer ze niet met eten afkomen maar met een of ander vaag hipster thee drankje waarvan ze gehoord hebben dat het helpt bij het leren is een gewone “ah, oké, merci" wel voldoende.

 

Stel nu dat je het echt niet meer ziet zitten en op een avond beslist om toch even op café te gaan, maar dan de vraag krijgt “zou je niet beter blijven studeren?” Wat is dan het beste antwoord om uit die situatie te geraken? Helaas is er geen juist antwoord. Na uitgebreid denken en een beetje praktisch onderzoek is gebleken dat er geen optie is waarin beide partijen winnen. In zo'n situatie kan je best je kamer uitgaan met een koptelefoon op, doen alsof je je ouders niet hoort en dan even genieten van hoognodige sociale interactie. Zolang je de dag erna terug vroeg kan beginnen studeren zodat wanneer je ouders vragen willen stellen als “denk je nu echt dat je het kan permitteren om een avond weg te gaan?”, of “gaat het nu wel lukken nu je die avond verspilt hebt?”, je gewoon kan antwoorden: “ik moet nog wel veel doen maar ik ga er wel geraken.”